-
a. de vorderingen worden ingediend, behandeld en afgedaan overeenkomstig de wetten en
regelingen van de Staat van verblijf met betrekking tot vorderingen voortvloeiende
uit de daden van zijn eigen strijdkrachten;
-
b. de Staat van verblijf is bevoegd deze vorderingen af te wikkelen; het bedrag, waarover
men overeenstemming heeft bereikt of hetwelk toegekend is door de rechter, wordt door
de Staat van verblijf in zijn eigen geldsoort uitbetaald;
-
c. deze betaling, hetzij op grond van een minnelijke schikking, hetzij op grond van een
uitspraak van de bevoegde rechter van de Staat van verblijf, dan wel de uitspraak
van zulk een rechter, waarbij de eis wordt ontzegd, is beslissend en bindend voor
de Verdragsluitende Partijen;
-
d. van iedere vordering, betaald door de Staat van verblijf, wordt kennis gegeven aan
de betrokken Staat van herkomst, onder mededeling van alle bijzonderheden en van een
voorstel tot verdeling overeenkomstig het hierna onder e, 1, 2 en 3 bepaalde.
Bij gebreke van een antwoord binnen 2 maanden wordt het voorstel tot verdeling geacht
te zijn aanvaard;
-
e. de kosten, gemaakt ter voldoening van vorderingen ingevolge hetgeen is bepaald in
het voorgaande van dit lid en in lid 2 van dit artikel, worden als volgt over de Verdragsluitende
Partijen verdeeld:
-
1. wanneer uitsluitend één Staat van herkomst aansprakelijk is wordt het bedrag van de
schadevergoeding in dier voege verdeeld, dat 25% ten laste komt van de Staat van verblijf
en 75% ten laste van de Staat van herkomst;
-
2. wanneer meer dan één Staat aansprakelijk is voor de schade, wordt het bedrag gelijkelijk
over hen verdeeld; wanneer echter de Staat van verblijf niet één der aansprakelijke
Staten is, is het aandeel van deze Staat gelijk aan de helft van dat van elk der Staten
van herkomst;
-
3. wanneer de schade veroorzaakt is door de strijdkrachten van de Verdragsluitende Partijen,
doch onmogelijk nauwkeurig aan een of meer van deze strijdkrachten kan worden toegeschreven,
wordt het bedrag van de schadeloosstelling gelijkelijk over de betrokken Verdragsluitende
Partijen verdeeld; indien evenwel de Staat van verblijf niet is één van de Staten,
wier strijdkrachten de schade hebben veroorzaakt, is het aandeel van deze Staat de
helft van dat van elk der Staten van herkomst;
-
4. elk half jaar zendt de Staat van verblijf bij de betrokken Staten van herkomst een
lijst in van de bedragen, welke in de loop van de voorafgaande halfjaarlijkse periode
zijn betaald met betrekking tot alle gevallen, waarvoor een percentsgewijze verdeling
is aanvaard, vergezeld van een verzoek om terugbetaling. De terugbetaling geschiedt
binnen de kortst mogelijke tijd in de geldsoort van de Staat van verblijf;
-
f. wanneer de toepassing van het bepaalde onder b en e van dit lid een Verdragsluitende Partij in ernstige moeilijkheden zou brengen, kan
deze de Noord-Atlantische Raad verzoeken een regeling van andere aard te treffen;
-
g. een lid van een krijgsmacht of van een civiele dienst kan niet worden onderworpen
aan een executie-maatregel ter uitvoering van een vonnis, hetwelk in de Staat van
verblijf tegen hem gewezen is in een zaak, die voortvloeit uit de vervulling van zijn
dienst;
-
h. behoudens voor zover het bepaalde onder e van dit lid van toepassing is op vorderingen,
vallende onder lid 2 van dit artikel, zijn de bepalingen van dit lid niet van toepassing
op een vordering, welke voortvloeit uit of in verband staat met de navigatie of exploitatie
van een schip of het laden, vervoeren of lossen van een lading, voor zover deze vorderingen
niet zijn vorderingen terzake van dood of persoonlijk letsel, waarop lid 4 van dit
artikel niet van toepassing is.