Handelsverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek El Salvador, San Salvador, 13-03-1956

Geraadpleegd op 30-04-2024.
Geldend van 27-06-1956 t/m heden

Handelsverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek El Salvador

Authentiek : NL

Handelsverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek El Salvador

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Republiek El Salvador, bezield met de wens de traditionele vriendschapsbanden tussen de beide landen nauwer aan te halen door middel van de handhaving van het beginsel van wederzijdse behandeling als meestbegunstigde natie in onvoorwaardelijke en onbeperkte vorm als grondslag voor haar handelsbetrekkingen, zijn het navolgende overeengekomen.

Artikel 1

De Hoge Contracterende Partijen komen overeen elkander in hun handelsbetrekkingen wederzijds onvoorwaardelijke en onbeperkte behandeling van meestbegunstigde natie te verlenen voor alles wat betreft het douane-systeem van toepassing op de invoer en de uitvoer van goederen zowel als ten aanzien van de toepassing van douaneverplichtingen en -formaliteiten.

Artikel 2

De produkten van bodem en nijverheid, voortgebracht op het gebied van een van de Hoge Contracterende Partijen, welke worden ingevoerd in het gebied van de andere Contracterende Partij, zullen in het gebied van deze Partij niet worden onderworpen aan hogere invoerrechten of -heffingen, noch aan het vervullen van bezwarender douaneformaliteiten of -verplichtingen dan die, welke van toepassing zijn op soortgelijke goederen van welk derde land ook.

Artikel 3

De produkten van bodem en nijverheid, voortgebracht op het gebied van een van de Hoge Contracterende Partijen, welke worden uitgevoerd naar het gebied van de andere Contracterende Partij, zullen niet worden onderworpen aan de betaling van hogere uitvoerrechten of -heffingen noch aan het vervullen van bezwarender douaneformaliteiten of -verplichtingen dan die, welke van toepassing zijn op soortgelijke goederen bestemd voor welk derde land ook.

Artikel 4

De gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, welke een der Hoge Contracterende Partijen zal verlenen aan goederen van bodem en nijverheid, afkomstig uit welk derde land ook, zullen automatisch en zonder tegenprestatie worden toegepast op soortgelijke goederen, afkomstig van de andere Partij of bestemd voor het grondgebied van die Partij.

Artikel 5

De produkten van oorsprong van een van de Hoge Contracterende Partijen, welke worden ingevoerd in het gebied van de andere Partij, zullen niet worden onderworpen aan de betaling van hogere interne rechten of heffingen noch de vervulling van bezwarender formaliteiten dan die, welke van toepassing zijn op soortgelijke goederen van welk derde land ook.

Artikel 6

De meestbegunstigingsclausule, waarop de artikelen 1, 2, 3, 4 en 5 van dit Verdrag betrekking hebben, zal zich niet uitstrekken:

  • a) tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, die Nederland en de Overzeese Rijksdelen, welke een integrerend deel uitmaken van het Koninkrijk der Nederlanden, elkander hebben verleend of zullen verlenen voor de invoer van goederen van oorsprong uit deze landen.

  • b) tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, die het gevolg zijn van de Douane-Unie, die bestaat tussen Nederland, België en het Groothertogdom Luxemburg.

  • c) tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, die het Koninkrijk der Nederlanden verleent of zal verlenen aan derde landen krachtens het Verdrag nopens Europese Economische Samenwerking, het Verdrag van de Europese Kolen- en Staal Gemeenschap, evenals ten aanzien van enige andere economische organisatie met een regionaal karakter, waaraan het Koninkrijk der Nederlanden zal deelnemen.

  • d) tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, die de Republiek El Salvador verleent of zal kunnen verlenen krachtens verdragen of overeenkomsten of op unilaterale wijze, ten aanzien van goederen van oorsprong uit de Republieken van de Centraal-Amerikaanse landengte.

  • e) tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, die een der Hoge Contracterende Partijen verleent of zal verlenen aan aangrenzende landen met betrekking tot het grensverkeer.

Artikel 7

De bepalingen, die in het onderhavige Verdrag zijn vastgelegd, dienen in ieder geval zó te worden verstaan, dat zij niet tekort doen aan de beperkende maatregelen, die elk der Hoge Contracterende Partijen kan nemen uit overwegingen van morele of humanitaire aard of betrekking hebbend op de openbare veiligheid, op de handel in wapens, munitie en oorlogsmateriaal, op de verdediging van de openbare veiligheid, de bescherming van dieren en planten tegen ziekten en epidemieën, op de verdediging van het nationale bezit op kunst-, historisch of oudheidkundig gebied en op de uitvoer van goud en zilver in geld of baren.

Artikel 8

Elk der Hoge Contracterende Partijen zal kunnen eisen, dat de geïmporteerde goederen, van oorsprong van de andere Partij, zullen zijn vergezeld van certificaten van oorsprong of van commerciële of consulaire facturen of van beide soorten documenten, door de consulaire autoriteiten van het betreffende land van invoer van een visum voorzien, zonder tekort te doen aan de andere documenten, die vereist worden door de binnenlandse wetten van de respectieve landen.

Artikel 9

De betaling van goederen, uitgewisseld tussen de Hoge Contracterende Partijen, zal plaats vinden in U.S.A.-dollars of in enige andere convertibele valuta, door beide Partijen overeen te komen.

Beide Partijen zullen invoervergunningen afgeven en convertibele valuta ter beschikking stellen voor het verkrijgen van goederen van de andere Partij.

In het geval, dat een der Partijen in de toekomst beperkende maatregelen zal uitvaardigen inzake de internationale transferering van gelden, zullen speciale overeenkomsten dienen te worden getroffen, die ten doel hebben de grootst mogelijke vrijheid voor de handel te verlenen.

Artikel 10

Enig geschil tussen beide Regeringen met betrekking tot de uitlegging of toepassing van dit Verdrag, waarvoor langs diplomatieke weg geen bevredigende regeling kan worden getroffen, zal ter beoordeling worden voorgelegd aan het Internationale Gerechtshof, tenzij de beide Regeringen overeenkomen zulk een geschil op enige andere vredelievende wijze tot oplossing te brengen.

Artikel 11

Het Koninkrijk der Nederlanden omvat, wat betreft de toepassing van dit Verdrag, Nederland en de Overzeese landen, welke een integrerend deel uitmaken van genoemd Koninkrijk.

De toepassing van dit Verdrag op Suriname en de Nederlandse Antillen is afhankelijk van de goedkeuring van de respectieve Regeringen dezer landen, welke goedkeuring geacht wordt stilzwijgend te zijn verkregen, indien de Nederlandse Regering niet binnen drie maanden na datum van de ondertekening van het onderhavige Verdrag aan de Regering van de Republiek El Salvador te kennen heeft gegeven, dat Suriname en de Nederlandse Antillen niet met deze toepassing instemmen.

Artikel 12

Voor het geval de Regeringen van België, Luxemburg en Nederland zouden besluiten tot het voeren van een gemeenschappelijke handelspolitiek tegenover derde landen, welke van invloed zou kunnen zijn op de toepassing of de regelingen van het onderhavige Verdrag, komen de Hoge Contracterende Partijen overeen tijdig overleg met elkander te plegen.

Artikel 13

Dit Verdrag zal een looptijd hebben van een jaar van de datum zijner inwerkingtreding af en zal stilzwijgend worden verlengd, steeds van jaar tot jaar, tenzij een van de Hoge Contracterende Partijen tenminste drie maanden vóór het verstrijken van de lopende termijn de wens te kennen heeft gegeven het Verdrag als beëindigd te beschouwen.

Dit Verdrag zal in werking treden op de dag van uitwisseling der ratificatie-oorkonden.

Ten blijke waarvan de hiertoe gevolmachtigde vertegenwoordigers het onderhavige Verdrag tekenen in de Nederlandse en in de Spaanse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek, in de stad San Salvador, de dertiende maart 1956.

Voor de Regering van het

Koninkrijk der Nederlanden

(w.g.) DE WAAL

Henri W. R. de Waal

Buitengewoon Gezant en Gevolmachtigd Minister

Voor de Regering van de Republiek El Salvador

(w.g.) CARLOS AZÚCAR CHÁVEZ

Carlos Azúcar Chávez

Minister van Buitenlandse Betrekkingen

No. I

San Salvador, 13 maart 1956.

Mijnheer de Minister,

Met betrekking tot het heden tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek El Salvador ondertekende Handelsverdrag, heb ik de eer Uwer Excellentie te berichten, dat mijn Regering, welke een bijzondere regeling in haar betrekkingen met de Republiek Indonesië onderhoudt, welke regeling wordt bepaald door het Interim Accoord opgenomen in de resolutie van de Ronde Tafel Conferentie van 2 november 1949, ondertekend te 's-Gravenhage, de begunstigingsclausule, waarop de artikelen 1, 2, 3, 4 en 5 van genoemd Handelsverdrag betrekking hebben, beschouwt zich niet uit te strekken tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, welke de Regering van Nederland heeft toegestaan of zal toestaan aan de uit de Republiek Indonesië afkomstige produkten, zolang de bedoelde bijzondere regeling van kracht is.

Hopend dat Uw Illustere Regering wel haar instemming met het vorenstaande zal betuigen, maak ik van de gelegenheid gebruik jegens Uwe Excellentie de gevoelens van mijn bijzondere hoogachting te hernieuwen.

(w.g.) DE WAAL

Henri W. R. de Waal

Buitengewoon Gezant en Gevolmachtigd

Minister

Zijner Excellentie

Dr. Carlos Azúcar Chávez,

Minister van Buitenlandse Betrekkingen,

Alhier.

No. II

San Salvador, 13 maart 1956.

Mijnheer de Gezant,

Met betrekking tot het heden ondertekende Handelsverdrag tussen de Republiek El Salvador en het Koninkrijk der Nederlanden heb ik het genoegen Uwer Excellentie te verklaren dat, rekening ermede houdend dat Uw Regering een bijzondere regeling in haar betrekkingen met de Republiek Indonesië onderhoudt, welke regeling wordt bepaald door het Interim Accoord opgenomen in de resolutie van de Ronde Tafel Conferentie van 2 november 1949, ondertekend te 's-Gravenhage, mijn Regering zich ermede accoord verklaart, dat de begunstigingsclausule, waarop de artikelen 1, 2, 3, 4 en 5 van genoemd Handelsverdrag betrekking hebben, zich niet zal uitstrekken tot de gunsten, voorrechten, tegemoetkomingen of vrijstellingen, welke de Regering der Nederlanden heeft toegestaan of zal toestaan aan de uit de Republiek Indonesië afkomstige goederen zolang de bedoelde speciale regeling van kracht is.

Ik maak van de gelegenheid gebruik jegens Uwe Excellentie de gevoelens van mijn bijzondere hoogachting te hernieuwen.

(w.g.) CARLOS AZÚCAR CHÁVEZ

Carlos Azúcar Chávez

Minister van Buitenlandse Betrekkingen

Zijner Excellentie

de Heer H. W. R. de Waal,

Buitengewoon Gezant en

Gevolmachtigd Minister,

Alhier.

Naar boven