Machtigingsbesluit verstrekking justitiële gegevens ten behoeve van het depositogarantiestelsel en het beleggerscompensatiestelsel

[Regeling vervallen per 01-01-2025.]
Geraadpleegd op 07-08-2025. Gebruikte datum 'geldig op' 02-10-2024.
Geldend van 27-09-2024 t/m 31-12-2024

Besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 9 september 2024, nr. 5682714, houdende toestemming tot het verstrekken van justitiële gegevens aan De Nederlandsche Bank N.V. ten behoeve van het uitvoering kunnen geven aan het depositogarantiestelsel en het beleggerscompensatiestelsel (Machtigingsbesluit verstrekking justitiële gegevens ten behoeve van het depositogarantiestelsel en het beleggerscompensatiestelsel)

Overwegende dat:

  • Nederland op grond van afdeling 3.5.6 van de Wet op het financieel toezicht (Wft), die de implementatie betreft van Richtlijn 2014/49/EU inzake de depositogarantiestelsels, en Richtlijn 97/9/EG inzake de beleggerscompensatiestelsels, (i) een depositogarantiestelsel kent dat tot doel heeft depositohouders te compenseren in het geval een bank niet in staat is te voldoen aan haar verplichtingen die voortvloeien uit vorderingen uit deposito’s; en (ii) een beleggerscompensatiestelsel kent dat tot doel heeft beleggers die op grond van bepaalde beleggingsdiensten, geld of financiële instrumenten aan een bank, beleggingsonderneming of financiële instelling hebben toevertrouwd, te compenseren ingeval de betreffende onderneming niet in staat is te voldoen aan haar verplichtingen die voortvloeien uit vorderingen die verband houden met die beleggingsdienst of nevendienst;

  • De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) op grond van artikel 3:261, eerste lid, van de Wft verantwoordelijk is voor de toekenning van vergoedingen aan depositohouders of beleggers;

  • uit artikel 29.01, tweede lid en onder d, en artikel 9 en bijlage A, onder 1 van het Besluit bijzondere prudentiële maatregelen, beleggerscompensatie en depositogarantie Wft (Bbpm Wft) volgt dat DNB dient te voorkomen dat een vergoeding wordt toegekend voor vorderingen uit hoofde van transacties in verband waarmee een strafrechtelijke veroordeling is uitgesproken vanwege het witwassen van geld, en dat DNB op grond van artikel 29.07, vierde lid, en artikel 28 van het Bbpm Wft moet kunnen beoordelen of de uitkering van een toegekende vergoeding al dan niet dient te worden opgeschort, omdat een depositohouder of belegger wordt vervolgd ter zake van een misdrijf dat voortvloeit uit of verband houdt met het witwassen van geld;

  • om uitvoering te kunnen geven aan voornoemde in het Bbpm Wft genoemde bepalingen, DNB dient te beschikken over justitiële gegevens;

  • in bijzondere gevallen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid toestemming kan geven tot verstrekking van justitiële gegevens, voor zover dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang;

  • het in dit kader, met het oog op het bestrijden van witwassen, verstrekken van justitiële gegevens aan DNB een zwaarwegend algemeen belang dient en derhalve noodzakelijk is;

  • de huidige wetgeving thans niet voorziet in een wettelijke grondslag om justitiële gegevens in dit kader aan DNB te verstrekken en dat in afwachting van een dergelijke wettelijke grondslag er middels dit besluit voor wordt gezorgd dat DNB uitvoering kan geven aan de in het Bbpm Wft genoemde bepalingen;

Gelet op artikel 14 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens,

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

  • 2 Indien de belegger of depositohouder een rechtspersoon is, betreffen de gegevens zowel de rechtspersoon als de bestuurders, alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten waaraan artikel 51, tweede lid, onder 2°, van het Wetboek van Strafrecht ten grondslag heeft gelegen. Indien een bestuurder een rechtspersoon is betreffen de gegevens eveneens deze rechtspersoon, alsmede de bestuurders daarvan. Indien de belegger of depositohouder een maatschap of vennootschap onder firma is betreffen de gegevens de maten, dan wel de vennoten, uitgezonderd de gegevens betreffende de vennoot en commandite, alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten waaraan artikel 51, tweede lid, onder 2°, van het Wetboek van Strafrecht ten grondslag heeft gelegen. Indien de vennoten of maten rechtspersoonlijkheid bezitten betreffen de gegevens deze rechtspersonen, alsmede de bestuurders daarvan.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Aan de toestemming worden de volgende voorwaarden verbonden:

  • a. ten behoeve van het in artikel 1 genoemde doel worden slechts de daarvoor noodzakelijke justitiële gegevens verstrekt, die niet voor enig ander doel mogen worden verwerkt;

  • b. de justitiële gegevens als bedoeld in artikel 1, worden uitsluitend verstrekt aan personen werkzaam bij De Nederlandsche Bank N.V. die hiertoe door hun afdelingshoofd zijn geautoriseerd.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst, en vervalt op de dag dat in het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in deze verstrekking van justitiële gegevens wordt voorzien.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2025]

Dit besluit wordt aangehaald als: Machtigingsbesluit verstrekking justitiële gegevens ten behoeve van het depositogarantiestelsel en het beleggerscompensatiestelsel.

’s-Gravenhage, 9 september 2024

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

T.H.D. Struycken