Bijlage Examenprogramma basisexamen inburgering
Examenstof
Het basisexamen inburgering heeft tot doel na te gaan of personen die in aanmerking
willen komen voor een machtiging tot voorlopig verblijf voldoen aan de eisen op het
gebied van de beheersing van de Nederlandse taal en van kennis van de Nederlandse
samenleving. In het basisexamen inburgering worden getoetst:
-
a. de leesvaardigheid in het Nederlands;
-
b. de spreekvaardigheid in het Nederlands;
-
c. de kennis van de Nederlandse samenleving.
Het examenprogramma is een uitwerking van de examenstof zoals omschreven in het advies
over het niveau van het basisexamen inburgering in het buitenland van de Adviescommissie
Normering Inburgeringseisen en de maatregelen uit de brief aan de Tweede Kamer inzake
Huwelijks- en gezinsmigratie (2 oktober 2009, Kamerstukken II, 2009-2010, 32 175,
nr. 1).
Afnamecondities
De examenonderdelen leesvaardigheid, spreekvaardigheid en kennis van de Nederlandse
samenleving kunnen worden afgenomen in één zitting maar kunnen vanaf 1 november 2014
ook afzonderlijk worden afgenomen. Alle drie de examenonderdelen worden afgenomen
met behulp van een computer. De opgaven worden in het Nederlands gepresenteerd. De
antwoorden van de kandidaten worden automatisch opgeslagen.
Beoordeling
De examenonderdelen leesvaardigheid en kennis van de Nederlandse samenleving bestaan
uit meerkeuzevragen en worden automatisch door de computer beoordeeld. Het examenonderdeel
spreekvaardigheid wordt beoordeeld door gecertificeerde menselijke beoordelaars.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid stelt bij het vaststellen van de
examenonderdelen en de daarbij behorende beoordeling, de cesuur vast.
Een kandidaat is geslaagd voor het basisexamen wanneer hij voor alle drie examenonderdelen
een voldoende heeft behaald. Indien voor een of meer van de examenonderdelen een onvoldoende
is behaald, dan kan de kandidaat het betreffende examenonderdeel of de betreffende
onderdelen opnieuw afleggen. Dit is alleen van toepassing op kandidaten die op of
na 1 november 2014 examen doen.
Leesvaardigheid
De inhoud van het examen
Met het examenonderdeel leesvaardigheid wordt gemeten in hoeverre kandidaten het Latijnse
schrift beheersen en geschreven Nederlands kunnen lezen en begrijpen. De items worden
geselecteerd uit een grote itembank, zodanig dat elke kandidaat een verschillende
combinatie van opgaven krijgt voorgelegd. Het examenonderdeel Leesvaardigheid bestaat
uit twee delen:
-
A. Technische leesvaardigheid
Dit onderdeel wordt op twee manieren getoetst. In de ene vorm hoort de kandidaat een
woord, getal of zin en moet hij kiezen uit drie of vier geschreven antwoordmogelijkheden.
In de andere vorm ziet/leest de kandidaat een woord en moet hij kiezen uit drie of
vier gesproken antwoordmogelijkheden. De kandidaat moet het juiste antwoord met de
muis selecteren.
-
B. Functionele leesvaardigheid
Bij dit onderdeel krijgt de kandidaat op het scherm zes leesteksten te zien, gekoppeld
aan de domeinen werk, opleiding en dagelijks leven uit het Raamwerk NT2. Per leestekst
krijgt de kandidaat telkens twee meerkeuzevragen met drie of vier antwoordmogelijkheden.
De kandidaat moet het juiste antwoord met de muis selecteren.
Duur van het examen
De kandidaat krijgt 35 minuten de tijd om het examen te maken.
Beoordeling
Het examenonderdeel leesvaardigheid wordt automatisch beoordeeld. Een kandidaat is
geslaagd als hij een voldoende haalt.
Spreekvaardigheid
De inhoud van het examen
Met het examenonderdeel spreekvaardigheid wordt gemeten in hoeverre kandidaten Nederlands
kunnen spreken. Kandidaten moeten tien vragen beantwoorden en twaalf gesproken zinnen
afmaken. Het examenonderdeel Spreekvaardigheid bestaat uit twee delen:
-
A. Vraag en antwoord
De kandidaat krijgt vragen en dient hierbij zelf zijn antwoorden te formuleren. De
vragen in dit onderdeel zijn functioneel van karakter, het zijn vragen die kandidaten
ook in het dagelijks leven zouden kunnen tegenkomen.
-
B. Zinnen afmaken
De kandidaat hoort een korte zin, gevolgd door het eerste gedeelte van een zin die
door de kandidaat aangevuld moet worden. Een afbeelding op het scherm geeft hulp bij
de interpretatie van de situatie die in de eerste zin wordt geschetst.
Duur van het examen
De kandidaat krijgt 30 minuten de tijd om het examen te maken.
Beoordeling
Het examenonderdeel spreekvaardigheid wordt met een gestandaardiseerd beoordelingsmodel
door twee gecertificeerde personen beoordeeld. Een kandidaat is geslaagd als hij een
voldoende haalt.
Kennis van de Nederlandse samenleving
De inhoud van het examen
Met het examenonderdeel Kennis van de Nederlandse Samenleving wordt gemeten in hoeverre
kandidaten basiskennis hebben van Nederland en de Nederlandse samenleving. Een kandidaat
hoort en ziet vragen, met daarbij twee antwoordmogelijkheden. De vragen zijn voorzien
van bijbehorende foto’s. Dit betreffen foto’s van beelden uit de film ‘Naar Nederland’.
De kandidaat kan kennis nemen van alle vragen uit de totale verzameling van de vragen
via het zelfstudiepakket ‘Naar Nederland’. Met de gelijknamige film, het fotoboek
en de bijbehorende DVD in dit pakket kunnen kandidaten zich voorbereiden op het examen.
Inhoud van de vragen
De vragen hebben betrekking op zeven onderwerpen, die ook als zodanig in de film ‘Naar
Nederland’ voorkomen:
-
1. Nederland: geografie, vervoer en wonen
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: de ligging van Nederland in de wereld,
de ligging van Nederland in Europa, de ligging van Nederland t.o.v. de zeespiegel,
de oppervlakte van Nederland, de bevolkingsdichtheid van Nederland, de wegen in Nederland,
de vervoermiddelen in Nederland, de woningen in Nederland.
-
2. Geschiedenis
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: Willem van Oranje, de tachtigjarige oorlog,
de Gouden Eeuw en de VOC, de Eerste Wereldoorlog, de Tweede Wereldoorlog, enkele naoorlogse
ontwikkelingen.
-
3. Staatsinrichting, politiek en Grondwet
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: democratie, de Grondwet, het politieke stelsel, de belangrijkste grondrechten, rechten en verplichtingen,
omgangsvormen.
-
4. De Nederlandse taal en het belang van het leren ervan
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: de Nederlandse taal, lesmethoden, volwassenenonderwijs.
-
5. Opvoeding en onderwijs
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: Nederlandse opvoedmethoden, verantwoordelijkheid
voor kinderen, onderwijsvormen.
-
6. Gezondheidszorg
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: verplichte ziektekostenverzekering, huisarts
en gespecialiseerde artsen, consultatiebureau.
-
7. Werk en inkomen
In dit onderdeel komen onder meer aan bod: wie werken er in Nederland, wanneer en
waar moet je werk zoeken, in welke sectoren is er werk, regels sollicitatiegesprek
in Nederland.
Duur van het examen
De kandidaat krijgt 30 minuten de tijd om het examen te maken.
Beoordeling
Het examenonderdeel kennis van de Nederlandse samenleving wordt automatisch beoordeeld.
Een kandidaat is geslaagd als hij een voldoende haalt.