In dit besluit wordt verstaan onder:
a. UWV: Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen;
b. WAO: Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering;
c. Wet WIA: Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;
d. WAZ: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen;
e. Wajong: Wet op de arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten;
f. uitkering: de uitkering in de zin van hoofdstuk II van de WAO, de hoofdstukken 6 en 7 van de Wet WIA, hoofdstuk 3 van de WAZ of hoofdstuk 2 van de Wajong;
g. uitkeringsgerechtigde: de persoon aan wie een uitkering ingevolge de WAO, de Wet WIA, de WAZ of de Wajong is toegekend;
h. aanvrager: de persoon bedoeld in artikel 34, derde lid, van de WAO, artikel 64, derde lid, van de Wet WIA en artikel 28, vierde lid, van de Wajong.
Dit besluit is van toepassing op de aanvrager en de uitkeringsgerechtigde die in het buitenland wonen of verblijven.
Het bepaalde in de voorgaande artikelen is van overeenkomstige toepassing op de wettelijke vertegenwoordiger van de aanvrager en de uitkeringsgerechtigde, alsmede de instelling bedoeld in artikel 54 WAO, artikel 71 Wet WIA, artikel 57 WAZ of artikel 49 Wajong waaraan de arbeidsongeschiktheidsuitkering wordt betaald.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
De Controlevoorschriften buitenland WAO, WAZ en Wajong worden ingetrokken.
Dit besluit wordt aangehaald als: Controlevoorschriften buitenland arbeidsongeschiktheidswetten 2006.