[Red: Wijzigt de Pensioenwet.]
Artikel II. Wet inkomstenbelasting 2001
[Meerdere toekomstige wijzigingen; eerste op 01-01-2027.
Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2023.
Zie het overzicht van wijzigingen]
Onderdelen A t/m W:
[Red: Wijzigt de Wet inkomstenbelasting 2001.]
Onderdeel X:
Het in artikel II, onderdeel E, onderdeel 2, onder b, genoemde bedrag en het in onderdeel Ea,
eerstgenoemde bedrag worden vóór toepassing van die onderdelen vervangen door andere
bedragen. Deze bedragen worden berekend door de te vervangen bedragen te vermenigvuldigen
met de ingevolge artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 aan het begin van het kalenderjaar 2023 toegepaste inflatiecorrectie op die bedragen,
genoemd in artikel 3.127, tweede en derde lid, van die wet.
Onderdeel Y:
Het in artikel II, onderdeel Ea, als tweede genoemde bedrag wordt vóór toepassing
van dat onderdeel vervangen door een ander bedrag. Dit bedrag wordt berekend door
de aan het begin van het kalenderjaar 2023 geldende uitkeringen voor gehuwde personen
zonder toeslag als omschreven in artikel 9, eerste lid, onderdeel b, en vijfde lid, van de Algemene Ouderdomswet, vermeerderd met de vakantietoeslag, te vermenigvuldigen met de factor 100/75.
Artikel III. Wet op de loonbelasting 1964
[Meerdere toekomstige wijzigingen; eerste op 01-01-2027. Zie het overzicht van wijzigingen]
Onderdelen A t/m V:
[Red: Wijzigt de Wet op de loonbelasting 1964.]
Onderdeel W:
Het in artikel III, onderdeel B, in artikel 18a, derde lid, genoemde bedrag wordt vóór toepassing van dat onderdeel vervangen door een ander
bedrag. Dit bedrag wordt berekend door de aan het begin van het kalenderjaar 2023
geldende uitkeringen voor gehuwde personen zonder toeslag als omschreven in artikel 9, eerste lid, onderdeel b, en vijfde lid, van de Algemene Ouderdomswet, vermeerderd met de vakantietoeslag, te vermenigvuldigen met de factor 100/75.
Onderdeel X:
Het in artikel III, onderdeel E, in artikel 18d, tweede lid, genoemde bedrag wordt vóór toepassing van dat onderdeel vervangen door een ander
bedrag. Dit bedrag wordt gesteld op het aan het begin van het kalenderjaar 2023 geldende
bedrag dat na aftrek van de in te houden loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen,
rekening houdend met de algemene heffingskorting voor een persoon die de pensioengerechtigde
leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, nog niet heeft bereikt, gelijk is aan het netto-ouderdomspensioen per maand, bedoeld
in artikel 9, vijfde lid, onderdeel a, van die wet, waarbij de nodig geachte afronding wordt aangebracht.
Artikel IV. Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000
[Red: Wijzigt de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000]
Artikel V. Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid
[Red: Wijzigt de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid]
Artikel VI. Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen
[Treedt in werking op 01-01-2027]
Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen
Artikel VII. Wet verplichte beroepspensioenregeling
[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2023. Zie het
overzicht van wijzigingen]
[Red: Wijzigt de Wet verplichte beroepspensioenregeling.]
Artikel VIII. Wet privatisering ABP
[Red: Wijzigt de Wet privatisering ABP.]
Artikel IX. Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd
[Red: Wijzigt de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd.]
Artikel X. Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd
[Red: Wijzigt de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd.]
Artikel XI. Wet op het notarisambt
[Red: Wijzigt de Wet op het notarisambt.]
Artikel XII. Algemene pensioen- en uitkeringswet 2021
[Red: Wijzigt de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers.]
Artikel XIIa. Algemene wet bestuursrecht
[Red: Wijzigt de Algemene wet bestuursrecht.]
Artikel XIIb. Burgerlijk Wetboek
[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen
Artikel XIII. Samenloop met Wet aanpassing appa en enkele andere wetten 2021
[Red: Wijzigt deze wet.]
Artikel XIIIa. Samenloop van wetten die wijzingen aanbrengen in een of meer belastingwetten
Ingeval de samenloop van wetten die in 2022 of 2023 in het Staatsblad zijn of worden
gepubliceerd en wijzigingen aanbrengen in een of meer belastingwetten, niet of niet
juist is geregeld, of indien als gevolg van die samenloop onjuistheden ontstaan in
de aanduiding van artikelen, artikelonderdelen, verwijzingen en dergelijke in de desbetreffende
wetten, kunnen die wetten op dit punt bij ministeriële regeling worden gewijzigd.
Artikel XIV. Monitoring en evaluatie
-
2 Onze Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen monitort en zendt aan
de Staten-Generaal tijdens de transitieperiode, bedoeld in hoofdstuk 6b van de Pensioenwet en hoofdstuk 5a van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, tenminste jaarlijks ten aanzien van onderdeel a en ten minste periodiek ten aanzien
van onderdeel b, een verslag over de volgende punten met als doel tijdig knelpunten
met betrekking tot de voortgang van de transitie te kunnen identificeren en voor zover
nodig aanvullende maatregelen te kunnen nemen:
Artikel XV. Inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat
voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld,
waarbij artikel II, onderdelen E en I, kunnen terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip en met dien
verstande dat artikel I, onderdelen Ca, H, eerste en derde onderdeel en UUU, voor zover het betreft artikel 220ca en artikel VII, onderdeel Fa en onderdeel QQQ, voor zover het betreft artikel 214ca, in werking treden met ingang van 1 januari 2024.
Deze wet wordt aangehaald als: Wet toekomst pensioenen.