Het Koninkrijk België,
het Koninkrijk Denemarken,
de Bondsrepubliek Duitsland,
de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek,
Ierland,
de Italiaanse Republiek,
het Groothertogdom Luxemburg,
het Koninkrijk der Nederlanden,
de Republiek Oostenrijk,
de Portugese Republiek,
de Republiek Finland,
het Koninkrijk Zweden,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,
Partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en het Verdrag betreffende de Europese Unie, hierna „Lid-Staten” te noemen, en
de Europese Gemeenschap,
enerzijds, en
de Republiek Korea,
anderzijds,
Rekening houdend met de traditionele vriendschapsbanden tussen de Republiek Korea,
de Europese Gemeenschap en haar Lid-Staten;
Opnieuw bevestigend dat Partijen gehecht zijn aan de democratische beginselen en de
fundamentele rechten van de mens, zoals die zijn vastgelegd in de Universele Verklaring van de rechten van de mens;
Bevestigend dat Partijen een regelmatige politieke dialoog tot stand wensen te brengen
tussen de Europese Unie en de Republiek Korea, gebaseerd op gemeenschappelijke waarden
en ambities;
Erkennende dat de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) een belangrijke rol heeft gespeeld bij de bevordering van de internationale
handel in het algemeen en de bilaterale handel in het bijzonder, en dat zowel de Republiek
Korea als de Europese Gemeenschap grote waarde hechten aan de beginselen van vrijhandel
en markteconomie waarop de bovengenoemde Overeenkomst is gebaseerd;
Opnieuw bevestigend dat zowel de Republiek Korea als de Europese Gemeenschap en haar
Lid-Staten plechtig beloofd hebben dat zij zich zullen houden aan de verplichtingen
die voor hen voortvloeien uit de ratificatie van de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO);
Rekening houdende met de noodzaak bij te dragen tot de volledige tenuitvoerlegging
van de resultaten van de Uruguay-Ronde van de GATT en de noodzaak alle regels die van toepassing zijn op de internationale handel op
transparante en niet-discriminerende grondslag toe te passen;
Erkennende dat de verbetering van de betrekkingen tussen beide Partijen van groot
belang is ter stimulering van de samenwerking, en zich bewust van hun gemeenschappelijke
streven om de betrekkingen op gebieden van wederzijds belang te consolideren, te verdiepen
en te diversifiëren, op basis van gelijkwaardigheid, op niet-discriminerende grondslag,
met inachtneming van het milieu en wederzijds tot voordeel strekkend;
Verlangende een gunstig klimaat tot stand te brengen voor duurzame ontwikkeling en
diversifiëring van de handel en voor de economische samenwerking op verschillende
gebieden van wederzijds belang;
Ervan overtuigd dat Partijen voordeel zullen hebben bij de institutionalisering van
de betrekkingen en de totstandbrenging van wederzijdse economische samenwerking, aangezien
samenwerking de verdere ontwikkeling van handel en investeringen zal stimuleren;
Zich ervan bewust dat het van groot belang is de rechtstreeks betrokkenen, met name
ondernemingen en organisaties die het bedrijfsleven vertegenwoordigen, meer te betrekken
bij de samenwerking,
Hebben besloten deze Overeenkomst te sluiten en hebben te dien einde als hun gevolmachtigden
aangewezen:
het Koninkrijk België:
Erik Derycke,
Minister van Buitenlandse Zaken,
het Koninkrijk Denemarken:
Niels Helveg Petersen,
Minister van Buitenlandse Zaken,
de Bondsrepubliek Duitsland:
Werner Hoyer,
Staatsminister van Buitenlandse Zaken,
de Helleense Republiek:
Georgios Papandreou,
Onderminister van Buitenlandse Zaken,
het Koninkrijk Spanje:
Abel Matutes,
Minister van Buitenlandse Zaken,
de Franse Republiek:
Michel Barnier,
Onderminister van Europese Zaken,
Ierland:
Gay Mitchell,
Onderminister voor Europese Zaken,
de Italiaanse Republiek:
Lamberto Dini,
Minister van Buitenlandse Zaken,
het Groothertogdom Luxemburg:
Jacques F. Poos,
Minister van Buitenlandse Zaken,
het Koninkrijk der Nederlanden:
Hans Van Mierlo,
Minister van Buitenlandse Zaken,
de Republiek Oostenrijk:
Wolfgang Schüssel,
Minister van Buitenlandse Zaken,
de Portugese Republiek:
Jaime Gama,
Minister van Buitenlandse Zaken,
de Republiek Finland:
Tarja Halonen,
Minister van Buitenlandse Zaken,
het Koninkrijk Zweden:
Lena Hjelm-Wallén,
Minister van Buitenlandse Zaken,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland:
David Davis,
Onderminister van Buitenlandse Zaken en Gemenebestzaken,
de Europese Gemeenschap:
Dick Spring,
Minister van Buitenlandse Zaken (Ierland),
Fungerend Voorzitter van de Raad van de Europese Unie,
Sir Leon Brittan,
Vice-voorzitter van de Commissie van de Europese Gemeenschappen,
de Republiek Korea:
Ro-Myung Gong,
Minister van Buitenlandse Zaken,