Verhoging flexibilisering arbeidsduur

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 13-12-2000 t/m heden

Verhoging flexibilisering arbeidsduur

1. Inleiding

In deze voorlichtingspublicatie wordt u geïnformeerd over het akkoord dat op 8 november 2000 met de Centrales van Overheidspersoneel is gesloten over flexibilisering van de arbeidsduur. In de CAO sector onderwijs (PO, VO, BVE) 2000-2002 was al overeengekomen dat werknemers op hun verzoek de mogelijkheid krijgen om, bij een normbetrekking, 51 uur meer te werken, zonder dat dit leidt tot een aanspraak op verlof (verzilvering 51 uren adv-verlof). Voor deze regeling verwijs ik naar publicatie AB/A&A-2000/28671 in het Gele katern, nr. 18b van 26 juli 2000.

De verscherpte problematiek op de onderwijsarbeidsmarkt is aanleiding geweest om voor het Primair Onderwijs aanvullende afspraken te maken over verzilvering van adv (verzilvering van de volledige adv). Onderdeel van deze afspraak is een extra financiële impuls. Voor de sector PO komt deze overeen met een verhoging van het MOA-budget met ongeveer 10% per 1 december 2000.

Voor de sectoren VO en BVE zijn afspraken over de invulling van de arbeidsduur een onderwerp van decentraal overleg. Er vanuit gaande dat decentrale partijen bereid zijn om vergelijkbare afspraken te maken met betrekking tot vergroting van het arbeidsaanbod en verlaging van de werkdruk, zullen de decentrale schoolbudgetten in deze sectoren overeenkomstig worden verhoogd.

2. Arbeidsduur in het Primair Onderwijs

De normjaartaak bedraagt 1659 uur en zal geen wijziging ondervinden.

Voor personeel dat de adv op reguliere wijze opneemt (jaarverlof) is de invulling van de arbeidsduur als volgt:

Tabel 1: Invulling van de arbeidsduur bij keuze voor jaarverlof

Arbeidsduur

Feitelijk te werken

Deskundigheids-bevordering

Maximale Lessentaak

Minimale -niet Lessentaak

Adv-verlof

Les-adv

Feitelijke Maximale Lessentaak

1790

1659

166

1010

563

131

80

930

1710

1659

166

961

563

51

31

930

Bij afsluiting van het akkoord is de wens uitgesproken dat bestaande mogelijkheden voor flexibilisering van de arbeidsduur optimaal worden benut. Deze mogelijkheden staan open voor alle personeelscategorieën (onderwijsgevend, onderwijsondersteunend en directie). Bestaande mogelijkheden zijn:

Tabel 2: Invulling van de arbeidsduur bij keuze voor spaarverlof

Arbeidsduur

Feitelijk te werken

Deskundigheidsbevordering

Maximale Lessentaak

Minimale -niet Lessentaak

Adv-Spaarverlof

Les-adv

Feitelijke Maximale Lessentaak

1790

1790

179

1010

601

131

(80)

1010

1710

1710

171

961

578

51

(31)

961

a. Spaarverlof

Met ingang van 1 augustus 1998 bestaat de mogelijkheid om, bij een normbetrekking, 51 uur, respectievelijk 131 uur, adv-verlof te sparen in het kader van de regeling spaarverlof.

b. Verzilvering 51 uur adv-verlof

Zoals aangegeven in de CAO, sector onderwijs (PO, VO, BVE) 2000-2002, is voor het primair onderwijs afgesproken dat werknemers de mogelijkheid krijgen om op hun verzoek in overleg met de werkgever de 51 adv-uren (31 uren les-adv) die per 1 augustus 1998 zijn ingevoerd, om te zetten in bezoldigde werkzaamheden (verzilvering 51 uren adv-verlof). Deze keuze dient per schooljaar plaats te vinden. Deze mogelijkheid is per 1 augustus 2000 van kracht geworden.

3. Nadere afspraak over de arbeidsduur in het Primair Onderwijs

Vanwege de toenemende personeelstekorten in het onderwijs is afgesproken om voor de periode van drie jaar de mogelijkheden voor verzilvering van de adv te verruimen.

a. Verzilvering volledige adv (131 uur)

Afgesproken is om verzilveringsmogelijkheid te verruimen tot het volledige adv-verlof (131 uur op jaarbasis, bij een normbetrekking). Deze mogelijkheid wordt per 1 december 2000 van kracht. Verzilvering van de volledige adv betekent dat werknemers de mogelijkheid krijgen om, op hun verzoek en in overleg met de werkgever, de 131 adv-uren (80 uren les-adv) die per 1 augustus 1998 zijn ingevoerd, om te zetten in bezoldigde werkzaamheden. Ook deze mogelijkheid staat open voor alle personeelscategorieën. Om vrijwilligheid en tijdelijkheid van verzilvering van de volledige adv te waarborgen, dient ook deze keuze steeds per schooljaar plaats te vinden.

De afgesproken verruiming betekent dat er twee mogelijkheden zijn om adv te verzilveren, waarbij de invulling van de arbeidsduur er als volgt uitziet:

Tabel 3: Invulling van de arbeidsduur bij verzilvering adv-verlof

Arbeidsduur

Feitelijk te werken

Deskundigheidsbevordering

Maximale Lessentaak

Minimale -niet Lessentaak

Verzilvering adv-verlof

Verzilvering-lesadv

Feitelijke Maximale Lessentaak

1790

1790

179

1010

601

131

(80)

1010

1710

1710

171

961

578

51

(31)

961

b. Extra financiële impuls

Zoals aangegeven in de inleiding, is onderdeel van de nadere afspraak een extra financiële impuls aan het arbeidsmarkt- en personeelsbeleid op instellingsniveau. Met deze extra impuls is een budget gemoeid van 24 mln structureel voor de sectoren PO, VO en BVE tezamen, ingaande 1 december 2000.

Voor de sector PO zal dit bedrag, voor het lopende schooljaar 2000-2001, worden toegekend in de vorm van een verhoging van het MOA-budget.

Voor de besteding van dit additionele budget gelden dezelfde voorwaarden als voor het MOA-budget. Het budget is derhalve op het niveau van de school vrij besteedbaar ten behoeve van specifieke omstandigheden en problemen, met dien verstande dat het budget uitsluitend besteed kan worden ten behoeve van personeel binnen de aandachtgebieden management, ondersteuning, arbeidsmarkt en arbeidsomstandigheden. Naast de, in de publicatie Schoolbudget voor management, ondersteuning, arbeidsmarkt en arbeidsomstandigheden (MOA-budget) opgenomen, suggesties voor besteding (zie publicatie PO/PJ-2000/28534, 28537 en 28539, gepubliceerd in Gele katern nr. 18b van 26 juli 2000) kan bij de besteding van het budget worden gedacht aan:

  • extra inzet van ondersteunend personeel, gericht op het verlichten van de werkdruk van personeel dat van de mogelijkheid gebruik maakt om de (volledige) adv te verzilveren;

  • bewust belonen van personeel dat zich extra inzet om de knelpunten binnen de personeelsvoorziening van de school op te lossen. Dit kan worden vormgegeven via een bonus in tijd (extra verlofuren) of in geld (toelagen, gratificaties). Werknemers kunnen deze mogelijkheden betrekken bij de keuze om meer te gaan werken.

Over deze extra financiële impuls wordt u nader geïnformeerd in een op korte termijn te verschijnen afzonderlijke publicatie.

Aan het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) zal advies gevraagd worden over de technische haalbaarheid en de effectiviteit van een toekenningsmethodiek van deze additionele middelen, die rekening houdt met (relatieve) omvang van de personeelstekorten per regio. Het ROA zal gevraagd worden om uiterlijk mei 2001 dit advies uit te brengen. Op basis van het advies zal overleg worden gevoerd over de verdeling van de budgetten vanaf schooljaar 2001-2002.

4. Vormgeving verschillende mogelijkheden en nadere voorwaarden

Vormgeving bij spaarverlof

Bij personeel dat gebruik maakt van de mogelijkheid van spaarverlof is, gedurende de spaarperiode, sprake van een tijdelijke verhoging van het aantal feitelijk te werken uren, onder handhaving van de betrekkingsomvang en de daarbij behorende bezoldiging.

Vormgeving bij verzilvering adv door personeel met een deeltijdbetrekking

Bij de adv-afspraken ingaande 1 augustus 1998 is, bij wijze van overgangsbepaling, aan personeelsleden die op 31 juli 1998 een deeltijdbetrekking hadden, éénmalig de mogelijkheid geboden om een verhoging van de werktijdfactor te vragen, overeenkomstig de adv-aanspraak, onder de voorwaarde dat formatieruimte beschikbaar is (opplussen adv). Personeel met een deeltijdbetrekking kan thans, onder de vergelijkbare voorwaarden, een uitbreiding van de betrekkingsomvang bij het bevoegd gezag aanvragen.

Het gaat daarbij in beginsel om een reguliere verhoging van de betrekkingsomvang.

Als met dit verzoek kan worden ingestemd en betrokkene is, voor minder dan een normbetrekking, benoemd in vaste dienst, dan wordt de benoemingsomvang in vaste dienst uitgebreid met het aantal adv-uren dat voor de omzetting in aanmerking komt. Deze uren worden op dezelfde wijze behandeld en bezoldigd als de uren waarvoor hij reeds is benoemd, met andere woorden: de omgezette adv-uren geven in verhouding eenzelfde bezoldiging, aanspraak vakantie-uitkering, aanspraak ZKOO e.d. als de uren waarvoor hij reeds werkzaam is.

Bij de uitbreiding wordt melding gemaakt van de keuze en deze keuze geldt telkens voor een jaar. Indien betrokkene na afloop van een jaar wil afzien van zijn keuze, wordt de betrekkingsomvang dientengevolge vastgesteld op de oorspronkelijke betrekkingsomvang zoals die luidde op het moment van de keuze.

Vormgeving bij verzilvering adv door personeel met een volledige betrekking

Bij personeel dat werkzaam is in normbetrekking, dient rekening gehouden te worden met het gestelde in artikel I-P80 Rpbo, hetgeen inhoudt dat de uitbreiding van de benoeming telkens per jaar moet worden bezien, zowel door de werknemer als de werkgever De keuze kan, onder de, hierna genoemde, nadere voorwaarden, telkens met een jaar worden verlengd.

Nadere voorwaarden

Uitbreiding van de betrekkingomvang door deeltijders en verzilvering van adv-verlof door personeel met een volledige betrekking, is alleen mogelijk als de formatie van de school dit toelaat. Dit houdt in dat de keuze op generlei wijze direct mag leiden tot plaatsing in het risicodragende deel van de formatie (RDDF), zoals bedoeld in artikel I-P76, tweede lid, onder b van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel (RPBO), danwel direct mag leiden tot een uitkering op grond van het BWOO. Het bevoegd gezag moet daarnaast hebben voldaan aan de herbenoemingsverplichting op grond van de zogenoemde ”eigen wachtgeldersbepaling”. Tevens kan alleen sprake zijn van omzetting in bezoldigde uren als het bevoegd gezag, als onderdeel van een actief arbeidsmarktbeleid (zie paragraaf 5), alles in het werk heeft gesteld om arbeidsongeschikten met een restcapaciteit aan het werk te helpen. Tenslotte moet zijn voldaan aan de verplichtingen, zoals opgenomen in de CAO PO, dan wel de Raamovereenkomst.

Ten aanzien van spaarverlof wordt voor de volledigheid nog opgemerkt dat de spaarperiode niet wordt onderbroken indien de spaarder, dan wel een ander personeelslid, in het RDDF wordt geplaatst door afname van formatie.

Voor nadere informatie over adv-verlof en de invulling van de arbeidsduur, zie publicatie AB 1998/18847, d.d. 6 mei 1998, gepubliceerd in Gele katern nr. 12b en over het spaarverlof de Regeling spaarverlof primair onderwijs, AB/A&A/1999/53786, d.d. 24 mei 2000, gepubliceerd in Gele Katern, nr. 14.

5. Flankerende maatregelen bij verzilvering van de volledige adv

Voor een verantwoorde uitvoering van de afspraak is het van belang de vrijwilligheid en de tijdelijkheid van het verzilveren van adv te waarborgen. Daarnaast moet een toename van de werkdruk van personeel, dat van deze mogelijkheid gebruik maakt, zoveel mogelijk worden voorkomen. Hiervoor zijn flankerende maatregelen op instellingsniveau gewenst:

  • Zoals aangegeven zijn spaarverlof, uitbreiding van de deeltijdbetrekking en verzilvering van adv-uren dan alleen mogelijk, als bij het bevoegd gezag iedere arbeidsongeschikte met een restcapaciteit aan het werk is geholpen. Het is daarbij van groot belang dat het bevoegd gezag de mogelijkheden van reïntegratie die de WAO en de wet REA bieden (o.a. loonkostensubsidie, proefplaatsing, korting op de WAO-premie) maximaal benutten;

  • Om negatieve effecten op de werkdruk van het betreffende personeel te voorkomen, is het van belangdat het bevoegd gezag en de werknemer, voordat zij, op basis van vrijwilligheid, afspreken van de verzilveringsmogelijkheid gebruik te maken, zich er rekenschap van geven of:

  • vrijwilligheid en tijdelijkheid van het verzilveren van de volledige adv zijn gewaarborgd via, in de acte van benoeming c.q. aanstelling van personeel op te nemen, afspraken;

  • de school een actief arbeidsmarktbeleid voert en alles in het werk stelt om vacatures op zodanige wijze te vervullen dat personeel niet onnodig extra wordt belast;

  • de school de uitvoering van het deelconvenant ”Verzuimbegeleiding en Reïntegratie Primair en Voortgezet Onderwijs” met voortvarendheid ter hand neemt;

  • de school op korte termijn een plan van aanpak ziekteverzuim/ reïntegratie en arbo gereed heeft;

  • in dit plan van aanpak specifieke maatregelen zijn opgenomen, die gericht zijn op personeel dat gebruik maakt van de mogelijkheid om de (volledige) adv te verzilveren;

De effecten van flexibilisering van de arbeidsduur zullen worden meegenomen in het onderzoek naar taakbelasting van leraren, zoals in de CAO, sector onderwijs (PO, VO, BVE) 1999-2000 is afgesproken.

Overig

Om een adequate uitvoering van de afspraak te bevorderen, vindt begin 2001 een uitgebreide voorlichtingscampagne plaats, waarin het personeel uitgebreider wordt geïnformeerd over de mogelijkheden voor flexibele invulling van de arbeidsduur.

Daarnaast wordt de uitvoering van deze regeling zorgvuldig gemonitord, in samenhang met andere arbeidsmarktmaatregelen. Het (potentieel) gebruik van de verschillende arbeidsduurarrangementen en de mogelijke belemmeringen om hiervan gebruik te maken, worden daarbij nader onderzocht.

Ik verzoek u het personeel in dienst van uw instelling van deze publicatie op de hoogte te stellen.

De

minister

van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
namens deze,

mr. J.A.P. Veringa

directeur directie arbeidsvoorwaarden en beroepskwaliteit

Naar boven