Subsidieregeling NODOK 2019–2023

[Regeling vervalt per 01-07-2024.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 15-01-2019 t/m heden

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 19 december 2018, kenmerk 1436504-183102-PG, houdende regels voor de subsidiëring van nader onderzoek naar de doodsoorzaak van kinderen (Subsidieregeling NODOK 2019–2023)

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 3 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. minister: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b. multidisciplinaire richtlijn NODOK: document opgesteld onder coördinatie van leden van de Nederlandse Vereniging voor de Kindergeneeskunde van 30 juni 2016, waarin richtlijnen zijn gegeven voor het verrichten van nader onderzoek naar de doodsoorzaak van kinderen.

Artikel 3

  • 1 De minister kan aan een universitair medisch centrum jaarlijks op aanvraag een subsidie verstrekken voor het verrichten van nader onderzoek naar de doodsoorzaak van kinderen.

  • 2 De subsidie wordt per kalenderjaar verstrekt.

  • 3 Het laatste jaar waarover subsidie kan worden aangevraagd is het jaar 2023.

  • 4 De subsidie bedraagt per verricht onderzoek uit de categorieën zoals omschreven in de multidisciplinaire richtlijn NODOK:

    € 6.700 indien het gaat om een onderzoek uit de categorie NODOK A1;

    € 8.700 indien het gaat om een onderzoek uit de categorie NODOK A2;

    € 8.850 indien het gaat om een onderzoek uit categorie NODOK B1;

    € 10.850 indien het gaat om een onderzoek uit categorie NODOK B2;

    € 11.250 indien het gaat om een onderzoek uit categorie NODOK C1;

    € 13.250 indien het gaat om een onderzoek uit categorie NODOK C2.

  • 5 De subsidie bestaat uit een bedrag dat ontstaat uit vermenigvuldiging van het aantal verrichte onderzoeken met het van toepassing zijnde bedrag.

Artikel 4

  • 1 Een subsidie wordt uitsluitend verstrekt ten behoeve van een onderzoek indien dat:

    • a. is gericht op het achterhalen van de aard van het overlijden en de doodsoorzaak van het kind;

    • b. voldoet aan de criteria omschreven in de multidisciplinaire richtlijn NODOK;

    • c. wordt uitgevoerd volgens de procedure omschreven in de multidisciplinaire richtlijn NODOK;

    • d. uitsluitend wordt verricht op schriftelijk verzoek van de ouder of ouders dan wel voogd of voogden die bekleed waren met het (ouderlijk) gezag.

  • 2 De minister verstrekt geen subsidie indien het onderzoek uit andere hoofde voor financiering in aanmerking komt.

Artikel 5

Het verrichten van nader onderzoek naar de doodsoorzaak van kinderen wordt aangewezen als een dienst van algemeen economisch belang in de zin van artikel 106, tweede lid, van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie.

Artikel 6

  • 1 De subsidie wordt op aanvraag vastgesteld.

  • 2 Voor de aanvraag wordt een door de minister vastgesteld formulier gebruikt.

  • 3 De aanvraag wordt ondertekend door de aanvrager of door een persoon die bevoegd is de aanvrager te vertegenwoordigen.

  • 4 De aanvraag wordt uiterlijk 1 april na afloop van het desbetreffende jaar waarin de onderzoeken zijn verricht ontvangen en omvat alle in het desbetreffende jaar uitgevoerde procedures.

  • 5 Een aanvraag die na de termijn, bedoeld in het vorige lid, wordt ontvangen, wordt afgewezen.

Artikel 7

  • 1 De minister geeft binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag een beschikking tot vaststelling van de subsidie.

  • 2 Het besluit tot vaststelling van de subsidie vermeldt het bedrag van de subsidie.

Artikel 8

De aanvrager werkt, onder meer door het verschaffen van de daartoe benodigde inlichtingen, gegevens en bescheiden, mee aan door of namens de minister ingesteld onderzoek dat erop is gericht de minister inlichtingen te verschaffen die van belang zijn voor:

  • a. het nemen van een besluit over het verstrekken van de subsidie, of

  • b. de ontwikkeling van het beleid van de minister.

Artikel 9

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 juli 2024.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

H.M. de Jonge

Naar boven