Aan de directeur van het agentschap CIBG wordt mandaat en machtiging verleend voor:
a. het beheer van het lerarenregister en registervoorportaal, bedoeld in de artikelen 38b, vierde lid, en 38p, vierde lid, van de Wet op het primair onderwijs, 38b, vierde lid, en 38p, vierde lid, van de Wet op de expertisecentra, 41a, vierde lid, en 41o, vijfde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en 4.4.1, vierde lid, en 4.4.15, vijfde lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
b. het opnemen, verstrekken, verwerken, overdragen, bewaren en verwijderen van gegevens in het kader van het beheer van het lerarenregister en registervoorportaal, bedoeld in de artikelen 38h tot en met 38j, 38n, 38o, 38r tot en met 38u van de Wet op het primair onderwijs, 38h tot en met 38j, 38n, 38o, 38r tot en met 38u van de Wet op de expertisecentra, 41g tot en met 41i, 41m, 41n, 41q tot en met 41t van de Wet op het voortgezet onderwijs en 4.4.7 tot en met 4.4.9,4.4.13, 4.4.14, 4.4.17 tot en met 4.4.20 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
c. het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met de opname van leraren in het lerarenregister en de herregistratie van leraren en het plaatsen en verwijderen van een aantekening, bedoeld in de artikelen 38h, derde lid, en 38l van de Wet op het primair onderwijs, 38h, derde lid, en 38l van de Wet op de expertisecentra, 41g, derde lid, en 41k van de Wet op het voortgezet onderwijs en 4.4.7, derde lid, en 4.4.11 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
d. het behandelen van correctieverzoeken en het nemen van besluiten in dat kader, bedoeld in de artikelen 38k van de Wet op het primair onderwijs, 38k van de Wet op de expertisecentra, 41j van de Wet op het voortgezet onderwijs en 4.4.10 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
e. het valideren van activiteitenaanbod voor herregistratie, bedoeld in de artikelen 38c, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, 38c, tweede lid, van de Wet op de expertisecentra, 41b, tweede lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en 4.4.2, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs.