gesloten tusschen Oostenrijk, Hongarije, België, Brazilië, Cuba, Spanje, Frankrijk,
Italië, Mexico, Nederland, Portugal, Zwitserland en Tunis.
De onderdanen of burgers van elk der contracteerende landen zullen zich in al de andere
landen de bescherming kunnen verzekeren van hunne bij het depôt in het land van oorsprong
aangenomen fabrieks- of handelsmerken, door middel van het depôt van gezegde merken
bij het Internationaal Bureau te Bern, gedaan door de tusschenkomst van de administratie
van het gezegd land van oorsprong.
Met de onderdanen of burgers der contracteerende landen worden gelijkgesteld de onderdanen
of burgers der niet tot de tegenwoordige schikking toegetreden landen, die, op het
grondgebied van de door deze schikking gevormde Unie van beperkten omvang, voldoen
aan de voorwaarden, vastgesteld bij artikel 3 van het algemeen verdrag.
Het Internationaal Bureau zal de overeenkomstig artikel 1 gedeponeerde merken onmiddellijk
inschrijven. Het zal van die inschrijving aan de verschillende Administratiën kennis
geven. De ingeschreven merken zullen worden openbaar gemaakt in een door het Internationaal
Bureau uitgegeven, regelmatig verschijnend blad, met gebruikmaking van de aanwijzingen,
vervat in de aanvraag om inschrijving, en van een door den inzender verstrekt cliché.
Indien de inzender de kleur als onderscheidend kenmerk van zijn merk verlangt, zal
hij gehouden zijn:
-
1°. hiervan melding te maken en bij de inzending eene verklaring te voegen, welke de verlangde
kleur of vereeniging van kleuren aanwijst;
-
2°. bij zijne aanvrage gekleurde exemplaren van bedoeld merk te voegen, welke zullen worden
gehecht aan de kennisgevingen van inschrijving, uitgaande van het Internationaal Bureau.
Het aantal dezer exemplaren zal worden bepaald bij het Reglement van uitvoering.
Met het oog op de in de contracteerende landen aan de ingeschreven merken te geven
openbaarheid, zal elke Administratie kosteloos van het Internationaal Bureau zooveel
exemplaren van de bovenvermelde publicatie ontvangen, als zij zal willen aanvragen.
Deze openbaarheid zal in alle contracteerende landen als volkomen voldoende worden
beschouwd, en geene andere zal van den inzender kunnen gevorderd worden.
Van het tijdstip der aldus op het Internationaal Bureau gedane inschrijving af, zal
de bescherming van het merk in elk der contracteerende landen dezelfde zijn als ware
dit merk daar rechtstreeks gedeponeerd.
Elk merk, internationaal ingeschreven binnen vier maanden na den dag van het depôt
in het land van oorsprong, zal het recht van voorrang genieten, bij artikel 4 van
het algemeene verdrag vastgesteld.
Wanneer een merk, reeds gedeponeerd in een of meer der contracteerende landen, daarna
is ingeschreven door het Internationaal Bureau ten name van denzelfden persoon of
van diens rechtverkrijgende, zal de internationale inschrijving beschouwd worden als
in de plaats te zijn getreden van de vroegere nationale inschrijvingen, zonder afbreuk
te doen aan de rechten, door laatstvermelde inschrijvingen verkregen.
In de landen, waar hunne wetgeving hen daartoe machtigt, zullen de administraties,
aan welke het internationaal bureau van de inschrijving van een merk zal kennis geven,
de bevoegdheid hebben te verklaren, dat de bescherming niet op hun grondgebied aan
dit merk kan worden verleend. Eene dergelijke weigering zal alleen geoorloofd zijn
op grond van omstandigheden die, krachtens het algemeene verdrag, van kracht zouden
zijn ten aanzien van een merk, ter nationale inschrijving ingezonden.
Zij zullen van die bevoegdheid behooren gebruik te maken binnen den termijn, door
de wet van hun land bepaald, en uiterlijk binnen het jaar na de kennisgeving, bedoeld
in art. 3, onder opgave aan het internationaal Bureau van hunne redenen van weigering.
Gezegde verklaring, aldus aan het internationaal Bureau medegedeeld zijnde, zal door
hetzelve zonder verwijl worden overgebracht aan de Administratie van het land van
oorsprong en aan den eigenaar van het merk. De belanghebbende zal dezelfde middelen
van verhaal hebben als ware het merk door hem rechtstreeks gedeponeerd in het land,
waar de bescherming wordt geweigerd.
Het internationaal Bureau zal aan ieder, die daartoe aanvrage doet, tegen eene in
het reglement van uitvoering bepaalde taks, een afschrift afgeven van de aanteekeningen
met betrekking tot een bepaald merk in het register ingeschreven.
De bescherming voortvloeiende uit de inschrijving op het internationaal Bureau zal
twintig jaren duren van het tijdstip dezer inschrijving af, maar zal niet kunnen worden
ingeroepen ten behoeve van een merk, dat niet meer de wettelijke bescherming in het
land van oorsprong mocht genieten.
De inschrijving zal steeds kunnen worden vernieuwd volgens de voorschriften van de
artt. 1 en 3.
Zes maanden vóór den afloop van den termijn van bescherming zal het internationaal
Bureau een officieus bericht geven aan de Administratie van het land van oorsprong
en aan den eigenaar van het merk.
De Administratie van het land van oorsprong zal naar goedvinden vaststellen en te
haren voordeele innen eene taks, welke zij zal vorderen van den eigenaar van het merk,
waarvan de internationale inschrijving wordt gevraagd. Deze taks zal worden verhoogd
met een internationaal emolument van 100 franken voor het eerste merk en van 50 franken
voor elk volgend merk terzelfder tijd en door denzelfden eigenaar ingezonden. De jaarlijksche
opbrengst van deze taks zal door de zorgen van het internationaal Bureau in gelijke
deelen worden verdeeld onder de contracteerende landen, na aftrek der gemeenschappelijke
onkosten door de uitvoering dezer schikking veroorzaakt.
De eigenaar van een internationaal merk kan steeds afstand doen van de bescherming
in een of meer der contracteerende landen, door middel van eene verklaring, afgegeven
aan de Administratie van het land van oorsprong van het merk, ter mededeeling aan
het internationaal Bureau, dat haar ter kennis zal brengen van het land, waarop deze
afstand betrekking heeft.
De Administratie van het land van oorsprong zal aan het internationaal Bureau kennis
geven van elke nietigverklaring, doorhaling, afstand, overdracht en van andere wijzigingen,
die zich ten opzichte van den eigendom van het merk zullen voordoen.
Het internationaal Bureau zal deze wijzigingen inschrijven, dezelve mededeelen aan
de Administratiën der contracteerende landen en terstond in zijn blad openbaar maken.
Op dezelfde wijze zal worden gehandeld wanneer de eigenaar van het merk mocht vragen
de lijst der voortbrengselen waarvoor het merk bestemd is, te beperken.
De latere toevoeging aan de lijst van een nieuw voortbrengsel is niet mogelijk dan
door een nieuw depôt, verricht overeenkomstig de voorschriften van art. 3. Met de
toevoeging wordt gelijkgesteld de vervanging van een voortbrengsel door een ander.
Indien een in het internationaal register ingeschreven merk mocht worden overgedragen
aan een persoon, gevestigd in een ander der contracteerende landen dan het land van
oorsprong van het merk, zal de overdracht door de Administratie van dat land van oorsprong
ter kennis van het internationaal Bureau worden gebracht. Het internationaal Bureau
zal de overdracht inschrijven en, na ontvangst van de toestemming der Administratie,
waaronder de nieuwe eigenaar thuis behoort, haar mededeelen aan de andere Administratiën
en in zijn blad openbaar maken.
Bovenstaande bepaling heeft niet ten gevolge wijziging der wetgevingen van de contracteerende
landen, welke de overdracht van het merk niet toelaten zonder den gelijktijdigen afstand
van de inrichting van nijverheid of handel, ter onderscheiding van welker voortbrengselen
het merk dient.
Overdracht van een in het internationaal register ingeschreven merk aan een persoon,
niet gevestigd in een der contracteerende landen, zal niet worden ingeschreven.
De Administratiën zullen in gemeen overleg de bijzonderheden betreffende de uitvoering
van de tegenwoordige schikking regelen.
De landen der Unie tot bescherming van den industrieelen eigendom, die aan de tegenwoordige
schikking geen deel hebben genomen, zullen daartoe op hunne aanvrage mogen toetreden,
in den vorm voorgeschreven bij het algemeene verdrag.
Zoodra aan het internationaal Bureau zal zijn bericht, dat een land of een van diens
koloniën, tot de tegenwoordige schikking is toegetreden, zal het aan de administratie
van dat land, overeenkomstig art. 3, eene verzameling zenden van de kennisgevingen
van inschrijving der merken, welke op dat oogenblik de internationale bescherming
genieten.
Deze kennisgevingen zullen op zich zelve voldoende zijn om aan gezegde merken het
genot der voorafgaande bepalingen op het grondgebied van het toegetreden land te verzekeren
en zullen den termijn van een jaar doen aanvangen, gedurende welken de betrokken administratie
de verklaring zal kunnen afleggen, voorzien bij art. 5.
De tegenwoordige Schikking zal worden bekrachtigd, en de akten van bekrachtiging zullen
worden nedergelegd te Washington, uiterlijk den 1sten April 1913.
Zij zal in werking treden eene maand na het verstrijken van dien termijn en zal dezelfde
kracht en duur hebben als het algemeene verdrag.