Tijdelijke subsidieregeling bevaarbaarheid jachthavens en vaargeulen IJsselmeergebied

[Regeling vervalt per 01-10-2025.]
Geraadpleegd op 29-04-2024.
Geldend van 01-10-2020 t/m heden

Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 22 september 2020, nr. IENW/BSK-2020/126947, houdende de regels voor de subsidieverstrekking voor het bevaarbaar houden van jachthavens en vaargeulen in het IJsselmeergebied bij een verlaagd waterpeil (Tijdelijke subsidieregeling bevaarbaarheid jachthavens en vaargeulen IJsselmeergebied)

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1 In deze regeling wordt verstaan onder:

    • baggerwerkzaamheden: uitbaggeren van de waterbodem ten behoeve van de bevaarbaarheid van een vaargeul en de toegankelijkheid van een jachthaven;

    • beheerder: gemeente, provincie, waterschap, een andere rechtspersoon of een andere onderneming die een jachthaven of vaargeul beheert;

    • jachthaven: haven die wordt gebruikt door de recreatieve vaart dan wel haven die naar zijn aard en inrichting bedoeld en geschikt is voor het aanleggen en aangelegd houden van vaartuigen bestemd of gebruikt voor sport of vrijetijdsbesteding;

    • Kaderbesluit: Kaderbesluit subsidies I en M;

    • Markermeer: Markermeer, genoemd in het peilbesluit;

    • minister: Minister van Infrastructuur en Waterstaat;

    • peilbesluit: Peilbesluit IJsselmeergebied van 14 juni 2018, RWS-2018/16279;

    • vaargeul: deel van het vaarwater dat als toegangsgeul dient voor een jachthaven;

    • IJsselmeer: IJsselmeer, genoemd in het peilbesluit.

  • 2 Het IJsselmeergebied omvat het open water van het IJsselmeer, het Markermeer/IJmeer, de Randmeren en de aangrenzende kustlandschappen.

Artikel 2. Toepassingsgebied

Deze regeling is van toepassing op jachthavens en vaargeulen tot jachthavens in het IJsselmeergebied buiten de primaire waterkering of buiten een andere kering met een vergelijkbare functie mits de desbetreffende waterstand direct beïnvloedbaar is vanuit het IJsselmeer of het Markermeer.

Artikel 3. Doel van de regeling

Deze regeling heeft als doel het bevorderen van de toegankelijkheid van jachthavens en de bruikbaarheid van de daarin gelegen ligplaatsen in het IJsselmeergebied bij een ingevolge het peilbesluit verlaagd waterpeil in de tweede helft van augustus door middel van het verrichten van baggerwerkzaamheden.

Artikel 4. Verstrekken van subsidie

  • 1 De minister kan op aanvraag subsidie verstrekken aan een beheerder voor de in artikel 3 bedoelde baggerwerkzaamheden.

  • 2 Voor subsidie komen baggerwerkzaamheden in aanmerking uitgevoerd in de periode van 15 juni 2018 tot en met 31 augustus 2025.

Artikel 5. Subsidieplafond en wijze van verdelen

  • 1 Het subsidieplafond bedraagt in totaal € 7 miljoen.

  • 2 De verdeling van het beschikbare subsidiebedrag vindt plaats op basis van volgorde van ontvangst van de aanvragen.

Artikel 6. Subsidiabele kosten en hoogte van de subsidie

  • 1 Subsidiabel is een deel van de kosten van baggerwerkzaamheden die ten hoogste nodig zijn voor de toegankelijkheid voor pleziervaartuigen van een jachthaven of een vaargeul tot een jachthaven in het toepassingsgebied, bedoeld in artikel 2 bij een ingevolge van het peilbesluit verlaagd waterpeil.

  • 2 De subsidie wordt verstrekt als vast bedrag per m2 gebaggerde waterbodem waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen jachthavens en vaargeulen.

  • 3 De vaste vergoeding bedraagt per m2 gebaggerde waterbodem:

    • a. voor jachthavens € 1,33;

    • b. voor vaargeulen € 0,83.

Artikel 7. De aanvraag

  • 1 Een beheerder dient binnen zes maanden na oplevering van de baggerwerkzaamheden de subsidieaanvraag in met dien verstande dat een aanvraag tot subsidieverlening uiterlijk op 30 september 2025 wordt ingediend.

  • 2 In afwijking van het eerste lid, dient een beheerder uiterlijk op 1 april 2021 de subsidieaanvraag in voor baggerwerkzaamheden die zijn opgeleverd voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling.

  • 3 Een aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van een door de minister beschikbaar gesteld middel dat op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland is geplaatst.

  • 4 Bij de aanvraag wordt een factuur gevoegd van de baggerwerkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft. De aanvraag bevat naast deze factuur:

    • a. de relevante kadastrale nummers en een werkkaart waarop is aangegeven de omvang van de gebaggerde waterbodem in m2 met aanduiding van de jachthaven of vaargeul waar de baggerwerkzaamheden zijn verricht;

    • b. het tijdvak waarin de baggerwerkzaamheden zijn uitgevoerd; en

    • c. de datum van oplevering van de werkzaamheden, bedoeld in het eerste of tweede lid.

  • 5 Bij de aanvraag wordt voorts verklaard in hoeverre:

    • a. financiële bijdragen voor de baggerwerkzaamheden op grond van een andere regeling of regelingen zijn aangevraagd of toegekend;

    • b. deze bijdragen bestemd zijn voor de baggerwerkzaamheden, bedoeld in artikel 6.

Artikel 8. Afwijzing subsidieaanvraag

De minister beslist in ieder geval afwijzend op een aanvraag om subsidie indien de aanvraag betrekking heeft op baggerwerkzaamheden voor een waterbodem waarvoor reeds een beschikking tot subsidieverstrekking is gegeven in het kader van deze regeling.

Artikel 9. Subsidieverstrekking

Met toepassing van artikel 16 van het Kaderbesluit is artikel 15, eerste en tweede lid, onderdeel a, van dat besluit inzake een subsidie lager dan € 25.000,– van toepassing op elke krachtens deze regeling verstrekte subsidie.

Artikel 10. Evaluatie

Uiterlijk op 1 juni 2025 publiceert de minister een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de krachtens deze regeling verstrekte subsidie.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2020.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 oktober 2025, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Artikel 12. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling bevaarbaarheid jachthavens en vaargeulen IJsselmeergebied.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Naar boven