In strafzaken waarin de stukken ingevolge de wet aan de griffie moeten worden toegezonden of ter griffie ter inzage moeten worden neergelegd, worden door het bestuur van een gerecht bij reglement de tijden vastgesteld waarop inzage in de stukken kan worden verkregen door de ambtenaren van het openbaar ministerie of van het parket bij de Hoge Raad, de verdachten, de raadslieden van de verdachten, de benadeelde partijen in strafzaken en hun advocaten en gemachtigden.
[Red: Dit artikel is gewijzigd in verband met de invoering van digitaal procederen. Zie voor de procedures en gerechten waarvoor digitaal procederen geldt het Overzicht gefaseerde inwerkingtreding op www.rijksoverheid.nl/KEI.]
Voor andere zaken dan strafzaken waarin recht op inzage van stukken bestaat, wordt door het bestuur van een gerecht de wijze waarop niet-elektronische inzage kan plaatsvinden, vastgesteld bij reglement, en indien van toepassing, de tijden van die inzage.
[Red: Voor overige gevallen luidt het artikel als volgt:]
Artikel 18
Voor andere zaken dan strafzaken waarin recht op inzage van stukken bestaat, worden door het bestuur van een gerecht de tijden en de wijze waarop inzage kan plaatsvinden, vastgesteld bij reglement.