Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag [...] en door het Protocol van 27 juni 1997 geconsolideerd, Brussel, 08-10-2002

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2002. Zie het overzicht van wijzigingen.
[Regeling treedt in werking op nader te bepalen tijdstip.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 08-10-2002 t/m heden

Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en door het Protocol van 27 juni 1997 geconsolideerd

Authentiek : NL

Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en door het Protocol van 27 juni 1997 geconsolideerd

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

De Republiek Albanië,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Republiek Oostenrijk,

het Koninkrijk België,

de Republiek Bulgarije,

de Republiek Cyprus,

de Republiek Kroatië,

het Koninkrijk Denemarken,

het Koninkrijk Spanje,

de Republiek Finland,

de Franse Republiek,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,

de Helleense Republiek,

de Republiek Hongarije,

Ierland,

de Italiaanse Republiek,

de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië,

het Groothertogdom Luxemburg,

de Republiek Malta,

de Republiek Moldavië,

het Vorstendom Monaco,

het Koninkrijk Noorwegen,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Portugese Republiek,

Roemenië,

de Slowaakse Republiek,

de Republiek Slovenië,

het Koninkrijk Zweden,

de Zwitserse Bondsstaat,

de Tsjechische Republiek,

de Republiek Turkije,

en

de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960 zoals gewijzigd door het Additioneel Protocol van 6 juli 1970, op zijn beurt gewijzigd door het Protocol van 21 november 1978, het geheel gewijzigd door het Protocol van 12 februari 1981 en als herzien en geconsolideerd door het Protocol van 27 juni 1997, in het hiernavolgende „het Verdrag" genoemd, en inzonderheid op artikel 40 hiervan;

Gelet op de verantwoordelijkheden door het Verdrag tot instelling van de Europese Gemeenschap van 25 maart 1957, zoals herzien door het Verdrag van Amsterdam van 2 oktober 1997, toegekend aan de Europese Gemeenschap op bepaalde, door het Verdrag bestreken gebieden;

Overwegende dat de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap, tevens Lid van EUROCONTROL zijnde, bij hun aanvaarding van het op 27 juni 1997 ter ondertekening opengestelde Protocol tot consolidatie van het Verdrag hebben verklaard dat hun ondertekening de uitsluitende bevoegdheid van de Gemeenschap op bepaalde, door het Verdrag bestreken gebieden alsook het lidmaatschap van de Gemeenschap van EUROCONTROL met het oog op het uitoefenen van deze uitsluitende bevoegdheid onverlet laat;

Overwegende dat de toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Verdrag beoogt de Europese Organisatie voor de veiligheid van de luchtvaart, in het hiernavolgende „EUROCONTROL" genoemd, te helpen bij het nastreven van haar doeleinden zoals in het Verdrag uiteengezet en met name haar bestaan als een enkel en efficiënt orgaan voor de beleidsvorming inzake het luchtverkeersbeheer in Europa;

Overwegende dat de toetreding van de Europese Gemeenschap tot EUROCONTROL opheldering vergt over de wijze waarop het Verdrag op de Europese Gemeenschap en haar Lid-Staten van toepassing zal zijn;

Overwegende dat de voorwaarden van de toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Verdrag de Gemeenschap in staat moeten stellen binnen EUROCONTROL de door haar Lid-Staten aan haar verleende bevoegdheden uit te oefenen;

Overwegende dat het Koninkrijk Spanje en het Verenigd Koninkrijk op 2 december 1987 in Londen in een gezamenlijke verklaring van hun ministers van Buitenlandse Zaken regelingen zijn overeengekomen inzake meer samenwerking bij het gebruik van de luchthaven van Gibraltar, dat deze regelingen echter nog niet worden toegepast;

Zijn overeengekomen als volgt:

Artikel 1

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

De Europese Gemeenschap treedt, binnen het kader van haar bevoegdheid, tot het Verdrag toe krachtens de in dit Protocol vastgelegde voorwaarden en overeenkomstig artikel 40 van het Verdrag.

Artikel 2

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Met betrekking tot de Europese Gemeenschap is het Verdrag in het kader van haar bevoegdheid van toepassing op „en route"-luchtvaartdiensten en de daarmede verband houdende naderings- en plaatselijke diensten ten behoeve van het luchtverkeer in de vluchtinformatiegebieden van haar Lid-Staten zoals in Bijlage II bij het Verdrag opgesomd, en binnen de begrenzing van de territoriale toepasselijkheid van het Verdrag tot instelling van de Europese Gemeenschap.

De toepassing van dit Protocol op de luchthaven van Gibraltar laat de respectieve rechtsopvattingen van het Koninkrijk Spanje en het Verenigd Koninkrijk betreffende het geschil inzake de soevereiniteit over het grondgebied waarop de luchthaven is gelegen, onverlet.

De toepassing van dit Protocol op de luchthaven van Gibraltar wordt opgeschort totdat de regelingen van de gezamenlijke verklaring van de ministers van Buitenlandse Zaken van het Koninkrijk Spanje en het Verenigd Koninkrijk van 2 december 1987 van toepassing worden. De regeringen van het Koninkrijk Spanje en van het Verenigd Koninkrijk zullen de overige Verdragsluitende Partijen bij dit Protocol van die datum in kennis stellen.

Artikel 3

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Onverminderd het in dit Protocol bepaalde worden de bepalingen van het Verdrag zodanig uitgelegd als de Europese Gemeenschap in het kader van haar bevoegdheid omvattende, en de onderscheiden termen ter aanduiding van de Verdragsluitende Partijen en hun vertegenwoordigers moeten dienovereenkomstig worden begrepen.

Artikel 4

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

De Europese Gemeenschap draagt niet bij aan de begroting van EUROCONTROL.

Artikel 5

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Onverminderd de uitoefening van haar stemrecht krachtens artikel 6 is de Europese Gemeenschap gerechtigd te zijn vertegenwoordigd in en betrokken bij de werkzaamheden van alle organen van EUROCONTROL waarin elk van haar Lid-Staten rechtens als Verdragsluitende Partij is vertegenwoordigd en waarin binnen de bevoegdheid van de Gemeenschap vallende kwesties kunnen worden behandeld, zulks met uitzondering van de met audit belaste organen.

In alle organen van EUROCONTROL waaraan zij rechtens deelneemt doet de Europese Gemeenschap haar standpunten gelden binnen het kader van haar bevoegdheid overeenkomstig de haar eigen institutionele regels.

De Europese Gemeenschap mag noch voor het lidmaatschap van verkozen EUROCONTROL-organen, noch voor ambten in die organen waaraan zij rechtens deelneemt, kandidaten voordragen.

Artikel 6

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

  • 1 Voor besluiten omtrent kwesties waarin de Europese Gemeenschap uitsluitende bevoegdheid geniet en ter toepassing van de regels vervat in artikel 8 van het Verdrag, oefent de Europese Gemeenschap het stemrecht van haar Lid-Staten krachtens het Verdrag uit en de aldus door de Europese Gemeenschap uitgebrachte stemmen en gewogen stemmen worden gecumuleerd ter bepaling van de in voornoemd artikel 8 van het Verdrag vermelde meerderheden. Bij stemming door de Gemeenschap stemmen haar Lid-Staten niet.

    Ter bepaling van het aantal Verdragsluitende Partijen benodigd voor de inwilliging van een verzoek tot besluitvorming bij drievierde meerderheid als bepaald aan het eind van artikel 8, tweede lid, alinea 1, wordt de Gemeenschap geacht haar Lid-Staten, tevens Lid-Staten van EUROCONTROL, te vertegenwoordigen.

    Een voorgesteld besluit ten aanzien van een specifiek onderwerp waarover door de Europese Gemeenschap moet worden gestemd, wordt op een daartoe strekkend verzoek van een Verdragsluitende Partij, geen Lid van de Europese Gemeenschap zijnde, uitgesteld. Het uitstel wordt benut voor overleg tussen de Verdragsluitende Partijen, bijgestaan door het Agentschap EUROCONTROL, over het voorgestelde besluit. In geval van een dergelijk verzoek mag de besluitvorming met uiterlijk zes maanden worden verdaagd.

  • 2 Bij besluiten omtrent kwesties waarin de Europese Gemeenschap geen uitsluitende bevoegdheid geniet, stemmen de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap overeenkomstig hun stemrecht als voorzien in artikel 8 van het Verdrag en neemt de Europese Gemeenschap geen deel aan de stemming.

  • 3 De Europese Gemeenschap stelt de overige Verdragsluitende Partijen ad hoc in kennis van de gevallen waarin zij voor de onderscheiden agendapunten van de Algemene Vergadering, de Raad en andere overlegorganen waaraan de Algemene Vergadering en de Raad bevoegdheden hebben gedelegeerd, het onder lid 1 van dit artikel bedoelde stemrecht zal uitoefenen. Deze verplichting geldt eveneens voor per briefwisseling te nemen besluiten.

Artikel 7

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

De reikwijdte van de aan de Gemeenschap verleende bevoegdheid is in algemene termen aangeduid in een door de Europese Gemeenschap bij de ondertekening van dit Protocol afgelegde schriftelijke verklaring.

Deze verklaring kan voor zover toepasselijk worden gewijzigd door kennisgeving van de Europese Gemeenschap aan EUROCONTROL. Zij vormt geen vervanging of enigerlei inperking van de zaken die kunnen worden bestreken in de kennisgeving inzake de bevoegdheid van de Gemeenschap welke vóór de besluitvorming in EUROCONTROL door formele stemming of anderszins dient te geschieden.

Artikel 8

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Artikel 34 van het Verdrag is van toepassing op enig geschil ontstaan tussen twee of meer Verdragsluitende Partijen bij dit Protocol of tussen een of meer Verdragsluitende Partijen bij dit Protocol en EUROCONTROL aangaande de uitlegging, toepassing of uitvoering van dit Protocol en met name zijn bestaan, geldigheid en opzegging.

Artikel 9

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

  • 1 Dit Protocol wordt ter ondertekening opengesteld voor alle ondertekenende Staten van het Protocol tot consolidatie van het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en op 27 juni 1997 ter ondertekening opengesteld, in het hiernavolgende „het consoliderend Protocol" genoemd, alsmede voor de Europese Gemeenschap.

    Voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding wordt het tevens ter ondertekening opengesteld voor elke Staat welke naar behoren is gemachtigd het consoliderend Protocol te ondertekenen, zulks overeenkomstig artikel II van genoemd Protocol.

  • 2 Dit Protocol dient bekrachtigd, aanvaard of goedgekeurd te worden. De akten van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring worden nedergelegd bij de Regering van het Koninkrijk België.

  • 3 Dit Protocol treedt in werking wanneer het is bekrachtigd, aanvaard of goedgekeurd door alle ondertekenende Staten, tevens ondertekenaars van het consoliderend Protocol zijnde, waarvan de bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring is vereist voor de inwerkingtreding van het consoliderend Protocol, alsmede door de Europese Gemeenschap, op de eerste dag van de tweede maand na de nederlegging van de laatste akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring, mits het consoliderend Protocol op die datum in werking is getreden. Indien niet aan deze voorwaarde is voldaan, treedt dit Protocol in werking op dezelfde datum als het consoliderend Protocol.

  • 4 Dit Protocol treedt in werking voor die ondertekenaars die hun akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring na de datum van inwerkingtreding hebben nedergelegd, op de eerste dag van de tweede maand na de nederlegging van de desbetreffende akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.

  • 5 De Regering van het Koninkrijk België stelt de Regeringen van de overige Staten, ondertekenaars van dit Protocol, alsook de Europese Gemeenschap in kennis van elke ondertekening, elke nederlegging van een akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring en van elke datum van inwerkingtreding van dit Protocol krachtens bovenstaande leden 3 en 4.

Artikel 10

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Elke toetreding tot het Verdrag na de datum van inwerkingtreding ervan houdt tevens instemming in met de bindende kracht van dit Protocol. De artikelen 39 en 40 van het Verdrag zijn geldig voor dit Protocol.

Artikel 11

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

  • 1 Dit Protocol blijft geldig voor onbepaalde tijd.

  • 2 Indien alle Lid-Staten van EUROCONTROL, tevens Lid-Staat van de Europese Gemeenschap zijnde, besluiten zich uit EUROCONTROL terug te trekken, wordt de kennisgeving van de terugtrekking uit het Verdrag alsmede uit dit Protocol geacht te zijn gegeven door de Europese Gemeenschap gelijktijdig met de kennisgeving van terugtrekking krachtens artikel 38, tweede lid van van het Verdrag van de laatste Lid-Staat van de Europese Gemeenschap die zich uit EUROCONTROL terugtrekt.

Artikel 12

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

De Regering van het Koninkrijk België doet dit Protocol registreren bij de Secretaris-generaal van de Verenigde Naties ingevolge artikel 102 van het Handvest van de Verenigde Naties, alsook bij de Raad van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie krachtens artikel 83 van het op 7 december 1944 te Chicago ondertekende Verdrag voor de Internationale Burgerluchtvaart.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekende Gevolmachtigden, na overlegging van hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten, dit Protocol hebben ondertekend.

GEDAAN te Brussel, op 8 oktober 2002, in elk der officiële talen van de ondertekenende Staten, in een enkel exemplaar, dat blijft berusten in het archief van de Regering van het Koninkrijk België, die een gewaarmerkt afschrift hiervan doet toekomen aan de Regeringen van de overige ondertekenende Staten, alsmede aan de Europese Gemeenschap. In geval van verschil tussen de teksten is de Franse tekst doorslaggevend.

Verklaring van bevoegdheid van de Europese Gemeenschap ten aanzien van aangelegenheden die onder het Eurocontrol-Verdrag vallen

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

In overeenstemming met de desbetreffende artikelen van het EG-Verdrag zoals die door het Europese Hof van Justitie zijn uitgelegd, geeft deze verklaring aan welke de bevoegdheid van de Europese Gemeenschap is ten aanzien van aangelegenheden die onder het Eurocontrol-Verdrag vallen.

A. Algemene beginselen

  • 1. De uitoefening van de bevoegdheid die de lidstaten uit hoofde van het EG-Verdrag aan de Gemeenschap heeft overgedragen is uit de aard der zaak voortdurend aan ontwikkeling onderhevig. De bevoegde instellingen kunnen in het kader van het Verdrag besluiten nemen die bepalend zijn voor de omvang van de bevoegdheid van de Europese Gemeenschap.

    Daarom behoudt de Europese Gemeenschap zich het recht voor deze verklaring dienovereenkomstig te wijzigen, zonder dat dit een absolute voorwaarde is voor de uitoefening van haar bevoegdheid in Eurocontrol.

  • 2. In verband met Eurocontrol is alleen de externe bevoegdheid van de Europese Gemeenschap relevant. Een en ander heeft tot gevolg dat, tenzij de bevoegde instellingen uitdrukkelijk besluiten tot rechtstreekse uitoefening van een externe bevoegdheid uit hoofde van het Verdrag op een bepaald gebied, de Europese Gemeenschap alleen exclusieve bevoegdheid heeft voorzover internationale overeenkomsten of andere in het kader van internationale samenwerking tot stand gekomen regelgeving gevolgen hebben voor de interne wetgeving1.

B. Door de Europese Gemeenschap uitgeoefende bevoegdheid

  • 1. Bevoegdheden inzake luchtverkeersbeheer

    • a. Normalisatie: de harmonisatie van technische specificaties in het algemeen en met betrekking tot apparatuur en systemen voor het verstrekken van luchtvaartdiensten in het bijzonder (artikel 95 (ex 100 A) en 80 (ex 84) van het EG-Verdrag).

      De meest relevante rechtsinstrumenten die de Europese Gemeenschap op dit gebied heeft aangenomen zijn Verordening (EEG) nr. 3922/912 en de Richtlijnen 93/65/EG3 en 98/34/EEG4.

    • b. Beleid inzake onderzoek en technologische ontwikkeling (artikelen 163 (ex 130 F) tot en met 173 (ex 130 P) van het EG-Verdrag).

      Momenteel zijn de meest relevante rechtsinstrumenten die de Europese Gemeenschap op dit gebied heeft aangenomen Besluit 99/182/EG5en de Beschikkingen 99/168/EG6 en 99/169/EG7. Deze instrumenten betreffen voornamelijk het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek (universiteiten en researchinstituten), alsook onderzoek en technologische ontwikkeling in verband met luchtvaart en telematica, met inbegrip van systemen en apparatuur voor luchtverkeersbeheer.

    • c. Trans-Europese netwerken (artikelen l54 (ex 129 B) tot en met 156 (ex 129 D) van het EG-Verdrag): het gaat hier om vervoer, telecommunicatie en energie, met als doel te zorgen voor interoperabiliteit en samenhang van nationale netwerken door collectieve planning, financiële prikkels en interoperabiliteitsnormen.

      De meest relevante rechtsinstrumenten die de Europese Gemeenschap op dit gebied heeft aangenomen zijn Beschikking nr. 1692/96/EG8en Verordening nr. 2239/95/EG,9 zoals laatstelijk gewijzigd bij Verordening nr. 1655/99/EG10.

  • 2. Bevoegdheden op het gebied van de luchtvaart

    Het luchtvaartbeleid (artikel 80.2 (ex 84.2) van het EG-Verdrag en de daaruit voortvloeiende wetgeving) heeft tot doel het verstrekken van luchtvaartdiensten in de Gemeenschap te vergemakkelijken, de veiligheid te bevorderen en bij te dragen aan de doeltreffende werking van de interne markt.

    De meest relevante rechtsinstrumenten die de Europese Gemeenschap op dit gebied heeft. aangenomen zijn de Verordeningen (EEG) nr. 2408/9211 en (EEG) nr. 95/9312.

  • 3. Het is tevens mogelijk dat Eurocontrol een maatregel moet nemen die gevolgen heeft voor vaststaande regels van algemene beleidsterreinen van de Gemeenschap, zoals mededinging, vrij verkeer van goederen en diensten (met inbegrip van overheidsopdrachten en gegevensbescherming), milieubescherming, sociaal beleid, economische en sociale samenhang, enz.

C. Bevoegdheid van de lidstaten

  • 1. Als de Europese Gemeenschap geen interne regels heeft vastgesteld en er niet is besloten tot directe uitoefening van een externe bevoegdheid, blijven de lidstaten bevoegd.

  • 2. Hierbij zij benadrukt dat het Verdrag de Europese Gemeenschap geen bevoegdheid verleent ten aanzien van aangelegenheden die verband houden met nationale veiligheid en defensie, met als gevolg dat de organisatie en het gebruik van het luchtruim voor militaire doeleinden buiten de bevoegdheidssfeer van de Europese Gemeenschap vallen.

Verklaring van voorlopige toepassing door de Europese Gemeenschap

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

De artikelen 1 tot en met 7 van het toetredingsprotocol worden, voordat dit in werking treedt, op voorlopige basis toegepast naast de vervroegde toepassing van sommige bepalingen van het Eurocontrol-Verdrag als geconsolideerd bij het protocol van 27 juni 1997. Deze voorlopige toepassing vangt aan op de eerste dag van de eerste maand volgende op de ondertekening van dit Toetredingsprotocol door de Gemeenschap.

Slotakte van de Diplomatieke Conferentie inzake het Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en door het Protocol van 27 juni 1997 geconsolideerd

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

(Brussel, 24 juni 2002)

De Gevolmachtigden van:

De Republiek Albanië,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Republiek Oostenrijk,

het Koninkrijk België,

de Republiek Bulgarije,

de Republiek Cyprus,

de Republiek Kroatië,

het Koninkrijk Denemarken,

het Koninkrijk Spanje,

de Republiek Finland,

de Franse Republiek,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,

de Helleense Republiek,

de Republiek Hongarije,

Ierland,

de Italiaanse Republiek,

de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië,

het Groothertogdom Luxemburg,

de Republiek Malta,

de Republiek Moldavië

het Vorstendom Monaco,

het Koninkrijk Noorwegen,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Portugese Republiek,

Roemenië,

de Slowaakse Republiek,

de Republiek Slovenië,

het Koninkrijk Zweden,

de Zwitserse Bondsstaat,

de Tsjechische Republiek,

de Republiek Turkije

en

de Europese Gemeenschap,

In vergadering bijeen te Brussel, op 24 juni 2002,

  • 1. Hebben unaniem aanvaard de tekst van een Protocol zoals in bijlage bij deze Slotakte vervat en hierna genoemd „het Toetredingsprotocol", tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en zoals geconsolideerd door het op 27 juni 1997 ter ondertekening opengestelde Protocol, hierna genoemd „het herziene Verdrag". Voornoemd Toetredingsprotocol is op 24 juni 2002 te Brussel ter ondertekening opengesteld.Hebben unaniem aanvaard de tekst van een Protocol zoals in bijlage bij deze Slotakte vervat en hierna genoemd „het Toetredingsprotocol", tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en zoals geconsolideerd door het op 27 juni 1997 ter ondertekening opengestelde Protocol, hierna genoemd „het herziene Verdrag". Voornoemd Toetredingsprotocol is op 24 juni 2002 te Brussel ter ondertekening opengesteld.

  • 2. Hebben aanvaard de volgende resoluties betreffende, enerzijds, de bekrachtiging, de aanvaarding of de goedkeuring van het Toetredingsprotocol door de Verdragsluitende Partijen bij de eerste gelegenheid en, anderzijds, de vervroegde tenuitvoerlegging van het Toetredingsprotocol:Hebben aanvaard de volgende resoluties betreffende, enerzijds, de bekrachtiging, de aanvaarding of de goedkeuring van het Toetredingsprotocol door de Verdragsluitende Partijen bij de eerste gelegenheid en, anderzijds, de vervroegde tenuitvoerlegging van het Toetredingsprotocol:

    De Conferentie:

    In vergadering bijeen te Brussel, op 24 juni 2002;

    Na unanieme aanvaarding van het Protocol, hierna genoemd „het Toetredingsprotocol", tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en zoals geconsolideerd door het op 27 juni 1997 ter ondertekening opengestelde Protocol, hierna genoemd „het herziene Verdrag";

    I. Resolutie teneinde de Verdragsluitende Partijen uit te nodigen het Toetredingsprotocol bij hun eerste gelegenheid te bekrachtigen, te aanvaarden of goed te keuren

    Overwegende dat de toetreding van de Europese Gemeenschap op beduidende wijze zal bijdragen tot de vervulling van de doelstellingen en taken van EUROCONTROL onder de in het Toetredingsprotocol vervatte voorwaarden;

    Memorerende de op de Diplomatieke Conferentie van 27 juni 1997 inzake het Protocol tot consolidatie van het Verdrag „EUROCONTROL" aanvaarde resolutie teneinde de Lid-Staten uit te nodigen voornoemd Protocol van 27 juni 1997 bij hun eerste gelegenheid te bekrachtigen;

    Erkennende het belang van een zo spoedig mogelijke inwerkingtreding van het herziene Verdrag en van het Toetredingsprotocol;

    Verzoekt de ondertekenaars van het Toetredingsprotocolmet aandrang om voornoemd Protocol bij hun eerste gelegenheid te bekrachtigen, te aanvaarden of goed te keuren;

    Verzoekt de Directeur-generaal van EUROCONTROL om, in samenwerking met de ondertekenende Staten en de Europese Gemeenschap, alle praktische maatregelen te treffen om desgewenst bijstand te verlenen bij de procedure van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van het Toetredingsprotocol.

    II. Resolutie betreffende de vervroegde tenuitvoerlegging van het Toetredingsprotocol

    Na kennisneming van de Resolutie betreffende de vervroegde tenuitvoerlegging van het door de Diplomatieke Conferentie van 27 juni 1997 aanvaarde consoliderende Protocol;

    Onder erkenning van het belang van de harmonische en doelgerichte tenuitvoerlegging van het Toetredingsprotocol;

    Verzoekt alle Staten en de Europese Gemeenschap met aandrang om al het mogelijke te doen voor de vervroegde tenuitvoerlegging van sommige bepalingen van het Toetredingsprotocol.

  • 3. Hebben aanvaard de volgende gemeenschappelijke verklaringen over de ontstentenis van communautaire bevoegdheden op het stuk van nationale veiligheid en defensie enerzijds en over de coördinatie van RTDE anderzijds:Hebben aanvaard de volgende gemeenschappelijke verklaringen over de ontstentenis van communautaire bevoegdheden op het stuk van nationale veiligheid en defensie enerzijds en over de coördinatie van RTDE anderzijds:

    I. Gemeenschappelijke verklaring over de ontstentenis van communautaire bevoegdheden op het stuk van nationale veiligheid en defensie

    De ondertekenaars van het Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en zoals geconsolideerd door het op 27 juni 1997 ter ondertekening opengestelde Protocol, hierna genoemd „het herziene Verdrag";

    Na kennisneming van het feit dat de Europese Gemeenschap thans geen bevoegdheid heeft inzake defensie- en veiligheidsbeleid;

    Na kennisneming van de rol van EUROCONTROL zoals omschreven in de bepalingen van het herziene Verdrag inzake militaire kwesties;

    Komen overeen dat:

    Indien de bevoegdheid van de Europese Gemeenschap tot deze kwesties zou worden uitgebreid, nader onderzocht moet worden of zulks de omvang van hun verplichtingen krachtens het herziene Verdrag ingrijpend wijzigt en of het Protocol in zijn huidige vorm derhalve op deze kwesties kan worden toegepast.

    II. Gemeenschappelijke verklaring over de coördinatie van RTDE

    De ondertekenaars van het Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en zoals geconsolideerd door het op 27 juni 1997 ter ondertekening opengestelde Protocol, hierna genoemd „het herziene Verdrag";

    Na bestudering van de bepalingen van het herziene Verdrag met betrekking tot de coördinatie van activiteiten op het stuk van onderzoek, technologische ontwikkeling en evaluatie (RTDE) op de door voornoemd Verdrag bestreken gebieden;

    Na kennisneming van het feit dat artikel 2, eerste lid, letter (h) van het herziene Verdrag toepasselijk is op de coördinatie van RTDE-activiteiten tussen EUROCONTROL en haar Verdragsluitende Partijen;

    Na kennisneming van het feit dat de door het Agentschap „EUROCONTROL" krachtens artikel 1, vijfde lid, letter (i) van zijn Statuten georganiseerde coördinatie zowel de eigen RTDE-activiteiten betreft als die van luchtverkeersbeheersorganisaties;

    Komen overeen dat:

    • de „coördinatie van RTDE-activiteiten" bestaat in de uitwisseling van gedachten, informatie en ervaring aangaande RTDE-programma's en -activiteiten op het stuk van luchtverkeersbeheer, met het bevorderen van de complementariteit en het voorkomen van overlappingen als voornaamste oogmerk;

    • de betrokken partijen voor de coördinatie van hun RTDE-activiteiten de algemene doelstellingen, bevoegdheden, administratieve, bestuurlijke en budgettaire verantwoordelijkheden en procedures van hun respectieve, met de tenuitvoerlegging van RTDE-programma's belaste instellingen of organen in acht nemen, alsmede dier voorschriften voor deelname, verspreiding en intellectuele eigendomsrechten;

    • het staat de Verdragsluitende Partijen vrij om, overeenkomstig eigen interne procedures, besluiten te nemen aangaande hun RTDE-strategieën, -programma's en -projecten.

  • 4. Hebben kennis genomen van de volgende gemeenschappelijke verklaring door de Staten, ondertekenaars van het consoliderend Protocol en van deze Slotakte:Hebben kennis genomen van de volgende gemeenschappelijke verklaring door de Staten, ondertekenaars van het consoliderend Protocol en van deze Slotakte:

    III. Gemeenschappelijke verklaring over de inwerkingtreding van het consoliderend Protocol en het Toetredingsprotocol alsook inzake latere ondertekening van het Toetredingsprotocol

    De Staten, ondertekenaars van het Protocol tot consolidatie van het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, zoals meermalen gewijzigd en zoals ter ondertekening opengesteld op 27 juni 1997, hierna genoemd „het consoliderend Protocol", alsmede ondertekenaars van de Slotakte van de Diplomatieke Conferentie inzake het Protocol tot toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot samenwerking in het belang van de veiligheid van de luchtvaart „EUROCONTROL" van 13 december 1960, ter ondertekening opengesteld op 24 juni 2002, hierna genoemd „het Toetredingsprotocol";

    Geleid door de wens om de voorwaarden betreffende de inwerkingtreding van het consoliderend Protocol en het Toetredingsprotocol te verduidelijken;

    Bevestigen hun interpretatie van artikel II, derde lid van het consoliderend Protocol, met dien verstande dat voornoemd Protocol in werking treedt nadat alle op 24 juni 2002 bij het Verdrag „EUROCONTROL" Partij zijnde Staten hun akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van het consoliderend Protocol hebben nedergelegd;

    Komen overeen dat EUROCONTROL de nodige stappen zal ondernemen om er op toe te zien dat, bij overweging van een verzoek om toetreding tot het Verdrag „EUROCONTROL" en om toestemming tot ondertekening van het consoliderend Protocol, de gepaste verbintenissen worden aangegaan ten aanzien van de ondertekening alsook de bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van het Toetredingsprotocol.

TEN BLIJKE WAARVAN de Gevolmachtigden deze Slotakte hebben ondertekend.

GEDAAN te Brussel, op 8 oktober 2002, in een enkel exemplaar, dat zal blijven berusten in het archief van de Regering van het Koninkrijk België, die een voor eensluidend gewaarmerkt afschrift hiervan zal doen toekomen aan de Regeringen van de overige ondertekenende Staten en aan de Europese Gemeenschap.

  1. Aldus door het HvJ bepaald in adviezen l/94, 2/91, 1/76 en in zaak 22/71. ^ [1]
  2. PB L 373 van 31.12.1991, blz. 4, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2176/96 (PB L 291 van 14.11.1996, blz. 15). ^ [2]
  3. PB L 187 van 29.7.1993, blz. 52, zoals gewijzigd bij Richtlijn 97/15/EEG (PB L 95 van 10.4.1997, blz. 16). ^ [3]
  4. PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37. ^ [4]
  5. PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1. ^ [5]
  6. PB L 64 van 12.3.1999, blz. 20. ^ [6]
  7. PB L 64 van 12.3.l999, blz. 40. ^ [7]
  8. PB L 228 van 9.9.1996, blz. 1. ^ [8]
  9. PB L 228 van 23.9.1995 , blz. 1. ^ [9]
  10. PB L 197 van 29.7.1999, blz. 1. ^ [10]
  11. PB L 240 van 24.8.1992 , blz. 8. ^ [11]
  12. PB L 14 van 22.1.1993 , blz. 1. ^ [12]
Naar boven