Hare Majesteit de Koningin
der Nederlanden
en
Zijne Koninklijke Hoogheid
de Prins-Regent van België,
het wenschelijk geoordeeld hebbende de op 5 Maart 1884 te 's-Gravenhage tusschen Nederland en België gesloten Verklaring inzake de uitoefening der veeartsenijkunst in de wederzijdsche
grensgemeenten te herzien, hebben tot Hunne gevolmachtigden benoemd:
Hare Majesteit de Koningin
der Nederlanden:
Z.E. den Heer Baron Binnert Philip van Harinxma thoe Slooten, Buitengewoon en Gevolmachtigd
Ambassadeur,
Zijne Koninklijke Hoogheid
de Prins-Regent van België:
den Heer Paul-Henri Spaak, Eerste Minister, Minister van Buitenlandsche Zaken, die,
na elkander hunne in goeden en behoorlijken vorm bevonden volmachten te hebben medegedeeld,
nopens de navolgende artikelen zijn overeengekomen: