Besluit vaststelling eenmalige uitkering 2007/2008 en wijziging enige besluiten (arbeidsvoorwaardenovereenkomst [...] voor de krijgsmacht)

Geraadpleegd op 02-12-2024.
Geldend van 01-04-2009 t/m heden

Besluit van 11 december 2007 tot vaststelling van een eenmalige uitkering 2007 en 2008 en tot wijziging van enige besluiten in het kader van de arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor de sector Defensie over de periode 1 maart 2007 tot en met 28 februari 2009 alsmede de invoering van een flexibel personeelssysteem voor de krijgsmacht

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Defensie van 22 oktober 2007, nr. P/2007036737;

Gelet op artikel 125, eerste lid, van de Ambtenarenwet alsmede op de artikelen 12, 12quinquies en 12k van de Militaire Ambtenarenwet 1931;

De Raad van State gehoord (advies van 22 november 2007, nr. W07.07.0387/II);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Defensie van 4 december 2007, nr. P/2007032722;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk 1. Toekenning van een eenmalige uitkering 2007 aan het defensiepersoneel

Artikel 1

  • 1 De navolgende betrokkenen hebben aanspraak op een eenmalige uitkering 2007 ter grootte van 0,40% van het twaalfvoud van de voor hen geldende berekeningsbasis:

    • a. de militair aangesteld bij het beroepspersoneel met een lagere rang dan vice-admiraal of luitenant-generaal die op 1 december 2007 in werkelijke dienst was alsmede de ambtenaar op 1 december 2007 was aangesteld in burgerlijke openbare dienst om bij de krijgsmacht als geestelijk verzorger doorlopend werkzaam te zijn;

    • b. de militair aangesteld bij het reservepersoneel die in het jaar 2007 met aanspraak op bezoldiging in werkelijke dienst is geweest;

    • c. de ambtenaar aangesteld in burgerlijke openbare dienst die op 1 december 2007 in dienst was van het Ministerie van Defensie;

    • d. de gewezen militair met een lagere rang dan vice-admiraal of luitenant-generaal en de gewezen ambtenaar, die op 1 december 2007 in het genot waren van wachtgeld ingevolge artikel 18, zesde lid, van het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Defensie;

    • e. de gewezen militair die op 1 december 2007 een uitkering genoot op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen alsmede de gewezen ambtenaar die op 1 december 2007 een uitkering genoot op grond van het Besluit uitkering wegens functioneel leeftijdsontslag burgerlijke ambtenaren defensie.

  • 2 De berekeningsbasis, bedoeld in het eerste lid, bedraagt:

  • 4 De eenmalige uitkering 2007 maakt voor de ambtenaar aangesteld in burgerlijke openbare dienst, alsmede voor de gewezen ambtenaar, die aanspraak heeft op deze uitkering, deel uit van de pensioengrondslag.

Hoofdstuk 2. Toekenning van een eenmalige uitkering 2008 aan het defensiepersoneel

Artikel 2

  • 1 De navolgende betrokkenen hebben aanspraak op een eenmalige uitkering 2008 ter grootte van 0,50% van het twaalfvoud van de voor hen geldende berekeningsbasis:

    • a. de militair aangesteld bij het beroepspersoneel met een lagere rang dan vice-admiraal of luitenant-generaal die op 1 december 2008 in werkelijke dienst is alsmede de ambtenaar die op 1 december 2008 in burgerlijke openbare dienst is om bij de krijgsmacht als geestelijk verzorger doorlopend werkzaam te zijn;

    • b. de militair aangesteld bij het reservepersoneel die in het jaar 2008 met aanspraak op bezoldiging in werkelijke dienst is geweest;

    • c. de ambtenaar aangesteld in burgerlijke openbare dienst die op 1 december 2008 in dienst is van het Ministerie van Defensie;

    • d. de gewezen militair met een lagere rang dan vice-admiraal of luitenant-generaal en de gewezen ambtenaar, die op 1 december 2008 in het genot zijn van wachtgeld ingevolge artikel 18, zesde lid, van het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Defensie;

    • e. de gewezen militair die op 1 december 2008 een uitkering geniet op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen alsmede de gewezen ambtenaar die op 1 december 2008 een uitkering geniet op grond van het Besluit uitkering wegens functioneel leeftijdsontslag burgerlijke ambtenaren defensie;

  • 2 De berekeningsbasis, bedoeld in het eerste lid, bedraagt:

  • 4 De eenmalige uitkering 2008 maakt voor de ambtenaar aangesteld in burgerlijke openbare dienst, alsmede voor de gewezen ambtenaar, die aanspraak heeft op deze uitkering, deel uit van de pensioengrondslag.

Hoofdstuk 3. Toekenning van nominale uitkeringen in verband met ziektekosten

Artikel 3

  • 1 De gewezen militair, alsmede de gewezen ambtenaar die was aangesteld in burgerlijke openbare dienst om bij de krijgsmacht als geestelijk verzorger doorlopend werkzaam te zijn, die op 31 december 2005 aanspraak had op een uitkering op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen en voor zijn ziektekosten was verzekerd bij de Stichting Ziektekostenverzekering Krijgsmacht, heeft voor zolang hij aanspraak heeft op de uitkering krachtens de Uitkeringswet gewezen militairen vanaf 2008 aanspraak op een jaarlijkse nominale bruto uitkering ter grootte van € 300.

  • 2 De gewezen militair die op 31 december 2005 aanspraak had op een wachtgelduitkering in afwachting van aanspraak op een uitkering op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen en voor zijn ziektekosten was verzekerd bij de Stichting Ziektekostenverzekering Krijgsmacht heeft voor zolang hij aanspraak heeft op een wachtgelduitkering in afwachting van aanspraak op een uitkering op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen vanaf 2006 aanspraak op een jaarlijkse nominale bruto uitkering ter grootte van € 300.

  • 3 De gewezen militair bedoeld in het tweede lid heeft aanspraak op de in het eerste lid bedoelde jaarlijkse nominale uitkering gedurende de periode dat hij aanspraak heeft op een uitkering op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen. De gewezen militair heeft in enig jaar hetzij aanspraak op de in het eerste lid bedoelde jaarlijkse nominale uitkering hetzij op de in het tweede lid bedoelde jaarlijkse nominale uitkering.

  • 4 De militair die op 31 december 2005 één of meer gezinsleden had als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c en e, van de Regeling ziektekostenverzekering militairen zoals die regeling luidde op 31 december 2005, welke gezinsleden op die datum voor ziektekosten waren verzekerd bij de Stichting Ziektekostenverzekering Krijgsmacht, heeft per desbetreffend gezinslid aanspraak op een jaarlijkse nominale bruto uitkering ter grootte van € 300. De aanspraak op deze uitkering vervalt op het moment dat het gezinslid niet meer voldoet aan de op 31 december 2005 geldende voorwaarden voor het voor ziektekosten verzekerd zijn bij de Stichting Ziektekostenverzekering Krijgsmacht. De aanspraak op de uitkering wordt per gezinslid vastgesteld aan de hand van de situatie per 1 januari van enig jaar.

  • 6 De in dit artikel genoemde uitkeringen worden uitbetaald in de maand december van enig jaar.

Hoofdstuk 7. Wijzigingen met ingang van 1 januari 2008 alsmede wijzigingen in verband met de invoering van het flexibel personeelssysteem

Artikel 18

[Red: Wijzigt het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Defensie.]

Hoofdstuk 10. Doorwerking salarisaanpassing in de ontslaguitkeringen van gewezen ambtenaren

Artikel 23

  • 2 Ten aanzien van de gewezen ambtenaar wordt bij het bepalen van de bezoldiging als bedoeld in het Inkomstenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie uitgegaan van het salaris zoals dat gold op 28 februari 2007 vermeerderd met:

    • a. 2,05% per 1 maart 2007

    • b. 2% per 1 juli 2008

    • c. toekomstige aanpassingen van het salaris.

Hoofdstuk 11. Slotbepalingen

Artikel 25. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst met dien verstande dat:

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 11 december 2007

Beatrix

De Staatssecretaris van Defensie,

C. van der Knaap

Uitgegeven de achtentwintigste december 2007

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin