Wet van 11 juli 2018, houdende wijziging van de Auteurswet, de Wet op de naburige
rechten en de Databankenwet ter implementatie van Richtlijn (EU) 2017/1564 van het
Europees Parlement en de Raad van 13 september 2017 inzake bepaalde toegestane vormen
van gebruik van bepaalde werken en ander materiaal die door het auteursrecht en naburige
rechten beschermd zijn ten behoeve van personen die blind zijn, visueel gehandicapt
of anderszins een leeshandicap hebben, en tot wijziging van Richtlijn 2001/29/EG betreffende
de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten
in de informatiemaatschappij (PbEU L242/6), alsmede ter uitvoering van Verordening
(EU) 2017/1563 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2017 inzake
de grensoverschrijdende uitwisseling tussen de Unie en derde landen van exemplaren
in toegankelijke vorm van bepaalde werken en ander materiaal die door het auteursrecht
en naburige rechten beschermd zijn ten behoeve van personen die blind zijn, visueel
gehandicapt of anderszins een leeshandicap hebben (PbEU L242/1) (Wet ter implementatie
leesgehandicaptenrichtlijn en ter uitvoering leesgehandicaptenverordening)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de Auteurswet, de Wet op de naburige rechten en de Databankenwet aan te passen om Richtlijn (EU) 2017/1564 te implementeren, alsmede Verordening (EU)
2017/1563 uit te voeren teneinde de toegang tot werken van letterkunde, wetenschap
of kunst en andere beschermde prestaties te verbeteren voor personen die blind zijn,
visueel gehandicapt of anderszins een leeshandicap hebben teneinde ratificatie van
en toetreding tot het Verdrag van Marrakesh tot bevordering van de toegang tot gepubliceerde
werken voor personen die blind zijn, visueel gehandicapt of anderszins een leeshandicap
hebben mogelijk te maken.
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze: