Wijzigingswet Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op het onderwijstoezicht (verbetering kwaliteit examens beroepsopleidingen)

Geraadpleegd op 30-03-2024.
Geldend van 01-08-2004 t/m heden

Wet van 11 maart 2004 tot wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op het onderwijstoezicht met het oog op verbetering van de kwaliteit van examens van beroepsopleidingen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in de Wet educatie en beroepsonderwijs nadere kwaliteitsregels vast te leggen voor examens van beroepsopleidingen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel III. Overgangsbepalingen

Een exameninstelling die op grond van artikel 1.6.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, zoals luidend voor de inwerkingtreding van artikel I, het recht had op het verzorgen van externe legitimering met betrekking tot een beroepsopleiding, heeft het recht op examinering van die beroepsopleiding in opdracht van een instelling.

Artikel IV. Evaluatiebepaling

Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet, en vervolgens telkens na vijf jaar, aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 11 maart 2004

Beatrix

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ,

A. D. S. M. Nijs

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit ,

C. P. Veerman

Uitgegeven de zesde april 2004

De Minister van Justitie ,

J. P. H. Donner

Naar boven