Voorwoord
Op grond van de Wet inburgering 2021 zijn inburgeringsplichtigen verplicht om in te burgeren. In deze wet zijn wijzigingen
doorgevoerd ten opzichte van de vorige Wet inburgering. Daartoe is ook het medisch protocol aangepast. De aanvraag voor ontheffing op medische
gronden wordt door de inburgeringsplichtige ingediend bij de Dienst Uitvoering Onderwijs
(hierna: DUO) waarna een door een door de Minister van SZW aangewezen onafhankelijk
arts een deskundigenverklaring afgeeft. De beslissing naar aanleiding van deze verklaring
wordt genomen door de Dienst Uitvoering Onderwijs (hierna: DUO). Overal waar in dit
protocol wordt gesproken over ‘hij’ of ‘zijn’, kan ook ‘zij’ of ‘haar’ worden gelezen.
Belangrijke wijzigingen in de nieuwe wet hebben betrekking op de introductie van een
gedeeltelijke medische ontheffing en op het toekennen van aanpaste examenomstandigheden,
daartoe komen onder de nieuwe wet meer mogelijkheden. Ook worden de kosten voor de
medische deskundigenverklaring terugbetaald indien aan de inburgeringsplichtige (gedeeltelijke)
ontheffing op medische gronden wordt toegekend of wanneer er aangepaste examenomstandigheden
worden geadviseerd. Het medisch onderzoek ten behoeve van aangepaste examenomstandigheden
(zonder verzoek tot gehele of gedeeltelijke ontheffing) wordt kosteloos. Een aanvraag
voor ontheffing op medische gronden of voor aangepaste examenomstandigheden wordt
door de inburgeringsplichtige direct bij DUO ingediend. DUO ontvangt na medisch onderzoek
van de aangewezen onafhankelijk arts een deskundigenverklaring en neemt daarop een
besluit dat wordt gedeeld met de aanvrager en de gemeente zodat de gemeente snel kan
handelen ten aanzien van het stoppen (in geval van ontheffing op medische gronden)
of voortzetten van de inburgeringsactiviteiten.
Dit protocol geldt voor de medische advisering ten behoeve van inburgeringsplichtigen
die na 1 januari 2022 inburgeringsplichtig zijn geworden; het is alleen van toepassing
op inburgeringsplichtigen die vallen onder de Wet inburgering 2021. Voor inburgeringsplichtigen die voor de inwerkingtreding van deze wet inburgeringsplichtig
zijn geworden, geldt de Wet inburgering en het daarbij behorende protocol medische advisering (zie bijlage 4 bij de Regeling inburgering (oud)). Wel wordt ook voor die doelgroep per januari 2022 een aantal wijzigingen
doorgevoerd in het proces en de vergoeding.
In het huidige stelsel wordt er voor iedere inburgeringsplichtige een persoonlijk
plan inburgering en participatie (PIP) vastgesteld door de gemeente, waarbij een van
de drie leerroutes die in de wet zijn opgenomen, wordt vastgelegd. Iemand voldoet aan de inburgeringsplicht als hij
heeft voldaan aan de eisen van de in het PIP vastgestelde leerroute en aan de aanvullende
onderdelen: het participatieverklaringstraject (PVT) en de Module Arbeidsmarkt en
Participatie (MAP).
Indien iemand door een psychische of lichamelijke belemmering dan wel een verstandelijke
beperking niet in staat is om aan de inburgeringsplicht te voldoen, kan ontheffing
van de inburgeringsplicht worden gevraagd. Dit kan een gehele ontheffing zijn of een
gedeeltelijke ontheffing. De voorwaarden hiervoor zijn uitgewerkt in de wet. Over
of een belemmering of beperking dusdanig is dat betrokkene niet aan de inburgeringsplicht
kan voldoen, kan de inburgeringsplichtige advies vragen bij een door de Minister van
SZW aangewezen medisch deskundige. Dit zijn artsen die zijn ingeschreven in het BIG-register
van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg met een specialisatie als arts Maatschappij + Gezondheid, arts Indicatie + Advies
of verzekeringsarts en artsen die zijn opgenomen in het VIA register die tevens beschikken
over kennis van de wet inburgering.
Voor een dergelijke medische deskundigenverklaring zijn er kaders en uitgangspunten
geformuleerd die zijn neergelegd in dit protocol. Dit protocol is een bijlage bij
een ministeriële regeling; de Regeling inburgering 2021 die een uitwerking is van
de Wet inburgering 2021 en het Besluit inburgering 2021. Dit protocol is geënt op het medisch protocol bij van het vorige stelsel (Wet inburgering) en is oorspronkelijk tot stand gekomen in samenwerking met de VNG (Vereniging Nederlandse
Gemeenten) en de VIA (Vereniging Indicerende en Adviserende Artsen).
1. Algemeen
1.1. Het protocol
In dit protocol wordt de procedure rond de medische advisering in het kader van de
inburgeringsplicht nader uitgewerkt. Het protocol is van toepassing op inburgeringsplichtigen
die bij DUO een verzoek tot ontheffing op medische gronden indienen, ongeacht de leerroute
die zij volgen en het niveau waarop de taalvaardigheden worden afgelegd. Het protocol
heeft zowel betrekking op een verzoek tot (gehele of gedeeltelijke) ontheffing als
op een verzoek tot aangepaste examenomstandigheden.
Het protocol beoogt uniformiteit te bevorderen in de advisering door de medisch deskundige
en uniformiteit in de opbouw van de deskundigenverklaring. Uniformiteit draagt bij
aan een gelijke behandeling van gelijke gevallen. Het protocol is opgesteld in de
wetenschap dat het periodiek zal moeten worden geactualiseerd. Nieuwe inzichten en
ontwikkelingen op het gebied van wetgeving, jurisprudentie, medische technologie,
hulpmiddelen en de examens kunnen een aanpassing van het protocol tot gevolg hebben.
Het protocol kent een algemeen deel en een medisch deel. De volgende bijlagen maken
onderdeel uit van het protocol:
-
– begrippen- en afkortingenlijst;
-
– het modelformulier dat door de medisch deskundige moet worden gebruikt bij zijn medische
deskundigenverklaring in het kader van de inburgeringsplicht; en
-
– een model machtiging voor het opvragen van medische informatie in het kader van de
inburgeringsplicht.
1.2. Inleiding
Rol gemeenten
Gemeenten krijgen in het nieuwe stelsel de regierol in de uitvoering van de inburgering.
Zij zorgen voor de afname van een brede intake en voor (advies over) passende trajecten
in een van de drie leerroutes en het vastleggen van de leerroute in het PIP. Bij asielstatushouders
heeft de gemeente de plicht tot het doen van een inburgeringsaanbod op de leerroutes
en bekostigen gemeenten de inburgeringstrajecten. Gezinsmigranten bepalen zelf hoe
zij aan de eisen van de voor hen vastgestelde leerroute voldoen en bekostigen hun
lessen zelf (PVT en MAP worden hen wel aangeboden door de gemeente), eventueel met
een lening van DUO.
Er zijn drie leerroutes is het stelsel:
-
– Deelnemers aan de B1-route leggen het inburgeringsexamen op niveau B1 af. Daarnaast
volgen zij MAP en PVT. Onder voorwaarden is het ook mogelijk op niveau B2 of A2 te
voldoen aan de examens.
-
– Deelnemers aan de Onderwijsroute volgen een taalschakeltraject en leggen de taalexamens
af op B1 of B2 niveau en doen het examen KNM (kennis van de Nederlandse maatschappij).
Het programma dat zij volgen bereidt hen voor op instroom in een vervolgopleiding.
Ook volgen zij het PVT dat door de gemeente wordt aangeboden.
-
– In de Z-route worden geen examens afgelegd. Deze route kent een aangepast programma
gericht op de doelgroep met een lagere leerbaarheid waarin de focus ligt op zelfredzaamheid,
activering, participatie en het leren van de taal op een lager niveau. Deelnemers
in de Z-route volgen verplicht 800 uur taalles (inclusief kennis van de Nederlandse
maatschappij) en voor asielstatushouders bevat het programma tevens een participatiedeel:
800 uren die worden besteed aan activiteiten gericht op zelfredzaamheid, activering
en participatie (de uren voor PVT en MAP vallen hier ook onder). Gezinsmigranten die
de Z-route volgen zijn niet verplicht de 800 participatie uren te voldoen, wel dienen
zij aan PVT en MAP te voldoen.
Deskundigenverklaring
Op verzoek van een inburgeringsplichtige kan door DUO op aanvraag van betrokkene namens
de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ontheffing worden verleend als betrokkene
aantoont binnen een periode van 5 jaar na aanvraag niet in staat is te voldoen aan
de inburgeringsplicht door een:
-
– psychische belemmering, of
-
– lichamelijke belemmering, of
-
– verstandelijke beperking.
Betrokkene dient hiertoe een aanvraag in bij DUO en wordt opgeroepen door de onafhankelijk
medisch deskundige (niet de eigen arts). De onafhankelijk medisch deskundige geeft
advies aan DUO. De medisch deskundige kan advies geven in twee situaties:
Uitkomst op basis van medisch onderzoek bij een aanvraag onder 1 (ontheffing) kan
ook zijn dat geen ontheffing wordt verleend, omdat dat examens wel kunnen worden afgelegd
met aangepaste examenomstandigheden.
Gehele ontheffing
De regels rond medische ontheffing zijn nader uitgewerkt in het Besluit inburgering 2021 (Artikel 2.7) en de Regeling inburgering (Artikel 2.5 en 2.7). De artikelen uit Besluit en Regeling zijn in dit protocol opgenomen onder paragraaf
1.4 en 1.5. Indien iemand door medische omstandigheden in het geheel niet kan voldoen
aan het leren van de taal en aan de MAP of het PVT, zal een gehele ontheffing van
de inburgeringsplicht volgen.
Gedeeltelijke ontheffing
Gedeeltelijke ontheffing kan worden verleend indien een inburgeringsplichtig door
zijn beperking of belemmering niet in staat is om aan bepaalde onderdelen van de leerroute
te voldoen. Het kan gaan om twee varianten:
-
1.
Gedeeltelijke ontheffing voor bepaalde taalexamens en het examen KNM in de B1-route
of Onderwijsroute.
Er worden examens afgelegd voor Lezen, Luisteren, Schrijven,Spreken en KNM. Afhankelijk
van de leerroute en wat in het PIP is opgenomen, worden taalonderdelen afgelegd op
niveau B1, B2 of na afschalen op het lagere niveau A2. Indien iemand door zijn beperking
of belemmering niet in staat is om bepaalde examenonderdelen af te leggen, kan er
gedeeltelijke ontheffing worden verleend voor deze onderdelen. In de praktijk zal
dit met name relevant zijn voor mensen met een visuele of auditieve beperking voor
wie niet alle examenonderdelen ‘toegankelijk’ zijn. Zo zal iemand die doof is niet
het reguliere luisterexamen kunnen afleggen en iemand die blind is kan niet deelnemen
aan het reguliere lees- of schrijfexamen. Voor bepaalde onderdelen volgt dan ontheffing
en andere onderdelen worden wel afgelegd. In geval van gedeeltelijke ontheffing voor
de taalexamens dient er altijd aan minimaal één taalonderdeel wel te worden voldaan,
er is dus altijd sprake van het leren van de taal. Soms is het ook mogelijk om aangepaste
examens af te leggen, het is aan de arts om daarover te adviseren.
-
2.
Gedeeltelijke ontheffing voor het participatiedeel in de Z-route.
Voor de deelnemers aan de Z-route is er een mogelijkheid tot (gedeeltelijke) ontheffing
voor het participatiedeel (de uren gericht op zelfredzaamheid, activering en participatie,
niet zijnde de uren die vallen onder MAP of PVT). De onafhankelijk aangewezen arts
kan hierover adviseren indien het door een beperking of belemmering niet mogelijk
is te voldoen aan de gestelde 800 uur. In de Z-route blijft het leren van de taal
een cruciaal onderdeel, ook voor mensen met een beperking. In geval van een beperking
zijn mogelijk aanpassingen in het lesprogramma nodig, maar omdat er geen taalexamens
worden afgenomen in de Z-route, wordt hiervoor geen gedeeltelijke ontheffing verleend.
De onderdelen MAP en PVT blijven wel altijd verplichte onderdelen van het Z-route
traject. De gemeente stelt hiervoor een programma samen, dit kan indien nodig aangepast
worden aan eventuele beperkingen.
In onderstaande tabel staat vermeld hoe de eisen zich verhouden tot de mogelijkheid
tot gedeeltelijke ontheffing op medische gronden.
Tabel 1 leerroutes en verplichtingen en mogelijkheden tot gedeeltelijke ontheffing
op medische gronden
|
B1-route
|
Onderwijsroute
|
Z-route
|
Onderdelen
|
|
|
|
Taalexamens (B1, B2)
|
Gedeeltelijke ontheffing mogelijk (max. 3 van de 4 taalexamens)
|
Gedeeltelijke ontheffing mogelijk (max. 3 van de 4 taalexamens)
|
|
Taalexamen (A2, alleen van toepassing na afschaling)
|
Gedeeltelijke ontheffing mogelijk (max. 3 van de 4 taalexamens)
|
|
|
Examen KNM
|
Gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
Gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
|
Taalschakeltraject Onderwijsroute
|
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
|
PVT
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
MAP
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
Taaldeel Z-route incl KNM
|
|
|
Geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk
|
Participatiedeel Z-route
|
|
|
Gedeeltelijke ontheffing mogelijk MAP en PVT blijven verplicht
|
Voor inburgeringsplichtigen met een auditieve of visuele beperking die tevens een
revalidatietraject volgen in verband met hun beperking, is het mogelijk het aantal
uren voor de Z-route in het PIP naar beneden bij te stellen, dit geldt alleen voor
deelnemers aan de Z-route en valt niet onder ontheffing maar wordt door de gemeente
in het PIP vastgelegd. Dit is uitgewerkt in de Regeling inburgering.
1.3. Advisering
De geraadpleegde medisch deskundige zal omtrent de toestand van betrokkene een advies
opmaken, waarbij de medisch deskundige een relatie legt tussen enerzijds de belemmeringen
en beperkingen voortvloeiend uit de medische toestand van betrokkene en anderzijds
de mogelijkheden tot het voldoen aan de inburgerinsplicht. Is het voor betrokkene
mogelijk om het examen wel aangepast af te leggen, dan zal de medisch deskundige in
zijn advies aangeven onder welke aangepaste examenomstandigheden het examen door betrokkene
gemaakt kan worden. In geval betrokkene naar verwachting niet alle onderdelen van
het examen kan afleggen of slechts deels of niet kan voldoen aan het participatiedeel
in de Z-route, dan zal de medisch deskundige aangeven welke onderdelen wel en welke
onderdelen niet afgelegd kunnen worden.
Een overzicht van mogelijke aangepaste examenomstandigheden is hiertoe in de Regeling
inburgering 2021 opgenomen. Dit overzicht is, in tegenstelling tot de lijst in artikel 3.2 van de Regeling inburgering (oud), niet limitatief. Doordat er onder de vorige Wet inburgering geen gedeeltelijke ontheffing mogelijk was, zijn veel mensen met bijvoorbeeld een
auditieve of visuele beperking (geheel) ontheven van de inburgeringsplicht en waren
er geen aangepaste examens nodig voor mensen die volledig doof of blind zijn. Onder
de huidige wet zal gekeken moeten worden aan welke aangepaste examens behoefte is in aanvulling
op de al beschikbare aanpassingen. De mogelijkheden tot aangepaste examenomstandigheden
verschillen bovendien voor de taalexamens op niveau A2 en voor de Staatsexamens Nt2
(niveau B1 en B2). Niet alle aanpassingen zijn op elk niveau beschikbaar. Mocht iemand
op advies van de medisch deskundige met een aanpassing die niet is opgenomen in de
lijst met aangepaste examenomstandigheden (artikel 3.6 van deze regeling) toch examens kunnen afleggen, dan wordt in overleg met DUO en
indien nodig met het Ministerie van SZW gekeken of de aanpassing kan worden gerealiseerd.
DUO overlegt periodiek met de aangewezen arts. Signalen hierover kunnen in dat kader
worden besproken.
Bij de advisering over het wel of niet kunnen voldoen aan de inburgeringsplicht neemt
de medisch deskundige in zijn overweging ook (in algemene termen) mee of iemand in
staat is om lessen te volgen en deel te nemen aan de andere verplichte onderdelen
van de inburgeringsplicht. In het protocol wordt steeds waar er wordt gesproken over
‘de inburgeringsplicht’ ook het deelnemen aan deze lessen en activiteiten bedoeld.
1.4. Wettelijk kader ontheffing en gedeeltelijke ontheffing
Voor inburgeringsplichtigen met een psychische of lichamelijke belemmering dan wel
een verstandelijke beperking is het mogelijk om te worden ontheven van de inburgeringsplicht
door aan te tonen dat hij door deze belemmering dan wel beperking blijvend niet in
staat is om te voldoen aan de inburgeringsplicht. In het geval van een gedeeltelijke
ontheffing op medische gronden geldt dat moet worden aangetoond dat de inburgeringsplichtige
door de belemmering dan wel beperking niet in staat is te voldoen aan alle vastgestelde
onderdelen van het inburgeringsexamen of de leerroute die wordt gevolgd. Hieronder
volgt hoe dat in het wettelijk kader is beschreven.
Ad A. Wet inburgering 2021
Artikel 5, eerste lid, van de Wet inburgering 2021 luidt:
Artikel 5. Ontheffing van de inburgeringsplicht
-
1.
Onze Minister ontheft de inburgeringsplichtige geheel of gedeeltelijk van de inburgeringsplicht
als diegene heeft aangetoond door een psychische of lichamelijke belemmering, of een
verstandelijke beperking, blijvend niet in staat te zijn aan de inburgeringsplicht,
of een gedeelte daarvan, te voldoen.
-
2.
Onze Minister ontheft de inburgeringsplichtige voorts van de inburgeringsplicht als
het de inburgeringsplichtige, gelet op bijzondere individuele omstandigheden die hem
niet kunnen worden verweten, onmogelijk of uiterst moeilijk is om te voldoen aan de
inburgeringsplicht.
-
3.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing of voor medisch
advies voor de ontheffing, kunnen bij ministeriële regeling te bepalen bedragen worden
vastgesteld die zijn verschuldigd.
-
4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de toepassing
van het eerste lid, waarbij in ieder geval regels worden gesteld met betrekking tot
de wijze waarop de belemmering kan worden aangetoond en de omstandigheden waaronder
daarvoor gemaakte kosten vergoed worden.
-
5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur, kunnen regels worden gesteld over
de toepassing van het tweede lid.
Ad B. Besluit inburgering 2021
In artikel 2.7 van het Besluit inburgering 2021 is artikel 5, eerste lid, van de Wet inburgering uitgewerkt:
Artikel 2.7. Medische ontheffing
-
1.
In het kader van de aanvraagprocedure tot gehele of gedeeltelijke ontheffing van de
inburgeringsplicht op grond van een psychische of lichamelijke belemmering dan wel
verstandelijke beperking als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de wet, verzoekt
Onze Minister een door hem aangewezen arts, niet zijnde de behandelend arts van de
inburgeringsplichtige, die is ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 3,
eerste lid, van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg, een deskundigenverklaring
af te geven met betrekking tot de inburgeringsplichtige die de aanvraag tot ontheffing
heeft ingediend.
-
2.
De gehele of gedeeltelijke ontheffing van de inburgeringsplicht wordt verleend indien
redelijkerwijs verwacht mag worden dat de aard en de ernst van de psychische of lichamelijke
belemmering dan wel verstandelijke beperking zodanig is dat niet binnen vijf jaar
na de aanvraag van de ontheffing aan de inburgeringsplicht dan wel aan een of meerdere
onderdelen daarvan kan worden voldaan.
-
3.
Een gedeeltelijke ontheffing van de inburgeringsplicht wordt uitsluitend verleend
indien vanwege de belemmering of beperking niet kan worden voldaan aan:
-
a.
maximaal drie van de vier examenonderdelen van de mondelinge en schriftelijke vaardigheden
op ten minste het niveau B1 of het examen KNM van het inburgeringsexamen;
-
b.
maximaal drie van de vier examenonderdelen van de mondelinge en schriftelijke vaardigheden
op ten minste het niveau B1 of het examen KNM als bedoeld in artikel 8, vierde lid,
van de wet van de onderwijsroute; of
-
c.
het participatiegedeelte van de zelfredzaamheidsroute, bedoeld in artikel 3.14, tweede
lid, onderdeel b, met uitzondering van de activiteiten van het participatieverklaringstraject
en de module Arbeidsmarkt en Participatie.
-
4.
Indien Onze Minister op grond van de deskundigenverklaring, bedoeld in het eerste
lid, van oordeel is dat de inburgeringsplichtige wel aan een of meerdere onderdelen
van het inburgeringsexamen dan wel een of meerdere examenonderdelen van de onderwijsroute
als bedoeld in het derde lid, kan voldoen onder examenomstandigheden die zijn aangepast
aan de mogelijkheden van die inburgeringsplichtige, geldt dat:
-
a.
voor het examen mondelinge en schriftelijke vaardigheden op het niveau A2 en het examen
kennis van de Nederlandse maatschappij in een beschikking wordt vermeld welke aangepaste
examenomstandigheden het betreft; en
-
b.
voor het examen mondelinge en schriftelijke vaardigheden op ten minste het niveau
B1, de deskundigenverklaring, bedoeld in het eerste lid, waarin ten aanzien van de
inburgeringsplichtige een voorstel wordt gedaan met betrekking tot in aanmerking komende
aangepaste examenomstandigheden voor het voornoemde examen, aan de inburgeringsplichtige
wordt verstrekt.
-
5.
Onze Minister geeft binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag een beschikking.
-
6.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de verlening
van de ontheffing alsmede omtrent de deskundigenverklaring, bedoeld in het eerste
lid.
-
7.
Bij ministeriële regeling worden regels gesteld omtrent de omstandigheden waaronder
de kosten van de deskundigenverklaring, bedoeld in het eerste lid, worden vergoed
aan de inburgeringsplichtige.
Ad C. Regeling inburgering 2021
In artikel 2.5 (Medische deskundigenverklaring) en artikel 2.7 (Tarieven ontheffing) van de Regeling inburgering 2021 staat:
Artikel 2.5. Medische deskundigenverklaring
-
1.
De deskundigenverklaring, bedoeld in artikel 2.7, eerste lid, van het besluit, bevat
in ieder geval een advies met betrekking tot het verlenen dan wel het weigeren van
de gehele of gedeeltelijke ontheffing van de inburgeringsplicht en, indien van toepassing,
een voorstel met betrekking tot de in aanmerking komende aangepaste examenomstandigheden
als bedoeld in artikel 3.6.
-
2.
De arts, bedoeld in artikel 2.7, eerste lid, van het besluit, adviseert tot gehele
of gedeeltelijke ontheffing van de inburgeringsplicht indien de inburgeringsplichtige
niet in staat is zich met lichte aanpassingen binnen vijf jaar voor te bereiden op
de inburgeringsplicht dan wel op een of meerdere onderdelen daarvan, en dit ook niet
mogelijk is door het treffen van aangepaste examenomstandigheden voor een of meerdere
onderdelen van het inburgeringsexamen of een of meerdere van de examenonderdelen van
de onderwijsroute als bedoeld in artikel 2.7, derde lid, onderdeel b, van het besluit.
-
3.
De arts, bedoeld in artikel 2.7, eerste lid, van het besluit, stelt de deskundigenverklaring
op conform het protocol dat is opgenomen in bijlage 1 bij deze regeling.
Artikel 2.7. Tarieven ontheffing
-
1.
Voor het onderzoek ten behoeve van het opstellen van een deskundigenverklaring als
bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, is door de inburgeringsplichtige een bedrag verschuldigd
van € 225.
-
2.
Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, wordt aan de inburgeringsplichtige terugbetaald
indien in de deskundigenverklaring, bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, wordt geadviseerd
de gevraagde gehele of gedeeltelijke ontheffing van de inburgeringsplicht te verlenen
dan wel deze niet te verlenen, maar wel wordt geadviseerd de inburgeringsplichtige
de examens onder aangepaste examenomstandigheden af te laten leggen.
1.5. Wettelijk kader aangepaste examenomstandigheden
Besluit inburgering 2021
In artikel 3.9 van het Besluit inburgering 2021 is artikel 5, eerste lid, van de Wet inburgering uitgewerkt:
Artikel 3.9. Aangepaste examenomstandigheden
-
1.
Onze Minister kan de kandidaat met een psychische of lichamelijke belemmering, of
een verstandelijke beperking op diens verzoek in de gelegenheid stellen om de examens,
bedoeld in artikel 3.5, tweede lid, af te leggen op een wijze die is aangepast aan
zijn mogelijkheden.
-
2.
De inburgeringsplichtige kan kosteloos een deskundigenverklaring aanvragen van een
door Onze Minister aangewezen onafhankelijke arts, die is ingeschreven in het register,
bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg,
waarin deze arts zich uitlaat over de noodzaak tot het treffen van aangepaste examenomstandigheden
bij het afleggen van een of meerdere onderdelen van het inburgeringsexamen en welke
mogelijke aangepaste examenomstandigheden dit kunnen betreffen.
-
3.
Bij het verzoek, bedoeld in het eerste lid, legt de kandidaat de deskundigenverklaring,
bedoeld in het tweede lid, over, waaruit blijkt dat hij een of meerdere van de examens,
bedoeld in het eerste lid, slechts kan afleggen op een wijze die is aangepast aan
zijn mogelijkheden.
-
4.
Indien Onze Minister bij de toepassing van artikel 2.7 heeft geoordeeld dat de inburgeringsplichtige
een of meerdere van de examens, bedoeld in het eerste lid, slechts kan afleggen op
een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die inburgeringsplichtige, legt
de kandidaat bij de aanmelding voor het voornoemde examen, de beschikking, bedoeld
in het vierde lid, onderdeel a, van dat artikel over.
-
5.
Bij ministeriële regeling worden regels gesteld over de toepassing van dit artikel.
Regeling inburgering 2021
In artikel 3.6 van de Regeling inburgering 2021 staat:
Artikel 3.6. Aangepaste examenomstandigheden
De aangepaste examenomstandigheden, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, van het besluit,
betreffen in ieder geval:
-
a.
examen in aangepaste locatie;
-
b.
verlenging examentijd;
-
c.
onderbroken examenafname;
-
d.
aangepaste inroostering;
-
e.
examenhulp;
-
f.
grootbeeld;
-
g.
grootschrift;
-
h.
loepfunctie;
-
i.
typen in plaats van schrijven; en
-
j.
voorleesfunctie.
1.6. Taken betrokkene, DUO en medisch deskundige
In het kader van de Wet inburgering 2021 is de inburgeringsplichtige zelf verantwoordelijk voor het op tijd voldoen aan de
inburgeringsplicht. Hij wordt daarin begeleid door de gemeente. De gemeenten stelt
een PIP op met een van de drie leerroutes. De inburgeringsplichtige kan op eigen verzoek
(conform artikel 5 van de Wet inburgering 2021) door DUO geheel of gedeeltelijk worden ontheven van de inburgeringsplicht op medische
gronden vanwege een psychische of lichamelijke belemmering dan wel verstandelijke
beperking die zodanig is dat de inburgeringsplichtige binnen een termijn van vijf
jaar na de aanvraag van de ontheffing niet in staat geacht wordt te kunnen voldoen
aan de inburgeringsplicht.
Betrokkene dient hiertoe een verzoek in bij DUO. DUO zal over deze aanvraag een besluit
nemen op basis van een medische deskundigenverklaring over betrokkene. Deze medische
deskundigenverklaring wordt op verzoek van de inburgeringsplichtige opgesteld door
de medisch deskundige die daartoe door DUO is gecontracteerd. De medisch deskundige
dient een onafhankelijk arts te zijn – niet zijnde een behandelend arts van betrokkene
– die is ingeschreven in het BIG-register van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg. De medisch deskundige dient op de hoogte te zijn van de relevante wet- en regelgeving
ten aanzien van de inburgeringsplicht en het inburgeringsexamen en van de mogelijke
aangepaste examenomstandigheden. Daarnaast kan DUO extra eisen stellen aan de medisch
deskundige, zoals bijvoorbeeld ten aanzien van scholing.
De inburgeringsplichtige dient zich bij DUO te melden met een verzoek voor ontheffing
op medische gronden of met een verzoek voor aangepaste examenomstandigheden op grond
van een belemmering of beperking. DUO zal de aanvraag in behandeling nemen, de kosten
innen en de aanvraag doorzetten naar deze medisch deskundige, een partij die hiertoe
door DUO gecontracteerd is. De medisch deskundige stelt vervolgens vast of er een
psychische of lichamelijke belemmering dan wel verstandelijke beperking is waardoor
de betrokkene binnen een termijn van vijf jaar al dan niet kan voldoen aan de inburgeringsplicht.
Tevens kan de medisch deskundige adviseren of aangepaste examenomstandigheden noodzakelijk
zijn bij het afleggen van de onderdelen van het inburgeringsexamen of de mondelinge
en schriftelijke vaardigheden of KNM in de onderwijsroute.
De aangewezen onafhankelijk arts deelt (conform artikel 2.7, eerste lid van het Besluit inburgering 2021) de deskundigenverklaring met DUO waarna DUO conform artikel 2.7, vijfde lid, van
het Besluit inburgering 2021 binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag een beschikking
geeft die wordt gedeeld met de aanvrager en (conform artikel 9.1, derde lid en onder c, van het Besluit inburgering 2021) de gemeente. Er is geen geldigheidstermijn gekoppeld aan de medische deskundigenverklaring.
Betrokkene dient bij het indienen van een aanvraag bij DUO en de vervolgstappen zelf
rekening te houden met de inburgeringstermijn en dit proces tijdig in gang te zetten.
DUO heeft een vergewisplicht (conform art. 3:9 van de Algemene wet bestuursrecht), maar treedt niet in de inhoudelijke beoordeling van de (medische) deskundigenverklaring.
De vergewisplicht houdt in dat DUO naast het controleren van de formulieren op het
juist en volledig invullen hiervan, zich ervan moet vergewissen dat het onderzoek
op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden.
Verkorte procedure
Een verkorte procedure kan volstaan indien aan de hand van bij de aanvraag tot de
medische deskundigenverklaring aangeleverde medische stukken, reeds een deskundigenverklaring
kan worden opgesteld. Dit betekent dat naar het oordeel van de medisch deskundige
evident vaststaat dat betrokkene niet in staat zal zijn om te voldoen aan de inburgeringsplicht
of bepaalde onderdelen daarvan of dat de inburgeringsplichtige aangepaste examens
nodig heeft. Betrokkene hoeft dan niet (apart hiervoor) in persoon te worden gezien
door de medisch deskundige. Voor de niet-evidente situaties is het gebruikelijk dat
betrokkene tijdens een spreekuur in persoon door de medisch deskundige wordt opgeroepen.
De te volgen procedure (verkort of regulier) is ter beoordeling aan de medisch deskundige
die de deskundigenverklaring opstelt.
1.7. Aanvraagperiode en invulling begrip ‘blijvend’
Aangezien ontheffing op grond van een wezenlijke belemmering of beperking gedurende
de gehele periode waarin de inburgeringsplicht op grond van de Wet inburgering 2021 bestaat, relevant is en ook op ieder moment tijdens de periode kan ontstaan, worden
geen regels gesteld over de termijn waarbinnen een ontheffingsverzoek op medische
gronden moet worden ingediend. De aanvraag kan dus aan het begin, tijdens of aan het
einde van de termijn waarbinnen aan de inburgeringsplicht moet zijn voldaan worden
ingediend.
De medisch deskundige adviseert over de vraag of betrokkene binnen een periode van
vijf jaar na aanvraag van ontheffing in staat is aan de inburgeringsplicht te voldoen.
Op grond van artikel 2.7, tweede lid, van het Besluit inburgering is sprake van het niet in staat zijn om geheel of gedeeltelijk aan de inburgeringplicht
te voldoen indien in redelijkheid verwacht mag worden dat de aard en de ernst van
de belemmering of beperking zodanig is dat het voldoen aan de inburgeringsplicht binnen
vijf jaar niet mogelijk is. Deze termijn van vijf jaar wordt gerekend vanaf het moment
van de aanvraag van het advies.
Indien te verwachten is dat de betrokkene wegens een psychische of lichamelijke belemmering
dan wel verstandelijke beperking niet binnen vijf jaar kan voldoen aan de inburgeringsplicht
en een gedeeltelijke ontheffing op medische gronden en aangepaste examenomstandigheden
geen perspectief bieden, dan wordt ervan uit gegaan dat er reden tot ontheffing bestaat.
1.8. Bezwaar en beroep
Beschikking ontheffing in het kader van de Wet inburgering 2021
Tegen een beschikking van DUO kan de inburgeringsplichtige binnen zes weken in bezwaar
gaan. Betrokkene wordt door DUO over deze mogelijkheid in de beschikking geïnformeerd.
De afdeling Bezwaar en Beroep van DUO draagt zorg voor de afhandeling van het bezwaar
conform voorgeschreven regels in de Algemene wet bestuursrecht. Bij een negatieve beslissing op bezwaar kan de inburgeringsplichtige in beroep bij
de sector Bestuursrecht van de rechtbank. Betrokkene wordt over deze mogelijkheid
in de negatieve beschikking op bezwaar geïnformeerd.
1.9. Examens
De vereiste mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid is in de Wet inburgering 2021 gesteld op het niveau B1. Niet iedereen zal in staat zijn om dit niveau te behalen
binnen de gestelde termijn. Onder voorwaarden is het daarom in de B1-route mogelijk
om de examens op niveau A2 af te leggen. Daarnaast kunnen mensen met een lage leerbaarheid
de Z-route volgen en daarmee voldoen aan de inburgeringsplicht. Met de Z-route wordt
beoogd de doelgroep die in het oude stelsel werd ontheven na aantoonbaar geleverde
inspanning (zonder A2 niveau te hebben behaald), beter te ondersteunen op een manier
die aansluit bij een lagere leerbaarheid. In de Z-route hoeven deelnemers geen examens
af te leggen. Overigens kan het ook voorkomen dat inburgeringsplichtigen juist een
hoger niveau aan zouden kunnen dan B1, daarom kunnen gemeenten de afspraak maken met
een inburgeringsplichtige dat de examens op niveau B2 worden afgelegd.
Het taalniveau B1 is in het CEF als volgt geformuleerd:
Kan de belangrijkste punten begrijpen uit duidelijke standaardteksten over vertrouwde
zaken die regelmatig voorkomen op het werk, op school en in de vrije tijd. Kan zich
redden in de meeste situaties die kunnen optreden tijdens reizen in gebieden waar
de taal wordt gesproken. Kan een eenvoudige lopende tekst produceren over onderwerpen
die vertrouwd of die van persoonlijk belang zijn. Kan een beschrijving geven van ervaringen
en gebeurtenissen, dromen, verwachtingen en ambities en kan kort redenen en verklaringen
geven voor meningen en plannen.
Het taalniveau A2 is in het CEF als volgt geformuleerd
Kan zinnen en regelmatig voorkomende uitdrukkingen begrijpen die verband hebben met
zaken van direct belang (bijvoorbeeld persoonsgegevens, familie, winkelen, plaatselijke
geografie, werk). Kan communiceren in simpele en alledaagse taken die een eenvoudige
en directe uitwisseling over vertrouwde en alledaagse kwesties vereisen. Kan in eenvoudige
bewoordingen aspecten van de eigen achtergrond, de onmiddellijke omgeving en kwesties
op het gebied van directe behoeften beschrijven.
Het Ministerie van SZW is verantwoordelijk voor de taalexamens op niveau A2 en KNM.
Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) is verantwoordelijk voor de Staatsexamens
Nt2 (taalniveau B1 en B2). Alle examens worden afgenomen door DUO.
Afnameduur examenonderdelen:
– Spreken (niveau A2, B1 of B2)
|
(circa 30 minuten)
|
– Lezen (niveau A2, B1 of B2)
|
(netto 50 minuten)
|
– Luisteren (niveau A2, B1 of B2)
|
(netto 45 minuten)
|
– Schrijven (niveau A2, B1 of B2)
|
(netto 35 minuten)
|
– Kennis van de Nederlandse maatschappij
|
(netto 45 minuten)
|
De totale afnametijd van het examen, inclusief 15 minuten instructietijd per examen,
bedraagt 320 minuten. De kandidaat kan in een aantal gevallen (niveau A2 en KNM) naar
wens meerdere onderdelen op één dag afleggen.
Niveau B1 en B2: de verschillende examenonderdelen worden als volgt afgenomen:
-
– Het examenonderdeel Spreken wordt met de computer afgenomen. De kandidaat luistert
naar de tekst via de koptelefoon en leest de opdrachten op het beeldscherm. De antwoorden
spreekt hij in een microfoon in.
-
– Het examenonderdeel Lezen wordt met de computer afgenomen. De kandidaat krijgt een
boekje met de teksten. De vragen en antwoordmogelijkheden leest de kandidaat op zijn
beeldscherm. Hij kiest het juiste antwoord door dit met de computermuis aan te klikken.
-
– Het examenonderdeel Luisteren wordt met de computer afgenomen. De examenkandidaat
hoort via een koptelefoon gesproken tekstfragmenten en krijgt daarover vragen. De
vragen en mogelijke antwoorden worden getoond op het beeldscherm. Hij kiest het juiste
antwoord door dit met de computermuis aan te klikken.
-
– Het examenonderdeel Schrijven wordt met de computer afgenomen. Middels het aanvullen
van zinnen, het maken van korte en middellange opdrachten wordt de schrijfvaardigheid
getest. De opdrachten verschijnen op het beeldscherm en de kandidaat typt zijn tekst
daarbij in.
Niveau A2 en KNM: de verschillende examenonderdelen worden als volgt afgenomen:
-
– Het examenonderdeel Spreken wordt met de computer afgenomen. De kandidaat kijkt en
luistert via een koptelefoon naar een videofragment. Hij moet vragen beantwoorden
en zinnen aanvullen, de antwoorden spreekt hij in een microfoon in. Bij de meerkeuze
vragen kiest de kandidaat het juiste (gesproken) antwoord door dit met de computermuis
aan te klikken.
-
– Het examenonderdeel Lezen wordt met de computer afgenomen. Aan de hand van meerkeuzevragen
wordt de leesvaardigheid getoetst. De examenkandidaat leest teksten op het beeldscherm
en krijgt daarover vragen. Hij kiest het juiste antwoord door dit met de computermuis
aan te klikken.
-
– Het examenonderdeel Luisteren wordt met de computer afgenomen. Aan de hand van meerkeuzevragen
wordt de luistervaardigheid getoetst. De examenkandidaat hoort via een koptelefoon
gesproken tekstfragmenten en krijgt daarover vragen. De mogelijke antwoorden worden
ook getoond op het beeldscherm. Hij kiest het juiste antwoord door dit met de computermuis
aan te klikken.
-
– Het examenonderdeel Schrijven wordt op papier afgenomen. Middels het invullen van
formulieren en het maken van korte schrijfopdrachten wordt de schrijfvaardigheid getest.
De examenkandidaat krijgt bij aanvang van het examenonderdeel een boekje met daarin
de vragen/opdrachten. De antwoorden dient de kandidaat in hetzelfde boekje te schrijven.
-
– Het examenonderdeel kennis van de Nederlandse maatschappij wordt met een computer
afgenomen. Dit wordt aan de hand van meerkeuzevragen getoetst. De examenkandidaat
krijgt videofragmenten te zien en leest de vragen op het beeldscherm en hoort ze tevens
via een hoofdtelefoon. Hij kiest het juiste antwoord door dit met de computermuis
aan te klikken.
Afname van de examens
De examens worden afgelegd bij DUO op één van de examenlocaties in Amsterdam, Rotterdam,
Rijswijk, Eindhoven, Utrecht en Zwolle.
Aangepaste examenomstandigheden
Een kandidaat die door een belemmering of beperking niet in staat is om de inburgeringsexamens
op de gebruikelijke wijze af te leggen, kan door DUO in de gelegenheid worden gesteld
om examens op een aan zijn belemmering of beperking aangepaste wijze af te leggen.
De aangepaste examenomstandigheden waarin DUO in elk geval kan voorzien, worden toegelicht
onder 2.6. van dit protocol. Indien uit de medische deskundigenverklaring een andere
wenselijke aanpassing komt, zal in overleg met DUO worden gekeken of daaraan kan worden
voldaan. Soms worden aangepaste examens ook afgenomen op een andere locatie dan de
reguliere examens omdat er bepaalde apparatuur en/of expertise nodig is. Ook is het
op basis van een medische deskundigenverklaring mogelijk op de reguliere examenlocaties
in een aangepaste ruimte examen te doen.
2. Medisch protocol
2.1. Begrippen
-
–
Stoornis: een vermindering of afwijking van een somatisch, psychische of anatomische structuur
of functie.
-
–
Beperking: een vermindering of afwezigheid van een vaardigheid om bepaalde activiteiten te verrichten
op eenzelfde wijze vergeleken met gezonde mensen.
-
–
Belemmering: een verlies, in kwalitatieve of kwantitatieve zin, van het vermogen van een persoon
om activiteiten te verrichten of gedrag te vertonen, overeenkomstig zijn leeftijd,
geslacht en de fysieke en sociaal-culturele omgeving.
2.2. Algemeen
Dit medisch protocol bevat ten behoeve van de medisch deskundige aanwijzingen, richtlijnen
en feiten om door middel van anamnese en lichamelijk onderzoek tot een goed oordeel
en een onderbouwd advies te komen in het kader van een aanvraag voor (gehele of gedeeltelijke)
ontheffing van de inburgeringsplicht of om te komen tot advies voor aangepaste examenomstandigheden.
De medisch deskundige kan tot de overtuiging komen dat betrokkene op grond van medische
stoornissen en daaruit voortvloeiende beperkingen niet in staat is binnen vijf jaar
te voldoen aan de inburgeringsplicht ondanks de mogelijkheid voor een gedeeltelijke
ontheffing of aangepaste examenomstandigheden. Bij de beoordeling wordt ook het voorbereidingstraject
tot het afleggen van het inburgeringsexamen betrokken. Wanneer betrokkene niet zonder
lichte aanpassingen in dit voorbereidingstraject het inburgeringsexamen kan behalen,
zal hij moeten worden ontheven. Zijn de aanpassingen in het voorbereidingstraject
gering, dan is dat geen reden voor een ontheffing.
Er wordt vanuit gegaan dat voor het kunnen afleggen van het voorbereidingstraject
dezelfde vaardigheden van belang zijn als bij het kunnen behalen van het inburgeringsexamen.
Mochten lichte aanpassingen nodig zijn voor het afleggen van het voorbereidingstraject
dan zal de medisch deskundige dit in het advies aangeven.
Naast het protocol gelden uiteraard de gedragsregels van artsen zoals die door de
KNMG zijn vastgesteld en tevens de in de medische adviespraktijk gangbare inzichten
(artsen Maatschappij + Gezondheid, artsen Indictie + Advies, artsen uit het VIA register
en verzekeringsartsen). Zo zal het onderzoek door de medisch deskundige op een voor
betrokkene zo min mogelijk belastende wijze plaatsvinden. Lichamelijk onderzoek zal
achterwege kunnen blijven indien de medisch deskundige op grond van de anamnese voldoende
overtuiging voor zijn oordeel heeft verkregen. Bovendien zal reeds beschikbare informatie
van de behandelsector in de overwegingen worden betrokken en kan indien nodig en met
gerichte toestemming van betrokkene nadere informatie bij de behandelaar worden ingewonnen.
De medisch deskundige zal (verdere) medicalisering zoveel mogelijk vermijden.
2.3. Beperkingen
Er zijn vele verschillende stoornissen waaruit beperkingen en belemmeringen kunnen
voortkomen die invloed kunnen hebben op de stem en/of de spraak, de visus, het gehoor,
de motoriek en/of het cognitief functioneren. De aard en de ernst van de stoornissen
en beperkingen dienen altijd geobjectiveerd te worden door de medisch deskundige.
In het advies zal worden gemotiveerd in hoeverre deze stoornissen en beperkingen leiden
tot belemmeringen en kan een advies worden gegeven voor gehele ontheffing van de inburgeringsplicht
of gedeeltelijke ontheffing indien niet kan worden voldaan aan maximaal drie van de
vier taalonderdelen of KNM van het inburgeringsexamen, maximaal drie van de vier examens
van de mondelinge en schriftelijke vaardigheden of KNM in de onderwijsroute, of het
participatiedeel van de Z-route. Ook een advies voor aangepaste examenomstandigheden
zal worden gemotiveerd.
2.4. Anamnese en lichamelijk onderzoek
De medisch deskundige zal tot de overtuiging moeten komen dat betrokkene wel, gedeeltelijk
of niet en/of met aanpassingen in staat is te voldoen aan de inburgeringplicht via
een van de drie leerroutes in het stelsel. Hieronder zijn vragen opgenomen die gebruikt
kunnen worden bij de gerichte anamnese. Deze vragen zijn niet uitputtend. Per betrokkene
zullen de specifieke vragen verschillen.
Inleiding
Waarom een aanvraag voor ontheffing/aangepaste examenomstandigheden op dit moment?
Specifiek
Ter bepaling van de subjectieve belemmering:
-
– Wat is volgens betrokkene de oorzaak van de belemmering?
-
– Hoe redt betrokkene zich in het dagelijks leven?
-
– Welke problemen/ belemmeringen ondervindt betrokkene door stoornis of beperking?
Ter objectivering van de beperkingen:
-
– Sinds wanneer heeft betrokkene de stoornis of beperking?
-
– Wat is de medische voorgeschiedenis?
-
– Wat is het medicijngebruik?
-
– Is de stoornis/ beperking van blijvende aard?
-
– Wanneer en door welke arts is de oorzaak vastgesteld?
-
– Is betrokkene onder behandeling voor de stoornis of beperking?
-
– Welke hulpmiddelen zijn in gebruik (bril, loep, hoortoestel etc.)?
-
– Welke opleiding heeft betrokkene gevolgd (wanneer, waar, diploma)?
-
– Welke werkzaamheden zijn of worden verricht, voor /na de stoornis?
Beoordelen van de beperkingen en belemmeringen
Welke beperkingen ondervindt betrokkene ten aanzien van:
-
–
Visus: inschatting mate gezichtsverlies;
Hierbij kan gebruik gemaakt worden van een voorbeeld van het beeldscherm dat betrokkene
zal moeten kunnen aflezen. Is iemand in staat braille te gebruiken?
-
–
Gehoor: inschatting mate gehoorverlies;
Maakt betrokkene gebruik van een hoortoestel? Beoordeling verstaanbaarheid gewone
spraak tijdens spreekuur. Wordt/is gebarentaal geleerd?
-
–
Spraak: beschrijving waaruit spraakproblemen bestaan;
Is het mogelijk om een gesprek te voeren waarin beide personen in staat zijn elkaar
te begrijpen. Is er een spraakaudiogram gemaakt, is er sprake van articulatieproblemen,
wordt er gestotterd (kan problemen opleveren met spraakcomputer)?
-
–
Motoriek voor computerbediening en schrijfvaardigheid: beschrijving problemen motoriek; Is het mogelijk om een muis en toetsenbord te bedienen,
pen en papier te gebruiken? Zijn er problemen met betrekking tot aaneengesloten zitten?
Zo ja, kan dit opgelost worden door een onderbreking halverwege? Zijn er andere motorische
problemen in relatie tot het afleggen van het examen op de computer?
-
–
Tekst/beeldbegrip: beschrijving problemen tekst/beeldbegrip;
Is het mogelijk om de tekst en beelden goed waar te nemen op een beeldscherm?
Heeft betrokkene een dyslexieverklaring?
-
–
Verstandelijke beperking: beschrijving verstandelijke beperking;
Woont betrokkene zelfstandig of voert hij een huishouden, is verblijf in een instelling
geïndiceerd, heeft hij (speciaal)onderwijs gevolgd, waar heeft betrokkene hulp bij
nodig, is betrokkene in staat tot het voeren van een adequaat gesprek, is een IQ test
gedaan?
-
–
Psychiatrische stoornis: beschrijving stoornis;
Woont betrokkene zelfstandig of voert hij een huishouden, is verblijf in een instelling
geïndiceerd, is betrokkene in staat tot het voeren van een adequaat gesprek?
2.5. Weging en beoordeling
Beoordelingsnormen en prognose van de beperkingen
Naast aandoeningen en belemmeringen die blijvend van aard zijn, zijn er aandoeningen
en belemmeringen die tijdelijk zijn. Het is hierbij van belang om vast te stellen
op welke termijn een dermate verbetering zal optreden waarna iemand wel in staat is
aan de inburgeringsplicht te voldoen. Ook wordt meegewogen in hoeverre er voorzieningen
of anderszins oplossingen te treffen zijn om de beperking te compenseren. In sommige
gevallen zullen behandeling en/of hulpmiddelen nodig zijn om een verbetering te bewerkstelligen.
Hierbij wordt alleen uitgegaan van algemeen gebruikelijke behandelingen en/of hulpmiddelen.
Er mag niet van betrokkene verwacht worden dat hij buitensporige inspanningen zal
verrichten ten aanzien van de (medische) behandeling.
Er komen situaties voor waarbij het zeer onduidelijk is hoe de prognose zal zijn,
bijvoorbeeld als een ziekte binnen korte termijn aanzienlijk kan verbeteren of verslechteren.
De medisch deskundige kan in zo’n geval met toestemming van betrokkene besluiten de
medisch deskundigenverklaring eenmalig voor maximaal drie maanden aan te houden. Het
aanhouden van de deskundigenverklaring – in feite het opschorten van de conclusie
van het advies – is alleen mogelijk indien de medisch deskundige dit redelijkerwijs
noodzakelijk acht en kan motiveren.
Het gaat bij de medische deskundigenverklaring niet primair om het stellen van een
diagnose met de daarbij behorende prognose. Aan de hand van aandoeningen, stoornissen
en beperkingen stelt de medisch deskundige een advies op ten aanzien van het wel of
niet kunnen voldoen aan de inburgeringsplicht via een van de drie leerroutes in het
stelsel. Het gaat hierbij, zoals eerder gesteld, om de overtuiging van de medisch
deskundige.
2.6. Bijzondere examenomstandigheden
In bepaalde gevallen kunnen betrokkenen met een beperking of belemmering reguliere
examens afleggen onder aangepaste examenomstandigheden of kunnen er aangepaste examenversies
worden gemaakt. Het uitgangspunt is dat het examen zoveel mogelijk onder dezelfde
omstandigheden en met gelijke normering wordt afgenomen. De volgende aangepaste examenomstandigheden
zijn beschikbaar zij het niet voor alle taalniveaus (lijst is niet limitatief):
-
a.
Aangepaste locatie
Het examen wordt in een andere locatie dan de standaard examenlocatie afgenomen (te
denken valt aan vestiging Visio, ziekenhuis, ander ‘soort’ gebouw). Van belang is
te onderkennen dat de specifieke technische mogelijkheden ter plaatse moeten voldoen
aan de eisen van de digitale examens. Daarnaast is het mogelijk dat het examen in
een andere examenzaal dan de standaardexamenzaal (examen in apart lokaal) wordt afgenomen.
Deze voorziening is standaard aanwezig in de toetslocaties van de DUO.
-
b.
Verlenging examentijd
De examenkandidaat mag, indien mogelijk, langer over het examen doen. Dit kan bij
de examenonderdelen Kennis van de Nederlandse maatschappij, Lezen, Luisteren, Spreken
en Schrijven.
-
c.
Onderbroken examenafname
De kandidaat mag rustmomenten tijdens de examenonderdelen nemen. Dit kan bij de examenonderdelen
Kennis van de Nederlandse maatschappij, Lezen, Luisteren, Spreken en Schrijven.
-
d.
Aangepaste inroostering
De kandidaat wordt bijvoorbeeld aan het begin van de dag of juist aan het eind van
de dag ingeroosterd, de kandidaat krijgt meer tijd tussen de examensessies door, de
kandidaat wordt apart gehouden van andere kandidaten. Dit is bij alle examens mogelijk.
De aangepaste inroostering kan tot gevolg hebben dat de kandidaat niet alle examens
op een of twee dagen kan afleggen.
-
e.
Examenhulp
Een medewerker van DUO dan wel een door DUO aangewezen begeleider die de kandidaat
helpt bij het examen. Voorbeelden hiervan zijn hulp bij inloggen, muisklikken, koptelefoon
opzetten als mede persoonlijke begeleiding. Dit is bij alle examens mogelijk.
-
f.
Grootbeeld
De kandidaat kan het examen maken achter een groter beeldscherm dan standaard is voorzien.
Dit geldt alleen voor de examenonderdelen Kennis van de Nederlandse maatschappij,
Lezen, Luisteren en Spreken. Het standaard beeldscherm is 15 of 17 inch.
-
g.
Grootschrift
Bij het examenonderdeel Schrijven kan de papieren versie worden vergroot.
-
h.
Loepfunctie
Bij de examenonderdelen Kennis van de Nederlandse Maatschappij, Lezen, Luisteren en
Spreken kan met behulp van een loep via een standaard Windows functionaliteit een
gedeelte van een scherm worden uitvergroot. Bij deze aanpassing kan gebruik worden
gemaakt van 2 monitoren.
-
i.
Typen in plaats van schrijven
Bij het examenonderdeel Schrijven kan de kandidaat het examen afleggen met behulp
van (een regulier) toetsenbord en monitor. Dit in plaats van de gebruikelijke wijze
van afnemen middels pen op papier.
-
j.
Voorleesfunctie
In dit geval krijgt de kandidaat de geschreven teksten op het beeldscherm voorgelezen
middels een koptelefoon. Dit geldt alleen voor de examenonderdelen Kennis van de Nederlandse
Maatschappij, Lezen en Luisteren.
-
k.
Braille versie
Momenteel is het mogelijk de staatsexamens Nt2 af te leggen in een braille versie.
-
l.
Examen in spraakafzien (liplezen)
Momenteel is het mogelijk om het onderdeel Luisteren voor de staatsexamens Nt2 af
te leggen met behulp van spraakafzien (liplezen).
Genoemde mogelijkheden voor aangepaste examenafnames op niveau A2 zijn vervat in het
volgende overzicht:
|
Lezen A2
|
Luisteren A2
|
Schrijven A2
|
Spreken A2
|
Kennis Nederlandse Maatschappij
|
a. aangepaste locatie
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
b. verlenging examentijd
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
c. onderbroken examenafname
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
d. aangepaste inroostering
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
e. examenhulp
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
f. grootbeeld
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
g. grootschrift (papier)
|
nvt
|
nvt
|
mogelijk
|
Mogelijk (alleen instructie)
|
nvt
|
h. loepfunctie
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
i. typen i.p.v. schrijven
|
nvt
|
nvt
|
mogelijk
|
nvt
|
nvt
|
j. voorleesfunctie
|
mogelijk
|
mogelijk
|
niet mogelijk
|
nvt
|
mogelijk
|
k. braille
|
Niet mogelijk
|
Niet mogelijk
|
Niet mogelijk
|
Niet mogelijk
|
Niet mogelijk
|
De verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling en uitvoering van de Staatsexamens Nt2
op niveau B1 en B2 ligt bij het CvTE. DUO voert ook deze examens uit. Aanpassingen
zijn mogelijk voor:
|
Lezen B1
|
Luisteren B1
|
Schrijven B1
|
Spreken B1
|
B2
|
a. aangepaste locatie
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
idem
|
b. verlenging examentijd
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
idem
|
c. onderbroken examenafname
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
niet mogelijk
|
idem
|
d. aangepaste inroostering
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
idem
|
e. examenhulp
|
|
|
|
|
|
f. grootbeeld/ vergrote tekst
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
idem
|
g. grootschrift (papier)
|
Mogelijk
|
mogelijk
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
mogelijk
|
h. loepfunctie
|
Leesloep
|
Leesloep
|
Leesloep
|
Leesloep
|
Leesloep
|
i. schrijven ipv typen
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
Mogelijk
|
idem
|
j. voorleesfunctie
|
niet mogelijk
|
niet mogelijk
|
niet mogelijk
|
mogelijk
|
niet mogelijk
|
k. Braille
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
mogelijk
|
idem
|
l. Spraakafzien (liplezen)
|
-
|
mogelijk
|
-
|
-
|
Alleen luisteren
|
Bijlage 2. Bij het protocol medische deskundigenverklaring model deskundigenverklaring
Voorblad
NAW gegevens
Naam cliënt
|
:
|
..
|
Adres
|
:
|
..
|
PC / Woonplaats
|
:
|
..
|
Geboortedatum
|
:
|
..
|
Telefoonnummer
|
:
|
..
|
Verblijfsdocument
|
:
|
..
|
Rapporteur
|
:
|
..
|
Functie
|
:
|
..
|
Datum rapportage
|
:
|
..
|
Onderzoeksactiviteiten
-
– Er is informatie verkregen van NAAM, FUNCTIE EN DATUM
-
– Er heeft telefonisch overleg plaatsgevonden met NAAM, FUNCTIE EN DATUM
Voorlichting
Cliënt werd uitleg gegeven over de aard van de beoordeling en de status van de deskundigenverklaring.
Client werd uitleg gegeven over inzage-, correctie- en blokkeringsrecht.
Bijlagen:
Medische deskundigenverklaring
Aanleiding
Cliënte heeft bij DUO een verzoek ingediend tot ontheffing voor het voldoen aan de
inburgeringsplicht aan vanwege ..... (DIT IS TE HALEN UIT DE AANVRAAG)
Vraagstelling
Kan betrokkene op medische gronden in staat worden geacht binnen een termijn van 5
jaar te voldoen aan de inburgeringsplicht binnen een van de drie leerroutes?
Conclusie
Betrokkene wordt op medische gronden wel/niet in staat geacht binnen een termijn van
5 jaar te voldoen aan de inburgeringsplicht via een van de drie leerroutes.
Er is sprake van een VERSTANDELIJKE, PSYCHIATRISCHE, LICHAMELIJKE aandoening als gevolg
van welke
-
– WEL/NIET gesteld kan worden dat er “geen benutbare mogelijkheden” bestaan.
-
– WEL/NIET gesteld kan worden dat deze beperkingen binnen 5 jaar niet voldoende te beïnvloeden
zijn door behandeling of het treffen van aangepaste examenomstandigheden
Beschouwing (uitwerking van de hoofdargumenten)
WEL/NIET gesteld kan worden dat er geen benutbare mogelijkheden bestaan
Uit onderzoek is (NIET) gebleken dat
-
– Betrokkene langdurig verblijft in ziekenhuis / instelling (met uitzondering van een
inrichting waar geestelijk gestoorde delinquenten van overheidswege verpleegd worden)
-
– Betrokkene bedlegerig is.
-
– Betrokkene voor het uitvoeren van activiteiten van het dagelijks leven dermate afhankelijk
is dat hij lichamelijk niet zelfredzaam is
-
– Betrokkene als gevolg van een ernstige psychische stoornis in zijn zelfverzorging,
in zijn directe samenlevingsverband alsook in zijn sociale contacten, waaronder zijn
werkrelaties, niet of dermate minimaal functioneert dat hij psychisch niet zelfredzaam
is.
WEL/Niet gesteld kan worden dat deze beperkingen binnen 5 jaar niet voldoende te beïnvloeden
zijn door behandeling of het treffen van oplossingen/voorzieningen.
-
– De betreffende aandoening is behandelbaar en (uit literatuur/richtlijn) deze behandeling leidt naar verwachting tot...(Verbetering? Termijn?)
-
– Er zijn weliswaar blijvende belemmeringen vanwege een duurzame aandoening, maar met
(oplossingen/ maatregelen benoemen) kunnen de belemmeringen afdoende worden gecompenseerd
om het volgen van onderwijs en het afleggen van examens te realiseren.
Reactie cliënt
De cliënt is tijdens het spreekuur op de hoogte gebracht van de strekking van de deskundigenverklaringen
kan zich hiermee verenigen en geeft aan geen gebruik te maken van het inzage-, correctierecht
en blokkeringrecht voordat het advies aan DUO wordt verzonden.
De cliënt is tijdens het spreekuur op de hoogte gebracht van de strekking van de deskundigenverklaring
en kan zich hiermee wel/niet verenigen. (bij negatief advies)
De cliënt werd schriftelijk op de hoogte gebracht van de deskundigenverklaring. (na ontvangst informatie en bij negatief advies)
Naam arts, datum
Handtekening