Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met het verkrijgen door
Curaçao en Sint Maarten van de hoedanigheid van land in het Koninkrijk, wenselijk
is om een grens vast te stellen tussen de zeegebieden, met inbegrip van de daaronder
gelegen zeebodem en ondergrond, van Curaçao enerzijds en Bonaire anderzijds, respectievelijk
Sint Maarten enerzijds en Saba anderzijds;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen
zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
In noordelijke richting is het eindpunt van de grenslijn punt A, en in zuidelijke
richting is het eindpunt van de grenslijn punt W, die de snijpunten vormen van de
grenslijnen tussen de zeegebieden van het land Curaçao, het openbaar lichaam Bonaire,
en de Republiek Venezuela.
-
1 Met inachtneming van het bepaalde in artikel 4, wordt de zeegrens tussen het land Sint Maarten en het openbaar lichaam Saba, gevormd
door de bogen van grootcirkels tussen de volgende punten in de volgorde zoals hieronder
aangegeven:
A.
|
17°
|
48’
|
53.3"N
|
63°
|
06’
|
28.1"W
|
B.
|
17°
|
49’
|
29.5"N
|
63°
|
07’
|
54.2"W
|
C.
|
17°
|
49’
|
39.6"N
|
63°
|
08’
|
17.2"W
|
D.
|
17°
|
50’
|
03.6"N
|
63°
|
09’
|
28.2"W
|
E.
|
17°
|
50’
|
16.1"N
|
63°
|
10’
|
04.1"W
|
F.
|
17°
|
50’
|
26.4"N
|
63°
|
10’
|
38.3"W
|
G.
|
17°
|
50’
|
34.6"N
|
63°
|
11’
|
01.6"W
|
H.
|
17°
|
50’
|
46.7"N
|
63°
|
11’
|
47.7"W
|
I.
|
17°
|
52’
|
21.1"N
|
63°
|
17’
|
10.8"W
|
In oostelijke richting en in westelijke richting zijn de eindpunten van de zeegrens,
bedoeld in artikel 3, eerste lid, de tripunten, die de snijpunten vormen van de middellijnen tussen de zeegebieden
van het land Sint Maarten, het openbaar lichaam Saba en Frankrijk.
Deze rijkswet treedt in werking met ingang van een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip.