Artikel 1. De inrichting van het Ministerie van Defensie
Artikel 2. De Secretaris-Generaal
De Secretaris-Generaal is, met inachtneming van de aanwijzingen van de Minister van
Defensie, belast met de ambtelijke leiding aan al hetgeen het Ministerie van Defensie
betreft conform Koninklijk Besluit van 18 oktober 1988, houdende regeling van de functie en verantwoordelijkheid
van de Secretaris-Generaal, waaronder mede begrepen:
-
a. het beheer van het Ministerie van Defensie in het algemeen en in het bijzonder het
kerndepartement, de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst en het fungeren als
gemandateerd korpsbeheerder van het commando Koninklijke Marechaussee volgens de Politiewet 2012;
-
b. het adviseren van de bewindspersonen;
-
c. het waarborgen van de kwaliteit, tijdigheid en samenhang van het beleids-, plan- en
begrotingsproces en het waarborgen van de balans tussen doelstellingen, activiteiten
en middelen;
-
d. het nemen van beslissingen ten aanzien van de toewijzing van middelen;
-
e. het vaststellen van de informatiebehoefte Defensie.
Artikel 3. De Commandant der Strijdkrachten
De Commandant der Strijdkrachten is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Defensiestaf;
-
b. de taak van de militaire adviseur van de Minister van Defensie;
-
c. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Minister van Defensie aansturen van
de voorbereidingen, uitvoering en evaluatie van alle operaties, alsmede het zorg dragen
voor de implementatie van de verbetermaatregelen naar aanleiding van de evaluaties
van operaties;
-
d. het aansturen van de gereedstelling van de krijgsmacht;
-
e. het aansturen van de krijgsmacht, te weten het Commando Zeestrijdkrachten, het Commando
Landstrijdkrachten, het Commando Luchtstrijdkrachten, het Defensie Cybercommando en
het (NLD) Special Operations Command alsmede het aansturen van de Defensie Materieel
Organisatie en het Defensie Ondersteuningscommando;
-
f. het aansturen van de inzet van het Commando Koninklijke Marechaussee voor zover het
de verantwoordelijkheid van de Minister van Defensie betreft;
-
g. het bijdragen aan beleidsontwikkeling en integraal toetsen van beleid op uitvoerbaarheid;
-
h. organisatieontwikkeling (zowel het operationaliseren van beleid (top down) als integraal
advies over bottom-up initiatieven) van de krijgsmacht inclusief het opstellen van
behoeftestellingen voor militaire capaciteiten;
-
i. de bi- en multilaterale militaire samenwerking binnen de kaders van het vastgestelde
internationaal beleid en de samenhang en eenduidigheid van de inbreng in internationaal
militair verband.
Artikel 4. De Directeur-Generaal Beleid
-
2 Binnen het Directoraat-Generaal Beleid is de Hoofddirecteur Personeel, met inachtneming
van de aanwijzingen van de Minister van Defensie, belast met de defensiebrede verantwoordelijkheden
voor het werkgeverschap, waaronder in elk geval wordt verstaan de verantwoordelijkheid
die volgt uit het Besluit georganiseerd overleg sector Defensie.
Artikel 5. De Hoofddirecteur Financiën en Control
De Hoofddirecteur Financiën en Control is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Hoofddirectie Financiën en Control;
-
b. de politieke ondersteuning en advisering van de bewindspersonen op financieel-economisch
gebied;
-
c. de uitvoering van de bij en krachtens de Comptabiliteitswet 2016 gestelde regels;
-
d. het namens de Secretaris-Generaal voeren van regie op het beleids-, plan- en begrotingsproces
waaronder het opstellen van de ontwerpbegroting, de suppletoire begrotingen en het
jaarverslag en het budgettair beheer van het Defensie Lifecycle plan;
-
e. het bewaken van de uitvoering van de begroting en het hiertoe inrichten van de managementinformatie
en het borgen van de kwaliteit daarvan. De HDFC stelt hiertoe eisen aan de inrichting
van de informatievoorziening en voert hiertoe risicoanalyses uit;
-
f. het binnen de in het plan- en begrotingsproces gestelde kaders uitwerken van de inrichting
en normstelling t.a.v. het financiële functiegebied, alsmede het houden van toezicht
op het financieel beheer defensiebreed;
-
g. het monitoren van en toetsen op ex ante beleidsevaluaties en het monitoren en toetsen
van beleidsdoorlichtingen op basis van de Comptabiliteitswet 2016 en Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek (RPE);
-
h. de advisering op het financieel-economische functiegebied;
-
i. gevraagde en ongevraagde signalering en vraaggestuurd onderzoek;
-
j. het uitvoeren van voorafgaand financieel toezicht en beleidscontrol waarbij getoetst
wordt op de kwaliteit, doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid en financiële
inpasbaarheid.
Artikel 6. De Directeur Juridische Zaken
De Directeur Juridische Zaken is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Directie Juridische Zaken;
-
b. de juridische ondersteuning en de advisering van de bewindspersonen en de defensieonderdelen
onder andere op het gebied van wet- en regelgeving, bij het voeren van gerechtelijke
procedures en bij de inzet van de krijgsmacht;
-
c. het bewaken van de juridische en bestuurlijke zorgvuldigheid van het defensiebeleid;
-
d. het optreden als vertegenwoordiger en adviseur van de Minister van Defensie en de
Secretaris-Generaal bij de verlening van bijstand op grond van de Politiewet 2012.
Artikel 7. De Directeur Communicatie
De Directeur Communicatie is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Directie Communicatie;
-
b. de woordvoering namens de politieke, ambtelijke en militaire leiding, voor zover het
de verantwoordelijkheid van de Minister van Defensie betreft;
-
c. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de politieke, ambtelijke en militaire leiding
inzake mediagevoelige aangelegenheden;
-
d. de externe, interne en arbeidsmarktcommunicatie;
-
e. het ontwikkelen, coördineren en handhaven van integraal en uitvoerend communicatiebeleid
in afstemming met de Directeur-Generaal Beleid en de Rijksvoorlichtingsdienst.
Artikel 8. De Chief Information Officer
De Chief Information Officer is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de CIO Office;
-
b. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Directeur-Generaal Beleid zorgdragen
voor een samenhangende bedrijfsvoering waaronder bijdragen aan en uitvoering geven
aan het bedrijfsplan van het Directoraat-Generaal Beleid;
-
c. het adviseren van de ambtelijke en politieke leiding over het informatiebeleid en
strategische vraagstukken voor de organisatie en over de IT, data en cyber (defensief)-implicaties
van (voorgenomen) wet- en regelgeving, beleids- en uitvoeringstrajecten en investeringen;
-
d. het ontwikkelen en bijhouden van beleid en kaders voor de IT (waaronder ontwikkeling
en realisatie van informatiesystemen), data en cyber (defensief) van Defensie geïntegreerd
met het defensiebeleid – en plannen van het Directoraat-Generaal Beleid;
-
e. het inrichten en onderhouden van het defensiebreed CIO-stelsel;
-
f. het ontwikkelen en coördineren van integraal IT portfoliomanagement in afstemming
met de Directeur-Generaal Beleid;
-
g. het uitvoeren van toezicht aangaande de beheersing, haalbaarheid, risico’s en implicaties
van alle voorgenomen en in uitvoering zijnde activiteiten (beheer en vernieuwing)
met een grote IT-component, conform voorschriften in het kwaliteitskader CIO-oordelen
Rijksoverheid;
-
h. het zorgdragen voor voldoende aandacht binnen de organisatie voor continue beheeractiviteit
en verbetering van de IT-, data-infrastructuur inclusief de benodigde technologische
vernieuwing en informatiebeveiliging.
-
i. de rol van Chief Information Security Officer (CISO) en Chief Data Officer (CDO).
Artikel 9. Het Hoofd Bureau Secretaris-Generaal
Het Hoofd Bureau Secretaris-Generaal is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan Bureau Secretaris-Generaal;
-
b. het sturen en coördineren van informatiestromen en besluitvorming en het opstellen
van adviezen ten behoeve van de politieke en ambtelijke leiding;
-
c. het onderhouden en coördineren van de mondelinge en schriftelijke contacten met de
Staten-Generaal;
-
d. het zorgdragen voor de voorbereiding en verslaglegging van door de Secretaris-Generaal
aan te wijzen politieke en ambtelijke topoverlegorganen van Defensie alsmede het controleren
van de voortgang van de uitvoering van de naar aanleiding daarvan genomen besluiten;
-
e. het leveren van facilitaire, secretariële en protocollaire ondersteuning aan de bewindspersonen
en de ambtelijke departementsleiding.
Artikel 10. De Directeur Human Resources en Bedrijfsvoering
De Directeur Human Resources en Bedrijfsvoering is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Directie Human Resources en Bedrijfsvoering;
-
b. de advisering over, en de coördinatie en uitvoering van het personeelsbeleid en het
organisatie- en formatiebeleid en de ondersteuning van de bedrijfsvoering van het
kerndepartement en de Bijzondere Organisatie Eenheden;
-
c. de totstandkoming van het activiteitenplan voor het kerndepartement, inclusief de
raming van de financiële consequenties;
-
d. de gemandateerde centrale behoeftestelling voor alle inkoop- en verwervingsprocessen
voor het kerndepartement en de Bijzondere Organisatie Eenheden (exclusief de MIVD
en de programma-uitgaven);
-
e. de coördinatie van de integrale dienstverlening voor het kerndepartement door het
Defensie Ondersteuningscommando en de Defensie Materieel Organisatie, inclusief ARBO
en milieu;
-
f. de beveiligingscoördinatie van het kerndepartement.
Artikel 11. De Directeur Financiën & Control
De Directeur Financiën & Control is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Directie Financiën & Control;
-
b. het met inachtneming van de functionele aanwijzingen en richtlijnen van de Hoofddirecteur
Financiën en Control uitvoeren van de door hem gemandateerde taken die voortvloeien
uit de Comptabiliteitswet en het daarop gebaseerde Besluit FEZ voor het kerndepartement en de Bijzondere Organisatie
Eenheden;
-
c. het bewaken van de uitvoering van de begroting van het kerndepartement en de Bijzondere
Organisatie Eenheden (apparaat en programma), het hiertoe inrichten van de managementinformatie
en het borgen van de kwaliteit daarvan, het hiertoe eisen stellen aan de inrichting
van de informatievoorziening, het hiertoe uitvoeren van risicoanalyses en het uitvoeren
van vraaggestuurde onderzoeken;
-
d. de advisering op het financieel-economische functiegebied van het kerndepartement
en de Bijzondere Organisatie Eenheden.
Artikel 12. De Commandant Zeestrijdkrachten
De Commandant Zeestrijdkrachten is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Commandant der Strijdkrachten geven
van leiding aan het Commando Zeestrijdkrachten;
-
b. de gereedstelling en instandhouding van de zeestrijdkrachten;
-
c. het binnen de gestelde normen en kaders leveren van – joint – producten en diensten
ter ondersteuning van de overige Defensieonderdelen;
-
d. het binnen de gestelde normen en kaders uitoefenen van zeggenschap over de door de
dienstencentra op te leveren producten en diensten ter ondersteuning van het Commando
Zeestrijdkrachten;
-
e. het beheer van de Kustwacht Nederland en de Kustwacht Caribische Gebied;
-
f. de advisering op het gebied van militair maritiem optreden.
Artikel 13. De Commandant Landstrijdkrachten
De Commandant Landstrijdkrachten is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Commandant der Strijdkrachten geven
van leiding aan het Commando Landstrijdkrachten;
-
b. de gereedstelling en instandhouding van de landstrijdkrachten;
-
c. het binnen de gestelde normen en kaders leveren van – joint – producten en diensten
ter ondersteuning van de overige Defensieonderdelen;
-
d. het binnen de gestelde normen en kaders uitoefenen van zeggenschap over de door de
dienstencentra op te leveren producten en diensten ter ondersteuning van het Commando
Landstrijdkrachten;
-
e. de advisering op het gebied van militair landoptreden.
Artikel 14. De Commandant Luchtstrijdkrachten
De Commandant Luchtstrijdkrachten is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Commandant der Strijdkrachten geven
van leiding aan het Commando Luchtstrijdkrachten;
-
b. de gereedstelling en instandhouding van de luchtstrijdkrachten;
-
c. het binnen de gestelde normen en kaders leveren van – joint – producten en diensten
ter ondersteuning van de overige Defensieonderdelen;
-
d. het binnen de gestelde normen en kaders uitoefenen van zeggenschap over de door de
dienstencentra op te leveren producten en diensten ter ondersteuning van het Commando
Luchtstrijdkrachten;
-
e. de advisering op het gebied van militair luchtoptreden.
Artikel 15. De Commandant Koninklijke Marechaussee
De Commandant Koninklijke Marechaussee is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van leiding
aan het Commando Koninklijke Marechaussee;
-
b. de gereedstelling en instandhouding voor, en de uitvoering van, de politietaken vastgelegd
in de Politiewet 2012 en de advisering hierover aan de Secretaris-Generaal;
-
c. de gereedstelling en instandhouding van eenheden van het Commando Koninklijke Marechaussee
ten behoeve van de inzet onder verantwoordelijkheid van de Minister van Defensie;
-
d. het binnen de gestelde normen en kaders uitoefenen van zeggenschap over de door de
dienstencentra op te leveren producten en diensten ter ondersteuning van het Commando
Koninklijke Marechaussee;
-
e. de advisering op het gebied van het (militaire) politieoptreden.
Artikel 16. De Commandant Defensie Ondersteuningscommando
De Commandant Defensie Ondersteuningscommando is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Commandant der Strijdkrachten geven
van ambtelijke leiding aan het Defensie Ondersteuningscommando;
-
b. het binnen de kaders wereldwijd en zo veel mogelijk geïntegreerd leveren van producten
en diensten op de terreinen huisvesting, beveiliging, facilitaire diensten, transport,
catering, P&O dienstverlening, gezondheidszorg en opleidingen aan alle Defensieonderdelen
en het waarborgen van de kwaliteit van de dienstverlening op die gebieden;
-
c. het verzorgen van rijksbreed categoriemanagement voor de aan Defensie toegewezen categorieën
die bij het Defensie Ondersteuningscommando zijn belegd;
-
d. infrastructuurprojecten binnen de kaders van het defensiematerieelproces (DMP);
-
e. de advisering op de toegewezen functiegebieden en het van daaruit ondersteunen van
de overige defensieonderdelen.
Artikel 17. De Directeur Defensie Materieel Organisatie
De Directeur Defensie Materieel Organisatie is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Commandant der Strijdkrachten geven
van ambtelijke leiding aan de Defensie Materieel Organisatie;
-
b. het binnen de kaders leveren van ondersteunende producten en diensten op het gebied
van materieel en IV/ICT dienstverlening en het waarborgen van de kwaliteit van deze
dienstverlening;
-
c. wapensysteemmanagement;
-
d. het functioneel aansturen van de verwerving en de centrale verwerving van producten
en diensten boven M€ 5;
-
e. materieelprojecten binnen de kaders van het defensiematerieelproces (DMP);
-
f. de afstoting van materieel;
-
g. de advisering op het toegewezen functiegebied en het van daaruit ondersteunen van
de overige defensieonderdelen.
Artikel 18. De Directeur Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst
De Directeur Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst;
-
b. de uitvoering van de taken vastgelegd in de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) 2017 en de Wet Veiligheidsonderzoeken (WvO);
-
c. het signaleren van aangelegenheden die de gehele inlichtingenketen betreffen en de
aandacht behoeven van Commandant der Strijdkrachten en Secretaris-Generaal.
Artikel 19. De Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht
De Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Minister van Defensie geven van ambtelijke
leiding aan het Inspectoraat-Generaal der Krijgsmacht;
-
b. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de Minister van Defensie ten aanzien van
alle vraagstukken de krijgsmacht betreffende;
-
c. het instellen van onderzoeken of bemiddelen in individuele aangelegenheden betreffende
het (voormalig) personeel van de krijgsmacht die hem door of namens de betrokkene(n)
of door verwanten worden voorgelegd;
-
d. het als speciale representant van de Minister van Defensie (Inspecteur der Veteranen)
bijwonen van de grote manifestaties van veteranen en het adviseren van de Minister
van Defensie over het veteranenbeleid.
Artikel 20. De Inspecteur-Generaal Veiligheid
De Inspecteur-Generaal Veiligheid is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Minister van Defensie geven van ambtelijke
leiding aan de Inspectie Veiligheid Defensie;
-
b. het toezicht op de taakuitvoering op het gebied van veiligheid – waaronder de naleving
van wet- en regelgeving – bij Defensie, met inbegrip van operaties in missiegebieden;
-
c. het leiden van onderzoek naar ernstige voorvallen;
-
d. het ex ante toetsen van uitvoerbaarheid van beleid en de handhaafbaarheid van uitvoeringsregels
op het gebied van veiligheid;
-
e. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de Minister van Defensie ten aanzien van
alle vraagstukken de veiligheid betreffende.
Artikel 21. De Directeur Militaire Luchtvaart Autoriteit
De Directeur Militaire Luchtvaart Autoriteit is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Militaire Luchtvaart Autoriteit;
-
b. het formuleren van richtlijnen en eisen inzake de Nederlandse militaire luchtvaartveiligheid,
het hierover adviseren van de Minister van Defensie en het verstrekken van goedkeuringen
en autorisaties terzake;
-
c. het namens de Minister van Defensie nemen van besluiten en het verrichten van andere
handelingen ter uitvoering van de Luchtvaartwet en de Wet luchtvaart en het formuleren van richtlijnen en eisen omtrent Air Traffic Management.
Artikel 22. De Directeur Centrale Organisatie Integriteit Defensie
De Directeur Centrale Organisatie Integriteit Defensie is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Secretaris-Generaal geven van ambtelijke
leiding aan de Centrale Organisatie Integriteit Defensie;
-
b. het zowel op preventief als repressief gebied adviseren van zowel medewerkers alsook
de lijn om de integriteit van de organisatie te vergroten;
-
c. het in opdracht of op eigen initiatief uitvoeren van interne onderzoeken naar vermoedens
van integriteitsschendingen of misstanden, waarbij onderscheid kan worden gemaakt
tussen persoonsgerichte en niet persoonsgerichte (cultuur- of leer-) onderzoeken;
-
d. het in opdracht of op eigen initiatief uitvoeren van risicoanalyses op kwetsbare processen
teneinde risico’s op integriteitsschendingen (of onterechte beschuldigingen) inzichtelijk
te maken en te mitigeren;
-
e. het ontwikkelen en verzorgen van o.a. opleidingen, trainingen, workshops teneinde
de sociale veiligheid en het integriteitsbewustzijn te vergroten;
-
f. het onderhouden van een nationaal en internationaal netwerk in het integriteitsveld.
Artikel 23. De Inspecteur Militaire Gezondheidszorg
De Inspecteur Militaire Gezondheidszorg is belast met:
-
a. het met inachtneming van de aanwijzingen van de Minister van Defensie geven van ambtelijke
leiding aan de Inspectie Militaire Gezondheidszorg;
-
b. het binnen de richtlijnen van de Minister van Defensie en de aanbevelingen van het
Staatstoezicht op de volksgezondheid zorg dragen voor toezicht op de militair geneeskundige
verzorging, de kwaliteit van de militaire gezondheidzorg en de staat van de gezondheid
van het militair personeel;
-
c. het houden van toezicht op de voedselveiligheid en stralingsbescherming;
-
d. het houden van toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften op het gebied
van de gezondheidszorg en de militair geneeskundige verzorging.
Artikel 24. Verantwoordelijkheden vanuit leiding geven
Alle functionarissen die conform dit besluit zijn belast met het geven van leiding
binnen het Ministerie van Defensie, zijn vanuit die hoedanigheid tevens belast met:
-
a. het via de lijn voorzien in de vastgestelde informatiebehoefte;
-
b. de inrichting, de bedrijfsvoering en het beheer van het onderdeel waaraan zij leiding
geven, met inachtneming van de generieke kaders en normen ter zake;
-
c. de verantwoordelijkheid voor de borging van de veiligheid conform de van toepassing
zijnde wet- en regelgeving.
Artikel 25. Toezichthouders
Artikel 26. Subtaakbesluiten
De in artikel 1 genoemde verantwoordelijken kunnen op basis van dit besluit subtaakbesluiten vaststellen
ten aanzien van de eenheden waaraan zij leiding geven. Deze subtaakbesluiten worden
vastgesteld na goedkeuring door de Secretaris-Generaal of, indien de Secretaris-Generaal
het subtaakbesluit vaststelt, na goedkeuring door de Minister van Defensie.
Artikel 28. Wijziging regelgeving
[Red: Wijzigt de Regeling houdende vaststelling kader veiligheid militaire luchtvaart.]
Artikel 30. Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de
Staatscourant waarin het wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 januari 2021.
Dit besluit wordt aangehaald als: Algemeen organisatiebesluit Defensie 2021.