Memorandum van overeenstemming tussen Georgië en Nederland inzake de uitwisseling van inlichtingen in belastingzaken

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 02-12-2015 t/m heden

Memorandum van overeenstemming tussen Georgië en Nederland inzake de uitwisseling van inlichtingen in belastingzaken

De Staatssecretaris van Financiën maakt het volgende bekend.

Dit besluit bevat een bekendmaking van het in december 2015 tussen de bevoegde autoriteiten van Nederland en Georgië gesloten Memorandum van Overeenstemming inzake de uitwisseling van inlichtingen in belastingzaken. Het Memorandum geeft onder meer categorieën weer voor de automatische uitwisseling van fiscale inlichtingen, zoals over onroerende zaken, dividenden, interest, inkomsten uit zelfstandige arbeid, salarissen, lonen en andere soortgelijke beloningen m.b.t. arbeid, directeursbeloningen en andere soortgelijke betalingen, inkomsten van artiesten en sportbeoefenaars, pensioenen, lijfrenten, sociale zekerheidsuitkeringen en andere soortgelijke beloningen, betalingen aan studenten voor studie en opleiding, alsmede overige inkomsten.

Het Memorandum is op 2 december 2015 in werking getreden.

Memorandum van Overeenkomst

Titel

Memorandum van overeenkomst tussen de Belastingdienst van Georgië en het Directoraat-generaal Belastingdienst van Nederland inzake de uitwisseling van inlichtingen in belastingzaken

Preambule

De Belastingdienst van Georgië en het Directoraat Generaal Belastingdienst van Nederland, hierna te noemen de ‘Partijen’, gelet op de wens de wederzijdse samenwerking in belastingzaken te versterken, zijn het volgende overeengekomen.

Algemene bepalingen

1. Juridische basis

Ingevolge de bepalingen met betrekking tot de uitwisseling van informatie van het Verdrag inzake de wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken, gesloten in Straatsburg op 25 januari 1988, zoals gewijzigd in 2010, en artikel 27 van het Verdrag tussen tussen de Regering van Georgia en de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen, ondertekend te Den Haag, Nederland, op 21 maart 2002 zullen de bevoegde autoriteiten genoemd onder 2 van dit Memorandum automatisch inlichtingen uitwisselen.

2. Bevoegde autoriteiten

  • 1. Voor de toepassing van dit Memorandum van Overeenstemming zijn de bevoegde autoriteiten:

    in Georgië:

    De Belastingdienst van Georgië

    in Nederland:

    De Minister van Financiën of diens bevoegde vertegenwoordiger.

  • 2. Partijen zullen elkaar via briefwisseling op de hoogte stellen van de naam en adresgegevens van de betreffende bevoegde vertegenwoordigers en van eventuele latere wijzigingen daarin.

Uitwisseling van inlichtingen

3. Automatische uitwisseling van inlichtingen

  • 1. De bevoegde autoriteiten van Georgië en Nederland verstrekken elkaar automatisch inlichtingen – voor zover beschikbaar – met betrekking tot:

    • a) Eigendom van en Inkomen uit onroerend goed (OESO code 6);

    • b) Dividenden (OESO code 10);

    • c) Rente (OESO code 11);

    • d) Royalty’s (OESO code 12);

    • e) Vermogenswinsten (OESO code 13);

    • f) Inkomsten uit zelfstandige arbeid (OESO code 14);

    • g) Inkomsten uit salaris, loon en andere vergelijkbare beloningen (OESO code 15);

    • h) Directeursbeloningen en andere vergelijkbare betalingen (OESO code 16);

    • i) Inkomsten van artiesten en sporters (OESO code 17);

    • j) Inkomsten uit pensioenen, lijfrenten, sociale zekerheidsuitkeringen en andere vergelijkbare beloningen (OESO codes 18 & 19);

    • k) Betalingen aan studenten voor educatie en training (OESO code 20);

    • l) Overige inkomsten (OESO code 21).

  • 2. De in lid 1 bedoelde inlichtingen worden periodiek verstrekt en ten minste éénmaal per kalenderjaar. Inlichtingen met betrekking tot een bepaald kalenderjaar worden zo mogelijk onmiddellijk verstrekt en in ieder geval binnen zes maanden na het einde van het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben.

  • 3. Indien mocht blijken dat de gegevens die in het kader van de automatische uitwisseling zijn verstrekt onjuist of onvolledig zijn, zijn de bevoegde autoriteiten gehouden hierover zo spoedig mogelijk contact op te nemen met elkaar.

4. Incidentele doelgroepacties

De bevoegde autoriteiten kunnen bij briefwisseling met elkaar overeenkomen andere categorieën dan de hierboven genoemde automatisch of geïntensiveerd spontaan met elkaar uit te wisselen voor een bepaalde periode.

5. De aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat

  • 1. Op verzoek van de bevoegde autoriteit van een van de Staten, kan de bevoegde autoriteit van de andere Staat belastingambtenaren van eerstgenoemde Staat toestaan om aanwezig te zijn bij de voor hen van belang zijnde onderdelen van een belastingonderzoek in de Staat waaraan het verzoek is gericht.

  • 2. Verzoeken om de aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat bij een onderzoek op het grondgebied van de andere Staat toe te staan, worden in bijzondere gevallen gedaan. Het gaat hierbij met name om:

    • a) gevallen waarin aanwijzingen bestaan voor grensoverschrijdende onregelmatigheden of het ontgaan van belasting;

    • b) complexe gevallen die de aanwezigheid van de belastingambtenaren wenselijk maken;

    • c) gevallen waarin termijnoverschrijding dreigt en waarin de aanwezigheid van de belastingambtenaren het onderzoek kan bespoedigen;

    • d) onderzoeken in het kader van een overeengekomen bilateraal of multilateraal onderzoek, met inbegrip van gelijktijdige belastingonderzoeken.

  • 3. Een verzoek tot aanwezigheid van belastingambtenaren wordt schriftelijk ingediend door de bevoegde autoriteit van de verzoekende Staat. In het verzoek wordt de wenselijkheid van de aanwezigheid van belastingambtenaren onderbouwd en wordt een korte omschrijving van de zaak gegeven. De bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat neemt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen twee maanden na ontvangst van het verzoek, een beslissing over het verzoek.

  • 4. Alle beslissingen aangaande de uitvoering van het belastingonderzoek worden genomen door de bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat. De bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat stelt de bevoegde autoriteit van de verzoekende Staat in kennis van de bijzonderheden van een onderzoek.

  • 5. Iedere bevoegde autoriteit draagt de kosten van zijn eigen belastingambtenaren.

  • 6. De bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat kan het verzoek afwijzen onder opgave van de redenen van deze beslissing.

Diverse bepalingen

6. Diverse bepalingen

  • 1. Indien noodzakelijk plegen de bevoegde autoriteiten overleg over de wijze waarop de verplichtingen die dit Memorandum meebrengt, worden uitgevoerd.

  • 2. De onder 3 van dit Memorandum bedoelde inlichtingen worden -waar mogelijk- elektronisch in het standaard OESO STF formaat verstrekt.

  • 3. De uit te wisselen inlichtingen bevatten, indien beschikbaar, tevens de fiscale nummers en/of gegevens ten behoeve van de persoonlijke identificatie. Dit heeft betrekking op gegevens die afkomstig zijn uit beide Staten.

Slotbepalingen

7. Inwerkingtreding. Wijzigingen. Beëindiging

  • 1. Dit Memorandum is gesloten voor een onbepaalde tijd en treedt in werking op de laatste van de data van ondertekening door beide Partijen.

  • 2. Het kan worden gewijzigd door een schriftelijke kennisgeving door één van de Partijen en eindigt zes maanden na ontvangst van zodanige kennisgeving.

  • 3. Het Memorandum zal voor het eerst van toepassing zijn op inlichtingen met betrekking tot het kalenderjaar 2015.

9. Evaluatie

Dit Memorandum zal vijf jaar na de datum van inwerkingtreding worden geëvalueerd. Vragen met betrekking tot dit Memorandum kunnen echter te allen tijde op verzoek van een van de bevoegde autoriteiten in behandeling worden genomen.

10. Karakter van dit Memorandum van Overeenkomst

Dit Memorandum van Overeenkomst is een administratieve verbintenis tussen bevoegde autoriteiten en bevat geen nieuwe internationale overeenkomst die de bevoegde autoriteiten bindt in de zin van het internationale recht. Geen van de bepalingen van dit Memorandum van Overeenkomst zal zo worden uitgelegd dat rechten of verplichtingen worden gecreëerd die buiten het kader van de juridische basis als bedoeld in sectie 1 van dit Memorandum van Overeenkomst treden.

Ondertekening

Gedaan in tweevoud in de Georgische, Nederlandse en Engelse talen, zijnde de drie teksten gelijkelijk authentiek. Ingeval de Nederlandse en de Georgische tekst verschillend kunnen worden uitgelegd, is de Engelse tekst beslissend.

, 2 december 2015

G. Tabuashvili

Directeur Generaal

, 23 november 2015

H. Leijtens

Directeur-generaal van de Belastingdienst van Nederland

Naar boven