PREAMBULE
het Koninkrijk België,
de Republiek Bulgarije,
de Tsjechische Republiek,
het Koninkrijk Denemarken,
de Bondsrepubliek Duitsland,
de Republiek Estland,
Ierland,
de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek,
de Republiek Kroatië,
de Italiaanse Republiek,
de Republiek Cyprus,
de Republiek Letland,
de Republiek Litouwen,
het Groothertogdom Luxemburg,
Hongarije,
de Republiek Malta,
het Koninkrijk der Nederlanden,
de Republiek Oostenrijk,
de Republiek Polen,
de Portugese Republiek,
Roemenië,
de Republiek Slovenië,
de Slowaakse Republiek,
de Republiek Finland,
het Koninkrijk Zweden,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittanië en Noord-Ierland,
Verdragsluitende partijen bij het Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, hierna „de lidstaten” genoemd,
De Europese Unie, en
De Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, hierna „Euratom” genoemd,
enerzijds, en
de Republiek Armenië
anderzijds,
hierna gezamenlijk „de partijen” genoemd
Rekening houdend met de sterke banden tussen de partijen en de waarden die zij delen,
en met hun wens om de banden die in het verleden tot stand zijn gebracht door de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst, verder te ontwikkelen tussen de Europese
Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Armenië, anderzijds, dat op 22 april 1996 te Luxemburg is ondertekend en op 1 juli 1999 in werking is
getreden (PSO) en nauwe en intensieve samenwerking te bevorderen die is gebaseerd
op gelijk partnerschap in het kader van het Europees Nabuurschapsbeleid (ENB) en het
Oostelijk Partnerschap, alsook op grond van deze overeenkomst;
Erkennend de bijdrage van het gezamenlijke ENB-actieplan EU-Armenië, met inbegrip
van zijn inleidende bepalingen, en het belang van de partnerschapsprioriteiten voor
het versterken van de betrekkingen tussen de Europese Unie en de Republiek Armenië
en voor het bevorderen van het proces van hervormingen en de aanpassing van de wetgeving,
zoals hierna vermeld, in de Republiek Armenië, aldus bijdragend tot grotere politieke
en economische samenwerking;
Zich verbindend tot de verdere versterking van de eerbiediging van de fundamentele
vrijheden, de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden
behoren, de democratische beginselen, de rechtsstaat en behoorlijk bestuur;
Erkennend het feit dat interne hervormingen voor meer democratie en markteconomie,
enerzijds, en de duurzame beslechting van conflicten, anderzijds, met elkaar verbonden
zijn. Om die reden zullen duurzame processen voor democratische hervormingen in de
Republiek Armenië een steun zijn voor de opbouw van vertrouwen en stabiliteit in de
hele regio;
Zich verbindend tot verdere bevordering van de politieke, sociaal-economische en institutionele
ontwikkeling van de Republiek Armenië, onder meer door de ontwikkeling van de civiele
samenleving, de opbouw van instellingen, de hervorming van het openbare bestuur en
het ambtenarenapparaat, de bestrijding van corruptie, meer handel en economische samenwerking,
inclusief goed bestuur op het gebied van belastingen, de vermindering van de armoede
en verregaande samenwerking over een breed spectrum van gebieden van gemeenschappelijk
belang, zoals justitie, vrijheid en veiligheid;
Zich verbindend tot volledige tenuitvoerlegging van de doelstellingen, beginselen
en bepalingen van het Handvest van de Verenigde Naties, de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties van 1948, het Europees Verdrag betreffende de bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden van 1950 en de Slotakte van Helsinki van 1975 van de OVSE;
Herinnerend aan de wil van de partijen om de internationale vrede en veiligheid te
bevorderen en te streven naar efficiënt multilateralisme en de vreedzame oplossing
van conflicten binnen overeengekomen vormen, in het bijzonder door nauw samen te werken
in het kader van de Verenigde Naties (VN) en de Organisatie voor veiligheid en samenwerking
in Europa (OVSE);
Zich verbindend tot de internationale verplichtingen tot bestrijding van de proliferatie
van massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor en tot samenwerking
inzake ontwapening en non-proliferatie, alsook nucleaire veiligheid en beveiliging;
Erkennend dat de actieve deelname van de Republiek Armenië aan regionale samenwerkingsvormen
van belang is, met inbegrip van de regionale samenwerkingsvormen die door de Europese
Unie worden ondersteund; erkennend het belang dat de Republiek Armenië hecht aan haar
deelname aan internationale organisaties en samenwerkingsvormen, en aan haar bestaande
verplichtingen op grond daarvan;
Ernaar strevend de regelmatige politieke dialoog over bilaterale en internationale
vraagstukken van wederzijds belang verder te ontwikkelen, met inbegrip van regionale
aspecten, rekening houdend met het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid
en het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van de Europese Unie en de
relevante beleidspunten van de Republiek Armenië; erkennend het belang dat de Republiek
Armenië hecht aan haar deelname aan internationale organisaties en samenwerkingsvormen,
en aan haar bestaande verplichtingen op grond daarvan;
Erkennend het belang van de verbintenis van de Republiek Armenië tot een vreedzame
en duurzame oplossing van het conflict in Nagorno-Karabakh te komen, en de noodzaak
om een dergelijke oplossing zo spoedig mogelijk te bereiken, in het kader van de onderhandelingen
die worden geleid door de voorzitters van de Minsk-groep van de OVSE; tevens erkennend
de noodzaak om deze oplossing te bereiken op basis van de doelstellingen en beginselen
die zijn vervat in het Handvest van de Verenigde Naties en in de Slotakte van Helsinki van de OVSE, meer bepaald die betrekking hebben op
het afzien van de dreiging met of het gebruik van geweld, op de territoriale integriteit
van staten, en op gelijke rechten voor en zelfbeschikking van de volkeren, en die
zijn weerspiegeld in alle verklaringen die zijn uitgegeven in het kader van het dubbele
voorzitterschap van de Minsk-groep van de OVSE sinds de 16e OVSE-ministerraad van
2008; tevens nota nemend van de duidelijke verbintenis van de Europese Unie om dit
proces voor een oplossing te steunen;
Zich inzettend voor het voorkomen en bestrijden van corruptie, het bestrijden van
georganiseerde misdaad, en meer samenwerking bij terrorismebestrijding;
Zich inzettend voor een verdieping van hun dialoog en samenwerking op het gebied van
migratie, asiel en grensbeheer, via een integrale aanpak met aandacht voor reguliere
migratie, en voor samenwerking gericht op het aanpakken van irreguliere migratie,
mensenhandel en de doeltreffende uitvoering van de overeenkomst tussen de Europese
Unie en de Republiek Armenië betreffende de overname van personen die zonder vergunning
op het grondgebied verblijven, die op 1 januari 2014 in werking is getreden (de overnameovereenkomst);
Opnieuw bevestigend dat de toegenomen mobiliteit van de burgers van de partijen in
een veilige en goed beheerde omgeving een elementaire doelstelling blijft, en overwegend
te zijner tijd een visumdialoog in te stellen met de Republiek Armenië, mits aan alle
voorwaarden voor een goed beheerde en veilige mobiliteit is voldaan, met inbegrip
van de daadwerkelijke tenuitvoerlegging van de overeenkomst tussen de Europese Unie
en de Republiek Armenië inzake de versoepeling van de afgifte van visa, die op 1 januari
2014 in werking is getreden (de visumversoepelingsovereenkomst) en de overnameovereenkomst;
Zich inzettend voor de beginselen van de vrijemarkteconomie en de bereidheid van de
Europese Unie bevestigend om bij te dragen tot de economische hervormingen in de Republiek
Armenië;
Erkennend de bereidheid van de partijen om de economische samenwerking te verdiepen,
met inbegrip van handelsgerelateerde kwesties, met inachtneming van de rechten en
plichten die voortvloeien uit het lidmaatschap van de Wereldhandelsorganisatie (WTO)
van de partijen, en door de transparante en niet-discriminatoire toepassing van deze
rechten en plichten;
Ervan overtuigd dat deze overeenkomst een nieuw klimaat zal scheppen voor de economische
betrekkingen tussen de partijen en vooral ook voor de ontwikkeling van handel, investeringen
en de stimulering van concurrentie, factoren die essentieel zijn voor de economische
herstructurering en modernisering;
Zich inzettend voor de eerbiediging van de beginselen van duurzame ontwikkeling,
Zich inzettend voor de inachtneming van milieubescherming met inbegrip van grensoverschrijdende
samenwerking en tenuitvoerlegging van multilaterale internationale overeenkomsten;
Zich inzettend voor de verbetering van de zekerheid en veiligheid van de energievoorziening,
door de ontwikkeling van geschikte infrastructuur te vergemakkelijken, door betere
marktintegratie en geleidelijke aanpassing aan kernaspecten van het EU-acquis, waarnaar
hierna wordt verwezen, onder meer door de stimulering van energie-efficiëntie en het
gebruik van hernieuwbare energiebronnen, rekening houdend met de verbintenissen van
de Republiek Armenië tot naleving van de beginselen van gelijke behandeling van energie
leverende, energie doorvoerende en energie verbruikende landen;
Zich inzettend voor een hoge mate van nucleaire veiligheid en beveiliging, zoals hieronder
uiteengezet;
Erkennend dat meer samenwerking op energiegebied nodig is, en dat de partijen het
engagement zijn aangegaan om de bepalingen van het Verdrag inzake het Europees Energiehandvest volledig te respecteren;
Ernaar strevend het niveau van de volksgezondheid en veiligheid en de bescherming
van de menselijke gezondheid te verhogen, met respect voor de beginselen van duurzame
ontwikkeling, ecologische behoeften en klimaatverandering;
Zich inzettend voor meer contacten van mens tot mens, onder meer door samenwerking
en uitwisselingen op het gebied van wetenschap en technologie, onderwijs en cultuur,
jongeren en sport;
Zich inzettend voor de bevordering van grensoverschrijdende en interregionale samenwerking;
Erkennend de verbintenis van de Republiek Armenië om de wetgeving van het land in
de relevante sectoren geleidelijk aan te passen aan die van de Europese Unie, dezelve
doeltreffend uit te voeren in het kader van de ruimere hervormingspogingen, en de
bestuurlijke en institutionele capaciteit te ontwikkelen in de mate die nodig is voor
de toepassing van deze overeenkomst, alsook erkennend de voortdurende steun van de
Europese Unie, overeenkomstig alle beschikbare samenwerkingsinstrumenten, met inbegrip
van technische, financiële en economische bijstand in samenhang met die verbintenis,
rekening houdend met het ritme van de hervormingen en de economische behoeften van
de Republiek Armenië;
Wijzend op het feit dat, als de partijen in het kader van deze overeenkomst specifieke
overeenkomsten sluiten op het gebied van vrijheid, veiligheid en justitie, die door
de EU zouden worden gesloten krachtens titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie, de bepalingen van dergelijke toekomstige overeenkomsten niet bindend zouden zijn
voor het Verenigd Koninkrijk en/of Ierland, tenzij de Europese Unie, samen met het
Verenigd Koninkrijk en/of Ierland wat betreft hun respectieve bilaterale betrekkingen,
de Republiek Armenië ervan in kennis heeft gesteld dat het Verenigd Koninkrijk en/of
Ierland gebonden is/zijn door dergelijke overeenkomsten als deel van de Europese Unie,
overeenkomstig protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten
aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking
van de Europese Unie is gehecht. Evenzo zouden mogelijke latere interne maatregelen
van de Europese Unie die met het oog op de uitvoering van deze overeenkomst krachtens
titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie worden genomen, niet bindend zijn voor het Verenigd Koninkrijk en/of Ierland,
tenzij zij te kennen hebben gegeven deel te willen nemen aan deze maatregelen of deze
te aanvaarden overeenkomstig protocol nr. 21; voorts nota nemend van het feit dat
dergelijke toekomstige overeenkomsten of dergelijke latere interne maatregelen van
de Europese Unie zouden komen te vallen onder protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken dat gehecht is aan voornoemde Verdragen,