Wijzigingsbesluit enige uitvoeringsbesluiten (belastingen en enige andere besluiten)

Geraadpleegd op 12-11-2024.
Geldend van 01-01-2022 t/m heden

Besluit van 16 december 2020 tot wijziging van enige uitvoeringsbesluiten op het gebied van de belastingen en enige andere besluiten

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van 18 november 2020, nr. 2020-0000221262, wat artikel 25a van de Wet belastingen op milieugrondslag betreft gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat;

Gelet op de artikelen 31a en 35f van de Wet op de loonbelasting 1964, artikel VI, onderdeel A, van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen, artikel 15 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, artikel 11 van de Wet op de omzetbelasting 1968, artikel 3:4 van de Algemene douanewet, de artikelen 13a, 14, 14a, 14b en 15 van de Wet belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992, artikel 4 van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994, de artikelen 25a, 59a, 60a, 60b, 70 en 92 van de Wet belastingen op milieugrondslag, artikel 37h van de Wet waardering onroerende zaken, artikel 38 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 37 van de Wet op de rechtsbijstand;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 2 december 2020, nr. WO06.20.0424/III);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Financiën van 16 december 2020, nr. 2020-0000232487;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel V

[Red: Wijzigt het Uitvoeringsbesluit belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992.]

Artikel VIII

[Red: Wijzigt het Uitvoeringsbesluit belastingen op milieugrondslag.]

Artikel IX

[Red: Wijzigt het Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken.]

Artikel XIII

Wanneer een aanvraag als bedoeld in artikel 25a, eerste lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag is ingediend voor 1 januari 2021, kan de kennisgever een melding doen als bedoeld in dat lid, indien toepassing van artikel 7 van het Uitvoeringsbesluit belastingen op milieugrondslag, zoals dat artikel luidt met ingang van 1 januari 2021, leidt tot een lager belastingbedrag als bedoeld in artikel 25, tweede lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag dan het belastingbedrag wanneer de voor 1 januari 2021 ingediende aanvraag is dan wel zal worden gevolgd.

Artikel XIV

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2021, met dien verstande dat:

    • a. artikel I, onderdeel D, terugwerkt tot en met 1 januari 2020;

    • b. artikel XI toepassing vindt voordat artikel XI van het Besluit van 21 december 2016 tot wijziging van enige wetten en uitvoeringsbesluiten op het gebied van de belastingen (Stb. 2016, 549) wordt toegepast.

  • 2 In afwijking van het eerste lid:

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 16 december 2020

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Financiën,

A.C. van Huffelen

De Staatssecretaris van Financiën,

J.A. Vijlbrief

Uitgegeven de drieëntwintigste december 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus