Beleidsregel (anonieme) informanten

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 02-12-2005 t/m 31-03-2013

Beleidsregel (anonieme) informanten

1. Inleiding

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Bij onderzoeken naar overtredingen van de Mededingingswet, de Energiewetgeving en de Vervoerswetgeving, is de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) afhankelijk van informatie. Als personen over informatie beschikken over een eventuele overtreding van die wetten, dan is het belangrijk dat deze personen de NMa hierover informeren. Die informatie kan zeer waardevol zijn bij het onderzoek naar overtredingen. Vaak willen personen die over deze informatie beschikken anoniem blijven.

Informanten die anoniem wensen te blijven of niet willen dat hun identiteit buiten de NMa1 bekend wordt, hebben behoefte aan heldere richtlijnen over hoe de NMa omgaat met informatie van informanten.

In deze beleidsregel staat beschreven hoe de NMa omgaat met informanten die anoniem wensen te blijven of die niet willen dat hun identiteit buiten de NMa bekend wordt. Deze beleidsregel geeft antwoord op de vraag hoe en waar informanten zich kunnen melden en wat ze van de NMa kunnen verwachten. Deze beleidsregel is niet van toepassing op personen die op basis van artikel 1:3 lid 3 Awb als belanghebbende de NMa verzoeken een (handhavings)besluit te nemen. De NMa kan geen waterdichte garantie geven voor de anonimiteit van informanten, maar heeft een aantal spelregels opgesteld waarmee het waarborgen van de anonimiteit of het binnen de NMa blijven van de identiteit van de informant aanzienlijk wordt verbeterd.

In deze beleidsregel worden de volgende onderwerpen behandeld: waar informanten terechtkunnen, de soorten informanten, hoe de NMa de informatie behandelt en de mate waarin de NMa de anonimiteit van informanten kan waarborgen.

2. Waar informanten terecht kunnen

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Informanten kunnen op verschillende manieren informatie over een mogelijke overtreding verschaffen aan de NMa. Zij kunnen de informatielijn van de NMa bellen: 0800-0231885. Dit nummer is op werkdagen bereikbaar tussen 09.00 en 17.00 uur.

Daarnaast is het mogelijk de informatie te melden bij meldpunt M, een landelijk meldpunt om misdaad anoniem te melden. Het nummer van deze tiplijn is 0800-7000 en is zeven dagen per week bereikbaar van 10.00 tot 22.00 uur.

Informanten kunnen hun informatie ook via een tussenpersoon aan de NMa overleggen. In dat geval fungeert de tussenpersoon als contactpersoon tussen de NMa en de informant.

Opsturen van informatie via de post kan natuurlijk ook. Postadres: Nederlandse Mededingingsautoriteit, Postbus 16326, 2500 BH te Den Haag. Bezoekadres: Wijnhaven 24, 2511 GA te Den Haag.

3. Soorten informanten en hoe de NMa de informatie behandelt

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Een informant is een natuurlijke persoon die, anders dan op vordering van de NMa, aan de NMa gegevens, inlichtingen en/of bescheiden ter beschikking stelt die aanwijzingen kunnen bevatten over mogelijke overtredingen van wetten met de uitvoering waarvan de NMa is belast. Er zijn twee soorten informanten. Zij die helemaal anoniem wensen te blijven en zij waarvan de identiteit bij de NMa bekend is, maar die de wens hebben geuit om hun identiteit niet buiten de NMa bekend te maken.

3.1. Anonieme informanten

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Informanten kunnen er voor kiezen informatie aan de NMa te verschaffen zonder dat zij hierbij hun identiteit aan de NMa bekendmaken. Deze informanten worden anonieme informanten genoemd.

Als de NMa informatie ontvangt van anonieme informanten dan handelt zij als volgt.

Ten eerste zal zij zich onthouden van pogingen om de identiteit van de anonieme informant te achterhalen. De NMa is niet op de hoogte van de identiteit van de informant en kan deze derhalve ook niet verder bekend maken.

Ten tweede zal de NMa de ontvangen informatie toetsen op gegevens die de identiteit van de informant toch kunnen onthullen. Indien dergelijke gegevens worden aangetroffen, dan verwijdert de NMa deze gegevens uit een eventuele voor derden toegankelijke versie van die informatie. Dit zal in ieder geval gebeuren wanneer een rapport2 met het daarbij behorende dossier ter inzage wordt gelegd.

3.2. Anonieme informanten die gebruikmaken van een tussenpersoon

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Anonieme informanten kunnen zich ook via een tussenpersoon3 melden bij de NMa. Een tussenpersoon moet altijd zijn/haar identiteit bij de NMa bekend maken en zal in een verder onderzoek als contactpersoon blijven gelden. Tussenpersonen zijn vaak advocaten of vertrouwenspersonen van de informant. Informanten kunnen gebruik maken van twee soorten tussenpersonen. Er zijn tussenpersonen mét verschoningsrecht en tussenpersonen zonder verschoningsrecht.

3.2.1. Tussenpersonen zonder verschoningsrecht

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Als de tussenpersoon geen verschoningsrecht heeft, kan deze door de rechter als getuige onder ede worden gehoord. Hier kleeft een risico aan voor de informant die anoniem wenst te blijven, want het is mogelijk dat de tussenpersoon tijdens een dergelijk verhoor door de rechter gevorderd wordt de identiteit van de informant prijs te geven. Dat risico loopt de informant niet bij een tussenpersoon mét verschoningsrecht.

3.2.2. Tussenpersonen met verschoningsrecht

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Anonieme informanten die gebruikmaken van een tussenpersoon en die zeker willen zijn dat hun identiteit geheim blijft, kunnen het beste gebruik maken van een tussenpersoon mét verschoningsrecht.

Ook als een tussenpersoon informatie namens een informant aanbiedt aan de NMa, zal de NMa die informatie toetsen op gegevens die de identiteit van de informant kunnen onthullen. Als de informatie zulke gegevens blijkt te bevatten, neemt de NMa contact op met de tussenpersoon om deze te wijzen op de aanwezigheid van die gegevens. De tussenpersoon wordt in de gelegenheid gesteld aan te geven welke van die gegevens niet buiten de NMa bekend mogen worden gemaakt. Deze gegevens zullen uit een eventuele voor derden toegankelijke versie van die informatie worden verwijderd. Dit zal in ieder geval gebeuren wanneer een rapport met het daarbij behorende dossier ter inzage wordt gelegd.

3.3. Informanten van wie de identiteit bij de NMa bekend is

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Naast anonieme informanten zijn er informanten van wie de identiteit bekend is bij de NMa en die niet willen dat de NMa hun identiteit bekendmaakt buiten de NMa.

De NMa zal alle mogelijke moeite doen de identiteit van deze informanten niet verder bekend te maken en heeft daartoe vier maatregelen getroffen.

Ten eerste zal bij eventuele uitwisseling van informatie met andere mededingingsautoriteiten, zowel in binnen- als buitenland, de NMa de identiteit van de informant niet bekendmaken aan deze autoriteiten.

Ten tweede worden er – binnen het kader van deze beleidsregel – nadere schriftelijke afspraken gemaakt. De NMa en de informant leggen dan vast wat de inspanningen zijn die de NMa zal doen om de identiteit van de informant niet verder bekend te maken. Deze afspraken moeten wel passen in het kader van de beleidsregel Informanten. Dergelijke afspraken worden op schrift gesteld door een toezichthoudend ambtenaar4 namens de NMa en door de informant ondertekend.

Ten derde wijst de Raad van Bestuur een beperkt aantal toezichthoudende ambtenaren aan die de informatie van de informant in ontvangst zullen nemen. Deze ambtenaren zijn de enige personen bij wie de identiteit van de informant bekend is.

Ten vierde wordt de informatie door de betreffende ambtenaren ontdaan van de gegevens die de identiteit van de informant kunnen onthullen alvorens de informatie door anderen binnen de NMa zal worden gebruikt.

3.4. Wanneer de NMa de identiteit moet prijsgeven

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

In een aantal situaties is de NMa gehouden om de identiteit van een informant bekend te maken. Dit is in ieder geval zo bij een rechtszaak, als er sprake is van een aangifteplicht bij een misdrijf, bij een gerechtelijk bevel en bij een parlementaire enquête.

3.4.1. Rechtszaak

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Als een zaak van de NMa waarin naast de informatie verzameld door de NMa, de informatie van de informant een rol speelt, in beroep bij de rechter komt en de rechter bepaalt dat de NMa de identiteit van de informant bekend moet maken, dan zal de NMa hieraan gehoor moeten geven.

3.4.2. Aangifteplicht bij een misdrijf

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

Daarnaast zal de NMa of een ambtenaar werkzaam bij de NMa de identiteit van de informant bekend moeten maken aan het Openbaar Ministerie in het geval er sprake is van een aangifteplicht in de zin van de artikelen 160 en 162 van het Wetboek van strafvordering (deze artikelen bevatten een wettelijke aangifteplicht voor misdrijven tegen de veiligheid van de staat, tegen het leven gerichte misdrijven en enkele andere zeer zware misdrijven, waarnaast openbare colleges en ambtenaren een bijzondere aangifteverplichting hebben bij onder meer ambtsmisdrijven).

3.4.3. Gerechtelijk bevel

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

De NMa zal de identiteit van een informant ook moeten prijsgeven als daartoe in andere procedures een gerechtelijk bevel wordt gegeven, of als een ambtenaar van de NMa die bekend is met de identiteit van de informant als getuige onder ede wordt gehoord. In deze gevallen wordt de informant, dan wel diens tussenpersoon, onverwijld op de hoogte gesteld van het bestaan van een gerechtelijke procedure dan wel de oproep van de toezichthoudend ambtenaar van de NMa om als getuige te verschijnen.

3.4.4. Parlementaire enquête

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

De NMa zal ook de identiteit van een informant moeten prijsgeven als een ambtenaar van de NMa die bekend is met de identiteit van de informant als getuige onder ede wordt gehoord in een parlementaire enquête.

4. Slot

[Regeling vervallen per 18-06-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-04-2013]

De NMa zal alle mogelijke moeite doen om de anonimiteit van informanten te waarborgen en de identiteit niet verder bekend te maken buiten de NMa, maar het blijft ook de verantwoordelijkheid van de informant zelf om zijn identiteit geheim te houden naar derden.

Afspraken die de NMa gemaakt heeft met de informant voordat de beleidsregel Informanten in werking is getreden, blijven geldig.

De beleidsregel Informanten treedt in werking met ingang van de dag na publicatie daarvan in de Nederlandse Staatscourant.

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit,

P. Kalbfleisch,

R.J.P. Jansen,

G.J.L. Zijl.

  1. Met NMa wordt in dit verband bedoeld de Raad van Bestuur van de NMa en alle natuurlijke personen die in dienst zijn genomen om werkzaam te zijn voor de NMa. ^ [1]
  2. In een rapport wordt het vermoeden van de overtreding vastgelegd. Er staat ook in wat de beschuldiging is aan het adres van de onderneming die de mogelijke overtreding heeft begaan. ^ [2]
  3. Een tussenpersoon is een natuurlijke of rechtspersoon die namens een informant aan de NMa gegevens, inlichtingen en/of bescheiden ter beschikking stelt die aanwijzingen kunnen bevatten met betrekking tot mogelijke overtredingen van wetten met de uitvoering waarvan de NMa is belast. ^ [3]
  4. Een toezichthoudend ambtenaar is een toezichthouder in de zin van artikel 5:11 Algemene wet bestuursrecht in dienst van de NMa. ^ [4]
Naar boven