Besluit vaststelling selectielijst neerslag handelingen beleidsterrein Grondprijsbeleid [...] (Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit)

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 18-07-2007 t/m heden

Besluit vaststelling selectielijst neerslag handelingen beleidsterrein Grondprijsbeleid 1945–1993 (Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 5, tweede lid, onder b, van de Archiefwet 1995;

De Raad voor Cultuur gehoord (advies van de Raad voor Cultuur van 18 januari 2007, nr. arc-2006.03456/2);

Besluiten:

Artikel 2

De ‘lijst van voor vernietiging in aanmerking komende archiefbescheiden van de Grondkamers en de Centrale Grondkamer’ uit 1977 (Staatscourant 1977/58) wordt ingetrokken, voor zover deze handelingen bevat die zijn opgenomen in de voorliggende selectielijst. .

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende selectielijst en toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 30 maart 2007

De

Staatssecretaris

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
namens deze:
de

algemene rijksarchivaris

,

M.W. van Boven

De

Minister

van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
namens deze:
de

directeur Informatiemanagement en Facilitaire Zaken

,

D.J. Langendoen

Basisselectiedocument voor de neerslag van handelingen van de rijksoverheid op het gebied van grondprijsbeleid 1945–1993

bestemd voor de zorgdragers:

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

actoren

Centrale Grondkamer en Regionale Grondkamers

Ministerie van Financiën

Vastgesteld maart 2007

1. Inleiding

Dit BSD behandelt het overheidsbeleid betreffende het grondprijsbeleid in de jaren 1945–1993.

Na de Tweede Wereldoorlog zag de overheid zich genoodzaakt enkele keren de vervreemding – het in andere handen doen overgaan, d.w.z. in eigendom overdragen – van landbouwgronden te reguleren omdat de prijzen van landbouwgronden door verschillende omstandigheden onevenredig stegen.

De volgende wet- en regelgeving werd uitgevaardigd:

Wet op vervreemding van landbouwgronden (WVL), Stb. 1953, 446 met uitvoeringsregelingen, 1953-1963.

Kaderbesluit Grondbank, Stcrt. 1976, 101 met uitvoeringsregelingen.

Wet agrarisch grondverkeer (WAG), Stb. 1981, 248 met uitvoeringsregelingen.

In de periode 1993–1994 werd institutioneel onderzoek verricht naar het handelen van de rijksoverheid op het gebied van het Grondprijsbeleid inde periode 1945–1993. Dit resulteerde in het rapport institutioneel onderzoek (RIO) van drs. C.K. Berghuis en drs. A.S. Fris, Pacht- en Grondprijsbeleid; Institutioneel onderzoek naar twee beleidsterreinen die zich begeven op het deeltaakgebied prijsbeheersing van de landbouwgronden 945-1993 (PIVOT rapport nr. 35, Den Haag 1996). Het onderzoek is uitgevoerd volgens de methode van het Project Invoering Verkorting Overbrengingstermijn (PIVOT). Eén van de uitgangspunten van deze methode is dat een verantwoorde keuze voor het bewaren of vernietigen van archiefbescheiden pas mogelijk is, als bekend is in welke context ze tot stand gekomen zijn. Deze context is beschreven in het bovengenoemde RIO. Op basis van dit RIO is het Basisselectiedocument (BSD) samengesteld.

Op 4 maart 1998 (Stcrt 1998/51) werd het BSD Grondprijsbeleid 1945–1993 vastgesteld voor de actoren

  • Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

  • Bureau Beheer Landbouwgronden

  • Commissie van Overleg inzake het grondbeleid (commissie Wellen)

  • Prijzenbureau

  • Stichting Beheer Landbouwgronden

Het voorliggende BSD heeft betrekking op de neerslag van handelingen van twee actoren die ressorteren onder het zorgdragerschap van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, respectievelijk de Centrale Grondkamer en de Regionale Grondkamers en van het ministerie van Financiën.

Hoofdlijnen van het taakgebied Grondprijsbeleid zijn te vinden in bovengenoemd RIO. Doelstellingen en criteria voor de selectie worden beschreven in de verantwoording. De handelingen in het BSD zijn naar actor gerangschikt, volgens het in het RIO toegekende nummer, en volgens de in het RIO gegeven tekst. Achter de als te bewaren (B) aangeduide handelingen is aangegeven welk selectiecriterium is toegepast.

2. Verantwoording

De selectiedoelstelling van de Rijksarchiefdienst (RAD) is bij de behandeling van de nieuwe Archiefwet [1995] in 1994 verwoord door de Staatssecretaris van Cultuur. Deze is erop gericht dat met de te bewaren gegevens een reconstructie van het handelen van de rijksoverheid op hoofdlijnen ten opzichte van haar omgeving mogelijk moet zijn, waardoor bronnen van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig worden gesteld voor blijvende bewaring.

Deze selectiedoelstelling wordt in het BSD toegepast op het betreffende beleidsterrein.

Het geven van een B-waardering voor alle handelingen is gebaseerd op de volgende overwegingen:

  • In het dichtbevolkte Nederland is de grondpolitiek een van de heetste hangijzers, ook al zijn in de periode 1945–1993 de doelstellingen van de prijsbeheersing verschoven van garanderen van voldoende voedsel tegen een lage prijs, naar rechtsbescherming pachters, herstructurering en schaalvergroting landbouw, bevorderen vanuit algemeen belang van het meest gewenste gebruik van grond in een bepaald gebied.

  • In de periode 1958-1998 was in elke provincie een Grondkamer gevestigd. Sindsdien is dat aantal teruggebracht tot 5. Bewaring van de desbetreffende bescheiden van de elf grondkamers garandeert dat materiaal beschikbaar is voor onderzoek naar regionale verschillen bij de uitvoering van het prijsbeleid, zoals het beschikbaar komen van grote arealen landbouwgrond in de IJsselmeerpolders en specifieke juridische verhoudingen in bepaalde streken.

Selectiecriteria

Handelingen die gewaardeerd worden met B(ewaren)

1. Handelingen die betrekking hebben op voorbereiding en bepaling van beleid op hoofdlijnen.

Uitleg: Hieronder wordt verstaan agendavorming, het analyseren van informatie, het formuleren van adviezen met het oog op toekomstig beleid, het ontwerpen van beleid of het plannen van dat beleid, alsmede het nemen van beslissingen over de inhoud van beleid en terugkoppeling van beleid. Dit omvat het kiezen en specificeren van de doeleinden en de instrumenten.

2. Handelingen die betrekking hebben op evaluatie van beleid op hoofdlijnen.

Uitleg: Hieronder wordt verstaan het beschrijven en beoordelen van de inhoud, het proces of de effecten van beleid. Hieruit worden niet per se consequenties getrokken zoals bij terugkoppeling van beleid.

3. Handelingen die betrekking hebben op verantwoording van beleid op hoofdlijnen aan andere actoren.

Uitleg: Hieronder valt tevens het uitbrengen van verslag over beleid op hoofdlijnen aan andere actoren of ter publicatie.

4. Handelingen die betrekking hebben op (her)inrichting van organisaties belast met beleid op hoofdlijnen.

Uitleg: Hieronder wordt verstaan het instellen, wijzigen of opheffen van organen, organisaties of onderdelen daarvan.

5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt.

Uitleg: Onder beleidsuitvoering wordt verstaan het toepassen van instrumenten om de gekozen doeleinden te bereiken.

6. Handelingen die betrekking hebben opbeleidsuitvoering op hoofdlijnen en direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor het Koninkrijk der Nederlanden bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten.

Uitleg: Bijvoorbeeld in het geval de ministeriële verantwoordelijkheid is opgeheven en/of wanneer er sprake is van oorlogstoestand, staat van beleg of toepassing van noodwetgeving.

3. Verslag vaststellingsprocedure

In 2006 is het ontwerp-BSD door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mede namens de minister van Financiën aangeboden aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap waarna deze het ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur (RvC). Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waardering van de handelingen is een verslag gemaakt, dat tegelijk met het BSD naar de RvC is gestuurd. Vanaf 1 december 2006 stond de selectielijst acht weken ter publieke inzage op de website van het Nationaal Archief en lag tevens in de studiezalen van alle Rijksarchieven/RHC’s en in de bibliotheken van de betreffende ministeries, hetgeen was aangekondigd in de Staatscourant en in het Archievenblad. Op 18 januari 2007 (arc-2006.03456/2) bracht de RvC advies uit, hetwelk geen aanleiding heeft gegeven tot wijzigingen in de ontwerp-selectielijst. Daarop werd het BSD op 30 maart 2007 vastgesteld door de algemene rijksarchivaris namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de minister van Financiën.

4. Leeswijzer

De handelingen worden beschreven in handelingenblokken, bestaande uit de volgende onderdelen:

Handelingnummer: Dit is het unieke volgnummer van de handeling. Dit nummer is overgenomen uit het RIO.

Handeling: Dit is een complex van activiteiten die een actor verricht ter vervulling van een taak of op grond van een bevoegdheid. In de praktijk komt een handeling meestal overeen met een procedure of een werkproces.

Periode: Hier staat het tijdvak vermeld gedurende welke jaren de handeling is verricht. Wanneer er geen eindjaar staat vermeld wordt de handeling nog steeds uitgevoerd.

Grondslag: Dit is de wettelijke basis op grond waarvan de actor de handeling verricht.

Vermeld worden:

de naam (citeertitel) van de wet, de Algemene Maatregel van bestuur, het Koninklijk Besluit of de ministeriële regeling;

het betreffende artikel en lid daarvan;

de vindplaats, dwz. de vermelding van staatsblad of staatscourant

wijzigingen in de grondslag en het vervallen hiervan.

Wanneer er geen wettelijke grondslag voor een handeling bestaat, kan de bron worden genoemd waarin de betreffende handeling staat vermeld.

Opmerking: Deze aanvullende informatie wordt slechts vermeld wanneer de strekking van de handeling toelichting behoeft.

Waardering: Waardering van de handeling in B (bewaren) of V (vernietigen).

Indien vernietigen, dan vermelding van de vernietigingstermijn.

Indien bewaren, dan vermelding van het gehanteerde selectiecriterium.

Eventueel een nadere toelichting op de waardering.

5. Selectielijst

5.1 Zordrager minister voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

5.1.1 Actor Centrale Grondkamer

RIO: 15

BSD: 41

Handeling: Het beslissen in beroep wanneer partijen het niet eens zijn met de beslissingen van de Grondkamers.

Periode: 1953–1963

Grondslag: WVL, art. 26

Waardering: B

Criterium: 5

5.1.2 Actor Regionale Grondkamers

RIO: 2

BSD: 42

Handeling: Het niet van toepassing verklaren van de Wet op de vervreemding van landbouwgronden door de Grondkamers op de overdracht van of op de vestiging van een zakelijk recht op land.

Periode: 1953–1956

Grondslag: WVL, art. 2.2

Waardering: B

Criterium: 5

Opmerking: Overdracht van land en de vestiging, wijziging, verlenging of overdracht van een zakelijk recht op land

RIO: 3

BSD: 43

Handeling: Het goedkeuren van de Grondkamers van een overeenkomst tot overdracht van land; tot vestiging, wijziging, verlenging of overdracht van een zakelijk recht op land.

Periode: 1953–1963

Grondslag: WVL, art. 3.1

Waardering: B

Criterium 5

RIO: 7

BSD: 44

Handeling: Het bepalen van de hoogst toelaatbare tegenprestatie voor de overdracht van land of van een zakelijk recht.

Periode: 1953–1963

Grondslag: Besluit houdende algemene regelen als bedoeld in artikel 6 van de WVL, Stb. 1953, 561, art. 1 t/m 7.

Waardering: B

Criterium 5

RIO 9

BSD: 45

Handeling: Het jaarlijks bij besluit vaststellen van normen t.a.v. de tegenprestatie.

Periode: 1953–1963

Waardering: B

Criterium 5

Opmerking: Bv. Besluit van de Grondkamers voor Overijssel met goedkeuring door de Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, Stct. 1954, 41.

RIO: 11

BSD: 46

Handeling: Het verlof geven betreffende de openbare verkoop van het land of van een zakelijk recht op land.

Periode: 1953–1963

Grondslag: WVL, art. 15

Waardering: B

Criterium 5

5.2 Zorgdrager minister van Financiën

5.2.1 Actor minister van Financiën

RIO: 41

BSD: 40

Handeling: Het vaststellen van regelen omtrent de begroting, beheer en verantwoording van het Bureau Beheer Landbouwgronden

Periode: 1982–1993

Grondslag: Wet Agrarisch Grondverkeer, art. 35 lid 1; Beschikking financieel beheer Bureau Beheer Landbouwgronden Stcrt. 1982

Waardering: B

Criterium:1

Opmerking: in overeenstemming met de minister van Landbouw

RIO: 14

BSD: 38

Handeling: Het stellen van regelen van de vermelding in de openbare registers dat de verklaring, als bedoeld in art. 21 en 22 is overgelegd.

Periode: 1953–1963

Grondslag: WVL, art. 23.1

Waardering: B

Criterium: 1

RIO: 20

BSD: 39

Handeling: Het stellen van regelen voor de vermelding in de openbare registers dat een verklaring, als bedoeld in het eerste en tweede lid van art. 29a, is overlegd.

Periode: 1956–1963

Grondslag: WVL, art. 29a.4

Waardering: B

Criterium: 1

6.1 Lijst gebruikte afkortingen

Stb.: Staatsblad

Stcrt.: Staatscourant

WVL: Wet op vervreemding van landbouwgronden

WAG: Wet agrarisch grondverkeer

SBL: Stichting Beheer Landbouwgronden

Naar boven