Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om, met het oog op nieuwe
ontwikkelingen in de informatietechnologie, het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
[Red: Wijzigt het Wetboek van Strafrecht.]
[Red: Wijzigt het Wetboek van Strafvordering.]
[Red: Wijzigt de Uitleveringswet.]
[Red: Wijzigt de Telecommunicatiewet.]
Een bevel aan een opsporingsambtenaar tot het door tussenkomst van een openbaar telecommunicatienetwerk
afnemen van een bepaald persoon van gegevens die zijn opgeslagen, worden verwerkt
of overgedragen door middel van een geautomatiseerd werk, welk bevel is uitgevaardigd
voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, geldt als een bevel
als bedoeld in de artikelen 126i, eerste lid, onderdeel b, en 126q, eerste lid, onderdeel b, van het Wetboek van Strafvordering, indien het aan de in het toepasselijke artikel gestelde eisen voldoet.
[Red: Wijzigt de Wijzigingswet Wetboek van Strafrecht (fraude niet-chartaal geldverkeer)
(Stb. 2004/180).]
[Red: Wijzigt de Wijzigingswet Wetboek van Strafvordering (bevoegdheden vorderen gegevens)
(Stb. 2005/390).]
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan
worden vastgesteld.