Regeling stortplaatsen voor baggerspecie op land

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2010. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Regeling stortplaatsen voor baggerspecie op land

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Verkeer en Waterstaat;

Gelet op richtlijn nr. 1999/31/EG van de Raad van de Europese Unie van 26 april 1999, betreffende het storten van afvalstoffen (PbEG L 182), en op de artikelen 8.5, eerste lid, 8.15, eerste lid, 8.44, eerste lid, 8.45, eerste lid, 8.49, vijfde lid, 21.2, tweede lid, en 21.6, zesde lid, van de Wet milieubeheer;

Besluit:

Hoofdstuk III. De exploitatiefase

[Vervallen per 01-01-2024]

§ 4. Toezicht en controle

[Vervallen per 01-01-2024]

Hoofdstuk IV. De nazorgfase

Artikel 31

Dit hoofdstuk is niet van toepassing op stortplaatsen die op grond van artikel 8.47, derde lid, van de Wet milieubeheer gesloten zijn verklaard op het tijdstip waarop deze regeling in werking treedt.

Artikel 32

  • 2 Indien de stortplaats niet langer zodanig gevaar voor het milieu kan opleveren dat de verplichtingen, bedoeld in het eerste lid, ongewijzigd moeten worden voorgezet, kan het bevoegd gezag besluiten dat deze verplichtingen geheel of ten dele worden beëindigd of aangepast, dan wel worden vervangen door andere verplichtingen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 9 juli 2001

De

Minister

van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.P. Pronk

Naar boven