Overeenkomst tussen de Beneluxlanden en de Republiek Tsjaad betreffende de afschaffing van visa voor de houders van diplomatieke paspoorten, N'Djaména, 22-10-1977

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-12-1977 t/m heden

Overeenkomst tussen de Beneluxlanden en de Republiek Tsjaad betreffende de afschaffing van visa voor de houders van diplomatieke paspoorten

Authentiek : FR

Accord entre les pays du Benelux et la République du Tchad relatif à la suppression du visa pour les porteurs de passeports diplomatiques

Les Gouvernements des Etats du Benelux, agissant en commun en vertu de la Convention entre le Royaume de Belgique, le Grand-Duché de Luxembourg et le Royaume des Pays-Bas concernant le transfert du contrôle des personnes vers les frontières extérieures du territoire du Benelux, signée à Bruxelles le 11 Avril 1960,

Et

Le Gouvernement de la République du Tchad,

Désireux de simplifier les formalités relatives à la circulation de leurs ressortissants, tout en tenant compte de la réglementation résultant du transfert du contrôle des personnes vers les frontières extérieures du territoire du Benelux,

Sont convenus de ce qui suit:

Article 1er

Aux termes du présent Accord, il faut entendre:

par „les pays du Benelux”, le Royaume de Belgique, le Grand-Duché de Luxembourg et le Royaume des Pays-Bas;

par „le territoire du Benelux”, l'ensemble des territoires en Europe du Royaume de Belgique, du Grand-Duché de Luxembourg et du Royaume des Pays-Bas.

Article 2

Les ressortissants des pays du Benelux porteurs de passeports diplomatiques valables, peuvent, quel que soit le lieu de départ et en vue d'un séjour de trois mois au maximum, entrer sans visa en République du Tchad. La seule possession de ce passeport suffit également à leur sortie de ce pays.

Article 3

Les ressortissants de la République du Tchad, porteurs de passeports diplomatiques valables, peuvent quel que soit le lieu de départ et en vue d'un séjour de trois mois maximum, entrer sans visa dans le territoire du Benelux. La seule possession de ce passeport suffit également à leur sortie de ce territoire.

Article 4

A l'exception des fonctionnaires des représentations diplomatiques et consulaires, ainsi que des fonctionnaires appartenant aux organisations internationales, désignés pour exercer leurs fonctions dans un des pays des Gouvernements Signataires, les personnes visées aux articles 2 et 3 doivent, pour un séjour in-interrompu de plus de trois mois, en avoir obtenu l'autorisation, avant leur départ, à l'intervention du représentant diplomatique ou consulaire du pays où ils veulent se rendre.

Article 5

Chaque Gouvernement se réserve le droit de refuser l'accès de son pays aux personnes qui sont signalées comme indésirables ou considérées comme pouvant compromettre la tranquillité publique, l'ordre public ou la sécurité nationale.

Article 6

Sauf en ce qui concerne les dispositions qui précèdent, les lois et règlements en vigueur dans les pays du Benelux et en République du Tchad, concernant l'entrée, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, ainsi que l'exercise d'une activité, restent applicables.

Article 7

Chaque Gouvernement s'engage à admettre, à tout moment et sans formalités, sur son territoire, les détenteurs d'un passeport visé aux articles 2 et 3, délivré par ce Gouvernement.

Chaque Gouvernement admettra également les personnes ne possédant plus de passeport, s'il a été établi qu'elles sont entrées dans le territoire de l'autre Partie Contractante sous le seul couvert du passeport visé à l'alinéa précédent.

Article 8

En ce qui concerne le Royaume des Pays-Bas, l'application du présent Accord peut être étendue aux Antilles néerlandaises par une notification du Gouvernement du Royaume des Pays-Bas au Gouvernement de la République du Tchad.

Article 9

Chacun des Gouvernements Signataires pourra suspendre l'application du présent Accord, moyennant notification par la voie diplomatique au Gouvernement belge.

La suspension par un seul des Gouvernements Signataires entraînera également la suspension par les autres Gouvernements Signataires.

Toutefois, la suspension n'affecte pas les dispositions des articles 7 et 10 du présent Accord.

Le Gouvernement belge avisera les autres Gouvernements Signataires de la réception de la notification mentionnée au présent Article. Il en sera de même dès que la mesure en question sera levée.

Article 10

Le présent Accord entrera en vigueur le 1er Décembre 1977 pour une durée d'une année. S'il n'a pas été dénoncé trente jours avant la fin de cette période, l'Accord sera considéré comme prolongé pour une durée indéterminée. Après la première période d'une année, chacun des Gouvernements Signataires pourra le dénoncer moyennant un préavis de trente jours adressé au Gouvernement belge.

La dénonciation par un seul des Gouvernements Signataires entraînera l'abrogation de l'Accord.

Le Gouvernement belge avisera les autres Gouvernements Signataires de la réception de la notification mentionnée au présent Article.

EN FOI DE QUOI les soussignés, dûment autorisés à cet effet, ont signé le présent Accord.

FAIT à N'Djamena, le 22 Octobre 1977, en quatre exemplaires en langue française.

Vertaling : NL

Overeenkomst tussen de Beneluxlanden en de Republiek Tsjaad betreffende de afschaffing van visa voor de houders van diplomatieke paspoorten

De Regeringen van de Beneluxlanden, gezamenlijk optredend op grond van de op 11 april 1960 te Brussel ondertekende Overeenkomst tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de verlegging van de personencontrole naar de buitengrenzen van het Beneluxgebied,

en

De Regering van de Republiek Tsjaad,

Verlangende de formaliteiten met betrekking tot het reisverkeer van hun onderscheiden onderdanen te vereenvoudigen, zulks met inachtneming van de regelingen die voortvloeien uit de verlegging van de personencontrole naar de buitengrenzen van het Beneluxgebied,

Zijn het volgende overeengekomen:

Artikel 1

In deze Overeenkomst wordt verstaan:

onder „de Beneluxlanden”: het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden;

onder „het Beneluxgebied”: de gezamenlijke grondgebieden in Europa van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden.

Artikel 2

Onderdanen van de Beneluxlanden die in het bezit zijn van een geldig diplomatiek paspoort mogen, ongeacht de plaats van vertrek, voor een verblijf van ten hoogste drie maanden zonder visum de Republiek Tsjaad binnenkomen. Ook voor hun vertrek uit dit land is het bezit van dit paspoort voldoende.

Artikel 3

Onderdanen van de Republiek Tsjaad die in het bezit zijn van een geldig diplomatiek paspoort mogen, ongeacht de plaats van vertrek, voor een verblijf van ten hoogste drie maanden zonder visum het Beneluxgebied binnenkomen. Ook voor hun vertrek uit dit gebied is het bezit van dit paspoort voldoende.

Artikel 4

Met uitzondering van functionarissen van diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen, alsmede functionarissen van internationale organisaties die zijn aangewezen om hun functie uit te oefenen in een der landen van de ondertekenende Regeringen, dienen de in de artikelen 2 en 3 bedoelde personen voor een ononderbroken verblijf van meer dan drie maanden, daartoe voor hun vertrek toestemming te hebben verlegen door tussenkomst van de diplomatieke of consulaire vertegenwoordiger van het land waarheen zij zich willen begeven.

Artikel 5

Elke Regering behoudt zich het recht voor de toegang tot haar land te weigeren aan personen die als ongewenst zijn gesignaleerd of beschouwd worden als personen die de openbare rust, de openbare orde of de nationale veiligheid in gevaar kunnen brengen.

Artikel 6

Behoudens de voorgaande bepalingen blijven de in de Beneluxlanden en in de Republiek Tsjaad van kracht zijnde wetten en voorschriften met betrekking tot de binnenkomst, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, alsmede met betrekking tot het verrichten van enigerlei werkzaamheid, onverlet.

Artikel 7

Elke Regering verplicht zich de houders van een in de artikelen 2 en 3 bedoeld paspoort dat door de betrokken Regering is afgegeven, te allen tijde en zonder enige formaliteit tot haar grondgebied toe te laten.

Elke Regering laat eveneens toe personen die niet meer in bezit zijn van een paspoort, indien is vastgesteld dat zij het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij zijn binnengekomen op vertoon van een paspoort zoals bedoeld in het voorgaande lid.

Artikel 8

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, kan de toepassing van deze Overeenkomst worden uitgebreid tot de Nederlandse Antillen door middel van een kennisgeving van de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Regering van de Republiek Tsjaad.

Artikel 9

Elk der ondertekenende Regeringen kan, door middel van een langs diplomatieke weg tot de Belgische Regering gerichte kennisgeving, de toepassing van deze Overeenkomst schorsen.

De schorsing door een der ondertekenende Regeringen heeft eveneens schorsing voor de andere ondertekenende Regeringen tot gevolg.

De schorsing laat evenwel het bepaalde in de artikelen 7 en 10 van deze Overeenkomst onverlet.

De Belgische Regering stelt de andere ondertekenende Regeringen in kennis van de ontvangst van de in dit artikel bedoelde kennisgeving. Hetzelfde geldt voor de intrekking van bedoelde maatregel.

Artikel 10

Deze Overeenkomst treedt in werking op 1 december 1977 voor de duur van één jaar. Indien de Overeenkomst niet dertig dagen voor het verstrijken van die periode is opgezegd, wordt zij geacht voor onbepaalde tijd te zijn verlengd. Na de eerste periode van een jaar kan elk der ondertekenende Regeringen de Overeenkomst opzeggen door dertig dagen tevoren de Belgische Regering hiervan mededeling te doen.

De opzegging door één van de ondertekenende Regeringen heeft de beëindiging van de Overeenkomst tot gevolg.

De Belgische Regering stelt de andere ondertekenende Regeringen in kennis van de ontvangst van de in dit artikel bedoelde mededeling.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gemachtigd, deze Overeenkomst hebben ondertekend,

GEDAAN te N'Djamena, de tweeëntwintigste oktober 1977, in vier exemplaren in de Franse taal.

Naar boven