Regeling tijdelijke vrijstelling vervoer ziekenhuisafval van patiënten met COVID-19 en testlocaties COVID-19 besmettingen

[Regeling vervallen per 01-04-2023.]
Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 04-11-2020 t/m 23-09-2021

Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 2 november 2020, nr. IENW/BSK-2020/211934, houdende een tijdelijke vrijstelling ten behoeve van het vervoer van ziekenhuisafval onder UN-nummer 3291, afkomstig van de verzorging van patiënten die zijn besmet met COVID-19 en afkomstig van testlocaties in het kader van de opsporing van COVID-19 besmettingen

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 9 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen;

BESLUIT:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-04-2023]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. droog afval: wegwerpartikelen, tijdschriften, verpakkingsmaterialen, incontinentiemateriaal, lege urinezakken, verzorgingsmateriaal, zoals verbanden, tissues, onderleggers, wegwerplinnen en soortgelijke voorwerpen alsmede persoonlijke beschermingsmiddelen;

  • b. Euralcode 18 01 04: afvalstoffen waarvan de inzameling en verwerking niet zijn onderworpen aan specifieke richtlijnen;

  • c. VLG: Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-04-2023]

Voor het vervoer van UN 3291 Ziekenhuisafval, ongespecificeerd, n.e.g., klasse 6.2, verpakkingsgroep II als bedoeld in bijlage 1 bij de VLG, dat uitsluitend bestaat uit droog afval en afkomstig is van de verpleging van patiënten in ziekenhuizen en verzorgingsinstellingen die zijn besmet met het COVID-19 virus, alsmede droog afval dat afkomstig is van testlocaties waar testen op het COVID-19 virus worden afgenomen, wordt vrijstelling verleend van sectienummer 7.3.1.1 onder b) in samenhang met sectienummer 7.3.3.1 van bijlage 1 bij de VLG.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-04-2023]

Bij het vervoer, bedoeld in artikel 2, wordt het volgende in acht genomen:

  • a. het afval wordt verpakt in goed gesloten speciale zakken. Deze zakken moeten een minimale dikte hebben van 75 ųm;

  • b. de zakken, bedoeld in onderdeel a, worden los gestort vervoerd onder de voorwaarden van VC1 of VC2 van sectie 7.3.3.1 van bijlage 1 bij de VLG, met dien verstande dat deze alleen als los gestort goed in gesloten of met dekzeil uitgeruste containers of bulkcontainers mogen worden vervoerd;

  • c. voor aanvang van beladen van de verpakkingen in de transporteenheid moeten de verpakker en de belader zich ervan vergewissen dat iedere verpakking goed is afgesloten en dat de transporteenheid vrij is van scherpe delen of andere gebreken die de verpakkingen zouden kunnen beschadigen, teneinde te voorkomen dat enig materiaal gedurende het vervoer vrijkomt;

  • d. indien er sprake is van enige vochtigheid van het droge afval moet absorberend materiaal aan de zakken worden toegevoegd;

  • e. de vervoerder moet beschikken over procedures welke betrekking hebben op het vrijkomen van het afval waarin bepalingen zijn opgenomen voor de ontsmetting indien de afvalstoffen onbedoeld vrijkomen;

  • f. geen ander ziekenhuisafval of andere gevaarlijke goederen mogen in dezelfde container of bulkcontainer worden vervoerd; en

  • g. het afval mag niet worden gemengd met afval dat valt onder Euralcode 18 01 04 of met afval waarvan het infectierisico door decontaminatie is weggenomen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-04-2023]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 oktober 2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven