Publicatiepiek op wetten.overheid.nl.
Per 1 juli 2025 wordt er een groot aantal regelingen gewijzigd. Mogelijk zijn nog niet alle wijzigingen verwerkt op de datum van inwerkingtreding en ziet u een oude versie van de tekst. Raadpleeg bij twijfel de bekendmaking. Deze publicatiepiek vangt aan op 16 juni en zal tot 1 augustus 2025 duren.

Besluit mandaat, volmacht en machtiging directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend [...] van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

Geraadpleegd op 10-07-2025.
Geldend van 01-04-2025 t/m 16-04-2025

Besluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 1 december 2015, nr. IENM/BSK-2015/179390, houdende verlening mandaat, volmacht en machtiging aan de algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken voor de uitvoering van diverse subsidieregelingen en -programma’s en enige andere regelingen op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015 (Besluit mandaat, volmacht en machtiging algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015)

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 10:3, 10:4, eerste lid, 10:9, eerste lid, en 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gezien de schriftelijke instemming van de algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken van 11 november 2015, kenmerk RVO_JZ_Inst 151015;

BESLUIT:

Artikel 1

Aan de directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken wordt mandaat en volmacht verleend tot:

  • a. het nemen van besluiten en het sluiten van overeenkomsten in het kader van de uitvoering van de in de bijlage bij dit besluit opgenomen subsidieregelingen en -programma’s en andere regelingen; en

  • b. het beslissen op bezwaarschriften tegen besluiten als bedoeld in onderdeel a voor zover het besluit waartegen het bezwaar zich richt, niet door hem in mandaat is genomen.

Artikel 2

Aan de directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken wordt machtiging verleend tot:

  • a. het verrichten van alle handelingen ter voorbereiding en ter uitvoering van de in artikel 1 bedoelde besluiten en overeenkomsten; en

  • b. het voeren van procedures bij de rechter over de in artikel 1 bedoelde besluiten en overeenkomsten.

Artikel 3

  • 1 De directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken kan met betrekking tot zijn bevoegdheden, bedoeld in de artikelen 1 en 2, ondermandaat, volmacht en machtiging verlenen aan een of meer onder hem ressorterende functionarissen.

  • 2 De directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken kan aan de algemeen directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau ondermandaat, volmacht en machtiging verlenen voor het uitvaardigen van dwangbevelen en de daaruit voortvloeiende uitvoering van executiegeschillen, en voor het treffen van betalingsregelingen. De directeur-generaal kan de algemeen directeur toestaan ondermandaat, volmacht en machtiging te verlenen aan één of meer onder hem ressorterende functionarissen.

  • 3 Aan de directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland wordt mandaat verleend om per geval of in het algemeen instructies, die ook beleidsregels kunnen omvatten, te geven ter zake van de uitoefening van de krachtens het tweede lid aan de algemeen directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau toekomende bevoegdheden.

Artikel 4

  • 1 Een document waarin een besluit of overeenkomst als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, of handeling als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt vastgelegd of bevestigd, bevat in ieder geval een verwijzing naar het subsidieprogramma, de subsidieregeling of de andere regeling waarop het besluit, de overeenkomst of de handeling betrekking heeft.

  • 2 Een document als bedoeld in het eerste lid vermeldt, indien het subsidieprogramma, de subsidieregeling of de andere regeling tot de verantwoordelijkheid van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat behoort, aan het slot:

    • ‘DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

    • namens deze,’

    • gevolgd door de functieaanduiding, naam en handtekening van de gemandateerde, gevolmachtigde of gemachtigde functionaris.

  • 3 Een document als bedoeld in het eerste lid vermeldt, indien het subsidieprogramma, de subsidieregeling of de andere regeling tot de verantwoordelijkheid van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat behoort, aan het slot:

    • ‘DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

    • namens deze,’

    • gevolgd door de functieaanduiding, naam en handtekening van de gemandateerde, gevolmachtigde of gemachtigde functionaris.

  • 4 Indien een document als bedoeld in het eerste lid automatisch gegenereerd is en niet met een handtekening wordt ondertekend, worden de vermeldingen, bedoeld in het tweede en derde lid, in afwijking van die leden gevolgd door de functieaanduiding en naam van de gemandateerde, gevolmachtigde of gemachtigde functionaris en de zin ‘Dit bericht is automatisch gegenereerd en bevat daarom geen handtekening.’.

Artikel 6

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst, met uitzondering van onderdeel C – milieu, achtste en twaalfde gedachtestreepje, van de bijlage bij dit besluit.

  • 2 Onderdeel C – milieu, achtste gedachtestreepje, van de bijlage bij dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Subsidieregeling emissiearme bestelauto’s voor gebruik in milieuzones in werking treedt.

  • 3 Onderdeel C – milieu, twaalfde gedachtestreepje, van de bijlage bij dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

  • 4 Dit besluit werkt terug tot en met 1 maart 2015, met uitzondering van onderdeel C – milieu, tweede, zevende, achtste en twaalfde gedachtestreepje, en onderdeel D – ruimte, eerste gedachtestreepje, van de bijlage bij dit besluit.

  • 5 Onderdeel C – milieu, tweede gedachtestreepje, en onderdeel D – ruimte, eerste gedachtestreepje, van de bijlage bij dit besluit werken terug tot en met 1 mei 2015.

  • 6 Onderdeel C – milieu, zevende gedachtestreepje, van de bijlage bij dit besluit werkt terug tot en met 1 november 2015.

Artikel 7

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat, volmacht en machtiging directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Bijlage bij artikel 1, onderdeel a, van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

Terugwerkende kracht

Voor deze bijlage is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Onderdeel A – spoor en weg

Onderdeel C – milieu

Onderdeel E – Luchtvaart

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2025, 13431, datum inwerkingtreding 17-04-2025, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze bijlage. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-04-2025.

Onderdeel A – spoor en weg

  • Incidentele subsidiebeschikkingen met betrekking tot de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van elektrisch vervoer voortvloeiend uit de Europese en nationale regels voor elektrisch vervoer, de Green Deal Elektrisch Vervoer 2016–2020 en het hoofdstuk Mobiliteit uit het Klimaatakkoord van 28 juni 2019

  • Subsidieprogramma Electromobiliteit+

  • Subsidieprogramma mobiliteitsvouchers

  • Subsidieprogramma Proeftuinen duurzame mobiliteit: hybride en elektrisch Rijden

  • Subsidieprogramma Proeftuinen duurzame mobiliteit: rijden op biogas en hogere blends biobrandstoffen

  • Subsidieprogramma Proeftuinen duurzame mobiliteit: Truck van de Toekomst

  • Subsidieregeling ERTMS

  • Tijdelijke regeling subsidie boordcomputer taxi

  • Tijdelijke reparatieregeling Subsidieregeling ERTMS

  • Tijdelijke subsidieregeling ERTMS goederenlocomotieven;

  • Tijdelijke subsidieregeling stimuleren bundeling van goederenstromen voor vervoer op het spoor

  • Artikel 60a, vijfde lid, onderdeel a, zesde lid, onderdeel a, en zevende lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag waaronder mede wordt verstaan het in dit kader invorderen van verbeurde dwangsommen als bedoeld in Afdelingen 5.3.2 en 4.4.4 van de Algemene wet bestuursrecht