Wijzigingswet Burgerlijk Wetboek Boek 2 (evenwichtiger maken verhouding aantal mannen [...] van grote naamloze en besloten vennootschappen)

Toekomstige wijziging(en) op 01-01-2030. Zie het overzicht van wijzigingen.
[Regeling vervalt per 01-01-2030.]
Geraadpleegd op 02-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 13-03-2024 en zichtdatum 13-03-2024.
Geldend van 01-01-2022 t/m heden

Wet van 29 september 2021 tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het evenwichtiger maken van de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen in het bestuur en de raad van commissarissen van grote naamloze en besloten vennootschappen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen in het bestuur en de raad van commissarissen van grote naamloze en besloten vennootschappen evenwichtiger te maken en dat daartoe Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek dient te worden gewijzigd;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel IIb

In onderdelen B en D van artikel I zijn de voorgestelde artikelen 166 lid 4 en 276 lid 4 van toepassing op boekjaren die zijn aangevangen op of na 1 januari van het jaar waarin deze wet in werking treedt.

Artikel III

  • 1 Deze wet, met uitzondering van artikel IIA, treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld, en vervalt acht jaar na de datum van inwerkingtreding van de wet.

  • 2 Artikel IIA treedt in werking acht jaar na de datum van inwerkingtreding van deze wet.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage, 29 september 2021

Willem-Alexander

De Minister voor Rechtsbescherming,

S. Dekker

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

I.K. van Engelshoven

Uitgegeven de zesentwintigste oktober 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

Naar boven