De Regering van Nederland en de Regering van Ierland,
Wensende een Overeenkomst te sluiten met het doel luchtdiensten tussen Nederland en
Ierland in te stellen.
Hebben dienovereenkomstig tot dat doel gevolmachtigden benoemd, die, daartoe behoorlijk
gemachtigd, het volgende zijn overeengekomen:
Elke Overeenkomstsluitende Partij verleent de andere Overeenkomstsluitende Partij
de rechten vermeld in de Bijlage van deze Overeenkomst, met het doel de daarin omschreven
luchtdiensten (hierna te noemen „de overeengekomen diensten”) in te stellen. De overeengekomen
diensten kunnen onmiddellijk worden geopend, dan wel op een later tijdstip, naar verkiezing
van de Overeenkomstsluitende Partij, waaraan de rechten zijn verleend.
-
(1) Elk van de overeengekomen diensten kan in exploitatie worden genomen, zodra de Overeenkomstsluitende
Partij, waaraan de rechten zijn verleend, een of meer luchtvaartmaatschappijen voor
de aangegeven route of routes heeft aangewezen en de Overeenkomstsluitende Partij,
welke de rechten verleent, is overeenkomstig het bepaalde in paragraaf (2) van dit
Artikel en in Artikel 6 verplicht onverwijld aan de betreffende luchtvaartmaatschappij(en)
de passende exploitatievergunning te verlenen.
-
(2) Van de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en) kan worden verlangd, dat zij ten genoege
van de bevoegde luchtvaartautoriteiten van de Overeenkomstsluitende Partij, welke
de rechten verleent, aantoont (aantonen), dat zij in staat is (zijn) de bepalingen
na te komen, welke worden gesteld op grond van de wetten en voorschriften, welke gewoonlijk
door die autoriteiten met betrekking tot de exploitatie van commerciële luchtvaartmaatschappijen
worden toegepast.
-
(1) De kosten voor het gebruik van luchthavens en andere faciliteiten, welke elk der Overeenkomstsluitende
Partijen in rekening kan brengen of doen brengen aan de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en)
van de andere Overeenkomstsluitende Partij, mogen niet hoger zijn dan die, welke voor
het gebruik van zodanige luchthavens en faciliteiten zouden worden betaald door haar
nationale luchtvaartuigen, in gebruik op gelijksoortige internationale diensten.
-
(2) Ten aanzien van motorbrandstof, smeerolie en reservedelen, ingevoerd in of aan boord
van luchtvaartuigen, genomen op het grondgebied van een der Overeenkomstsluitende
Partijen door of namens de andere Overeenkomstsluitende Partij of haar aangewezen
luchtvaartmaatschappij(en) en uitsluitend bestemd om te worden gebruikt door de luchtvaartuigen
van de andere Overeenkomstsluitende Partij wordt, voor wat betreft douanerechten,
inspectiekosten of andere rechten, geheven door eerstgenoemde Overeenkomstsluitende
Partij, een behandeling toegepast, welke niet ongunstiger is dan die, toegestaan aan
de nationale luchtvaartmaatschappij(en), welke zich bezig houdt (houden) met internationaal
luchtvervoer, of aan de luchtvaartmaatschappij(en) van de meest begunstigde natie.
-
(3) Luchtvaartuigen, welke gebezigd worden op de overeengekomen diensten en voorraden
aan motorbrandstof, smeerolie, reservedelen, normale uitrustingsstukken en proviand,
welke aan boord van de luchtvaartuigen van de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en)
van een Overeenkomstsluitende Partij blijven, zijn op het grondgebied van de andere
Overeenkomstsluitende Partij vrijgesteld van douanerechten, inspectiekosten of soortgelijke
rechten of kosten, zelfs indien zodanige voorraden door deze luchtvaartuigen bij vluchten
binnen dat grondgebied worden verbruikt. De onder vorenbedoelde vrijstelling vallende
goederen mogen slechts worden gelost met toestemming van de douaneautoriteiten van
de andere Overeenkomstsluitende Partij. De geloste goederen, die weer zullen moeten
worden uitgevoerd, zullen tot aan de wederuitvoer onder toezicht van de douane blijven.
Geldige bewijzen van luchtwaardigheid en van geschiktheid, uitgereikt of geldig verklaard
door een Overeenkomstsluitende Partij, worden voor wat de exploitatie van de overeengekomen
diensten betreft, door de andere Overeenkomstsluitende Partij erkend. Elke Overeenkomstsluitende
Partij behoudt zich echter het recht voor, voor vluchten boven haar eigen grondgebied
de erkenning van bewijzen van geschiktheid, door een andere Staat uitgereikt aan zijn
eigen onderdanen, te weigeren.
-
(1) De wetten en voorschriften van een Overeenkomstsluitende Partij betreffende het binnenkomen
in of vertrek uit haar grondgebied door luchtvaartuigen, gebezigd in de internationale
luchtvaart, of betreffende de exploitatie van en het vliegen met zodanige luchtvaartuigen
tijdens het verblijf binnen haar grondgebied, zijn van toepassing op luchtvaartuigen
van de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en) van de andere Overeenkomstsluitende Partij.
-
(2) De wetten en voorschriften van een Overeenkomstsluitende Partij betreffende het binnenkomen
in of vertrek uit haar grondgebied van passagiers, bemanning of lading van luchtvaartuigen
(zoals voorschriften betreffende binnenkomst, het in- en uitklaren, immigratie, paspoorten,
douane en quarantaine) zijn van toepassing op de passagiers, bemanning of lading van
de luchtvaartuigen van de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en) van de andere Overeenkomstsluitende
Partij gedurende het verblijf binnen het grondgebied van de eerste Overeenkomstsluitende
Partij.
Elke Overeenkomstsluitende Partij behoudt zich het recht voor, de rechten, vermeld
in de bijlage, behorende bij deze Overeenkomst, niet te verlenen of in te trekken
in elk geval, waarin niet tot haar genoegen is gebleken, dat het overwegende eigendomsrecht
en de daadwerkelijke leiding van de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en) van de andere
Overeenkomstsluitende Partij berusten bij onderdanen van een der beide Overeenkomstsluitende
Partijen, dan wel in geval de aangewezen luchtvaartmaatschappij(en) in gebreke blijft
(blijven) de wetten en voorschriften, bedoeld in Artikel 5, na te komen of anderszins
de voorwaarden te vervullen, waaronder de rechten in overeenstemming met deze Overeenkomst
worden verleend.
Deze Overeenkomst zal worden geregistreerd bij de Internationale Burgerlijke Luchtvaart
Organisatie, opgericht ingevolge het Verdrag inzake de Internationale Burgerlijke
Luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 December 1944.
Indien een van de Overeenkomstsluitende Partijen het wenselijk acht enige bepaling
van de Bijlage, behorende bij deze Overeenkomst, te wijzigen, kan zodanige wijziging
worden aangebracht door rechtstreeks tot overeenstemming leidend overleg tussen de
bevoegde luchtvaartautoriteiten van de Overeenkomstsluitende Partijen.
Geschillen tussen de overeenkomstsluitende Partijen betreffende de uitlegging of toepassing
van deze Overeenkomst of van de daarbij behorende Bijlage, zullen ter beslissing worden
voorgelegd aan de Raad van de Internationale Burgerlijke Luchtvaart Organisatie, opgericht
ingevolge het Verdrag inzake de Internationale Burgerlijke Luchtvaart, ondertekend
te Chicago op 7 December 1944, tenzij de Overeenkomstsluitende Partijen overeenkomen
het geschil te regelen door tussenkomst van een in onderling overleg tussen de Overeenkomstsluitende
Partijen samengesteld Scheidsgerecht, dan wel door tussenkomst van enig ander persoon
of orgaan. De Overeenkomstsluitende Partijen verbinden zich, zich te houden aan de
gegeven beslissing.
Indien een algemeen multilateraal luchtvaartverdrag, dat door beide Overeenkomstsluitende
Partijen wordt aanvaard, van kracht wordt, zal deze Overeenkomst met de bepalingen
van zodanig verdrag in overeenstemming worden gebracht.
Elk der Overeenkomstsluitende Partijen kan te allen tijde aan de andere mededeling
doen van haar wens deze Overeenkomst te beëindigen. Een zodanige mededeling zal tegelijkertijd
worden gezonden aan de Internationale Burgerlijke Luchtvaart Organisatie. Indien een
zodanige mededeling wordt gedaan, zal deze Overeenkomst ophouden te bestaan op de
datum vermeld in de mededeling, doch in geen geval minder dan twaalf maanden na het
tijdstip, waarop de mededeling door de andere Overeenkomstsluitende Partij werd ontvangen,
tenzij de mededeling van opzegging in onderling overleg wordt ingetrokken, voordat
die termijn is verstreken. Indien van de ontvangst van de mededeling door de andere
Overeenkomstsluitende Partij geen bevestiging wordt ontvangen, wordt de mededeling
geacht te zijn ontvangen veertien dagen na de ontvangst van de mededeling door de
Internationale Burgerlijke Luchtvaart Organisatie.