Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004

[Regeling vervallen per 01-01-2020.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-2005 t/m 17-03-2005

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. minister:

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

b. IOAW:

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

c. IOAZ:

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

d. Abw:

Algemene bijstandswet;

e. WWB:

Wet werk en bijstand;

f. Bbz 2004:

Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004;

g. declaratie:

opgave van kosten als bedoeld in de artikelen 56 van de IOAW, 56 en 59e van de IOAZ en 48 en 56 van het Bbz 2004;

h. de ten laste van gemeente gebleven kosten:

de in een kalenderjaar door burgemeester en wethouders verleende uitkering en bijstand, bedoeld in de artikelen 56, eerste lid, van de IOAW, 56, eerste lid, van de IOAZ en 48, eerste en tweede lid, van het Bbz 2004, verminderd met alle ontvangsten van burgemeester en wethouders in dat jaar in verband met de verlening van uitkering en bijstand, waaronder begrepen de bedragen die burgemeester en wethouders ontvangen door toepassing van de artikelen 20a van de IOAW, 20a van de IOAZ en 14a van de Abw;

i. tekortkoming:

het niet hebben voldaan door burgemeester en wethouders aan de bij of krachtens respectievelijk de IOAW, de IOAZ of het Bbz 2004 gestelde regels;

j. relevant bestand:

bestand dat representatief is in relatie tot een of meer aspecten van de uitvoering en waarop het onderzoek zich richt ter beoordeling van deze aspecten;

k. financieel beslag:

het verschil tussen het bedrag van de ten laste van burgemeester en wethouders gebleven kosten bij een onjuiste wetsuitvoering en dat bij een juiste wetsuitvoering;

l. verslag over de uitvoering:

het verslag, bedoeld in de artikelen 54, eerste lid, van de IOAW en 54, eerste lid, van de IOAZ en 54, eerste lid, van het Bbz 2004;

m. financiële fouten:

tekortkomingen waarbij met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering of bijstand onrechtmatig is verstrekt of is teruggevorderd of verhaald zonder inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen;

n. financiële onzekerheden:

tekortkomingen waarbij niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering of bijstand rechtmatig is verstrekt.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. minister:

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

b. IOAW:

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

c. IOAZ:

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

d. Abw:

Algemene bijstandswet;

e. WWB:

Wet werk en bijstand;

f. Bbz 2004:

Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004;

g. declaratie:

opgave van kosten als bedoeld in de artikelen 56 van de IOAW, 56 en 59e van de IOAZ en 48 en 56 van het Bbz 2004;

h. de ten laste van de gemeente gebleven kosten:

de in een kalenderjaar door burgemeester en wethouders verleende uitkering en bijstand, bedoeld in de artikelen 56, eerste lid, van de IOAW, 56, eerste lid, van de IOAZ en 48, eerste en tweede lid, van het Bbz 2004, verminderd met alle ontvangsten van burgemeester en wethouders in dat jaar in verband met de verlening van uitkering en bijstand, waaronder begrepen de bedragen die burgemeester en wethouders ontvangen door toepassing van de artikelen 20a van de IOAW, 20a van de IOAZ en 14a van de Abw;

i. tekortkoming:

het niet hebben voldaan door burgemeester en wethouders aan de bij of krachtens respectievelijk de IOAW, de IOAZ of het Bbz 2004 gestelde regels;

j. financieel beslag:

het verschil tussen het bedrag van de ten laste van burgemeester en wethouders gebleven kosten bij een onjuiste wetsuitvoering en dat bij een juiste wetsuitvoering;

k. verslag over de uitvoering:

het verslag, bedoeld in de artikelen 54, eerste lid, van de IOAW en 54, eerste lid, van de IOAZ en 54, eerste lid, van het Bbz 2004;

l. financiële fouten:

tekortkomingen waarbij met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering of bijstand onrechtmatig is verstrekt of is teruggevorderd of verhaald zonder inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen;

m. financiële onzekerheden:

tekortkomingen waarbij niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering of bijstand rechtmatig is verstrekt;

n. uitkeringskosten:

de kosten van uitkeringen, bedoeld in de artikelen 56, eerste lid, van de IOAW, 56, eerste lid, van de IOAZ en 48, eerste lid, van het Bbz 2004;

o. uitvoeringskosten:

de uitvoeringskosten, bedoeld in artikel 59e, eerste lid, van de IOAZ onderscheidenlijk artikel 56, eerste lid, van het Bbz 2004.

Artikel 2. Kwartaal- en maandvoorschotten vergoeding

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 2 Om voor het kwartaalvoorschot in aanmerking te komen dragen burgemeester en wethouders zorg dat uiterlijk op de twintigste van de tweede maand volgend op het kwartaal waarop het kwartaalvoorschot betrekking heeft een declaratie is ontvangen. Burgemeester en wethouders maken hierbij gebruik van de daarvoor door de minister verstrekte formulieren, die zijn ingericht overeenkomstig het bij deze regeling behorende model van de declaratie en zijn voorzien van een voor iedere gemeente uniek kenmerk.

  • 3 De kwartaalvoorschotten worden na afloop van enig kwartaal betaald, op of omstreeks de vijftiende van de maand volgend op de maand waarin de declaratie is ontvangen, ter hoogte van de declaratie en met verrekening van de over dat kwartaal eerder betaalde maandvoorschotten.

  • 4 De maandvoorschotten worden betaald, op of omstreeks de vijftiende van de maand waarop zij betrekking hebben, op basis van de twee kwartalen terug liggende declaratie, waarbij afstemming plaatsvindt op de landelijk verwachte kosten over die maand.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Voorschot

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

1 De minister stelt maandvoorschotten vast ten behoeve van:

  • a. de vergoeding van de uitkeringskosten, bedoeld in artikel 56, eerste lid, van de IOAW;

  • b. de vergoeding van de uitkeringskosten, bedoeld in artikel 56, eerste lid, van de IOAZ en de uitvoeringskosten, bedoeld in artikel 59e, eerstel lid, van de IOAZ;

  • c. de vergoeding van de uitkeringskosten bedoeld in artikel 48, eerste lid, van het Bbz 2004 en de uitvoeringskosten, bedoeld in artikel 56, eerste lid, van het Bbz 2004.

2 De maandvoorschotten voor het kalenderjaar 2005 worden betaald op of omstreeks de vijftiende van de maand waarop zij betrekking hebben, op basis van één derde van het bedrag van de één jaar terugliggende kwartaaldeclaratie, waarbij afstemming plaatsvindt op de landelijk verwachte kosten voor de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004.

Artikel 3. Opschorting en terugvordering voorschotten

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 Indien de declaratie niet uiterlijk op de in artikel 2, tweede lid, genoemde datum is ontvangen, kan de minister de betaling van maandvoorschotten opschorten. Ingeval van opschorting wordt de betaling hervat en worden de aangehouden betalingen nabetaald na ontvangst van de declaratie.

  • 2 Indien uiterlijk op de twintigste van de zesde maand volgend op een kwartaal geen declaratie over dat kwartaal is ontvangen, worden op of omstreeks de vijftiende van de daaropvolgende maand de nog niet verrekende maandvoorschotten met betrekking tot het betreffende kwartaal teruggevorderd.

  • 3 Indien het verslag en de verklaring, bedoeld in de artikelen 54 van de IOAW, 54 van de IOAZ en 54 van het Bbz 2004, niet uiterlijk op de in artikel 7, tweede lid, genoemde datum zijn ontvangen, kan met ingang van het vierde kwartaal van het lopende kalenderjaar de betaling van kwartaal- en maandvoorschotten worden opgeschort. Ingeval van opschorting wordt de betaling hervat en worden de aangehouden betalingen nabetaald na ontvangst van het verslag en de verklaring.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Opschorting en terugvordering voorschotten

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

1 Indien het voorlopig verslag, bedoeld in de artikelen 54, tweede lid, van de IOAW en 54, tweede lid, van de IOAZ, niet op de in artikel 7b, eerste lid, genoemde datum is ontvangen, kan de minister de betaling van de maandvoorschotten voor het lopende vergoedingsjaar opschorten met ingang van de kalendermaand volgend op de maand waarop de ontvangsttermijn is verlopen.

2 Indien het verslag en de daarop betrekking hebbende verklaring, bedoeld in de artikelen 54, eerste lid, van de IOAW, 54, eerste lid, van de IOAZ en 54, eerste lid, van het Bbz 2004, niet op de in artikel 7, eerste lid, genoemde datum zijn ontvangen, kan de minister de betaling van de maandvoorschotten voor het lopende vergoedingsjaar opschorten met ingang van de kalendermaand volgend op de maand waarop de ontvangsttermijn is verlopen.

3 Indien het verslag en de daarop betrekking hebbende verklaring, bedoeld in de artikelen 54, eerste lid, van de IOAW, 54, eerste lid, van de IOAZ en 54, eerste lid, van het Bbz 2004, niet zijn ontvangen binnen vijftien maanden na het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben, worden op of omstreeks de vijftiende van de daaropvolgende maand de maandvoorschotten met betrekking tot het betreffende kalenderjaar teruggevorderd.

Artikel 4. Betaling uitkering, verhoging en aanvullende uitkering

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

  • 2 Indien de uitkering op grond van de artikelen 59 van de IOAW, 59 van de IOAZ en 51 van het Bbz 2004 wordt verhoogd in het jaar waarop de uitkering betrekking heeft, wordt het bedrag waarmee de uitkering wordt verhoogd in gelijke maandelijkse delen, met ingang van de maand volgend op de maand waarin het bedrag is vastgesteld, gedurende het restant van het kalenderjaar betaald, telkens op of omstreeks de vijftiende van de maand.

  • 3 Indien de uitkering op grond van de artikelen 59 van de IOAW, 59 van de IOAZ en 51 van het Bbz 2004 wordt verhoogd in het jaar volgend op het jaar waarop de uitkering betrekking heeft, wordt het bedrag waarmee de uitkering wordt verhoogd betaald op of omstreeks de vijftiende van de maand volgend op de maand waarin het bedrag is vastgesteld.

Artikel 5. Bedragen vergoeding uitvoeringskosten

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

  • 4 De kosten, bedoeld in artikel 59e, eerste lid, van de IOAZ, van een aan derden opgedragen onderzoek betrekking hebbend op een aanvraag om uitkering op grond van de IOAZ, komen voor vergoeding in aanmerking, voorzover zij niet meer bedragen dan € 1.069,–.

Artikel 7. Verslag over de uitvoering, accountantsverklaring en oordeel raad

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

  • 2 Het verslag over de uitvoering wordt ingericht overeenkomstig het als bijlage 1 bij deze regeling opgenomen model.

  • 3 De verklaring van de accountant wordt ingericht overeenkomstig het als bijlage 2 bij deze regeling opgenomen model. Het onderzoek dat resulteert in de verklaring wordt uitgevoerd overeenkomstig het als bijlage 3 bij deze regeling opgenomen controle- en rapportageprotocol.

Artikel 7a. Geen accountantsverklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

De verplichting tot het overleggen van een verklaring van een accountant, bedoeld in de artikelen 54, eerste lid, van de IOAW, 54, eerste lid, van de IOAZ en artikel 54, eerste lid, van het Bbz 2004, geldt niet voor burgemeester en wethouders van de gemeenten, waarvan de ten laste van de gemeente gebleven kosten, voor de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004 tezamen, € 100.000,– of minder bedragen.

Artikel 7b. Voorlopig verslag over de uitvoering

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 2 Het voorlopig verslag, bedoeld in het eerste lid, omvat een declaratie van de uitkeringskosten en de uitvoeringskosten over het afgelopen kalenderjaar.

  • 3 Het voorlopig verslag wordt ingericht overeenkomstig het als bijlage 4 bij deze regeling opgenomen model.

  • 4 Op basis van het voorlopig verslag vindt een voorlopige verrekening plaats met de verleende voorschotten, bedoeld in artikel 2, eerste lid.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Dit onderdeel is nieuw toegevoegd.

Artikel 8. Rechtmatige wetsuitvoering

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Rechtmatige wetsuitvoering

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

1 De IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004 tezamen worden in een kalenderjaar rechtmatig uitgevoerd indien het financieel beslag van de tekortkomingen niet meer bedraagt dan 5% van de uitgaven van de in het kader van de wet of het besluit door burgemeester en wethouders verleende uitkering en bijstand, bedoeld in de artikelen 56, eerste lid, van de IOAW, 56, eerste lid, van de IOAZ en 48, eerste en tweede lid, van het Bbz 2004, vermeerderd met alle ontvangsten van burgemeester en wethouders in dat jaar in verband met de verlening van uitkering en bijstand, waaronder begrepen de bedragen die burgemeester en wethouders ontvangen door toepassing van de artikelen 20a van de IOAW, 20a van de IOAZ en 14a van de Abw.

2 Onverminderd het eerste lid, blijven de volgens opgave van burgemeester en wethouders ten laste gebleven kosten buiten aanmerking als bedoeld in artikel 59d, eerste lid, van de IOAW, artikel 59d, eerste lid, van de IOAZ en artikel 55, eerste lid, van het Bbz 2004, indien sprake is van een tekortkoming die voortkomt uit een besluit om de wet of het besluit op een of meer onderdelen in strijd met de IOAW, de IOAZ of het Bbz 2004 uit te voeren.

Artikel 9. Berekening financieel beslag van tekortkomingen

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 Het financieel beslag van tekortkomingen in de uitvoering van de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004 tezamen wordt bepaald op het totaal van de financiële fouten en financiële onzekerheden.

  • 3 Bij samenloop van tekortkomingen als bedoeld in het tweede lid worden de afzonderlijk berekende financiële uitkomsten bij elkaar opgeteld.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Berekening financieel beslag van tekortkomingen

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

1 Het financieel beslag van tekortkomingen in de uitvoering van de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004 tezamen wordt bepaald op het totaal van de financiële fouten en financiële onzekerheden.

2 Het financieel beslag van financiële onzekerheden wordt bepaald op:

  • a. 0,5% van de ten laste van de gemeente gebleven kosten indien in 15% of meer van de in een kalenderjaar verrichte onderzoeken sprake is van een onvolledig onderzoek als bedoeld in de artikelen 66, tweede lid, van de Abw, 14, tweede lid, van de IOAW en 14, tweede, van de IOAZ, bij een onvolledig heronderzoek als bedoeld in de artikelen 66, derde lid, van de Abw, 14, derde lid, van de IOAW en 14, derde lid, van de IOAZ, bij een onvolledig beëindigingsonderzoek als bedoeld in de artikelen 66, vijfde lid, van de Abw, 14, vijfde lid, van de IOAW en 14, vijfde lid, van de IOAZ of bij een onvolledig debiteurenonderzoek als bedoeld in de artikelen 66, zesde lid, van de Abw, 14, zesde lid, van de IOAW en 14, zesde lid, van de IOAZ;

  • b. 0,5% van de ten laste van de gemeente gebleven kosten indien in 15% of meer van de in een kalenderjaar te verrichten onderzoeken sprake is van een niet-tijdig heronderzoek als bedoeld in de artikelen 66, derde lid, van de Abw, 14, derde lid, van de IOAW en 14, derde lid, van de IOAZ, bij een niet-tijdig beëindigingsonderzoek als bedoeld in de artikelen 66, vijfde lid, van de Abw, 14, vijfde lid, van de IOAW en 14, vijfde lid, van de IOAZ of bij een niet-tijdig debiteurenonderzoek als bedoeld in de artikelen 66, zesde lid, van de Abw, 14, zesde lid, van de IOAW en 14, zesde lid, van de IOAZ;

  • c. 0,5% van de ten laste van de gemeente gebleven kosten indien in 15% of meer van de in een kalenderjaar genomen besluiten sprake is van een onvolledig of onjuist besluit tot toekenning, voortzetting of wijziging van bijstand als bedoeld in artikel 70, eerste en tweede lid, van de Abw.

3 Bij samenloop van tekortkomingen als bedoeld in het tweede lid worden de afzonderlijk berekende financiële uitkomsten bij elkaar opgeteld.

Artikel 10. Wijziging Regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Abw, Ioaw en Ioaz 1996

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

[Red: Wijzigt de Regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Abw, Ioaw en Ioaz 1996]

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Overgangsbepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Bij de opschorting en terugvordering van voorschotten over het vergoedingsjaar 2004 en eerdere vergoedingsjaren wordt beslist met toepassing van artikel 3, zoals dat luidde op 31 december 2004.

Artikel 11. Wijziging Regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Wik

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

[Red: Wijzigt de Regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Wik]

Artikel 12. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

  • 2 Artikel 11, onderdelen D, E, G, H, I en J, treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2000.

  • 3 Artikel 11, onderdeel F, treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dag-tekening van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2000.

Artikel 13. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling financiering en verantwoording IOAW, IOAZ en Bbz 2004.

Deze regeling zal met de toelichting, de modellen en de bijlagen, met uitzondering van het model van de verklaring en het controle- en rapportageprotocol, bedoeld in artikel 7, eerste lid, en de bijlagen, bedoeld in artikel 11, onderdelen D, G, H en J, in de Staatscourant worden geplaatst. Het model van de verklaring en het controle- en rapportageprotocol, bedoeld in artikel 7, eerste lid, en de bijlagen, bedoeld in artikel 11, onderdelen D, G, H, en J, liggen met ingang van 1 januari 2001 ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

`s-Gravenhage, 12 december 2000

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

W.A. Vermeend

Bijlage 1

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor deze bijlage is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Verslag over de uitvoering Abw, IOAW, IOAZ en Wik 2003

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.]

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze bijlage. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Verslag over de uitvoering 2005 IOAW, IOAZ en Bbz 2004

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 2

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor deze bijlage is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Verslag over de uitvoering Abw, IOAW, IOAZ en Wik 2003

Verklaring Abw, IOAW, IOAZ 2003

Declaratie Abw, IOAW en IOAZ 2003

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.]

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze bijlage. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Accountantsverklaring 2005 IOAW, IOAZ en Bbz 2004

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 3

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor deze bijlage is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

Controle- en rapportageprotocol Abw, IOAW, IOAZ en Wik 2003

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.]

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze bijlage. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Controle- en rapportageprotocol 2005 IOAW, IOAZ en Bbz 2004

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Bijlage 4

[Regeling vervallen per 01-01-2020]

Terugwerkende kracht

Voor deze bijlage is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
Voorlopig verslag 2005 IOAW, IOAZ en Bbz 2004

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te Den Haag.]

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2005, 53, datum inwerkingtreding 18-03-2005, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van deze bijlage. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2005.

Dit onderdeel is nieuw toegevoegd.

Naar boven