Verrekening uitkeringen ingevolge ziektewet/wet arbeid en zorg

Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 31-07-2002 t/m heden

Verrekening uitkeringen ingevolge ziektewet/wet arbeid en zorg

Inleiding

Zoals ik u al reeds eerder heb bericht in mijn publicatie van 20 december 2000, kenmerk PO/F/2000/50204 is met ingang van 1 januari 2001 de ziektewet (ZW) gefaseerd ingevoerd. Deze invoering heeft tot gevolg gehad dat er een wijziging is opgetreden voor een bepaalde doelgroep zijnde:

  • Werknemers met zwangerschapsverlof/bevallingsverlof;

  • Herintredende arbeidsgehandicapten;

  • Werknemers die niet kunnen werken omdat zij een orgaan afstaan;

  • Stagiaires en oproep- of invalkrachten die ziek worden;

  • Werknemers die ziek zijn bij ontslag;

  • Werknemers van wie het dienstverband is beëindigd en die hierna ziek worden.

Met ingang van 1 december 2001 is het zwangerschapsverlof/bevallingsverlof ondergebracht in de wet Arbeid en Zorg.

In bovengenoemde situaties komen de belanghebbenden in aanmerking voor een uitkering ingevolge de ziektewet/wet Arbeid en Zorg en dient hiervoor een verzoek te worden ingediend bij UWV- USZO-Heerlen. Bij deze instantie ligt de uitvoering van de ziektewet en de uitbetaling van de uitkeringen. De lasten en uitvoering van de ziektewet worden gefinancierd uit het ”Uitvoeringsfonds voor de overheid” door middel van de zgn. UFO-premie. Deze premie wordt door de werkgever betaald aan het fonds en wordt, voor wat betreft het door mij bekostigde personeel, gedeclareerd bij mijn ministerie.

De uitbetaling van de uitkeringen wordt direct, dan wel indirect, verstrekt aan de werkgever. Daarnaast declareert het bevoegd gezag bij mijn ministerie de volledige loonkosten van de hierboven genoemde werknemers. Om niet tot een dubbele bekostiging te komen moeten de ontvangen uitkeringen, in het kalenderjaar dat deze zijn ontvangen, in mindering gebracht worden op de door de werkgever gedeclareerde loonkosten (jaar t).

Wijze verrekening uitkeringen

Bij de invoering van de ziektewet/wet Arbeid en Zorg is onderzocht of de ontvangen uitkeringen automatisch verrekend kunnen worden in het jaar dat de werkgever de uitkering ontvangt. Voor wat betreft de jaren 2001 en 2002 bleek dit niet mogelijk te zijn en is naar alternatieve oplossingen gezocht.

Verrekening uitkeringen ontvangen in het jaar 2001

Voor bekostigingsjaar 2001 is gekozen voor een verrekening door middel van de Aanvraag Vaststelling Rijksvergoeding 2001 (zie eerder genoemde publicatie). Dit houdt in dat de verrekening pas achteraf plaatsvindt (jaar t +1).

Verrekening uitkeringen ontvangen in het jaar 2002

Zoals eerder is aangegeven was voor het kalenderjaar 2002 niet de mogelijkheid aanwezig om een automatische verrekening tot stand te brengen met de in dat jaar ontvangen uitkeringen. Om toch in 2002 tot een verrekening te kunnen komen van de ontvangen uitkeringen is er gekozen voor een éénmalige oplossing. Deze oplossing is gebaseerd op de verplichting die in de bekostigingsbesluiten is opgenomen om wijzigingen die van invloed zijn op het voorschot binnen 8 dan wel 4 weken mee te delen (Art. 22 en 23 van het bekostigingsbesluit WPO, art. 34 en 35 bekostigingsbesluit WEC).

Overeenkomstig bovenstaande verplichting dient de werkgever een opgave te verstrekken waarin zijn opgenomen de reeds ontvangen uitkeringen over de periode januari 2002 tot en met augustus 2002. Daarnaast verstrekt de werkgever een opgave van de reeds aangevraagde uitkeringen en de nog aan te vragen uitkeringen over de periode september 2002 tot en met december 2002. Dat wil zeggen dat u opgeeft welke aanvragen u heeft ingediend dan wel nog aangevraagd moeten worden voor UWV/USZO-uitkeringen betreffende het bovengenoemde personeel die leiden tot betalingen in de periode september t/m december 2002. Ik maak u erop attent dat direct bij ingang van het verlof een verzoek voor een uitkering moet worden ingediend bij de uitvoeringsinstantie.

Naar aanleiding van deze publicatie ontvangt u zo spoedig mogelijk een formulier waarin de volgende gegevens aan u worden gevraagd:

  • Naam, adres, telefoonnummer en bestuursnummer bevoegd gezag (is reeds vermeld op het formulier; gaarne controle op juistheid; in geval van incorrecte gegevens, gaarne corrigeren);

  • Naam en brinnummer van de instelling (en) die onder uw bevoegd gezag ressorteren (zijn reeds vermeld op het formulier, gaarne controle op juistheid, in geval van incorrecte gegevens, gaarne corrigeren);

  • Per brinnummer het bedrag aan ontvangen uitkeringen in 2002, betrekking hebbende op 2001;

  • Per brinnummer het bedrag aan ontvangen uitkeringen in 2002, betrekking hebbende op de periode januari 2002 tot en met augustus 2002;

  • Per brinnummer het bedrag te verwachten uitkeringen in 2002, betrekking hebbende op de periode september 2002 tot en met december 2002.

U kunt de informatie van alle instellingen die onder u ressorteren op het voorbedrukte formulier invullen dat u uiterlijk 1 september 2002 zult ontvangen.

De formulieren zijn ook te vinden op internetsite van CFI,

www.cfi.nl

De formulieren dienen door het bevoegd gezag volledig ingevuld en ondertekend te zijn en uiterlijk 1 oktober 2002 worden ingediend.

Het formulier dient u in bij:

  • Cfi

    t.a.v. de unit Gegevens

    Postbus 606

    2700 ML Zoetermeer

Definitieve verrekening uitkering ontvangen in 2002

De definitieve vaststelling en verrekening van de door u ontvangen uitkeringen over de periode januari 2002 tot en met december 2002 zal door middel van de Aanvraag Vaststelling Rijksvergoeding 2002 (AVR 2002) plaatsvinden. In de AVR-brochure 2002 ontvangt u specifieke aanwijzingen over de wijze waarop dit gebeuren moet. Ik maak u er nogmaals op attent dat de maandoverzichten van USZO in uw administratie moeten worden opgenomen.

Structurele verrekening vanaf 2003

Voor de structurele verrekening vanaf 2003 zal ik in het najaar van 2002 een maatregel treffen waardoor maandelijkse verrekening tussen gedeclareerde loonkosten en ontvangen uitkeringen verplicht wordt gesteld. Zodra daar meer over bekend is, zult u in het Gele Katern van Uitleg worden geïnformeerd over de wijze waarop de verrekening plaats kan vinden.

De

staatssecretaris

van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
namens deze,

mr. P.J. van Ham,

directeur primair onderwijs

.
Naar boven