De inspanning van de Belastingdienst is in beginsel gericht op het afsluiten van een bilaterale APA. Het overleggen met de bevoegde autoriteiten van verdragslanden over en het sluiten van bilaterale APA’s is gebaseerd op de in de desbetreffende Belastingverdragen opgenomen bepalingen over het voeren van onderling overleg, veelal overeenkomstig artikel 25 van het OESO-modelverdrag.
Hoewel een bilaterale APA zekerheid biedt aan beide zijden van de grens, kan de Belastingdienst dit echter niet aan de belanghebbende voorschrijven. Bovendien is vereist dat tussen Nederland en het desbetreffende andere land een Belastingverdrag is gesloten waarin een met artikel 25 van het OESO-modelverdrag vergelijkbare bepaling is opgenomen. Daarnaast moet het andere land bereid te zijn tot het voeren van een dergelijk overleg vooraf. Onder omstandigheden kunnen dit beletsels zijn tot het maken van een bilaterale afspraak.
Als er een unilaterale APA is en een belanghebbende verzoekt daarna een bilaterale APA over (een deel) van dezelfde periode, ligt het niet in de lijn der verwachtingen dat een mogelijke bilaterale overeenstemming materieel zal afwijken van de unilateraal overeengekomen uitkomst.
Onder omstandigheden is het denkbaar dat een belanghebbende zekerheid wenst te verkrijgen in meer dan twee landen en daarvoor een verzoek doet voor het afsluiten van een multilaterale APA. Dit zal in zijn algemeenheid het geval zijn als de relevante transacties gevolgen hebben voor de belastingheffing in meer dan twee landen. Aan een dergelijk verzoek zal in beginsel medewerking worden verleend. Mocht dit op bezwaren stuiten bij één of meer van de verdragslanden, dan zal het verzoek worden opgevat als een verzoek tot het sluiten van meerdere bilaterale APA’s. De verzoeker wordt in een dergelijk geval door het Behandelteam IFZ op de hoogte gesteld van de splitsing van het verzoek in meerdere verzoeken tot bilaterale APA’s.
Een belanghebbende richt een verzoek tot het sluiten van een bi- of multilaterale APA aan IZV. IZV stuurt een kopie van het verzoek aan de relevante partijen binnen de Belastingdienst. IZV stelt als bevoegde autoriteit van Nederland, de bevoegde autoriteit van het andere betrokken land in kennis van het verzoek, om de bi- of multilaterale procedure in gang te zetten. IZV is verantwoordelijk voor de totstandkoming van een bi- of multilaterale APA en zal daarbij geadviseerd worden door het Behandelteam IFZ.
In een bi- of multilaterale overeenkomst kunnen de bevoegde autoriteiten overeenkomen dat de fiscale behandeling, zoals overeengekomen in de APA ook van toepassing is op transacties die reeds tot stand zijn gekomen. In een unilaterale APA kan de overeengekomen fiscale behandeling alleen van toepassing zijn op transacties die reeds tot stand zijn gekomen als de relevante feiten en omstandigheden in de reeds verstreken periode vergelijkbaar zijn met de feiten en omstandigheden die ten grondslag liggen aan het APA-verzoek en dit ten aanzien van deze transacties niet leidt tot een situatie waarin een deel van de winst uiteindelijk in geen enkel land wordt belast
Gelieerde lichamen die bij een bi- of multilateraal APA-verzoek betrokken zijn, wordt geadviseerd het verzoek gelijktijdig bij de bevoegde autoriteiten van alle betrokken landen in te dienen. Deze handelwijze leidt ertoe dat de landen gelijktijdig kunnen starten met de beoordeling van het verzoek, in plaats van volgtijdig. De informatie in het verzoek moet conform het zogenoemde MAP-besluit worden verstrekt.