Herziening kinderbijslagbedragen per 1 januari 1991

[Regeling vervallen per 22-09-2004.]
Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 01-01-1991 t/m 21-09-2004

Herziening kinderbijslagbedragen per 1 januari 1991

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 13 van de Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1990, 128);

Besluit:

Artikel 2

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 Met inachtneming van het bepaalde in artikel 12, vijfde lid, onderdeel a, van de Algemene Kinderbijslagwet belopen de kinderbijslagbedragen per kwartaal voor een kind, dat jonger is dan 6 jaar, bij een gezinsgrootte van:

    een kind:

    f 251,94.

    twee kinderen:

    f 309,13 per kind;

    drie kinderen:

    f 325,70 per kind;

    vier kinderen:

    f 352,77 per kind;

    vijf kinderen:

    f 369,00 per kind;

    zes kinderen:

    f 387,25 per kind;

    zeven kinderen:

    f 400,31 per kind,

    en acht kinderen:

    f 416,16 per kind.
  • 2 Bij een gezinsgrootte van meer dan acht kinderen wordt het bedrag per kind voor een kind als bedoeld in het eerste lid, berekend door het rekenkundig op een cent afgeronde bedrag, dat voortvloeit uit de toepassing van artikel 12, vierde lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, te vermenigvuldigen met de factor 0,7, waarna een rekenkundige afronding op een cent plaatsvindt.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 Met inachtneming van het bepaalde in artikel 12, vijfde lid, onderdeel e, van de Algemene Kinderbijslagwet belopen de kinderbijslagbedragen per kwartaal voor een kind, dat 12 jaar of ouder doch jonger dan 18 jaar is, bij een gezinsgrootte van:

    een kind:

    f 467,88;

    twee kinderen:

    f 574,11 per kind;

    drie kinderen:

    f 604,86 per kind;

    vier kinderen:

    f 655,14 per kind;

    vijf kinderen:

    f 685,28 per kind;

    zes kinderen:

    f 719,19 per kind;

    zeven kinderen:

    f 743,43 per kind,

    en acht kinderen:

    f 772,86 per kind.
  • 2 Bij een gezinsgrootte van meer dan acht kinderen wordt het bedrag per kind voor een kind als bedoeld in het eerste lid, berekend door het rekenkundig op een cent afgeronde bedrag, dat voortvloeit uit de toepassing van artikel 12, vierde lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, te vermenigvuldigen met de factor 1,3, waarna een rekenkundige afronding op een cent plaatsvindt.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Dit besluit, dat met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst, treedt in werking met ingang van 1 januari 1991, met dien verstande dat dit besluit geen toepassing vindt met betrekking tot het recht op kinderbijslag over voor die datum gelegen tijdvakken.

's-Gravenhage, 20 december 1990

De

Staatssecretaris

voornoemd,

E. ter Veld

Naar boven