U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Geraadpleegd op 14-05-2025. Geldend van 01-01-2023 t/m 31-12-2023
Regeling van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 25 februari 2022, nummer 3848377, houdende vaststelling van de Regeling onderwijshuisvestingsbudgetten asielzoekers 2022 (OHBA-regeling 2022)
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Gelet op artikel 5a, tweede lid, van het Faciliteitenbesluit opvangcentra;
Besluit:
In deze regeling wordt verstaan onder:
– het besluit: het Faciliteitenbesluit opvangcentra;
– het orgaan: het Centraal Orgaan opvang asielzoekers;
– de gemeente: een gemeente waarmee het orgaan een bestuursovereenkomst heeft afgesloten ten behoeve van de vestiging van een opvangcentrum voor asielzoekers;
– de bestuursovereenkomst: een tussen het orgaan en de gemeente gesloten overeenkomst ten behoeve van de vestiging van een opvangcentrum voor asielzoekers;
– de beschikking: de beschikking van het orgaan op de aanvraag van de gemeente ten behoeve van de voorzieningen voor basisonderwijs aan asielzoekers;
– de uitkering: de uitkering bestaande uit de in artikel 5a, eerste lid, van het besluit bedoelde bijdragen aan een gemeente ten behoeve van de voorzieningen voor basisonderwijs aan asielzoekers;
– de bijdrage: de afzonderlijke bijdragen, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a tot en met e, van artikel 5a van het besluit die tezamen de uitkering vormen;
– de normbedragen: de normbedragen voor de bijdragen, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a tot en met e, van artikel 5a van het besluit;
– eerste aanvraag: de eerste aanvraag van de gemeente voor de uitkering;
– uitbreiding: een aanvraag van de gemeente voor een extra uitkering ten behoeve van basisonderwijs in verband met een toename van het aantal te onderwijzen kinderen;
– verlenging: een aanvraag van een gemeente voor een uitkering ten behoeve van basisonderwijs in verband met een verlenging van de bestuursovereenkomst;
– opvolgende aanvraag: een nieuwe aanvraag van een gemeente die volgt na het verstrijken van de maximum looptijd van vijftien jaar waarvoor een eerste of verlengingsaanvraag kon worden ingediend, de opvolgende aanvraag wordt behandeld als een eerste aanvraag;
– peilmoment: het moment dat bepalend is voor het vaststellen van het normbedrag waarmee de hoogte van de uitkering wordt berekend;
– leerlingaantal: het aantal leerlingen dat basisonderwijs volgt en dat verblijft in een opvangcentrum voor asielzoekers.
1 De aanvraag voor een uitkering ten behoeve van voorzieningen voor basisonderwijs aan asielzoekers, bedoeld in het eerste lid van artikel 5a van het besluit, kan zowel een eerste aanvraag betreffen, als een aanvraag wegens uitbreiding, een aanvraag wegens een verlenging van de bestuursovereenkomst of een opvolgende aanvraag.
2 Het peilmoment bij een eerste aanvraag en bij een verlenging is de datum van inwerkingtreding van de bestuursovereenkomst of van de verlenging van de bestuursovereenkomst.
3 Het peilmoment bij een opvolgende aanvraag is de dag na de datum waarop de maximale looptijd van vijftien jaar wordt overschreden.
4 Het peilmoment bij een uitbreiding is de datum waarop de uitbreiding van het leerlingaantal is vastgesteld.
5 Bij een eerste aanvraag en een verlenging geldt voor het doen van een aanvraag een maximum termijn van vijf jaar na inwerkingtreding van de bestuursovereenkomst of van de verlenging van de bestuursovereenkomst. Bij een opvolgende aanvraag geldt voor het doen van een aanvraag een maximumtermijn van vijf jaar na het verstrijken van de maximale looptijd van vijftien jaar.
6 Bij een uitbreiding geldt een maximumtermijn van twee jaar voor het doen van een aanvraag, gerekend vanaf het peilmoment.
7 Indien een bestuursovereenkomst door de gemeente wordt beëindigd voordat de looptijd van de bestuursovereenkomst is verstreken, vordert het orgaan het bedrag terug dat voor de resterende looptijd is toegekend. Het orgaan stelt de hoogte van het terug te vorderen bedrag vast aan de hand van de resterende looptijd, waarbij de bijdrage, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel b, van het besluit in het geheel niet zal worden teruggevorderd.
8 Indien binnen een jaar voor hetzelfde opvangcentrum een nieuwe bestuursovereenkomst in werking treedt en op basis hiervan een aanvraag wordt ingediend, wordt deze aanvraag behandeld als een voortzetting van de eerdere aanvraag, waarbij het teruggevorderde bedrag voor de resterende looptijd opnieuw zal worden toegekend.
1 De normbedragen die gebruikt worden voor de vaststelling van de bijdragen volgen uit bijlage I bij deze regeling.
2 De normbedragen voor de bijdragen, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, b en c, van het besluit, worden indien van toepassing jaarlijks geïndexeerd op basis van de in bijlage I opgenomen systematiek van prijsbijstelling.
3 De normbedragen voor de bijdragen, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel d en e, van het besluit, worden niet geïndexeerd.
4 De minister kan daarnaast de hoogte van de normbedragen aanpassen indien bijzondere omstandigheden hiertoe aanleiding geven.
1 De looptijd van de eerste aanvraag in geval van een nieuwe bestuursovereenkomst is gelijk aan de totale looptijd van de bestuursovereenkomst, met een maximum van vijftien jaar.
2 De looptijd start op het peilmoment, bedoeld in artikel 2.
3 Na vijftien jaar kan een opvolgende aanvraag worden ingediend.
4 Indien een verlenging de maximale looptijd van vijftien jaar overschrijdt wordt de uitkering voor de looptijd na vijftien jaar berekend als ware het een eerste aanvraag.
5 Zowel de uitkering in geval van een verlenging voor de resterende looptijd als de uitkering voor de looptijd na de maximum looptijd van vijftien jaar worden tegelijkertijd toegekend.
6 Een verlenging van de bestuursovereenkomst met vijftien jaar of meer wordt in alle gevallen behandeld als een opvolgende aanvraag.
1 Bij een eerste aanvraag wordt, in geval het aantal leerlingen nog niet bekend is, het aantal leerlingen vastgesteld door het in het tweede lid, bedoelde percentage te vermenigvuldigen met de in de bestuursovereenkomst afgesproken maximale bezetting van de opvanglocatie.
2 De minister stelt per opvangmodaliteit de percentages vast van het leerlingaantal ten opzichte van de in de bestuursovereenkomst afgesproken maximale bezetting. De percentages volgen uit bijlage I en kunnen, indien de aanvraag daartoe aanleiding geeft, door de minister worden verhoogd.
3 Bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag wordt het aantal leerlingen gelijkgesteld aan het leerlingaantal op het peilmoment.
4 Bij een verlenging wordt het aantal leerlingen gelijkgesteld aan het leerlingenaantal op het peilmoment. In geval van een eerdere uitbreiding zal het aantal leerlingen in geval van een verlenging niet lager liggen dan het aantal van eerdere beschikkingen.
5 Bij een uitbreiding gaat het om het extra aantal leerlingen, te weten het verschil tussen het aantal leerlingen op het peilmoment en het totaal aantal uit de eerdere beschikking of beschikkingen.
6 De peildata voor vaststelling van het aantal leerlingen bij een uitbreiding met zes of meer leerlingen zijn 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober van ieder jaar. In geval van een uitbreiding met vijf of minder leerlingen is het peilmoment 1 oktober van elk jaar.
1 Het aantal vierkante meters waarop een bijdrage bij een eerste aanvraag, een verlenging of een opvolgende aanvraag wordt gebaseerd, wordt vastgesteld volgens de formule:
M = 200 + (Lt * J)
Waarbij:
M staat voor het aantal vierkante meters;
Lt staat voor het totale leerlingaantal, bedoeld in artikel 5;
J staat voor ruimtebehoefte per asielleerling bedoeld in bijlage I.
2 Het aantal extra vierkante meters waarop een bijdrage bij een uitbreiding wordt gebaseerd, wordt vastgesteld volgens de formule:
N = Lu * J
N staat voor het aantal extra vierkante meters;
Lu staat voor het extra leerlingaantal, bedoeld in artikel 5;
3 De waarde van het schoolgebouw waarop een bijdrage bij een eerste aanvraag, een verlenging of een opvolgende aanvraag wordt gebaseerd, wordt vastgesteld volgens de formule:
O = P + (Q * M)
O staat voor de waarde van het schoolgebouw;
P staat voor het vaste normbedrag voor het schoolgebouw;
Q staat voor het variabele normbedrag voor het schoolgebouw;
M staat voor het aantal vierkante meters, bedoeld in het eerste lid.
4 De waarde van het schoolgebouw waarop een bijdrage bij een uitbreiding wordt gebaseerd, wordt vastgesteld volgens de formule:
R = Q * N
R staat voor de uitbreidingswaarde van het schoolgebouw;
N staat voor het aantal extra vierkante meters, bedoeld in het tweede lid.
5 De waarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair waarop een bijdrage bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag wordt gebaseerd, wordt vastgesteld volgens de formule:
S = T + (U * (M –/– 200))
S staat voor de waarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair;
T staat voor het vaste normbedrag voor eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair;
U staat voor het variabele normbedrag voor eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair;
6 De waarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair, waarop een bijdrage bij een uitbreiding wordt gebaseerd, wordt vastgesteld volgens de formule:
W = U * N
W staat voor de uitbreidingswaarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair;
7 De looptijd wordt uitgedrukt in jaren, rekenkundig afgerond op twee cijfers achter de komma en met een maximum van vijftien jaar.
1 De bijdrage, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, van het besluit, bestaat uit een bijdrage voor het schoolgebouw en een bijdrage voor het terrein.
2 De bijdrage voor het schoolgebouw bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag wordt vastgesteld volgens de formule:
Ae = %e * O
Ae staat voor de bijdrage voor het schoolgebouw bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag;
%e staat voor het bekostigingspercentage, bedoeld in bijlage I;
O staat voor de waarde van het schoolgebouw, bedoeld in artikel 6, derde lid.
3 De bijdrage voor het terrein bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag wordt vastgesteld volgens de formule:
Ate = %e * V * M
waarbij:
Ate staat voor bijdrage voor het terrein bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag;
%e staat voor bekostigingspercentage, bedoeld in bijlage I;
V staat voor het variabele normbedrag voor het terrein;
M staat voor aantal vierkante meters, bedoeld in artikel 6, eerste lid.
4 Ten behoeve van het vaststellen van de bekostigingspercentages wordt de looptijd naar boven afgerond op hele maanden.
5 Het bekostigingspercentage bij een verlenging wordt vastgesteld volgens de formule:
%v = F –/– G
%v staat voor bekostigingspercentage bij een verlenging;
F staat voor het bekostigingspercentage van de totale looptijd met een maximum van vijftien jaar, gerekend vanaf de eerste aanvraag tot het einde van de verlenging;
G staat voor het bekostigingspercentage van de looptijd van de eerdere beschikking of beschikkingen.
6 De bijdrage voor het schoolgebouw bij een verlenging wordt vastgesteld volgens de formule:
Av = %v * O
Av staat voor bijdrage voor het schoolgebouw bij een verlenging;
%v staat voor bekostigingspercentage bij een verlenging, bedoeld in het vijfde lid;
O staat voor waarde van het schoolgebouw, bedoeld in artikel 6, derde lid.
7 De bijdrage voor het terrein bij een verlenging wordt vastgesteld volgens de formule:
Atv = %v * V * M
Atv staat voor bijdrage voor het terrein bij een verlenging;
8 Het bekostigingspercentage bij een uitbreiding wordt vastgesteld volgens de formule:
%u = H –/– I
%u staat voor bekostigingspercentage bij een uitbreiding;
H staat voor het bekostigingspercentage van de eerste aanvraag
of de verlenging;
I staat voor het bekostigingspercentage van de op het peilmoment van de uitbreiding reeds verstreken looptijd van de eerste aanvraag of de verlenging.
9 De bijdrage voor het schoolgebouw bij uitbreiding wordt vastgesteld volgens de formule:
Au = %u * R
Au staat voor bijdrage voor het schoolgebouw bij uitbreiding;
%u staat voor bekostigingspercentage bij een uitbreiding, bedoeld in het achtste lid;
R staat voor uitbreidingswaarde van het schoolgebouw, bedoeld in artikel 6, vierde lid.
10 De bijdrage voor het terrein bij een uitbreiding wordt vastgesteld volgens de formule:
Atu = %u * V * N
Atu staat voor bijdrage voor het terrein bij een uitbreiding;
N staat voor aantal extra vierkante meters, bedoeld in artikel 6, tweede lid.
1 De bijdrage, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel b, van het besluit, bestaat uit een bijdrage voor de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair.
2 De bijdrage in de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag is gelijk aan de waarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair, bedoeld in artikel 6, vijfde lid.
3 De bijdrage in de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair bij een uitbreiding is gelijk aan de uitbreidingswaarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair, bedoeld in artikel 6, zesde lid.
4 Bij een verlenging doen deze kosten zich niet meer voor en zullen deze niet opnieuw worden vergoed.
1 De bijdrage, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel c, van het besluit, bestaat uit een bijdrage voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie ten behoeve van het primair onderwijs.
2 De bijdrage voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie bij een eerste aanvraag, een verlenging of een opvolgende aanvraag wordt vastgesteld volgens de formule:
Ce = Lt * K * Y * 1,5
Ce staat voor bijdrage voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie bij een eerste aanvraag, een verlenging of een opvolgende aanvraag;
K staat voor het variabele normbedrag voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie;
Y staat voor looptijd, bedoeld in artikel 6, zevende lid.
3 De bijdrage voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie bij een uitbreiding wordt vastgesteld volgens de formule:
Cu = Lu * K * Y * 1,5
Cu staat voor bijdrage voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie bij een uitbreiding;
1 De bijdrage, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel d, van het besluit, bestaat uit een bijdrage in de onroerendezaakbelastingen.
2 De bijdrage in de onroerendezaakbelastingen bij een eerste aanvraag, een verlenging of een opvolgende aanvraag wordt vastgesteld volgens de formule:
De = M * X * Y
De staat voor de bijdrage in de onroerendezaakbelastingen bij een eerste aanvraag, een verlenging of een opvolgende aanvraag;
M staat voor het aantal vierkante meters, bedoeld in artikel 6, eerste lid;
X staat voor het variabele normbedrag voor de onroerendezaakbelastingen;
Y staat voor de looptijd, bedoeld in artikel 6, zevende lid.
3 De bijdrage in de onroerendezaakbelastingen bij een uitbreiding wordt vastgesteld volgens de formule:
Du = N * X * Y
Du staat voor bijdrage in de onroerendezaakbelastingen bij een uitbreiding;
N staat voor aantal extra vierkante meters, bedoeld in artikel 6, tweede lid;
1 De bijdrage, bedoeld in artikel 5a, eerste lid, onderdeel e, van het besluit bestaat uit een bijdrage in de kosten van de verzekering van de roerende en onroerende zaken. De verzekering bestaat uit een brandverzekering, een uitgebreide gevarenverzekering, een glasverzekering, een verzekering tegen risico van buitenvandalisme en een eigen gebrek- constructiefoutenverzekering.
2 De bijdrage in de kosten van de verzekering bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag wordt vastgesteld volgens de formule:
O + S
Ee = (
———
) * Z * Y
1000
Ee staat voor bijdrage in de verzekering bij een eerste aanvraag of een opvolgende aanvraag;
O staat voor waarde van het schoolgebouw, bedoeld in artikel 6, derde lid;
S staat voor waarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair, bedoeld in artikel 6, vijfde lid;
Z staat voor het variabele normbedrag voor de verzekeringen;
3 De bijdrage in de kosten van de verzekering bij een verlenging wordt vastgesteld volgens de formule:
O
Ev = (
Ee staat voor bijdrage in de verzekering bij een verlenging;
4 De bijdrage in de kosten van de verzekering bij een uitbreiding wordt vastgesteld volgens de formule:
R + W
Eu = (
Eu staat voor bijdrage in de verzekering bij een uitbreiding;
R staat voor uitbreidingswaarde van het schoolgebouw, bedoeld in artikel 6, vierde lid;
W staat voor uitbreidingswaarde van de eerste inrichting, het onderwijsleerpakket en het meubilair, bedoeld in artikel 6, zesde lid;
De Regeling onderwijshuisvestingsbudgetten asielzoekers komt te vervallen.
Deze regeling wordt aangehaald als OHBA-regeling 2022.
1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2022 en werkt terug tot en met 1 januari 2021. Zij is van toepassing op eerste aanvragen, verlengingsaanvragen en opvolgende aanvragen waarbij de datum van inwerkingtreding van de bestuursovereenkomst, van de verlenging van de bestuursovereenkomst of de dag na de datum waarop de maximale looptijd van vijftien jaar wordt overschreden op of na 1 januari 2021 valt. Zij is tevens van toepassing op uitbreidingen waarbij de peildatum voor vaststelling van het aantal leerlingen op of na 1 januari 2021 ligt.
2 Een op of na 1 januari 2021 reeds afgegeven beschikking kan gelet op de terugwerkende kracht op verzoek worden herzien. Reeds bij het orgaan bekende beschikkingen die vallen onder de werking van het eerste lid zullen actief door het orgaan worden herzien.
3 Indien een bestuursovereenkomst waarop de Regeling onderwijshuisvestingsbudgetten asielzoekers van toepassing is door de gemeente wordt beëindigd voordat de looptijd van de bestuursovereenkomst is verstreken, zal, indien binnen een jaar voor hetzelfde opvangcentrum een nieuwe bestuursovereenkomst in werking treedt en hiervoor een aanvraag wordt ingediend, deze aanvraag worden behandeld als een voortzetting van de eerdere aanvraag.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 25 februari 2022
E. van der Burg
Indexering a =
1
x
Prijsindexcijfer van de bouwkosten van nieuwe woningen, jaar t,
tweede kwartaal (bron: CBS, kerncijfers, bouwnijverheid, inclusief btw)
MEV, jaar t+1, bruto investeringen door bedrijven in woningen (bron: CPB, Middelen en bestedingen, bijlage 4.3)
MEV, jaar t, bruto investeringen door bedrijven in woningen (bron: CPB, Middelen en bestedingen, bijlage 4.3)
Prijsindexcijfer van de bouwkosten van nieuwe woningen, jaar t-1, tweede kwartaal (bron: CBS, kerncijfers, bouwnijverheid, inclusief btw)
Jaar t + 1 staat voor jaar waarvoor het normbedrag wordt vastgesteld.
Indexering b =
Consumentenprijsindex, alle huishoudens, jaar t, per 1 juli (bron: CBS, Kerncijfers, cijfer van de maand juni jaar t)
MEV, jaar t+1 prijsmutatie netto materiële overheidsconsumptie (bron: CPB, Kerngegevens collectieve sector, bijlage 11)
MEV, jaar t, prijsmutatie netto materiële overheidsconsumptie (bron: CPB, Kerngegevens collectieve sector, bijlage 11)
Consumentenprijsindex, alle huishoudens, jaar t-1, per 1 juli (bron: CBS, Kerncijfers, cijfer van de maand juni jaar t-1)
Indexering is het jaarlijks door de Minister van OCW in het bekostigingsstelsel opgenomen prijsindexcijfer.
Ruimtebehoefte per asielleerling
2020
5,54
De ruimtebehoefte per asielleerling wordt als volgt bepaald. De achterstandsscore asiel per leerling wordt bepaald volgens de volgende formule:1
Achterstandsscore asiel = (C – D) – (F × (C – G))
C staat voor landelijk gemiddelde onderwijsscore van alle leerlingen van alle basisscholen;
D staat voor onderwijsscore van de leerling;
F staat voor 12%;
G staat voor landelijk gemiddelde onderwijsscore van alle leerlingen van alle basisscholen die behoren tot de 15% van alle leerlingen van alle basisscholen met de laagste onderwijsscore.
De waarden van C en G uit de formule zijn landelijk gemiddelden en hebben in een jaar voor alle scholen dezelfde hoogte. Deze worden door het CBS bepaald. In 2020 was de waarde van C 535,36 en de waarde van G 529,54.2
Nu alle asielleerlingen de gemiddelde onderwijsscore van de onderste 15% krijgen toegerekend, betekent dit dat bij het bepalen van de achterstandsscore asiel per leerling D gelijk is aan G.
Vervolgens wordt de ruimtebehoefte per asielleerling bepaald volgens de volgende formule:3
Ruimtebehoefte = 5,03 + (1,40 × achterstandsscore asiel × 7,17%)
artikel 5a, eerste lid
2021
2022
2023
onderdeel a
vast normbedrag voor het schoolgebouw
€ 72.630
€ 76.203
€ 80.386
variabel normbedrag voor het schoolgebouw
€ 1.785
€ 1.873
€ 1.976
variabel normbedrag voor het terrein
€ 105,15
€ 110,32
€ 116,38
onderdeel b
vast normbedrag voor eerste inrichting, onderwijsleerpakket en meubilair
€ 41.802
€ 42.563
€ 48.786
variabel normbedrag voor eerste inrichting, onderwijsleerpakket en meubilair
€ 146
€ 149
€ 171
onderdeel c
variabel normbedrag voor de stichting en materiële instandhouding van de gymnastiekaccommodatie
€ 120
€ 124
€ 139
onderdeel d
variabel normbedrag voor de onroerende zaak belastingen per vierkante meter per jaar
€ 4,97
onderdeel e
variabel normbedrag voor verzekerbaar risico per € 1.000 te verzekeren waarde
€ 11,12
Het percentage van het leerlingaantal ten opzichte van de voor een nieuwe locatie in de bestuursovereenkomst afgesproken maximale bezetting wordt vastgesteld op 10% voor een regulier opvangcentrum en 15% voor een gezinslocatie.
maand
Percentage
percentage
Maand
2,17%
37
56,67%
73
75,33%
109
86,25%
145
94,17%
2
4,33%
38
57,33%
74
75,67%
110
86,50%
146
94,33%
3
6,50%
39
58,00%
75
76,00%
111
86,75%
147
94,50%
4
8,67%
40
58,67%
76
76,33%
112
87,00%
148
94,67%
5
10,83%
41
59,33%
77
76,67%
113
87,25%
149
94,83%
6
13,00%
42
60,00%
78
77,00%
114
87,50%
150
95,00%
7
15,17%
43
60,67%
79
77,33%
115
87,75%
151
95,17%
8
17,33%
44
61,33%
80
77,67%
116
88,00%
152
95,33%
9
19,50%
45
62,00%
81
78,00%
117
88,25%
153
95,50%
10
21,67%
46
62,67%
82
78,33%
118
88,50%
154
95,67%
11
23,83%
47
63,33%
83
78,67%
119
88,75%
155
95,83%
12
26,00%
48
64,00%
84
79,00%
120
89,00%
156
96,00%
13
27,58%
49
64,50%
85
79,33%
121
89,17%
157
96,17%
14
29,17%
50
65,00%
86
79,67%
122
89,33%
158
96,33%
15
30,75%
51
65,50%
87
80,00%
123
89,50%
159
96,50%
16
32,33%
52
66,00%
88
80,33%
124
89,67%
160
96,67%
17
33,92%
53
66,50%
89
80,67%
125
89,83%
161
96,83%
18
35,50%
54
67,00%
90
81,00%
126
90,00%
162
97,00%
19
37,08%
55
67,50%
91
81,33%
127
90,17%
163
97,17%
20
38,67%
56
68,00%
92
81,67%
128
90,33%
164
97,33%
21
40,25%
57
68,50%
93
82,00%
129
90,50%
165
97,50%
22
41,83%
58
69,00%
94
82,33%
130
90,67%
166
97,67%
23
43,42%
59
69,50%
95
82,67%
131
90,83%
167
97,83%
24
45,00%
60
70,00%
96
83,00%
132
91,00%
168
98,00%
25
45,92%
61
70,42%
97
83,25%
133
91,25%
169
98,17%
26
46,83%
62
70,83%
98
83,50%
134
91,50%
170
98,33%
27
47,75%
63
71,25%
99
83,75%
135
91,75%
171
98,50%
28
48,67%
64
71,67%
100
84,00%
136
92,00%
172
98,67%
29
49,58%
65
72,08%
101
84,25%
137
92,25%
173
98,83%
30
50,50%
66
72,50%
102
84,50%
138
92,50%
174
99,00%
31
51,42%
67
72,92%
103
84,75%
139
92,75%
175
99,17%
32
52,33%
68
73,33%
104
85,00%
140
93,00%
176
99,33%
33
53,25%
69
73,75%
105
85,25%
141
93,25%
177
99,50%
34
54,17%
70
74,17%
106
85,50%
142
93,50%
178
99,67%
35
55,08%
71
74,58%
107
85,75%
143
93,75%
179
99,83%
36
56,00%
72
75,00%
108
86,00%
144
94,00%
180
100,00%
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "OHBA-regeling 2022", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.