Besluit beperking vrije visserij kustwateren

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 26-01-1994 t/m heden

Besluit van 2 juni 1989, houdende uitvoering van artikel 7, tweede lid, onderdeel c, van de Visserijwet 1963

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en Visserij van 15 maart 1989, nr. J. 891065, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;

Gelet op artikel 7, tweede lid, onderdeel c, van de Visserijwet 1963 (Stb. 312);

Gehoord het Produktschap voor Vis en Visprodukten, het Visserijschap, het Bedrijfschap voor de Groothandel in Vis en Aanverwante Bedrijven, de Nederlandse Vereniging van Sportvissersfederaties en het Centraal Nederlands Hengelaarsverbond;

De Raad van State gehoord (advies van 10 april 1989, Nr. W11.89.0137);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw en Visserij van 25 mei 1989, nr. J. 892574, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Het verbod van artikel 7, eerste lid, van de Visserijwet 1963 (Stb. 312) geldt tevens voor het vissen met andere vistuigen dan de hengel, het spieringtuig en de peur in de wateren die bij het Besluit aanwijzing zeegebied en kustwateren 1970 (Stb. 176) als kustwateren zijn aangewezen, voor zover het Rijk rechthebbende op het visrecht is en met uitzondering van:

  • a. het in artikel 2, eerste lid, van dat besluit bedoelde Nederlandse gedeelte van de Dollard en de Eems voor zover op grond van het Eems-Dollardverdrag 1960 (Trb. 69) als gemeenschappelijk visserijgebied aangewezen en

  • b. het in artikel 2, onderdeel 6, van dat besluit bedoelde deel van de Westerschelde.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de derde kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

's-Gravenhage, 2 juni 1989

Beatrix

De Minister van Landbouw en Visserij,

G. J. M. Braks

Uitgegeven de zevenentwintigste juli 1989

De Minister van Justitie a.i.,

G. J. M. Braks

Naar boven