Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen

Geraadpleegd op 10-12-2024.
Geldend van 05-01-2021 t/m 31-12-2023

Besluit van 18 juni 2020, houdende implementatie van enkele bepalingen van Richtlijn (EU) 2018/851 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen (PbEU L 150/109) (Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister voor Milieu en Wonen van 7 april 2020, nr. IENW/BSK-2019/269999, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op Richtlijn (EU) 2018/851 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen (PbEU L 150/109) en de artikelen 8.40, eerste lid, 9.2.2.1, eerste lid, 9.5.2, eerste lid, 10.29, eerste lid, en 10.41 tot en met 10.43 van de Wet milieubeheer en artikelen 4.3, eerste lid, en 5.1, tweede lid, van de Omgevingswet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 7 mei 2020, nr. W17.20.0101/IV);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 12 juni 2020, nr. IenW/BSK-2020/86006, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

De gemeenteraad en burgemeester en wethouders dragen, bij de uitvoering van artikel 10.21 van de Wet milieubeheer, zorg voor gescheiden inzameling van ten minste de volgende bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen:

  • a. bioafval;

  • b. papier;

  • c. metaal;

  • d. kunststof;

  • e. glas;

  • f. [Red: Dit onderdeel is nog niet in werking getreden;]

  • g. [Red: Dit onderdeel is nog niet in werking getreden;]

  • h. afgedankte elektrische en elektronische apparatuur.

Artikel 2

  • 1 Bij de afvalstoffenverordening kan, in afwijking van artikel 1, worden bepaald dat:

    • a. bioafval niet gescheiden wordt ingezameld indien aan de voorwaarden uit artikel 10, derde lid, onder c of d, van de kaderrichtlijn afvalstoffen is voldaan;

    • b. metaal, kunststof of glas niet gescheiden worden ingezameld indien aan de voorwaarden uit artikel 10, derde lid, onder a, van de kaderrichtlijn afvalstoffen is voldaan.

Artikel 3

  • 1 De gemeenteraad past de afvalstoffenverordening, voor zover noodzakelijk om te voldoen aan artikel 1 en artikel 2, eerste lid, uiterlijk op 1 januari 2021 aan.

  • 2 Indien toepassing wordt gegeven aan artikel 2, eerste lid, beoordeelt de gemeenteraad regelmatig of nog aan de voorwaarden uit artikel 2, eerste lid, is voldaan, rekening houdend met goede praktijken op het gebied van de gescheiden inzameling van afvalstoffen en andere relevante ontwikkelingen op het gebied van beheer van afvalstoffen.

Artikel 4

[Red: Wijzigt het Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen.]

Artikel 9

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 10

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 11

  • 1 Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Implementatiewet wijziging EU-kaderrichtlijn afvalstoffen in werking treedt. Indien het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na de dag dat de voorgenoemde wet in werking treedt, treedt dit besluit in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst

  • 3 In afwijking van het eerste lid, treden artikelen 9 en 10 op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in werking.

Artikel 12

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 18 juni 2020

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

S. van Veldhoven-van der Meer

Uitgegeven de vierentwintigste juni 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus