AMBASSADE VAN HET KONINKRIJK
DER NEDERLANDEN
No. 7822
Brussel, 21 september 1973
Mijnheer de Minister,
Ik heb de eer Uwer Excellentie mede te delen dat de bevoegde Nederlandse Ministers
overeenkomstig Artikel I van het op 13 april 1948 te 's-Gravenhage tot stand gekomen
Verdrag tussen de Nederlandse Regering en de Belgische Regering nopens samenvoeging
van douanebehandeling aan de Nederlands-Belgische grens kunnen instemmen met de volgende
aanwijzingen:
-
a. als internationaal douanekantoor voor het wegverkeer: het alleen voor de intra-grensformaliteiten
bevoegde grenskantoor gelegen op het grondgebied van de gemeente Sas van Gent (Nederland),
met inbegrip van de benodigde dienstvertrekken, installaties, losperrons en parkeerplaatsen;
-
b. als internationale douaneweg: een gedeelte van de ten oosten van het kanaal Gent-Terneuzen
gelegen weg van Gent naar Terneuzen en de bijbehorende omleidingswegen, van de gemeenschappelijke
grens tot op een afstand van 250 meter op Nederlands grondgebied en van 100 meter
op Belgisch grondgebied, gemeten vanaf het snijpunt der gemeenschappelijke grens met
de as van de weg.
Ik zou het op prijs stellen van Uwe Excellentie te mogen vernemen of de bevoegde Belgische
Ministers met bovenvermelde aanwijzingen kunnen instemmen.
In het bevestigende geval zou dit akkoord op de datum van Uw antwoord in werking kunnen
treden.
Gelief, Mijnheer de Minister, de hernieuwde verzekering mijner zeer bijzondere hoogachting
wel te willen aanvaarden.
(w.g.) C. J. VAN SCHELLE
Aan Zijne Excellentie
de Heer R. van Elslande
Minister van Buitenlandse Zaken
te Brussel