Artikel 1
[Vervallen per 05-12-2017]
a. NVWA: Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit;
b.
richtlijn nr. 97/78/EG: richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen in de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG 1998, L 24);
c.
verordening (EG) 852/2004: verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (PbEU L 139 en 226);
d.
verordening (EG) 854/2004: verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PbEU L 139 en L 226);
e.
richtlijn nr. 96/23/EG: richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 april 1996 inzake controlemaatregelen ten aanzien van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in produkten daarvan en tot intrekking van de Richtlijnen 85/358/EEG en 86/469/EEG en de Beschikkingen 89/187/EEG en 91/664/EEG (PbEG L 125);
f.
verordening (EG) 882/2004: verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEU L 165 en 191);
g. belanghebbende bij de lading: natuurlijke of rechtspersoon die overeenkomstig de voorschriften van verordening nr. 2913/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1992 (PbEG L 302) tot vaststelling van het communautaire douanewetboek verantwoordelijk is voor het verloop van de in die verordening bedoelde situaties waarin de partij kan verkeren, alsmede de in artikel 5 van die verordening bedoelde vertegenwoordiger, die de verantwoordelijkheid op zich neemt met betrekking tot de gevolgen van de door richtlijn nr. 97/78/EG voorgeschreven controles;
h. visserijproducten: producten als bedoeld in bijlage I, onderdeel 3.1, van verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PbEU L 139 en L 226);
i. aquacultuurproducten: visserijproducten die onder door de mens gecontroleerde omstandigheden uit eieren worden voortgebracht en opgekweekt totdat ze als eetwaar in de handel worden gebracht, zee- en zoetwatervis of zee- en zoetwaterschaaldieren die in het juveniele stadium in hun natuurlijke milieu zijn gevangen en zijn opgekweekt tot ze de gewenste maat hebben bereikt om voor menselijke consumptie te worden afgezet, met uitzondering van vis en schaaldieren van voor de handel geschikte maat, die zijn gevangen in hun natuurlijke milieu en levend zijn gehouden om op een later tijdstip te worden verkocht en die in visvijvers alleen in leven worden gehouden en waarbij niet wordt getracht om hun maat of gewicht te doen toenemen;
j. tweekleppige weekdieren: weekdieren als bedoeld in bijlage I, onderdeel 2.1, van verordening (EG) 853/2004;
k. partij visserijproducten: een hoeveelheid visserijproducten die is verkregen onder praktisch identieke omstandigheden;
l. aanvoerder: degene die een partij visserijproducten aanlandt;
m. producten van dierlijke oorsprong: producten als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, van richtlijn 97/78/EG;
n. invoer: het in het vrije verkeer brengen van producten van dierlijke oorsprong en andere eet- en drinkwaren, alsmede het voornemen tot het in het vrije verkeer brengen van producten van dierlijke oorsprong en andere eet- en drinkwaren in de zin van artikel 79 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautaire douanewetboek (PbEG L 302);
o. pakstation: bedrijf als bedoeld in artikel 1, negende lid, van verordening (EEG) nr. 1907/90 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (PbEG L 173);
p. officiële controle: controle als bedoeld in artikel 2, onder 1 van verordening (EG) 882/2004;
q. aanvullende officiële controle: aanvullende officiële controle als bedoeld in artikel 28 van verordening (EG) 882/2004;
r. verordening (EG) 110/2008: verordening (EG) nr. 110/2008 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 15 januari 2008 (PbEU L 39) betreffende de definitie, de aanduiding, de presentatie, de etikettering en de bescherming van de geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken en tot intrekking van verordening (EG) nr. 1576/89 van de Raad;
s. exportverklaring: een schriftelijke verklaring over in een bedrijf geproduceerde waren die bestemd zijn voor uitvoer naar een derde land;
t. het COKZ: de stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel;
u. ontvanger van boerderijmelk: de natuurlijke of rechtspersoon die op jaarbasis 500.000 kg of meer boerderijmelk bedrijfsmatig ontvangt van één of meer in Nederland gevestigde melkveehouders en terzake betalingen aan de desbetreffende melkveehouders verricht, met uitzondering van boerderijzuivelbereiders.