Afdeling 1. De ambtenaar van de burgerlijke stand
1 In elk van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn twee of, naar goedvinden van het bestuurscollege, meer ambtenaren van de burgerlijke stand. Daarenboven kunnen een of meer ambtenaren van de burgerlijke stand worden belast met het verrichten van bepaalde taken. Deze dragen de titel van buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.
4 De ambtenaar of buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt tot zijn betrekking niet toegelaten dan na voor de rechter in eerste aanleg de navolgende eed dan wel belofte te hebben afgelegd: «Ik zweer (beloof) dat ik de betrekking van ambtenaar van de burgerlijke stand met eerlijkheid en nauwkeurigheid zal vervullen en dat ik de wettelijke voorschriften, de burgerlijke stand betreffende, met de meeste nauwgezetheid zal opvolgen; dat ik voorts, tot het verkrijgen van mijn aanstelling, middellijk noch onmiddellijk, onder enige naam of voorwendsel, aan iemand iets heb gegeven of beloofd, en dat ik, om iets in deze betrekking te doen of te laten, van niemand enige beloften of geschenken zal aannemen, middellijk of onmiddellijk. Zo waarlijk helpe mij God almachtig». («Dat verklaar en beloof ik»).
De ambtenaar van de burgerlijke stand is belast met het opnemen in de onder hem berustende registers van de burgerlijke stand van akten en de daaraan toe te voegen latere vermeldingen, alsmede al datgene wat de instandhouding van de registers en de zorg voor de toegankelijkheid van de daarin neergelegde gegevens betreft.
Het bestuurscollege bepaalt de uren, waarop het bureau van de burgerlijke stand dagelijks voor het publiek geopend zal zijn. Daarbij wordt, ten einde de werkzaamheden van de ambtenaren van de burgerlijke stand op die dagen zoveel mogelijk te beperken, een afzonderlijke regeling getroffen voor de zaterdag, de zondag, de algemeen erkende feestdagen en de overige daarvoor door het bestuurscollege aan te wijzen dagen waarop de diensten van het openbaar lichaam niet of slechts gedeeltelijk zijn geopend.
1 Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld ten aanzien van de door het bestuurscollege te treffen voorzieningen ten behoeve van de taakuitoefening door de ambtenaar van de burgerlijke stand, en voorts ten aanzien van al wat verder de taak van de ambtenaar van de burgerlijke stand betreft.
Afdeling 4. De akten van geboorte en van overlijden
In geval van geboorte op een varend schip tijdens een zeereis tussen twee van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba of tijdens een luchtreis tussen twee van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba met een luchtvaartuig, wordt de akte van geboorte opgemaakt door de ambtenaar van de burgerlijke stand van het openbaar lichaam waar dat kind het schip of het luchtvaartuig verlaat, dan wel waar het schip ligplaats kiest. Dat openbaar lichaam geldt als openbaar lichaam waar het kind is geboren.
Indien de plaats of de dag van de geboorte van het kind niet bekend is, dan wel indien de naam, met inbegrip van de voornamen, van de moeder niet bekend is, wordt de geboorteakte ten aanzien van deze punten opgemaakt krachtens een bevel en overeenkomstig de aanwijzingen van het Openbaar Ministerie.
Zijn krachtens artikel 5, tweede lid, in de akte een voorlopige voornaam en geslachtsnaam opgenomen, dan zendt de ambtenaar van de burgerlijke stand onverwijld een volledig afschrift van de akte aan de Minister van Justitie.
2 Binnen drie maanden na de geboorte, of, bij overlijden binnen die termijn, ter gelegenheid van de aangifte van het overlijden, wordt onder doorhaling van de in het eerste lid bedoelde akte een nieuwe geboorteakte opgemaakt, waarin het geslacht, indien dit inmiddels is vastgesteld, wordt vermeld aan de hand van een ter zake overgelegde medische verklaring.
3 Is binnen de in het tweede lid genoemde termijn geen medische verklaring overgelegd, of blijkt uit de overgelegde medische verklaring dat het geslacht niet is kunnen worden vastgesteld, dan vermeldt de nieuwe geboorteakte dat het geslacht van het kind niet is kunnen worden vastgesteld.
4 Voor een in het derde lid, onderdeel b, genoemde persoon bestaat de verplichting alleen indien een in dat lid, onderdeel a, genoemde persoon ontbreekt of verhinderd is.
8 Bij de aangifte kan de ambtenaar van de burgerlijke stand zich doen overleggen een door de arts of de verloskundige die bij het ter wereld komen van het kind tegenwoordig was, opgemaakte verklaring dat het kind uit de als moeder opgegeven persoon is geboren. Is het kind buiten de tegenwoordigheid van een arts of verloskundige ter wereld gekomen, dan kan hij zich een door een zodanige hulpverlener nadien opgemaakte verklaring doen overleggen.
9 Wordt geen gevolg gegeven aan het verzoek van de ambtenaar van de burgerlijke stand om overlegging van een verklaring als bedoeld in het achtste lid, of is in de verklaring vermeld dat de identiteit van de moeder onbekend is, dan is artikel 19b van toepassing.
In geval van overlijden tijdens een zeereis tussen twee van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba of in een luchtvaartuig tijdens een luchtreis tussen twee van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, wordt de akte van overlijden opgemaakt door de ambtenaar van de burgerlijke stand van het openbaar lichaam waar het lijk het schip of het luchtvaartuig verlaat, dan wel waar het schip ligplaats kiest. Dat openbaar lichaam geldt als openbaar lichaam waar het overlijden heeft plaats gevonden.
2 Binnen de in de Begrafeniswet BES en de Crematiewet BES gestelde termijn voor de begraving of verbranding, kan de persoon die in de lijkbezorging voorziet, door een in het eerste lid bedoelde persoon worden gemachtigd tot het doen van de aangifte.
3 Wanneer tot de aangifte bevoegde personen ontbreken of nalaten binnen de in de Begrafeniswet BES en de Crematiewet BES gestelde termijn voor de begraving of verbranding de aangifte te doen, geschiedt deze door of vanwege de officier van justitie binnen wiens rechtsgebied de akte van overlijden moet worden opgemaakt.
2 Wanneer een kind binnen de in artikel 19e, zesde lid, bepaalde termijn is overleden voordat aangifte van de geboorte is geschied, wordt zowel een akte van geboorte als een akte van overlijden opgemaakt.
3 In de gevallen, bedoeld in het eerste en het tweede lid, is ten aanzien van de aangifte artikel 19h van overeenkomstige toepassing. In het in het tweede lid bedoelde geval blijft artikel 19e buiten toepassing.
Geen begraving of verbranding mag geschieden zonder het verlof, vrij van zegel en kosteloos door de ambtenaar van de burgerlijke stand af te geven.
De ambtenaar, die het verbaal van schouwing zal hebben opgemaakt, is verplicht aan die van de burgerlijke stand dadelijk opgave te doen van al hetgeen vereist zal worden om de akte van overlijden op te maken.
1 Bij algemene maatregel van bestuur wordt geregeld al wat betreft de aan de ambtenaar over te leggen stukken, het opmaken van de akten, onderscheidenlijk de voorlopige akten van geboorte en van overlijden, en de inhoud daarvan.
Afdeling 5. Latere vermeldingen
1 De ambtenaar van de burgerlijke stand voegt aan de onder hem berustende akten van de burgerlijke stand latere vermeldingen toe van akten van de burgerlijke stand en andere authentieke akten houdende erkenning of ontkenning van het vaderschap door de moeder, van brieven van vaderschap, van besluiten houdende wijziging of vaststelling van namen, van bevestigingen van opties mede houdende vaststelling van namen en naturalisatiebesluiten mede houdende wijziging of vaststelling van namen alsmede van besluiten tot intrekking van zulke bevestigingen of besluiten, van de opgave van afwijkende namen die een persoon die meer dan één nationaliteit bezit, voert in overeenstemming met het recht van het land waarvan hij mede de nationaliteit bezit, alsmede van rechterlijke uitspraken waarvan de dagtekening ten minste zes weken oud is en die inhouden:
a. een last tot wijziging van de voornamen, een adoptie, een herroeping van een adoptie, een vernietiging van een erkenning, een gegrondverklaring van een ontkenning van het vaderschap, of een vernietiging van zulk een uitspraak;
b. de nietigverklaring van een huwelijk of de vernietiging van zulk een uitspraak tussen echtelieden wier huwelijksakte in de registers van de burgerlijke stand in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba is opgenomen.
2 De ambtenaar van de burgerlijke stand voegt eveneens aan de onder hem berustende akten van de burgerlijke stand latere vermeldingen toe van in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraken die een echtscheiding, een ontbinding van een huwelijk na scheiding van tafel en bed of de vernietiging van zulk een uitspraak tussen echtelieden wier huwelijksakte in de registers van de burgerlijke stand in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba is opgenomen, inhouden.
1 De in artikel 20, eerste lid, bedoelde latere vermeldingen, met uitzondering van de vermeldingen, bedoeld in dat lid, onderdeel b, worden toegevoegd aan de geboorteakte van de betrokken persoon.Van een wijziging of vaststelling van de geslachtsnaam wordt tevens een latere vermelding toegevoegd aan de geboorteakten van de kinderen van de betrokken persoon, voor zover de wijziging of vaststelling zich tot hen uitstrekt.
3 Wanneer als gevolg van het huwelijk of van de echtscheiding een verandering intreedt in de geslachtsnaam van een persoon, wordt hiervan, voor zover zij niet in de huwelijksakte is vermeld, aan deze akte een latere vermelding toegevoegd.Tevens wordt daarvan een latere vermelding toegevoegd aan de geboorteakte van de betrokkene en de geboorteakten van diens kinderen, voor zover hun naam eveneens verandert.
4 Van een aan de ambtenaar van de burgerlijke stand betekende akte van stuiting van een huwelijk wordt, evenals van beschikkingen of akten waarbij de stuiting wordt opgeheven, aan de akte van aangifte een latere vermelding toegevoegd.
1 Van akten en uitspraken die in het buitenland overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door een bevoegde instantie zijn opgemaakt of gedaan en een overeenkomstige uitwerking hebben als de akten en rechterlijke uitspraken, bedoeld in artikel 20, wordt, tenzij de Nederlandse openbare orde zich hiertegen verzet, op verzoek van een belanghebbende dan wel ambtshalve, door de ambtenaar van de burgerlijke stand een latere vermelding toegevoegd aan de desbetreffende in de registers van de burgerlijke stand in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba voorkomende huwelijks- of geboorteakte. Van een verandering van de geslachtsnaam wordt op verzoek van een belanghebbende tevens een latere vermelding gevoegd bij de geboorteakte van de kinderen van de betrokken persoon, voor zover hun naam eveneens verandert.
Bij algemene maatregel van bestuur wordt geregeld al wat betreft de aan de ambtenaar over te leggen stukken, het opmaken van de latere vermeldingen en de inhoud daarvan.
1 Van de in artikel 20, eerste lid, genoemde uitspraken zendt de griffier van het college waarvoor de zaak laatstelijk aanhangig was, niet eerder dan zes weken na de dag van de beschikking een afschrift aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.
2 Van brieven van vaderschap, van besluiten houdende wijziging of vaststelling van namen en van naturalisatiebesluiten mede houdende wijziging of vaststelling van namen zendt de Minister van Justitie onverwijld een afschrift aan de ambtenaar van de burgerlijke stand onder wie de akte van geboorte van de betrokken persoon berust.
De ambtenaar van de burgerlijke stand die een latere vermelding van de erkenning toevoegt aan de akte van geboorte van het kind, zendt een afschrift van die akte en de latere vermelding aan de personen op wie de akte betrekking heeft. Hij zendt een afschrift aan de ambtenaar van de burgerlijke stand die de akte van erkenning heeft opgemaakt. Deze akte wordt bewaard totdat achttien maanden zijn verstreken na de ontvangst van laatstgenoemd afschrift.
De ambtenaar van de burgerlijke stand die aan de geboorteakte van een minderjarige een latere vermelding toevoegt, waaruit blijkt dat de minderjarige is erkend, dat brieven van vaderschap zijn verleend of dat een naam van hem is gewijzigd, geeft van dit feit kennis aan de bewaarder van het in artikel 244 bedoelde openbare register waarin rechtsfeiten omtrent die minderjarige zijn opgenomen.
Afdeling 8. De openbaarheid van de akten van de burgerlijke stand
De openbaarheid van de akten van de burgerlijke stand, daaronder begrepen de in artikel 18c bedoelde dubbelen of afschriften van deze akten, is beperkt overeenkomstig de in deze afdeling gegeven voorschriften.
Van de akten van de burgerlijke stand mogen slechts de bewaarders en het Openbaar Ministerie inzage nemen. Voorts kunnen de rechter en het Openbaar Ministerie overlegging van akten bevelen.
1 Een ieder is bevoegd zich door de ambtenaar die met de afgifte van afschriften en uittreksels van akten van de burgerlijke stand is belast, een uittreksel van een onder deze ambtenaar berustende akte van geboorte, van huwelijk of van overlijden te doen afgeven. Het uittreksel bevat de bij algemene maatregel van bestuur te vermelden gegevens, waaruit de afstamming van de persoon of personen waarop de akte betrekking heeft, niet blijkt.
2 Van de in het eerste lid bedoelde akten alsmede van de akten van erkenning wordt een afschrift slechts afgegeven indien de verzoeker aantoont dat hij bij de verkrijging een gerechtvaardigd belang heeft. Van andere akten die de in het eerste lid bedoelde ambtenaar onder zijn berusting heeft, wordt steeds een afschrift afgegeven.
Dit afschrift bevat de bij algemene maatregel van bestuur te vermelden gegevens.
4 Bij algemene maatregel van bestuur wordt geregeld al hetgeen overigens het opmaken en het verstrekken van afschriften en uittreksels betreft.
Daarbij worden tevens regels gegeven voor het opmaken van uittreksels van akten die vóór de inwerkingtreding van deze wet zijn opgemaakt.
De in artikel 18c bedoelde dubbelen of afschriften van de akten van de burgerlijke stand zijn slechts openbaar zolang zij onder de ambtenaar van de burgerlijke stand berusten.
Afdeling 10. De verklaring voor recht omtrent de rechtsgeldigheid in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba van een buitenlandse akte of uitspraak
1 Een ieder die daarbij een gerechtvaardigd belang heeft, kan de rechter in eerste aanleg verzoeken een verklaring voor recht af te geven dat een op hem betrekking hebbende, in het buitenland opgemaakte akte of gedane uitspraak overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door een bevoegde instantie is opgemaakt of gedaan en naar zijn aard vatbaar is voor opneming in een register van de burgerlijke stand in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba.
De rechter in eerste aanleg kan, op verzoek of ambtshalve, bij de in artikel 26, eerste lid, bedoelde verklaring voor recht tevens de toevoeging van een latere vermelding, op grond van artikel 24, eerste lid, aan een in de registers van de burgerlijke stand in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba voorkomende akte gelasten.
De griffier van het college waarbij de zaak laatstelijk aanhangig was, zendt een afschrift van de beschikking aan de ambtenaar van de burgerlijke stand in wiens registers een op de belanghebbende betrekking hebbende akte is opgenomen, waaraan een latere vermelding van de beschikking moet worden toegevoegd.
Afdeling 11. Voorziening tegen de weigering tot het opmaken van een akte van de burgerlijke stand of tot een andere verrichting
Naar aanleiding van een besluit van een ambtenaar van de burgerlijke stand om op grond van artikel 18b of 20c te weigeren een akte van de burgerlijke stand op te maken, een latere vermelding aan een akte toe te voegen of, buiten het geval van stuiting van het huwelijk en dat van afgifte van een afschrift of een uittreksel, aan een verrichting mee te werken, hebben belanghebbende partijen de bevoegdheid zich binnen acht weken na de verzending van dat besluit bij verzoekschrift te wenden tot de rechter in eerste aanleg binnen wiens rechtsgebied de standplaats van de ambtenaar van de burgerlijke stand is gelegen.
De rechter kan, op verzoek van een belanghebbende partij of ambtshalve, bij zijn beschikking tevens een verklaring als bedoeld in artikel 26, afgeven, alsmede een last als bedoeld in artikel 26a.
De griffier zendt een afschrift van de beschikking aan de belanghebbende partijen en aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.