Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake [...] Duitsland in het Koninkrijk der Nederlanden, Bergen (Duitsland), 06-10-1997

Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 01-02-2001 t/m heden

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de stationering van strijdkrachten van de Bondsrepubliek Duitsland in het Koninkrijk der Nederlanden

Authentiek : NL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de stationering van strijdkrachten van de Bondsrepubliek Duitsland in het Koninkrijk der Nederlanden Protocolnotitie

Het Koninkrijk der Nederlanden

en

de Bondsrepubliek Duitsland,

Verlangende elkaar de in het op 4 april 1949 ondertekende Noord-Atlantisch Verdrag bedoelde wederzijdse hulp te verlenen,

Overwegende dat het recht strijdkrachten van het Koninkrijk der Nederlanden op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland te stationeren, alsmede de wijze en voorwaarden waarop deze stationering geschiedt, in verscheidene verdragen en overeenkomsten in de zin van het Noord-Atlantisch Verdrag zijn vastgelegd en geregeld,

zijn het volgende overeengekomen:

Artikel 1

Ter bevordering van de doelstellingen van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie verleent het Koninkrijk der Nederlanden toestemming tot het stationeren van strijdkrachten van de Bondsrepubliek Duitsland op het grondgebied van het Koninkrijk der Nederlanden in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag.

Artikel 2

Van geval tot geval sluiten de twee Regeringen afzonderlijke overeenkomsten over:

  • a. de in het Koninkrijk der Nederlanden te stationeren strijdkrachten van de Bondsrepubliek Duitsland,

  • b. indien noodzakelijk, alle overige principiële aangelegenheden die zich in dit verband voordoen.

Artikel 3

De rechtspositie van de in het Koninkrijk der Nederlanden gestationeerde strijdkrachten van de Bondsrepubliek Duitsland, van hun leden en hun burgerpersoneel, alsmede van de gezinsleden daarvan, is vastgelegd in het op 19 juni 1951 ondertekende Verdrag tussen de Staten die partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten (NAVO-Status-Verdrag) in de verhouding tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland, en de op 6 oktober 1997 ondertekende Aanvullende Overeenkomst bij het Verdrag tussen de Staten die partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten met betrekking tot de in het Koninkrijk der Nederlanden gestationeerde Duitse strijdkrachten (Aanvullende Overeenkomst Nederland).

Artikel 4

Geschillen met betrekking tot de uitlegging of toepassing van dit Verdrag worden door onderhandelingen tussen de Verdragsluitende Staten beslecht en worden niet aan een internationaal gerechtshof of aan derden voorgelegd.

Artikel 5

  • 1 Dit Verdrag dient te worden bekrachtigd; de akten van bekrachtiging worden zo spoedig mogelijk te 's-Gravenhage uitgewisseld. Het Verdrag treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na de uitwisseling van de akten van bekrachtiging.

  • 2 Dit Verdrag geldt voor de duur van het Noord-Atlantisch Verdrag, tenzij een andere termijn wordt overeengekomen.

  • 3 De Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland nopens de stationering van militaire eenheden van de Bondsrepubliek Duitsland in Nederland van 17 januari 1963 houdt op van kracht te zijn op de dag waarop dit Verdrag in werking treedt.

  • 4 Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt dit Verdrag uitsluitend voor het in Europa gelegen deel van het Koninkrijk.

GEDAAN te Bergen, op 6 oktober 1997, in twee originele exemplaren, elk in de Nederlandse en in de Duitse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek.

Voor het Koninkrijk der Nederlanden

(w.g.) A. P. VAN WALSUM

Voor de Bondsrepubliek Duitsland

(w.g.) P. HARTMANN

Protocolnotitie

Naar aanleiding van de ondertekening van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de stationering van strijdkrachten van de Bondsrepubliek Duitsland in het Koninkrijk der Nederlanden bevestigt de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland de hiernavolgende standplaatsen van de Bundeswehr in Nederland (per 1 januari 1997):

Standplaats:

Budel

Omschrijving:

Eerste Luchtmachtopleidingsregiment 1

Sterkte:

1200 personen

   

Standplaats:

Eibergen

Omschrijving:

Duits aandeel in de staf van de Command Support Group van het 1 (Duits/Nederlandse) Legerkorps

Sterkte:

66 personen

   

Standplaats:

Den Helder

Omschrijving:

NAVO-Hoofddepot (GE)

Sterkte:

30 personen

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden bevestigt de volgende strijdkrachten op Duits grondgebied te hebben gestationeerd (per 1 januari 1997):

Standplaats:

Seedorf

Omschrijving:

41ste Lichte brigade

Sterkte:

2000 personen

   

Standplaats:

Münster

Omschrijving:

Nederlands aandeel in het Hoofdkwartier van het 1 (Duits/Nederlandse) Legerkorps

Sterkte:

245 personen

   

Standplaats:

Seedorf

Omschrijving:

Staf Netherlands Armed Forces Support Agency Germany (NASAG)

Sterkte:

400 personen

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland achten het wenselijk elkaar wederzijds op de hoogte te houden van de stationering van strijdkrachten op hun grondgebied. Daartoe zullen het Ministerie van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden en het Ministerie van Defensie van de Bondsrepubliek Duitsland elkaar om de twee jaar over de stand van zaken omtrent de in het andere land gestationeerde strijdkrachten informeren.

Naar boven