Subsidieregeling maatschappelijke organisaties en milieu 2008

[Regeling vervallen per 17-06-2009.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 21-06-2008 t/m 16-06-2009

Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 6 juni 2008, nr. DGM/SB 2008060091, houdende regels met betrekking tot subsidies op het gebied van maatschappelijke initiatieven die bijdragen aan nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling (Subsidieregeling maatschappelijke organisaties en milieu 2008)

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op artikel 15.13, eerste tot en met derde lid, van de Wet milieubeheer;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. Minister: Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

  • b. Besluit: Besluit milieusubsidies;

  • c. project: samenstel van activiteiten op het gebied van milieubeleid en duurzame ontwikkeling met een eenmalig karakter;

  • d. smomprogramma: samenstel van activiteiten op het gebied van milieubeleid en duurzame ontwikkeling met een voortschrijdend karakter dat een bovenprovinciaal, nationaal of internationaal belang heeft;

  • e. internationale milieusamenwerking: samenwerking op milieubeleidsterrein in internationale context;

  • f. samenwerkingsovereenkomst: overeenkomst in de vorm van een Memorandum of Understanding, een Letter of Intent of een Arrangement tussen de Minister of diens vertegenwoordiger en zijn buitenlandse ambtgenoot of diens vertegenwoordiger om op milieuterrein gezamenlijke activiteiten ter hand te nemen;

  • g. maatschappelijke organisatie: rechtspersoon zonder winstoogmerk, niet zijnde een overheidsorganisatie of onderneming in Europeesrechtelijke zin.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

De Minister kan ter ondersteuning van maatschappelijk initiatief subsidie verlenen aan een maatschappelijke organisatie voor een project of smomprogramma, indien dat naar zijn oordeel voldoende bijdraagt aan nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 Een project of een smomprogramma heeft een maximale looptijd van drie aaneengesloten jaren.

  • 2 De Minister kan, indien dat naar zijn oordeel in het belang van milieu en duurzame ontwikkeling geboden is, subsidie verlenen voor een project of smomprogramma met een langere looptijd dan genoemd in het eerste lid.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 Als subsidiabele kosten worden aangemerkt:

    • a. de volgende noodzakelijke, rechtstreeks aan het project of smomprogramma toe te rekenen en door de aanvrager na de indiening van de subsidieaanvraag gemaakte en betaalde kosten:

      • 1°. loonkosten tot ten hoogste het op de website www.senternovem.nl/smom en in de aanvraagformulieren bekendgemaakte maximale uurtarief berekend op basis van:

        • een voor de gehele organisatie van de aanvrager algemeen gebruikte en controleerbare methodiek; of

        • het brutoloon volgens kolommen 3 en 4 van de loonstaat van de betrokken medewerkers, exclusief volledige winstafhankelijke uitkeringen, verhoogd met de wettelijke dan wel op grond van een collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde opslagen voor sociale lasten. Er wordt uitgegaan van een uurloon, berekend op basis van het jaarloon bij een volledige betrekking, gedeeld door 1500;

      • 2°. aanschafkosten van uitsluitend ten behoeve van het project of smomprogramma te gebruiken apparatuur, materialen en hulpmiddelen;

      • 3°. een evenredig deel van de aanschafkosten van niet uitsluitend ten behoeve van het project of smomprogramma te gebruiken apparatuur, materialen en hulpmiddelen berekend op basis van offertes of historische aanschafprijzen en een lineaire afschrijving over een levensduur van 5 jaar en de duur van het gebruik voor het project of smomprogramma;

      • 4°. aan derden verschuldigde kosten ter zake van door hen verleende diensten;

      • 5°. reis- en verblijfkosten, alsmede kosten van deelneming aan symposia;

      • 6°. kosten die gemoeid zijn met de uitvoering van de evaluatie, bedoeld in artikel 16, en de verstrekking van gegevens, bedoeld in de artikelen 13 en 14 van het Besluit;

    • b. een opslag per vrijwilliger ter compensatie van de hiervoor gemaakte overheadkosten, indien het project of smomprogramma voor meer dan 50% door vrijwilligers wordt uitgevoerd en de loonkosten van de overige medewerkers overeenkomstig onderdeel a, onder 1º, berekend worden;

    • c. een opslag voor algemene kosten ter grootte van 40% van de loonkosten, bedoeld in onderdeel a, onder 1º.

  • 2 Kosten worden in aanmerking genomen met inbegrip van omzetbelasting, indien de aanvrager de omzetbelasting niet kan verrekenen.

  • 3 Indien werkzaamheden ten behoeve van het project of smomprogramma worden uitbesteed aan een onderneming die in organisatorisch, financieel of personeel opzicht verbonden is met de aanvrager of aan een onderneming die een inhoudelijk belang heeft bij de resultaten van het project of smomprogramma, wordt een door die onderneming in de kosten doorberekende winstopslag niet tot de subsidiabele kosten gerekend.

  • 5 De Minister kan, indien dat naar zijn oordeel in het belang van nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling geboden is, bepalen dat kosten die niet in het eerste lid worden genoemd subsidiabel zijn.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 De aanvragen worden gelijktijdig beoordeeld op basis van hun geschiktheid om bij te dragen aan de in artikel 2 bedoelde doelstelling.

  • 2 Bij de bepaling van de hoogte van de toe te kennen subsidie kan een evenwichtige spreiding van het beschikbare subsidiebudget over de verschillende thema’s, actoren en doelgroepen een medebepalende factor zijn.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 2 Voor een smomprogramma of een project als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder b of c, wordt het subsidiebedrag bepaald op basis van het werkelijke tekort en bedraagt niet meer dan het in de beschikking tot subsidieverlening genoemde maximumbedrag.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 Het subsidieplafond voor het jaar 2008 voor het verlenen van projectsubsidies bedraagt € 4.945.000.

  • 3 Het subsidieplafond voor het jaar 2008 voor het verlenen van smomprogrammasubsidies bedraagt € 1.726.000.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 Aanvragen tot subsidieverlening worden schriftelijk ingediend bij SenterNovem, t.a.v. secretariaat SMOM, Postbus 8242, 3503 RE Utrecht, met gebruikmaking van het aanvraagformulier, te downloaden vanaf www.senternovem.nl/smom onder publicaties.

  • 2 Aanvragen tot subsidieverlening worden ingediend vóór 1 september van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin, blijkens de in de aanvraag aangegeven tijdsplanning, de uitvoering van het project of het smomprogramma begint.

Hoofdstuk 2. Project- en smomprogrammasubsidies

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Artikel 9

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 Voor een projectsubsidie komt uitsluitend in aanmerking een project dat:

    • a. internationale milieusamenwerking bevordert met in het bijzonder als doel:

      • 1°. het creëren van maatschappelijk draagvlak voor en het vinden van mogelijke oplossingen, met name in de beleidsvormende fase, gericht op:

        • het verminderen van de emissie van broeikasgassen, energiebesparing en de inzet van duurzame energiebronnen; of

        • het verminderen van de milieudruk over de gehele productieketens en het duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen;

      • 2°. het stimuleren van activiteiten:

        • ter ondersteuning van de uitvoering van samenwerkingsovereenkomsten tussen het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en zijn collega-Ministeries van andere landen; of

        • ter bevordering van de naleving van Europese milieurichtlijnen en milieuverdragen van de Verenigde Naties;

    • b. gericht is op het betrekken van moeilijk bereikbare burgers bij het milieubeleid en het opwekken, vergroten of verbreden van interesse voor milieuvraagstukken bij deze burgers; of

    • c. anderszins bijdraagt aan de in artikel 2 bedoelde doelstelling.

  • 2 Een project als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder b en c, komt in aanmerking voor subsidie, indien het een bovenprovinciaal, nationaal of internationaal belang heeft.

  • 3 In afwijking van het tweede lid kan de Minister, indien dat naar zijn oordeel in het belang van nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling geboden is, subsidie verlenen voor een project als bedoeld in het eerste lid, onder b, dat geen bovenprovinciaal, nationaal of internationaal belang heeft.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Een project als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a, komt niet in aanmerking voor subsidie, indien het naar het oordeel van de Minister valt binnen de reikwijdte van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse zaken.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

De Minister betrekt bij de beoordeling van een subsidieaanvraag voor een project of een smomprogramma ten minste de volgende aspecten:

  • a. de mate waarin het project of smomprogramma meerwaarde heeft ten opzichte van bestaande initiatieven;

  • b. de mate waarin het project of smomprogramma kans van slagen heeft gezien de probleemanalyse en het gepresenteerde plan van aanpak, inclusief het voorstel tot evaluatie;

  • c. de verhouding tussen de gevraagde subsidie en het resultaat dat naar het oordeel van de Minister van het project of smomprogramma kan worden verwacht.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Onverminderd artikel 11 betrekt de Minister bij de beoordeling van een subsidieaanvraag voor een project als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a, met name de mate waarin het:

  • a. bijdraagt aan één of meer van de in artikel 9, eerste lid, onder a, bedoelde doelen;

  • b. een meer dan incidentele uitwerking zal hebben;

  • c. de subsidie zal gebruiken voor de voorbereiding van een project waarvoor subsidie in breder Nederlands, Europees of internationaal verband kan worden aangevraagd;

  • d. draagvlak heeft bij de betrokken organisaties en overheden.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Onverminderd artikel 11 betrekt de Minister bij de beoordeling van een subsidieaanvraag voor een project als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder b, met name de mate waarin het:

  • a. bijdraagt aan de in artikel 9, eerste lid, onder b, bedoelde doelen;

  • b. aansluit bij de activiteiten van andere organisaties die zich op de betreffende doelgroep richten;

  • c. een nationale voorbeeldwerking kan hebben;

  • d. bijdraagt aan het maatschappelijk debat over nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Onverminderd artikel 11 betrekt de Minister bij de beoordeling van een subsidieaanvraag voor een project als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, met name de mate waarin het:

  • a. bijdraagt aan het maatschappelijk debat over nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling;

  • b. burgers en andere maatschappelijke actoren daarbij betrekt.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Onverminderd artikel 11 betrekt de Minister bij de beoordeling van een subsidieaanvraag voor een smomprogramma met name de mate waarin het:

  • a. een duidelijke visie op milieu en duurzame ontwikkeling presenteert;

  • b. een goede balans heeft tussen continuïteit en het zoeken naar vernieuwing mede op basis van de uitkomsten van uitgevoerde evaluaties;

  • c. bijdraagt aan het maatschappelijk debat over nationaal of internationaal milieubeleid en duurzame ontwikkeling;

  • d. burgers en andere maatschappelijke actoren daarbij betrekt.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 1 De ontvanger van een project- of een smomprogrammasubsidie is verplicht een evaluatie uit te voeren.

  • 2 Indien het een smomprogrammasubsidie betreft, verstrekt de ontvanger van een smomprogrammasubsidie de uitkomsten van de evaluatie, bedoeld in het eerste lid, in ieder geval op het moment van:

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Artikel 17

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

  • 2 De regelingen, genoemd in het eerste lid, zoals deze luidden voor het tijdstip waarop deze regeling in werking is getreden, blijven van toepassing op subsidies die voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling zijn aangevraagd op grond van een van die regelingen.

Artikel 18

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 19

[Regeling vervallen per 17-06-2009]

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling maatschappelijke organisaties en milieu 2008.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 6 juni 2008

De

Minister

van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.M. Cramer

Naar boven