Regeling participatiebudget

Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 01-01-2013 t/m 24-09-2013

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 16 december 2009, nr. IVV/FB/2009/26897, tot regels ter uitvoering van de Wet participatiebudget (Regeling participatiebudget)

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

in overeenstemming met de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie en de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Gelet op artikel 5, vierde lid, van de Wet participatiebudget en artikel 2, derde lid, van het Besluit participatiebudget;

Besluit:

Artikel 1. Beeld van de uitvoering

  • 1 Het beeld van de uitvoering, bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de Wet participatiebudget, wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop het beeld van de uitvoering betrekking heeft door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ontvangen.

  • 2 Het beeld van de uitvoering wordt ingediend onder gebruikmaking van een formulier dat door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid elektronisch beschikbaar wordt gesteld met het Digitaal Verantwoordingssysteem.

  • 3 Indien het beeld van de uitvoering, bedoeld in het eerste lid, niet op de in het eerste lid genoemde datum is ontvangen, schort de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de betaling van het participatiebudget voor het lopende vergoedingsjaar op met ingang van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarop de ontvangsttermijn is verlopen, doch niet gedurende de periode waarover door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het college in geval van overmacht uitstel is verleend.

  • 4 De betaling van de uitkering wordt hervat op de vijftiende van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin het beeld van de uitvoering, bedoeld in het eerste lid, is ontvangen door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

  • 5 Het derde en vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing, indien het college in gebreke blijft om binnen een door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vastgestelde termijn aanvullende informatie te verstrekken noodzakelijk voor het financieel beheer van de wet.

Artikel 1a. Statistiek re-integratie door gemeenten

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 Indien de gegevens, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Regeling statistiek WWB, IOAW en IOAZ, op de datum, bedoeld in voornoemd lid, niet zijn ontvangen of niet volledig zijn, schort de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de betaling van het participatiebudget voor het lopende vergoedingsjaar op met ingang van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de Minister van Sociale Zaken van de externe bewerker, bedoeld in voornoemd lid, daarvan bericht heeft ontvangen, doch niet gedurende de periode waarover door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het college in geval van overmacht uitstel is verleend.

  • 2 De betaling van de uitkering wordt hervat op de vijftiende van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de gegevens, bedoeld in het eerste lid, volledig zijn ontvangen door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2013, 26340, datum inwerkingtreding 25-09-2013, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2013.

1 Indien de gegevens, bedoeld in artikel 3 van de Regeling statistiek WWB, IOAW, en IOAZ 2013, op de in dat artikel genoemde tijdstippen niet zijn ontvangen of niet volledig zijn, schort de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de betaling van het participatiebudget op voor het lopende vergoedingsjaar met ingang van de eerste kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid daarvan bericht heeft ontvangen van het Centraal Bureau voor de Statistiek of de externe bewerker, doch niet gedurende de periode waarover door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het college in geval van overmacht uitstel is verleend.

Artikel 2. Peiljaren en gewichten voor verdeelmaatstaven

Voor de verdeelmaatstaven, bedoeld in bijlage 1 bij het Besluit participatiebudget, gelden de volgende peiljaren en gewichten:

Verdeelmaatstaf

Peiljaar

Gewicht

Aantal bijstandsontvangers

2010

1,62

Aantal WW-ontvangers

2010

-0,20

Omvang beroepsbevolking

2009-2011

-0,01

Kwalitatieve discrepantie laaggeschoolde arbeid

2009-2011

0,31

Artikel 3. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 4. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling participatiebudget.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 16 december 2009

De

Staatssecretaris

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. Klijnsma

Naar boven