Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging hebben genomen dat veteranen het Koninkrijk der Nederlanden
als militair hebben gediend onder oorlogsomstandigheden dan wel door deelname aan
een missie ter handhaving of bevordering van de internationale rechtsorde;
dat de erkenning door de Nederlandse samenleving van de verdiensten van veteranen
en van de mogelijke gevolgen van de inzet als militair voor hun gezondheid, als ook
de waardering die aan veteranen op grond van hun verdiensten toekomt, moeten worden
bevorderd;
dat de bijzondere zorg die veteranen en hun relaties in verband met de inzet als militair
nodig hebben, moet worden gewaarborgd;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goed gevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
a.
Onze Minister: Onze Minister van Defensie;
-
b.
militair: de militair ambtenaar in werkelijke dienst als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wet ambtenaren defensie, waaronder mede begrepen de met militair beroepspersoneel gelijkgestelde geestelijke
verzorgers;
-
c.
veteraan: de militair, de gewezen militair, of de gewezen dienstplichtige, van de Nederlandse
krijgsmacht, dan wel van het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger, alsmede degene
die behoorde tot het vaarplichtig koopvaardijpersoneel, die het Koninkrijk der Nederlanden
heeft gediend onder oorlogsomstandigheden dan wel heeft deelgenomen aan een missie
ter handhaving of bevordering van de internationale rechtsorde voor zover deze missie
bij regeling van Onze Minister is aangewezen;
-
d.
inzet: het dienen als militair onder oorlogsomstandigheden dan wel het deelnemen als militair
aan een missie als bedoeld onder c;
-
e.
relatie: de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levensgezel en bloed- en aanverwanten
in de eerste of tweede graad van de veteraan;
-
f.
materiële zorg: de aanspraken van de veteraan op grond van een wettelijk voorschrift op bezoldiging
dan wel op uitkeringen en voorzieningen in verband met werkloosheid, ziekte, arbeidsongeschiktheid,
invaliditeit of overlijden als gevolg van de uitoefening van de militaire dienst onder
de omstandigheden of bij een missie als bedoeld onder c;
-
g.
persoonsgegevens, verwerking, verwerkingsverantwoordelijke: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 4, onderdelen 1, 2 en 7, van de Algemene
verordening gegevensbescherming.
Artikel 2. Erkenning en waardering voor veteranen
Artikel 3. Zorgplicht voor en tijdens inzet
Artikel 4. Zorgplicht na inzet
Artikel 5. Bijzondere zorgplicht voor veteranen
-
1 Onze Minister heeft een bijzondere zorgplicht voor veteranen die als gevolg van de
inzet zorg nodig hebben. Deze zorgplicht houdt in dat veteranen en hun relaties worden
bijgestaan bij hun revalidatie en re-integratie en bij het verkrijgen van materiële
zorg, maatschappelijke ondersteuning of geestelijke gezondheidszorg.
Artikel 6. Afbakening zorg
De zorgplichten, bedoeld in de artikelen 3, 4 en 5, laten de materiële zorg op grond van wettelijke voorschriften in verband met werkloosheid,
ziekte, arbeidsongeschiktheid, invaliditeit en overlijden, op grond van de Wet ambtenaren defensie of de Kaderwet militaire pensioenen en de zorg op het gebied van maatschappelijke ondersteuning en geestelijke gezondheidszorg
onverlet en liggen in het verlengde daarvan.
Artikel 7. Inkomensvoorziening in verband met zorg
Artikel 8. Samenwerking veteranenzorg (veteranenloket en zorgcoördinatie)
-
1 Onze Minister bevordert vanwege de bijzondere zorgplicht, bedoeld in artikel 5, de samenwerking tussen de bij de revalidatie en re-integratie en de materiële zorg
betrokken uitvoeringsinstanties en de bij de maatschappelijke ondersteuning en geestelijke
gezondheidszorg betrokken zorginstellingen.
Artikel 9. Veteranenregistratiesysteem
-
1 Ten behoeve van de identificatie van veteranen en van de mogelijkheid tot het informeren
van veteranen over de toepassing van de artikelen 2 tot en met 8 en ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek worden, persoonsgegevens van veteranen
verwerkt in het veteranenregistratiesysteem. Onze Minister is verwerkingsverantwoordelijke
voor deze verwerking.
Artikel 10. Wetenschappelijk onderzoek
Onze Minister bevordert wetenschappelijk onderzoek naar aandoeningen die gerelateerd
kunnen zijn aan de uitoefening van de dienst onder omstandigheden en bij een missie
als bedoeld in artikel 1, onder c.
[Red: Wijzigt de Wet Nationale ombudsman.]
[Red: Wijzigt de Militaire Ambtenarenwet 1931.]
De voordracht voor een krachtens deze wet vast te stellen algemene maatregel van bestuur
wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal
is overgelegd.
Artikel 14. Verantwoording
Onze Minister zendt binnen twee jaar na de inwerkingtreding van deze wet, en vervolgens
telkens na twee jaar, aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid
en de effecten van deze wet in de praktijk.
Deze wet wordt aangehaald als: Veteranenwet.
Artikel 16. Inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.