bestemd voor de zorgdragers:
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
actoren
Centrale Grondkamer en Regionale Grondkamers
Ministerie van Financiën
Vastgesteld maart 2007
1. Inleiding
Dit BSD behandelt het overheidsbeleid betreffende het grondprijsbeleid in de jaren
1945–1993.
Na de Tweede Wereldoorlog zag de overheid zich genoodzaakt enkele keren de vervreemding
– het in andere handen doen overgaan, d.w.z. in eigendom overdragen – van landbouwgronden
te reguleren omdat de prijzen van landbouwgronden door verschillende omstandigheden
onevenredig stegen.
De volgende wet- en regelgeving werd uitgevaardigd:
Wet op vervreemding van landbouwgronden (WVL), Stb. 1953, 446 met uitvoeringsregelingen,
1953-1963.
Kaderbesluit Grondbank, Stcrt. 1976, 101 met uitvoeringsregelingen.
Wet agrarisch grondverkeer (WAG), Stb. 1981, 248 met uitvoeringsregelingen.
In de periode 1993–1994 werd institutioneel onderzoek verricht naar het handelen van
de rijksoverheid op het gebied van het Grondprijsbeleid inde periode 1945–1993. Dit
resulteerde in het rapport institutioneel onderzoek (RIO) van drs. C.K. Berghuis en
drs. A.S. Fris, Pacht- en Grondprijsbeleid; Institutioneel onderzoek naar twee beleidsterreinen
die zich begeven op het deeltaakgebied prijsbeheersing van de landbouwgronden 945-1993
(PIVOT rapport nr. 35, Den Haag 1996). Het onderzoek is uitgevoerd volgens de methode
van het Project Invoering Verkorting Overbrengingstermijn (PIVOT). Eén van de uitgangspunten
van deze methode is dat een verantwoorde keuze voor het bewaren of vernietigen van
archiefbescheiden pas mogelijk is, als bekend is in welke context ze tot stand gekomen
zijn. Deze context is beschreven in het bovengenoemde RIO. Op basis van dit RIO is
het Basisselectiedocument (BSD) samengesteld.
Op 4 maart 1998 (Stcrt 1998/51) werd het BSD Grondprijsbeleid 1945–1993 vastgesteld
voor de actoren
-
– Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
-
– Bureau Beheer Landbouwgronden
-
– Commissie van Overleg inzake het grondbeleid (commissie Wellen)
-
– Prijzenbureau
-
– Stichting Beheer Landbouwgronden
Het voorliggende BSD heeft betrekking op de neerslag van handelingen van twee actoren
die ressorteren onder het zorgdragerschap van het Ministerie van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit, respectievelijk de Centrale Grondkamer en de Regionale Grondkamers
en van het ministerie van Financiën.
Hoofdlijnen van het taakgebied Grondprijsbeleid zijn te vinden in bovengenoemd RIO.
Doelstellingen en criteria voor de selectie worden beschreven in de verantwoording.
De handelingen in het BSD zijn naar actor gerangschikt, volgens het in het RIO toegekende
nummer, en volgens de in het RIO gegeven tekst. Achter de als te bewaren (B) aangeduide
handelingen is aangegeven welk selectiecriterium is toegepast.
2. Verantwoording
De selectiedoelstelling van de Rijksarchiefdienst (RAD) is bij de behandeling van
de nieuwe Archiefwet [1995] in 1994 verwoord door de Staatssecretaris van Cultuur. Deze is erop gericht dat met de te bewaren gegevens een reconstructie van het handelen van de rijksoverheid
op hoofdlijnen ten opzichte van haar omgeving mogelijk moet zijn, waardoor bronnen
van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig worden gesteld voor blijvende bewaring.
Deze selectiedoelstelling wordt in het BSD toegepast op het betreffende beleidsterrein.
Het geven van een B-waardering voor alle handelingen is gebaseerd op de volgende overwegingen:
-
– In het dichtbevolkte Nederland is de grondpolitiek een van de heetste hangijzers,
ook al zijn in de periode 1945–1993 de doelstellingen van de prijsbeheersing verschoven
van garanderen van voldoende voedsel tegen een lage prijs, naar rechtsbescherming
pachters, herstructurering en schaalvergroting landbouw, bevorderen vanuit algemeen
belang van het meest gewenste gebruik van grond in een bepaald gebied.
-
– In de periode 1958-1998 was in elke provincie een Grondkamer gevestigd. Sindsdien
is dat aantal teruggebracht tot 5. Bewaring van de desbetreffende bescheiden van de
elf grondkamers garandeert dat materiaal beschikbaar is voor onderzoek naar regionale
verschillen bij de uitvoering van het prijsbeleid, zoals het beschikbaar komen van
grote arealen landbouwgrond in de IJsselmeerpolders en specifieke juridische verhoudingen
in bepaalde streken.
Selectiecriteria
Handelingen die gewaardeerd worden met B(ewaren)
1. Handelingen die betrekking hebben op voorbereiding en bepaling van beleid op hoofdlijnen.
Uitleg: Hieronder wordt verstaan agendavorming, het analyseren van informatie, het formuleren
van adviezen met het oog op toekomstig beleid, het ontwerpen van beleid of het plannen
van dat beleid, alsmede het nemen van beslissingen over de inhoud van beleid en terugkoppeling
van beleid. Dit omvat het kiezen en specificeren van de doeleinden en de instrumenten.
2. Handelingen die betrekking hebben op evaluatie van beleid op hoofdlijnen.
Uitleg: Hieronder wordt verstaan het beschrijven en beoordelen van de inhoud, het proces
of de effecten van beleid. Hieruit worden niet per se consequenties getrokken zoals
bij terugkoppeling van beleid.
3. Handelingen die betrekking hebben op verantwoording van beleid op hoofdlijnen aan andere actoren.
Uitleg: Hieronder valt tevens het uitbrengen van verslag over beleid op hoofdlijnen aan andere
actoren of ter publicatie.
4. Handelingen die betrekking hebben op (her)inrichting van organisaties belast met beleid op hoofdlijnen.
Uitleg: Hieronder wordt verstaan het instellen, wijzigen of opheffen van organen, organisaties
of onderdelen daarvan.
5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt.
Uitleg: Onder beleidsuitvoering wordt verstaan het toepassen van instrumenten om de gekozen
doeleinden te bereiken.
6. Handelingen die betrekking hebben opbeleidsuitvoering op hoofdlijnen en direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor het
Koninkrijk der Nederlanden bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten.
Uitleg: Bijvoorbeeld in het geval de ministeriële verantwoordelijkheid is opgeheven en/of
wanneer er sprake is van oorlogstoestand, staat van beleg of toepassing van noodwetgeving.
3. Verslag vaststellingsprocedure
In 2006 is het ontwerp-BSD door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
mede namens de minister van Financiën aangeboden aan de minister van Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap waarna deze het ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur
(RvC). Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waardering van de handelingen is
een verslag gemaakt, dat tegelijk met het BSD naar de RvC is gestuurd. Vanaf 1 december
2006 stond de selectielijst acht weken ter publieke inzage op de website van het Nationaal
Archief en lag tevens in de studiezalen van alle Rijksarchieven/RHC’s en in de bibliotheken
van de betreffende ministeries, hetgeen was aangekondigd in de Staatscourant en in
het Archievenblad. Op 18 januari 2007 (arc-2006.03456/2) bracht de RvC advies uit,
hetwelk geen aanleiding heeft gegeven tot wijzigingen in de ontwerp-selectielijst.
Daarop werd het BSD op 30 maart 2007 vastgesteld door de algemene rijksarchivaris
namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de minister van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit en de minister van Financiën.
4. Leeswijzer
De handelingen worden beschreven in handelingenblokken, bestaande uit de volgende
onderdelen:
Handelingnummer: Dit is het unieke volgnummer van de handeling. Dit nummer is overgenomen
uit het RIO.
Handeling: Dit is een complex van activiteiten die een actor verricht ter vervulling
van een taak of op grond van een bevoegdheid. In de praktijk komt een handeling meestal
overeen met een procedure of een werkproces.
Periode: Hier staat het tijdvak vermeld gedurende welke jaren de handeling is verricht.
Wanneer er geen eindjaar staat vermeld wordt de handeling nog steeds uitgevoerd.
Grondslag: Dit is de wettelijke basis op grond waarvan de actor de handeling verricht.
Vermeld worden:
de naam (citeertitel) van de wet, de Algemene Maatregel van bestuur, het Koninklijk
Besluit of de ministeriële regeling;
het betreffende artikel en lid daarvan;
de vindplaats, dwz. de vermelding van staatsblad of staatscourant
wijzigingen in de grondslag en het vervallen hiervan.
Wanneer er geen wettelijke grondslag voor een handeling bestaat, kan de bron worden genoemd waarin de betreffende handeling staat vermeld.
Opmerking: Deze aanvullende informatie wordt slechts vermeld wanneer de strekking
van de handeling toelichting behoeft.
Waardering: Waardering van de handeling in B (bewaren) of V (vernietigen).
Indien vernietigen, dan vermelding van de vernietigingstermijn.
Indien bewaren, dan vermelding van het gehanteerde selectiecriterium.
Eventueel een nadere toelichting op de waardering.
5. Selectielijst
5.1 Zordrager minister voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
5.1.1 Actor Centrale Grondkamer
RIO: 15
BSD: 41
Handeling: Het beslissen in beroep wanneer partijen het niet eens zijn met de beslissingen
van de Grondkamers.
Periode: 1953–1963
Grondslag: WVL, art. 26
Waardering: B
Criterium: 5
5.1.2 Actor Regionale Grondkamers
RIO: 2
BSD: 42
Handeling: Het niet van toepassing verklaren van de Wet op de vervreemding van landbouwgronden
door de Grondkamers op de overdracht van of op de vestiging van een zakelijk recht
op land.
Periode: 1953–1956
Grondslag: WVL, art. 2.2
Waardering: B
Criterium: 5
Opmerking: Overdracht van land en de vestiging, wijziging, verlenging of overdracht
van een zakelijk recht op land
RIO: 3
BSD: 43
Handeling: Het goedkeuren van de Grondkamers van een overeenkomst tot overdracht van
land; tot vestiging, wijziging, verlenging of overdracht van een zakelijk recht op
land.
Periode: 1953–1963
Grondslag: WVL, art. 3.1
Waardering: B
Criterium 5
RIO: 7
BSD: 44
Handeling: Het bepalen van de hoogst toelaatbare tegenprestatie voor de overdracht
van land of van een zakelijk recht.
Periode: 1953–1963
Grondslag: Besluit houdende algemene regelen als bedoeld in artikel 6 van de WVL,
Stb. 1953, 561, art. 1 t/m 7.
Waardering: B
Criterium 5
RIO 9
BSD: 45
Handeling: Het jaarlijks bij besluit vaststellen van normen t.a.v. de tegenprestatie.
Periode: 1953–1963
Waardering: B
Criterium 5
Opmerking: Bv. Besluit van de Grondkamers voor Overijssel met goedkeuring door de
Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, Stct. 1954, 41.
RIO: 11
BSD: 46
Handeling: Het verlof geven betreffende de openbare verkoop van het land of van een
zakelijk recht op land.
Periode: 1953–1963
Grondslag: WVL, art. 15
Waardering: B
Criterium 5
5.2 Zorgdrager minister van Financiën
5.2.1 Actor minister van Financiën
RIO: 41
BSD: 40
Handeling: Het vaststellen van regelen omtrent de begroting, beheer en verantwoording
van het Bureau Beheer Landbouwgronden
Periode: 1982–1993
Grondslag: Wet Agrarisch Grondverkeer, art. 35 lid 1; Beschikking financieel beheer
Bureau Beheer Landbouwgronden Stcrt. 1982
Waardering: B
Criterium:1
Opmerking: in overeenstemming met de minister van Landbouw
RIO: 14
BSD: 38
Handeling: Het stellen van regelen van de vermelding in de openbare registers dat
de verklaring, als bedoeld in art. 21 en 22 is overgelegd.
Periode: 1953–1963
Grondslag: WVL, art. 23.1
Waardering: B
Criterium: 1
RIO: 20
BSD: 39
Handeling: Het stellen van regelen voor de vermelding in de openbare registers dat
een verklaring, als bedoeld in het eerste en tweede lid van art. 29a, is overlegd.
Periode: 1956–1963
Grondslag: WVL, art. 29a.4
Waardering: B
Criterium: 1
6.1 Lijst gebruikte afkortingen
Stb.: Staatsblad
Stcrt.: Staatscourant
WVL: Wet op vervreemding van landbouwgronden
WAG: Wet agrarisch grondverkeer
SBL: Stichting Beheer Landbouwgronden