Specifiek interventiebeleid NVWA samenstelling levensmiddelen (IB02-SPEC 32, versie 03)

[Regeling vervallen per 13-01-2024.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-01-2021 t/m 30-11-2023

Besluit van de inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit namens de Minister voor Medische Zorg en Sport van 16 november 2020 tot vaststelling van het Specifiek interventiebeleid NVWA samenstelling levensmiddelen (IB02-SPEC 32, versie 03)

1. Onderwerp

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

Het specifiek interventiebeleid samenstelling levensmiddelen beschrijft binnen de kaders van het algemeen interventiebeleid (NVWA-IB02) de klasseindeling en interventies voor de beoordeling van specifieke overtredingen van wetgeving die vastlegt aan welke samenstellingseisen bepaalde categorieën levensmiddelen moeten voldoen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om voedingssupplementen, kruidenpreparaten, levensmiddelen met toegevoegde vitaminen en mineralen, en de vier categorieën levensmiddelen voor specifieke groepen, namelijk volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding, bewerkte levensmiddelen op basis van granen en babyvoeding, voeding voor medisch gebruik en de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing. Dit specifiek interventiebeleid beschrijft ook de klasseindeling voor het gebruik van nieuwe voedingsmiddelen.

Het kan voorkomen dat bij een inspectie van een product blijkt dat er geen sprake is van een levensmiddel maar dat het product onder de strekking van de Geneesmiddelenwet valt. De NVWA is, naast Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, toezichthouder op de Geneesmiddelenwet. Het beleid voor de Geneesmiddelenwet is vastgelegd in Beleidsregels bestuurlijke boete Ministerie Volksgezondheid Welzijn en Sport 20191. Voor de volledigheid zijn in dit interventiebeleid verwijzingen naar die Beleidsregels opgenomen. Indien de tekst van de interventieregels voor de Geneesmiddelenwet van dit specifiek interventiebeleid verschilt van de Beleidsregels dan zijn de Beleidsregels leidend.

Het specifiek interventiebeleid samenstelling levensmiddelen vervangt het interventiebeleid bijzondere eet- en drinkwaren (BED) waarin de interventiegrenzen waren aangegeven voor de beoordeling van specifieke overtredingen wat betreft de samenstelling van bijzondere eet- en drinkwaren. De interventiegrenzen voor voedselinformatie van bijzondere eet- en drinkwaren, die ook onderdeel waren van het interventiebeleid BED, zijn ondergebracht in IB02-SPEC 42 informatie levensmiddelen.

Overtredingen die door de inspecteur/ toezichthouder worden waargenomen en die niet in dit IB02-SPEC 32 zijn opgenomen, worden voorgelegd aan de Afdeling Expertise van de directie Handhaven teneinde een interventie te bepalen.

2. Definities en wettelijke basis

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

2.1 Voor de definities wordt verwezen naar het Algemeen Interventiebeleid NVWA.

2.2. Wettelijke basis

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

De belangrijkste wettelijke bepalingen die van belang zijn voor het specifiek interventiebeleid samenstelling levensmiddelen zijn:

3. Werkwijze

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

3.1. Het bepalen van de ernst van de overtreding

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

Overtredingen worden ingedeeld naar de klassen zoals gedefinieerd in het Algemeen Interventiebeleid van de NVWA (NVWA-IB02).

De ernst van de overtreding wordt bepaald aan de hand van het gevaar voor de volksgezondheid en de mate waarin de consument kan worden misleid door afwijkingen in samenstelling. Een afwijking van samenstelling van een levensmiddel kan in mindere of meerdere mate misleidend zijn. Dit wordt van geval tot geval beoordeeld. Ook de doelgroep waarvoor een product is bestemd, bepaalt de ernst van de overtreding. Overtredingen van wetgeving die ziet op de aanwezigheid en hoeveelheden van bepaalde stoffen of ingrediënten met als direct doel de volksgezondheid te beschermen, worden altijd aangemerkt als ernstig. Hetzelfde geldt voor overtredingen van wetgeving die vereist dat de veiligheid van voedselingrediënten vooraf is getoetst.

In de bijlage zijn de bepalingen van de geldende wetgeving ingedeeld in een overtredingsklasse met bijbehorende interventie(s).

Afwijken van de in dit document voorgeschreven interventie is alleen mogelijk in overleg met, en na akkoord van, het afdelingshoofd. De onderbouwing om af te wijken wordt vastgelegd.

3.2. Het bepalen van interventies bij een overtreding

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

Sanctionerende interventie

Overtredingen van de Warenwet worden doorgaans bestuurlijk beboet. Aan het Openbaar Ministerie (OM) worden overtredingen voorgelegd indien voor daarvoor op basis van de Wet op de economische delicten (Wed) een hogere geldboete kan worden opgelegd dan de voorziene bestuurlijke boete, en:

  • indien de opzettelijke of roekeloze overtreding een direct gevaar voor de gezondheid of veiligheid van de mens tot gevolg heeft óf

  • de in de bijlage ter zake van de overtreding voorziene bestuurlijke boete aanmerkelijk wordt overschreden door het met de overtreding behaalde economisch voordeel (artikel 32a, derde lid, Warenwet).

Strafrechtelijke afdoening is niet voorbehouden aan een vooraf aan te geven overtreding van een bepaald voorschrift, maar kan in beginsel bij alle overtredingen van de bij of krachtens de Warenwet gestelde voorschriften noodzakelijk zijn.

De kolommen ‘interventies’ en ‘follow-up na overtreding; interventies bij herhaalde overtreding’ in de bijlage van dit document vermelden uitsluitend de bestuurlijke boete als sanctionerende interventie die doorgaans wordt toegepast. Dit laat onverlet dat, als een overtreding zowel bestuursrechtelijk als strafrechtelijk kan worden afgedaan, op grond van de specifieke feiten en omstandigheden kan worden besloten om in plaats van een bestuurlijke boete een proces verbaal op te maken ten behoeve van strafrechtelijke afdoening. Op voorhand is niet in de bijlage van dit document aan te geven wanneer wordt overgegaan tot een strafrechtelijke sanctionerende interventie. Daarom vormt deze paragraaf een aanvulling op bovengenoemde kolommen in de bijlage.

In alle gevallen geldt overigens dat een strafrechtelijke sanctionerende interventie (een proces verbaal) te allen tijde kan worden gecombineerd met een bestuursrechtelijke corrigerende interventie (een herstelmaatregel).

Voor overtredingen van de Geneesmiddelenwet kan aan de hand van de criteria uit paragraaf 2.2 van het Algemeen Interventiebeleid (NVWA-IB02) worden bepaald of ze aan het OM worden voorgelegd.

Corrigerende interventie

Corrigerende interventies kunnen naast of in plaats van sanctionerende interventies worden ingezet. Dat kan nuttig zijn zodra blijkt dat sanctionerende interventies (alleen) onvoldoende leiden tot naleving van de regelgeving. Voor welke corrigerende interventie gekozen wordt, verschilt van geval tot geval. Voorbeelden hiervan zijn een last onder dwangsom, een verbod tot het verrichten van bepaalde activiteiten, ingrijpen in het bedrijfsproces of schorsen of intrekken van een vergunning of erkenning van een bedrijf.

Corrigerende interventies hebben als doel te bevorderen dat de overtreder zijn bedrijfsprocessen blijvend beheerst zodat bestaande overtredingen worden beëindigd en nieuwe worden voorkomen. Een corrigerende interventie moet proportioneel zijn, toegesneden op de specifieke situatie van de overtreder. Een corrigerende interventie mag niet ingrijpender voor de overtreder zijn dan strikt noodzakelijk om de overtreding te beëindigen of herhaling ervan te voorkomen. Overgaan tot ingrijpender corrigerende interventies, zoals het schorsen of intrekken van een vergunning of erkenning, kan indien gemotiveerd kan worden waarom een minder ingrijpende corrigerende interventie onvoldoende effect heeft gehad of zal hebben.

Specifieke corrigerende interventie

Als een of meer overtredingen worden geconstateerd die in ernst, aantal en tijdsbestek een corrigerende interventie rechtvaardigen wordt met een specifieke corrigerende interventie in het bedrijfsproces ingegrepen. Dit ingrijpen kan betrekking hebben op:

  • a. beëindiging van een overtreding of

  • b. voorkoming van nieuwe overtredingen.

Aan een specifieke corrigerende interventie kan een last onder dwangsom of last onder bestuursdwang worden verbonden.

Als opnieuw overtredingen worden geconstateerd wordt opnieuw een corrigerende interventie ingezet als ernst, aantal en tijdsbestek van de overtreding(en) dit rechtvaardigt. Zo nodig met ingrijpender maatregelen of een hogere dwangsom.

Generieke corrigerende interventie

Mocht de overtreder ondanks een of meer specifieke corrigerende interventies nieuwe overtredingen blijven begaan die in ernst, aantal en tijdsbestek ingrijpen rechtvaardigen kan worden overgegaan tot een generieke corrigerende interventie.

Hiertoe kan ook meteen worden overgegaan als er weliswaar nog geen (herhaalde) specifieke corrigerende interventie is opgelegd maar er op voorhand aanwijzingen zijn dat deze onvoldoende tot naleving zullen leiden.

Bij het bepalen van nut en noodzaak van een generieke interventie wordt integraal bekeken in hoeverre de overtreder andere wettelijke eisen naleeft waarop de NVWA toezicht houdt.

3.3. Herhaalde overtreding en verscherpt toezicht

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

Herhaalde overtreding

Er is sprake van een herhaalde overtreding wanneer tijdens een (her)inspectie opnieuw een overtreding wordt geconstateerd van dezelfde wettelijke norm, ongeacht ten aanzien van welk product, waarvoor tegen de overtreder in de daaraan voorafgaande periode van drie jaar reeds een interventie werd toegepast.

Stapeling

Tijdens een inspectie kunnen overtredingen van verschillende wettelijke voorschriften en van verschillende overtredingsklassen worden vastgesteld. Voor het handelen in dergelijke situaties zie 2.3 van het Algemene Interventiebeleid NVWA-IB02. Ten aanzien van het stapelen van overtredingen geldt, bij het opleggen van de bestuurlijke boete dat er wordt uitgegaan van maximaal vijf overtredingen per overtreder, per controlemoment.

Verscherpt toezicht

Als bij meerdere opeenvolgende (her)inspecties blijkt dat overtredingen zich blijven voordoen, kan de NVWA besluiten verscherpt toezicht in te stellen. Dit wordt ook aan de overtreder medegedeeld. Verscherpt toezicht houdt in dat de NVWA vaker inspecteert en, indien zij overtredingen constateert, naast een sanctionerende interventie ook corrigerende interventies kan opleggen die passend zijn om de geconstateerde overtreding(en) te beëindigen of herhaling ervan te voorkomen. Per overtreder wordt een maatwerkaanpak opgesteld. Na afloop van een van tevoren vastgestelde periode wordt geëvalueerd of voortzetting van het verscherpt toezicht wenselijk is. Ook dit wordt gecommuniceerd met de overtreder.

3.4. Internettoezicht

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

Op internet worden op handelssites (digitale platforms) geregeld advertenties geplaatst met verboden content. De NVWA kan in die gevallen gegevens bij zowel de aanbieder als de beheerder van de handelssite vorderen op basis van de Algemene wet bestuursrecht. Beheerders van handelssites kunnen de NVWA alternatieven bieden om te interveniëren, zoals het verwijderen van advertenties. In dergelijke gevallen kan de NVWA volstaan met nalevingshulp aan de aanbieder bijvoorbeeld vlak nadat de advertentie is verwijderd. Is er sprake van herhaling dan kunnen alsnog gegevens worden gevorderd en kan worden opgeschaald in de handhaving.

5. Divers

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

Vervanging

Deze beleidsregel vervangt het op 31 januari 2018 vastgestelde Specifiek interventiebeleid bijzondere eet- en drinkwaren (IB02-SPEC 32, versie 02). Ten opzichte van versie 02 zijn de wettelijke normen en overtredingsklassen vollediger en eenduidiger geformuleerd. Bestaande regels in de bijlage met meerdere wettelijke normen zijn waar nodig uitgesplitst naar evenzovele regels. Alle nog ontbrekende relevante wetgeving is aan de bijlage toegevoegd. Tenslotte zijn het hoofddocument en de bijlage ingericht volgens een uniforme opzet, geldend voor alle domeinen.

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als “Specifiek interventiebeleid NVWA samenstelling levensmiddelen (IB02-SPEC 32, versie 03)”.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

Deze beleidsregel wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Minister voor Medische Zorg en Sport,

namens deze:

M.A. Ruys

inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

Bijlage bij ib02-spec 32, versie 03: tabel Specifiek interventiebeleid samenstelling levensmiddelen

[Regeling vervallen per 13-01-2024]

ID regel

Norm-adressaat

Normbeschrijving

Wet- en regelgeving

Afwijking van de norm

Overtredingsklasse

Motivering overtredingsklasse

Interventie bij eerste overtreding

Interventie bij herhaalde overtreding

doormelding cross compliance (in het kader van gemeenschappelijk landbouwbeleid)

32R0001000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

bakkerszout, bestemd om toegevoegd te worden aan brood, broodvervangers en andere bakkerijproducten, heeft ten hoogste een gehalte van 65 mg jodium per kg zout

Artikel 9a, eerste lid onder a Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen.

 

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0002000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

zout met toegevoegd jodium, bestemd voor levensmiddelen, bevat ten hoogste 25 mg jodium per kg zout

Artikel 9a, eerste lid onder b en tweede lid Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen.

 

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0003000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Het is verboden een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning geldt, in voorraad te hebben, te koop aan te bieden, te verkopen, af te leveren, ter hand te stellen, in te voeren, uit te voeren of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied te brengen.

Artikel 1 lid b en artikel 40, tweede lid, Geneesmiddelenwet

 

(Beleidsregels VWS direct beboetbaar, zwaartecategorie drie sterren) B

Gedraging heeft grote consequenties voor de patiëntveiligheid, dan wel betreft een gedraging met een groot productrisico, dan wel er is sprake van een handeling met een grote mate van beïnvloedbaarheid op patiënten, beroepsbeoefenaren of publiek.

Indien bij de toelichting is aangegeven DB (direct beboetbaar) dan is het uitgangspunt voor deze overtreding direct beboeten. Indien sprake is van een bijzondere reden kan in plaats van een boete een waarschuwing worden opgelegd.

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0004000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Het is verboden reclame te maken voor een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning is verleend

Artikel 84, eerste lid, geneesmiddelenwet,

Artikel 86, eerste lidRichtlijn 2001/83/EG

 

(Beleidsregels VWS direct beboetbaar, zwaartecategorie drie sterren) B

Gedraging heeft grote consequenties voor de patiëntveiligheid, dan wel betreft een gedraging met een groot productrisico, dan wel er is sprake van een handeling met een grote mate van beïnvloedbaarheid op patiënten, beroepsbeoefenaren of publiek.

Indien bij de toelichting is aangegeven DB (direct beboetbaar) dan is het uitgangspunt voor deze overtreding direct beboeten. Indien sprake is van een bijzondere reden kan

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0005000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De hoeveelheid toxische pyrrolizidine-alkaloïden van Kruidenpreparaten die bestaan uit materiaal dat geheel of ten dele afkomstig is van planten, bedoeld in onderdeel I van de bijlage I, of van andere planten waarvan wordt aangenomen dat ze toxische pyrrolizidine-alkaloïden bevatten, bedraagt niet meer dan 1 µg per kg, onderscheidenlijk per liter

Artikel 4 eerste lid, Warenwetbesluit Kruidenpreparaten,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten

 

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0006000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Een Kruidenpreparaat bevat geen stoffen of ingrediënten genoemd in artikel 4 tweede lid, a t/m k

Artikel 4 tweede lid, Warenwetbesluit Kruidenpreparaten, Artikel 2 van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten

 

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.  

32R0006010

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Een Kruidenpreparaat bevat per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid ten hoogste 27 mg p-synefrine

Artikel 4 vierde lid, Warenwetbesluit Kruidenpreparaten, Artikel 2 van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten

 

A

(Risico op) ernstig gevaar voor de gezondheid 

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie 

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.  

32R0007000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Een Kruidenpreparaat bevat geen materiaal dat geheel of ten dele afkomstig is van planten die vermeld zijn in bijlage II van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten.

Artikel 4 derde lid, Warenwetbesluit Kruidenpreparaten,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten

 

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0008000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Kruidenpreparaten bevatten slechts kruidensubstanties in hoeveelheden die niet schadelijk zijn voor de volksgezondheid

Artikel 3 Warenwetbesluit Kruidenpreparaten,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten

 

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0009000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Alleen nieuwe voedingsmiddelen die zijn toegelaten en in de Unielijst zijn opgenomen, mogen als zodanig in de Unie in de handel worden gebracht of in of op levensmiddelen worden gebruikt, overeenkomstig de in die lijst gestelde gebruiksvoorwaarden

Artikel 6 tweede lid van Verordening (EU) 2015/2283,

Artikel 2 eerste lid van het Warenwetbesluit nieuwe voedingsmiddelen en genetisch gemodificeerde levensmiddelen.

Nieuwe voedingsmiddelen niet op de Unielijst

B

Met het oog op de bescherming van de volksgezondheid moeten nieuwe voedingsmiddelen, alvorens zij in de EU in de handel worden gebracht, worden onderwerpen aan een uniforme veiligheidscontrole volgens een communautaire procedure.

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0010000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Alleen nieuwe voedingsmiddelen die zijn toegelaten en in de Unielijst zijn opgenomen, mogen als zodanig in de Unie in de handel worden gebracht of in of op levensmiddelen worden gebruikt, overeenkomstig de in die lijst gestelde gebruiksvoorwaarden.

Artikel 6 tweede lid, Verordening (EU) 2015/2283,

Artikel 2, eerste lid, Warenwetbesluit nieuwe voedingsmiddelen en genetisch gemodificeerde levensmiddelen

Nieuwe voedingsmiddelen die op de Unielijst staan maar niet overeenkomstig de gebruiksvoorwaarden worden gebruikt.

C

Nieuwe voedingsmiddelen zijn veilig bevonden onder de gebruiksvoorwaarden die in de Unielijst staan. Als niet aan deze gebruiksvoorwaarden wordt voldaan is het niet uitgesloten dat een nieuw voedingsmiddel alsnog onveilig is.

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0011000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Bij de bereiding van voedingssupplementen wordt uitsluitend gebruik gemaakt van de in bijlage I bij Richtlijn 2002/46/EG genoemde vitaminen en mineralen, in de in bijlage II bij die Richtlijn genoemde verbindingen.

Artikel 1, eerste lid, Warenwetregeling voedingssupplementen,

Artikel 4, eerste lid, Richtlijn 2002/46/EG,

Artikel 2, eerste lid van het Warenwetbesluit voedingssupplementen

 

B

Er is niet aangetoond dat de chemische stoffen die bij de vervaardiging van voedingssupplementen als bron van vitaminen en mineralen worden gebruikt veilig zijn en tevens beschikbaar zijn om door het lichaam te worden gebruikt

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0012000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De hoeveelheid aanwezige nutriënten, verbindingen of andere stoffen moeten in overeenstemming zijn met de gedeclareerde waarde op het etiket.

Artikel 7, Verordening (EU) 1169/2011,

Artikel 2, zesde lid, Warenwetbesluit Informatie levensmiddelen

De hoeveelheid nutriënt, verbinding of andere stof wijkt sterk af van de waarde die op het etiket staat vermeld, waardoor de consument ernstig wordt misleid

B

(Risico op) ernstige misleiding van de consument

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0013000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De hoeveelheid aanwezige nutriënten, verbindingen of andere stoffen moeten in overeenstemming zijn met de gedeclareerde waarde op het etiket.

Artikel 7, Verordening (EU) 1169/2011,

Artikel 2, zesde lid, Warenwetbesluit Informatie levensmiddelen

De hoeveelheid nutriënt, verbinding of andere stof wijkt af van de waarde die op het etiket staat vermeld, waardoor de consument niet de juiste informatie over de samenstelling van het product krijgt

C

(Risico op) misleiding van de consument

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0014000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Levensmiddelen worden niet in de handel gebracht indien zij onveilig zijn. Levensmiddelen worden geacht onveilig te zijn indien zij worden beschouwd als schadelijk voor de gezondheid of ongeschikt voor menselijke consumptie.

Artikel 14, eerste lid, van Verordening (EG) Nr. 178/2002,

Artikel 2, tiende lid, Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen

de samenstelling van een levensmiddel is dusdanig dat het levensmiddel schadelijk is.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0015000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Het cafeïnegehalte onderscheidenlijk het kininegehalte van een als limonade of frisdrank aangeduide drinkwaar is ten hoogste:

o a. 350 mg/l cafeïne, indien de waar planten- of vruchtenextract bevat;

o b. 85 mg/l kinine; of

o c. 40 mg/l kinine, indien de waar vruchtensap bevat.

Artikel 11a, Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen,

Artikel 2, eerste lid Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen.

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0016000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Aan levensmiddelen mogen uitsluitend de in bijlage I opgesomde vitaminen en mineralen in de in bijlage II opgesomde vormen worden toegevoegd, overeenkomstig de voorschriften van deze verordening.

Artikel 3 eerste lid Verordening (EG) Nr. 1925/2006,

Artikel 2, tweede lid, Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

B

Er is niet aangetoond dat de chemische stoffen die bij de vervaardiging van voedingssupplementen als bron van vitaminen en mineralen worden gebruikt veilig zijn en tevens beschikbaar zijn om door het lichaam te worden gebruikt

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0017000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Na toevoeging van een vitamine of mineraal aan een levensmiddel is die vitamine of dat mineraal in het levensmiddel aanwezig in ten minste een significante hoeveelheid, indien die is bepaald overeenkomstig de bijlage XIII Deel A van Verordening (EU) nr. 1169/2011. Minimumhoeveelheden voor specifieke levensmiddelen of categorieën levensmiddelen, inclusief lagere hoeveelheden, die afwijken van de bovenbedoelde significante hoeveelheden, worden vastgesteld volgens de in artikel 14, lid 2, bedoelde procedure.

Artikel 6, zesde lid, van Verordening (EG) Nr. 1925/2006,

Artikel 2, tweede lid, van Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

C

(Risico op) misleiding van de consument

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0018000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Stoffen die in Deel A van bijlage III van Verordening (EG) Nr. 1925/2006 staan zijn verboden.

Artikel 8 tweede lid onder a) onder i), van Verordening (EG) Nr. 1925/2006,

Artikel 2, tweede lid, van Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

 

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0019000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Vitaminen en mineralen mogen niet worden toegevoegd aan onbewerkte producten zoals, onder meer, groenten, fruit, vlees, pluimvee en vis, of aan dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2 volumeprocent.

Artikel 4, van Verordening (EG) Nr. 1925/2006,

Artikel 2, tweede lid, van Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

 

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0020000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De micro-voedingsstoffen vitamine A in de vorm van retinoïden, vitamine D, foliumzuur, seleen, koper en zink worden uitsluitend toe gevoegd aan een verrijkte eet- of drinkwaar om van die waar een substitutie-product of een gerestaureerde eet- of drinkwaar te maken

Artikel 5, van Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2 eerste lid van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

vitamine A in de vorm van retinoïden, vitamine D, foliumzuur, seleen, koper of zink is toegevoegd aan een levensmiddelen dat geen substitutieproduct of een gerestaureerde eet- of drinkwaar zijn.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0021000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De in bijlage 2 genoemde vitamines en de in bijlage 3 genoemde mineralen worden slechts in zodanige hoeveelheden toegevoegd aan een verrijkte eet- of drinkwaar, dat het totaal aanwezige gehalte in een redelijk geachte dagconsumptie van die waar ten minste 15% en ten hoogste 100% van de in die bijlage vermelde aanbevolen dagelijkse hoeveelheid bedraagt.

Artikel 6, eerste lid, van Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2 eerste lid van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

In een een verrijkte eet- of drinkwaar is meer dan 100% van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van vitamines of mineralen aanwezig

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0022000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

In verrijkte eet- of drinkwaren zijn geen micro-voedingsstoffen aanwezig in hoeveelheden die schadelijk kunnen zijn voor de volksgezondheid.

Artikel 3, van Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2 eerste lid van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

De micro-voedingsstof [naam micro-voedingsstof] is in een schadelijke hoeveelheid aan het product [naam product] toegevoegd.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0023000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Aan de in in aanhangsel II bij bijlage VII, onder B en C, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013, tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PbEU 2013, L 347), bedoelde vetten, aan vloeibare producten die een zelfde gebruiksdoel hebben, en aan bak- en braadproducten, is het toegestaan vitamine A en D toe te voegen, waarbij het gehalte aan vitamine A ten hoogste 8 µg RE, en het gehalte aan vitamine D ten hoogste 0,075 µg per gram bedraagt.

Artikel 5a, van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2 eerste lid van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

gehalte vitamine [A/D] is hoger dan toegestaan.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0024000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Vrijstelling wordt verleend van artikel 5a van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen, wat betreft de toevoeging van vitamine D aan gele vetsmeersels onder de volgende voorschriften:

a. het gehalte aan vitamine D bedraagt ten minste 0,20 µg en ten hoogste 0,25 µg per gram;

b. bij de verhandeling van de waar wordt in hetzelfde gezichtsveld als de aanduiding van de waar een vermelding gebezigd waaruit blijkt dat de waar bestemd is voor personen van 60 jaar en ouder, en derhalve niet geschikt is voor personen jonger dan 60 jaar.

Artikel 2, van de Warenwetregeling vrijstelling toevoeging foliumzuur en vitamine D aan levensmiddelen,

Artikel 5a van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen,

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen.

Gele vetsmeersel bevat meer toegevoegd vitamine D dan toegestaan

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0025000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Vrijstelling wordt verleend van artikel 5 van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen wat betreft de toevoeging van vitamine D en foliumzuur aan eet- en drinkwaren, voor zover per hoeveelheid van de waar die een energetische waarde van 100 kcal levert:

a. het gehalte aan toegevoegd foliumzuur ten hoogste 100 µg bedraagt; en

b. het gehalte aan toegevoegd vitamine D ten hoogste 4,5 µg bedraagt.

Artikel 2, eerste lid, van de Warenwetregeling vrijstelling toevoeging foliumzuur en vitamine D aan levensmiddelen

Artikel 5 van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen.

Levensmiddel bevat meer toegevoegd vitamine D en foliumzuur dan toegestaan

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0026000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

In afwijking van het eerste lid mogen aan een light-product ten hoogste de hoeveelheden foliumzuur en vitamine D worden toegevoegd die krachtens het eerste lid mogen worden toegevoegd aan soortgelijke waren, indien deze ten minste een 30% hogere energetische waarde hebben dan het light-product.

Artikel 2, tweede lid, van de Warenwetregeling vrijstelling toevoeging foliumzuur en vitamine D aan levensmiddelen

Artikel 5 van het Warenwetbesluit Toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit toevoeging micro-voedingsstoffen aan levensmiddelen.

Levensmiddel bevat meer toegevoegd vitamine D en foliumzuur dan toegestaan

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0026000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Levensmiddelenadditieven mogen niet worden gebruikt in levensmiddelen voor zuigelingen en peuters als bedoeld in Richtlijn 89/398/EEG, met inbegrip van dieetvoeding voor zuigelingen en peuters voor medisch gebruik, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald in bijlage II bij deze Verordening.

Artikel 16, van de Verordening (EG) n r. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit additieven, aroma’s en enzymen in levensmiddelen

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0028000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Voedingssupplementen bevatten per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid ten hoogste 1.200 µg RE vitamine A in de vorm van retinoïden.

Artikel 2 in samenhang met artikel 4, eerste lid, van de Warenwetregeling vrijstelling voedingssupplementen,

Artikel 10, eerste lid, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen,

Artikel 2, eerste lid van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen.

Voedingssupplementen bevatten per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid meer dan 1.200 µg RE vitamine A in de vorm van retinoïden.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0029000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Voedingssupplementen bevatten per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid ten hoogste 21 mg vitamine B6.

Artikel 2 in samenhang met artikel 4, tweede lid, van de Warenwetregeling vrijstelling voedingssupplementen Artikel 10, eerste lid, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwet Bereiding en behandeling van levensmiddelen

Voedingssupplementen bevatten per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid meer dan 21 mg vitamine B6.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0030000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Voedingssupplementen bevatten per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid ten hoogste 75 µg vitamine D

Artikel 2 in samenhang met artikel 4, derde lid, van de Warenwetregeling vrijstelling voedingssupplementen Artikel 10, eerste lid, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen Artikel 2, eerste lid, van het Warenwet Bereiding en behandeling van levensmiddelen

Voedingssupplementen bevatten per dagelijks volgens de gebruiksaanwijzing te nuttigen hoeveelheid meer dan 75 µg vitamine D

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0031000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Niemand mag een levensmiddelenadditief of een levensmiddel dat een dergelijk additief bevat, in de handel brengen, indien het gebruik van het levensmiddelenadditief niet aan de Verordening (EG) Nr. 1333/2008 voldoet.

Artikel 5, van de Verordening (EG) Nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid van het Warenwetbesluit Additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

Hoeveelheid goedgekeurd additief is groter dan toegestaan

x< – meetonzekerheid > limiet

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

32R0032000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Niemand mag een levensmiddelenadditief of een levensmiddel dat een dergelijk additief bevat, in de handel brengen, indien het gebruik van het levensmiddelenadditief niet aan de Verordening (EG) Nr. 1333/2008 voldoet.

Artikel 5 van de Verordening (EG) Nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit Additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

Goedgekeurd additief is niet toegestaan in het product

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

 

32R0033000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Niemand mag een levensmiddelenadditief of een levensmiddel dat een dergelijk additief bevat, in de handel brengen, indien het gebruik van het levensmiddelenadditief niet aan de Verordening (EG) Nr. 1333/2008 voldoet.

Artikel 5, van de Verordening (EG) Nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit Additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

Goedgekeurd additief is niet toegestaan in het product

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

 

32R0034000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Alleen levensmiddelenadditieven die in de communautaire lijst in bijlage II zijn opgenomen, mogen als zodanig in de handel gebracht en in levensmiddelen gebruikt worden, mits zij voldoen aan de in de lijst gestelde voorwaarden.

Artikel 4, eerste lid, bijlage II, van de Verordening (EG) Nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit Additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

Niet goedgekeurd additief gebruikt

in een levensmiddel of niet goedgekeurd additief in de handel gebracht

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

 

32R0035000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Alleen levensmiddelenadditieven die in de communautaire lijst in bijlage III zijn opgenomen, mogen onder de daarin gespecificeerde gebruiksvoorwaarden in levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s worden gebruikt.

Artikel 4, tweede lid, bijlage II, van de Verordening (EG) Nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit Additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

Niet goedgekeurd additief gebruikt in een levensmiddeladditief, voedingsenzym of levensmiddelaroma

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

 

32R0036000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Niemand mag een levensmiddelenadditief of een levensmiddel dat een dergelijk additief bevat, in de handel brengen, indien het gebruik van het levensmiddelenadditief niet aan de Verordening (EG) Nr. 1333/2008 voldoet.

Artikel 5 van de Verordening (EG) nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

De ondernemer gebruikte voor de berekening een verkeerd nitrietgehalte van het nitrietzout, waardoor er mogelijk teveel nitriet is toegevoegd.

OF

De berekende hoeveelheid toegevoegd nitriet is maximaal 10% hoger dan de hoeveelheid nitriet die maximaal mag worden toegevoegd.

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

 

32R0037000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Niemand mag een levensmiddelenadditief of een levensmiddel dat een dergelijk additief bevat, in de handel brengen, indien het gebruik van het levensmiddelenadditief niet aan de Verordening (EG) Nr. 1333/2008 voldoet.

Artikel 5 van de Verordening (EG) nr. 1333/2008,

Artikel 2, tweede lid, van het Warenwetbesluit additieven, aroma's, en enzymen in levensmiddelen

De berekende toegevoegde hoeveelheid nitriet is meer dan 10% hoger dan de hoeveelheid die maximaal mag worden toegevoegd.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

 

32R0038000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Brood heeft een gehalte aan zout van ten hoogste 1,8%, berekend op de droge stof.

Artikel 3, eerste lid, van het Warenwetbesluit Meel en brood,

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit Meel en brood.

De hoeveelheid zout voldoet niet aan de gestelde norm

C

(Risico op) gevaar voor de volksgezondheid

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

nvt

32R0039000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Brood heeft een vochtgehalte van ten minste 20%.

Artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit Meel en brood,

Artikel 2, eerste lid, van het Warenwetbesluit Meel en brood.

De hoeveelheid vocht voldoet niet aan de gestelde norm

C

(Risico op) misleiding van de consument

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

nvt

32R0040000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De hoeveelheid droge stof van brood met of zonder decoratie met een gewicht tussen 350 gram en 1.000 gram ligt tussen de 240 en 265 gram onderscheidenlijk tussen de 480 en 530 gram.

Artikel 6a, van Warenwetbesluit meel en brood,

Artikel 2, eerste lid van het Warenwetbesluit meel en brood.

De hoeveelheid droge stof voldoet niet aan de gestelde norm

C

(Risico op) misleiding van de consument

Schriftelijke waarschuwing, en/of corrigerende interventie en/of nalevingshulp

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie en/of nalevingshulp

n.v.t.

32R0041000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Stoffen die behoren tot de volgende categorieën stoffen mogen aan één of meer van de in artikel 1, lid 1, bedoelde categorieën levensmiddelen worden toegevoegd, mits deze stoffen zijn opgenomen in de Unielijst in de bijlage, en voldoen aan de in de Unielijst opgenomen gegevens overeenkomstig lid 3 van dit artikel:

a) vitaminen;

b) mineralen;

c) aminozuren;

d) carnitine en taurine;

e) nucleotiden;

f) choline en inositol.

Artikel 15, eerste lid, van deVerordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 2, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Er zijn stoffen aanwezig die niet op de unielijst staan in bepaalde categorieën levensmiddelen.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0042000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

In artikel 1, lid 1, bedoelde levensmiddelen mogen alleen op de detailmarkt worden toegelaten in de vorm van voorverpakte levensmiddelen.

Artikel 4, tweede lid, van de Verordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 2, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

categorieën voeding voor specifieke groepen zijn op de detailmarkt niet in de vorm van voorverpakte levensmiddelen toegelaten

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0043000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Volledige zuigelingenvoeding voldoet aan de samenstellingsvoorschriften van bijlage I, rekening houdend met de in bijlage III opgenomen waarden voor de onmisbare en onder voorwaarden onmisbare aminozuren

Artikel 11, eerste lid, onder a, van de Verordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 2 eerste lid van de gedelegeerde Verordening (EU) 2016/127,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Volledige zuigelingenvoeding voldoet niet aan de samenstellingsvoorschriften van bijlage I, rekening houdend met de in bijlage III opgenomen waarden voor de onmisbare en onder voorwaarden onmisbare aminozuren

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0044000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Opvolgzuigelingenvoeding voldoet aan de samenstellingsvoorschriften van bijlage II, rekening houdend met de in bijlage III opgenomen waarden voor de onmisbare en onder voorwaarden onmisbare aminozuren

Artikel 2, eerste lid, van de gedelegeerde Verordening (EU) 2016/127,

Artikel 11, eerste lid, onder a, van de Verordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 2, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016,

Opvolgzuigelingenvoeding voldoet niet aan de samenstellingsvoorschriften van bijlage II, rekening houdend met de in bijlage III opgenomen waarden voor de onmisbare en onder voorwaarden onmisbare aminozuren

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0045000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Volledige zuigelingenvoeding wordt vervaardigd uit de in bijlage I, punt 2, opgenomen eiwitbronnen en, in voorkomend geval, andere voedselingrediënten, waarvan op grond van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens is aangetoond dat zij vanaf de geboorte geschikt zijn voor zuigelingen

Artikel 11, eerste lid, onder a, van de Verordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 3 eerste lid van de gedelegeerde Verordening (EU) 2016/127,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Volledige zuigelingenvoeding wordt niet vervaardigd uit de in bijlage I, punt 2, opgenomen eiwitbronnen en, in voorkomend geval, andere voedselingrediënten, waarvan op grond van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens is aangetoond dat zij vanaf de geboorte geschikt zijn voor zuigelingen

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0046000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

opvolgzuigelingenvoeding wordt vervaardigd uit de in bijlage II, punt 2, opgenomen eiwitbronnen en, in voorkomend geval, andere voedselingrediënten, waarvan op grond van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens is aangetoond dat zij vanaf de geboorte geschikt zijn voor zuigelingen

Artikel 11, eerste lid, onder a, van de Verordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 3 tweede lid van de gedelegeerde Verordening (EU) 2016/127,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

opvolgzuigelingenvoeding wordt niet vervaardigd uit de in bijlage II, punt 2, opgenomen eiwitbronnen en, in voorkomend geval, andere voedselingrediënten, waarvan op grond van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens is aangetoond dat zij vanaf de geboorte geschikt zijn voor zuigelingen

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0047000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Voeding voor medisch gebruik, met uitzondering van voeding voor medisch gebruik die is ontwikkeld om aan de voedingsbehoeften van zuigelingen te voldoen, is in overeenstemming met de in deel B van bijlage I vastgestelde samenstellingsvoorschriften

Artikel 2 derde lid, tweede alinea van de gedelegeerde Verordening (EU) 2016/128,

Artikel 11, eerste lid, onder a van de Verordening (EU) nr. 609/2013,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Voeding voor medisch gebruik, met uitzondering van voeding voor medisch gebruik die is ontwikkeld om aan de voedingsbehoeften van zuigelingen te voldoen, is niet in overeenstemming met de in deel B van bijlage I vastgestelde samenstellingsvoorschriften

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0048000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Voeding voor medisch gebruik voor zuigelingen, is in overeenstemming met de in deel A van bijlage I vastgestelde samenstellingsvoorschriften

Artikel 2 derde lid, eerste alinea van de gedelegeerde Verordening (EU) 2016/128,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Voeding voor medisch gebruik voor zuigelingen, is niet in overeenstemming met de in deel A van bijlage I vastgestelde samenstellingsvoorschriften

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0049000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

De dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing voldoen aan de samenstellingsvoorschriften van bijlage I, rekening houdend met de specificaties in bijlage II.

Artikel 11, eerste lid, onder a, van de Verordening (EU) Nr. 609/2013,

Artikel 3 eerste lid van de gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1798,

Artikel 2 van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

De dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing voldoen niet aan de samenstellingsvoorschriften van bijlage I, rekening houdend met de specificaties in bijlage II.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0050000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding worden vervaardigd van bestanddelen waarvan op grond van algemeen aanvaarde wetenschappelijke gegevens is aangetoond dat zij voor specifieke voeding van zuigelingen en peuters geschikt zijn.

Artikel 4, van de Richtlijn 2006/125/EG,

Artikel 2 onder a, van de Warenwetregeling Babyvoeding,

Artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding bevatten bestanddelen waarvan niet is aangetoond dat zij voor specifieke voeding van zuigelingen en peuters geschikt zijn

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0051000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Bij de vervaardiging van bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding mogen alleen de in bijlage IV opgenomen voedingsstoffen worden toegevoegd.

Artikel 6, van de Richtlijn 2006/125/EG,

Artikel 2 onder b, van de Warenwetregeling Babyvoeding,

Artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

andere dan in bijlage IV opgenomen voedingsstoffen zijn toegevoegd aan bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0052000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen moeten voldoen aan de in bijlage I gespecificeerde criteria ten aanzien van de samenstelling.

artikel 5, eerste lid, van de Richtlijn 2006/125/EG,

Artikel 3, eerste lid, van de Warenwetregeling Babyvoeding,

Artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen voldoen niet aan de in bijlage I gespecificeerde criteria ten aanzien van de samenstelling.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

32R0053000

Exploitant van een levensmiddelenbedrijf

Babyvoeding, zoals omschreven in bijlage II, moet voldoen aan de in die bijlage gespecificeerde criteria ten aanzien van de samenstelling.

Artikel 5, tweede lid, van de Richtlijn 2006/125/EG,

Artikel 3, tweede lid, van de Warenwetregeling Babyvoeding,

Artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit bijzondere voeding 2016

Babyvoeding, zoals omschreven in bijlage II, voldoet niet aan de in die bijlage gespecificeerde criteria ten aanzien van de samenstelling.

B

(Risico op) ernstig gevaar voor de volksgezondheid, kwetsbare bevolkingsgroep

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

Bestuurlijke boete en eventueel corrigerende interventie

n.v.t.

  1. https://wetten.overheid.nl/BWBR/0041790/2020-01-01 ^ [1]
  2. In de overgangsperiode geldt hiervoor nog de oude wet- en regelgeving, namelijk Richtlijn 2006/141/EG, Richtlijn 1999/21/EG, Richtlijn 96/8/EG en Richtlijn 2006/125/EG, en bijbehorende implementaties in de nationale wetgeving. Zie verder https://ec.europa.eu/food/safety/labelling_nutrition/special_groups_food_en. ^ [2]
Naar boven