Regeling 1- en 2-jarig Activiteitenprogramma

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022.]
Geraadpleegd op 01-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 25-07-2020 en zichtdatum 25-07-2020.
Geldend van 25-07-2020 t/m 29-06-2022

Regeling 1- en 2-jarig Activiteitenprogramma, Stimuleringsfonds Creatieve Industrie

Het bestuur van de stichting Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid, besluit vast te stellen de navolgende regeling, houdende regels voor het verstrekken van één of tweejarige subsidies aan instellingen ter bevordering van de kwaliteit van de creatieve industrie.

Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 1. Taakopvatting van het Stimuleringsfonds

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Deze regeling is van toepassing op aanvragen voor en het verlenen van subsidies voor 1- en 2-jarige activiteitenprogramma’s van culturele instellingen en organisaties op het gebied van vormgeving, architectuur of digitale cultuur en alle mogelijke crossovers tussen en binnen deze disciplines, hierna gezamenlijk aan te duiden als creatieve industrie.

  • 2 Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie verstrekt, overeenkomstig de bepalingen vastgesteld in de wet, zijn statuten en de onderhavige regeling, subsidies aan instellingen en organisaties die een 1- of 2-jarig activiteitenprogramma willen uitvoeren dat bijdraagt aan het bevorderen van hoogwaardige kwaliteit, ontwikkeling en professionalisering van de hedendaagse creatieve industrie binnen het Koninkrijk.

Artikel 2. Algemene doelstellingen Stimuleringsfonds

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie hanteert bij het verlenen van subsidies de volgende doelstellingen:

  • a. bevorderen van de ontwikkeling van artistieke kwaliteit;

  • b. stimuleren van experiment en onderzoek;

  • c. bevorderen van talentontwikkeling;

  • d. bevorderen van een gezonde en vernieuwende ontwerpinfrastructuur;

  • e. ondersteunen van reflectie en debat;

  • f. bevorderen van ontwerpkracht bij grote maatschappelijke opgaven, inclusief erfgoedopgaven; en

  • g. versterken van de internationale positie van de ontwerpdisciplines.

Artikel 3. Begrippen

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

De in deze regeling gehanteerde begrippen hebben dezelfde betekenis als in de Regeling op het specifiek cultuurbeleid, met dien verstande dat wordt verstaan onder:

  • 1. Bestuur: de directeur-bestuurder van het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, als bedoeld in artikel 5 van de statuten;

  • 2. Koninkrijk: het Koninkrijk der Nederlanden, bestaande uit de landen Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten;

  • 3. Culturele instelling of organisatie: non-profit, privaatrechtelijke rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid naar het recht van een der landen van het Koninkrijk met een culturele taak;

  • 4. Activiteitenprogramma: een reeks van met elkaar samenhangende activiteiten die verspreid van elkaar, binnen de looptijd van één, dan wel twee kalenderjaren worden uitgevoerd. De onderdelen kunnen verschillen in opzet en uitvoering, maar dragen gezamenlijk bij aan de missie, visie en verdere ontwikkeling van de instelling of organisatie.

  • 5. Kerntaak: het doel en activiteiten die de hoofdzaak vormen van het programma dat de instelling uitvoert. De kerntaak en -activiteit vloeit zowel in vorm als inhoud voort uit de visie en missie van de instelling.

  • 6. Eigen inkomsten: onder eigen inkomsten worden in deze regeling de volgende baten, welke terug te vinden zijn in de jaarrekening aan de batenkant van de exploitatierekening, verstaan:

    • a. publieksinkomsten; en

    • b. overige inkomsten, zijnde:

      • 1. directe opbrengsten in de vorm van sponsorinkomsten en overige inkomsten;

      • 2. indirecte opbrengsten; en

      • 3. overige bijdragen.

  • 7. Onder eigen inkomsten worden in elk geval niet begrepen de volgende baten:

    • a. subsidies die zijn verstrekt door een bestuursorgaan;

    • b. overige bijdragen uit publieke middelen;

    • c. rentebaten;

    • d. bijdragen in natura;

    • e. kapitalisatie van vrijwilligers;

    • f. waardering vrijkaarten; en

    • g. overige baten die geen relatie hebben met cultureel ondernemerschap.

Hoofdstuk 2. Algemene bepalingen voor verstrekking subsidie activiteitenprogramma’s

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 4. Doelstelling Regeling 1- en 2-jarig activiteitenprogramma

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Deze regeling is van toepassing op culturele instellingen en organisaties binnen het Koninkrijk die met een één of twee jaar durend activiteitenprogramma hoogwaardige kwaliteit, ontwikkeling en professionalisering bevorderen van de hedendaagse vormgeving, architectuur of digitale cultuur en die de belangstelling voor deze disciplines stimuleren.

Artikel 5. Voorwaarden voor ondersteuning

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Subsidie kan slechts verleend worden indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:

    • a. de culturele instelling of organisatie draagt vanuit zijn kerntaak bij aan de versterking van de domeinen vormgeving, architectuur of digitale cultuur binnen het Koninkrijk.

    • b. het activiteitenprogramma vormt de kerntaak van de instelling.

    • c. het programma van de instelling of organisatie is minimaal van regionale betekenis bij een aanvraag voor een éénjarig activiteitenprogramma.

    • d. het programma van de instelling of organisatie is van nationale betekenis bij een aanvraag voor een tweejarig activiteitenprogramma.

  • 2 Om voor een bijdrage in aanmerking te komen moet een instelling of organisatie gevestigd zijn in een der landen van het Koninkrijk en ingeschreven staan in het Handelsregister van het betreffende land.

Artikel 6. Reikwijdte

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Het bestuur kan met toepassing van deze regeling subsidies verstrekken aan instellingen en organisaties die een toonaangevend 1- of 2-jarig activiteitenprogramma ontwikkelen, waarvan de uitvoering plaatsvindt in de periode 2021-2022.

  • 2 De instelling of organisatie en de uitvoering van het activiteitenprogramma dragen bij aan meerdere van de doelstellingen van het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie zoals geformuleerd in artikel 2.

Artikel 7. Weigeringsgronden

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid en artikel 4:35 van de Awb, wordt de subsidieverlening in ieder geval geweigerd, indien de aanvrager in de aanvraag niet verklaart dat hij:

  • a. de navolgende codes onderschrijft:

    • I. Fair Practice Code;

    • II. Governance Code Cultuur 2019;

    • III. Code Diversiteit en Inclusie;

  • b. En aansluit bij zowel:

    • I. de bestaande afspraken over honorering;

    • II. de sociale dialoog tussen werkgevers-opdrachtgevers en werknemers- opdrachtnemers.

Hoofdstuk 3. Subsidieaanvraag

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 8. Voorwaarden met betrekking tot financiën en andere subsidierelaties

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Op basis van deze regeling kan alleen subsidie verstrekt worden:

    • a. indien de subsidie per aanvrager voor een éénjarig activiteitenprogramma minimaal € 50.000 en maximaal € 100.000 bedraagt;

    • b. indien de subsidie per aanvrager voor een tweejarig activiteitenprogramma minimaal € 100.000 en maximaal € 175.000 per kalenderjaar bedraagt;

    • c. indien de totale door het Stimuleringsfonds te verstrekken subsidie niet meer bedraagt dan 80% van de subsidiabele kosten;

    • d. indien de aanvrager voor zijn kerntaak geen subsidie ontvangt van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of op basis van een regeling voor meerjarige programma’s van een van de andere Rijkscultuurfondsen.

  • 2 Voor zover de aanvrager voor dezelfde begrote lasten tevens subsidie heeft aangevraagd bij een of meer andere bestuursorganen, maakt hij dat inzichtelijk binnen de ingediende begroting en licht hij dat inhoudelijk toe in de aanvraag.

Artikel 9. Formele voorwaarden activiteitenplan

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 De aanvrager geeft in het aanvraagformulier aan welk van de drie disciplines, zijnde vormgeving, architectuur of digitale cultuur, hij tot zijn hoofddiscipline rekent.

  • 2 Aanvrager geeft in het aanvraagformulier aan of de aanvraag betrekking heeft op een één- of tweejarig activiteitenprogramma.

  • 3 Er kan slechts subsidie worden verleend aan de instelling als er voldoende borging is op het gebied van de inhoudelijke uitvoering en de financiële en organisatorische situatie. Dit betekent dat er in ieder geval sprake moet zijn van een activiteitenplan dat bestaat uit vijf te onderscheiden delen.

    • a. Een (korte) beschrijving van missie, visie en het profiel van de instelling.

    • b. Een reflectie van maximaal één pagina op de uitvoering van de activiteiten en het functioneren van de instelling tijdens de periode 2019 tot en met 2020. Is uw instelling in 2019 of 2020 opgericht, dan reflecteert u op de aanleiding, oprichting en eerste activiteiten van uw instelling.

    • c. Een beschrijving en planning van de activiteiten die de instelling in de periode 2021 (aanvraag éénjarig activiteitenprogramma) dan wel 2021-2022 (aanvraag tweejarig activiteitenprogramma) wil uitvoeren.

    • d. Eerlijke beloning en gezonde bedrijfsvoering: Wat is het beloningsbeleid van de organisatie? Hoe past dit in de bedrijfsvoering en in hoeverre sluit dit aan bij de bestaande afspraken over honorering zoals geldende cao, andere collectieve afspraken of collectieve richtlijnen?

Artikel 10. Indieningstermijn aanvraag

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Een aanvraag voor subsidie voor een 1-jarig activiteitenprogramma voor het kalenderjaar 2021, resp. een aanvraag voor een subiside voor een 2-jarig activiteitenprogramma voor de kalenderjaren 2021 en 2022 dienen te worden ingediend vanaf 18 augustus 2020 tot en met 30 september 2020.

  • 2 In 2021 kan binnen deze regeling worden aangevraagd voor een 1-jarig activiteitenprogramma voor het kalenderjaar 2022.

  • 3 De indieningstermijnen voor aanvragen in opvolgende kalenderjaren worden bekend gemaakt via de website www.stimuleringsfonds.nl.

Artikel 11. Wijze van indiening

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Voor de indiening van een aanvraag voor subsidie wordt gebruikgemaakt van het hiervoor bestemde aanvraagformulier dat wordt bekendgemaakt op de website www.stimuleringsfonds.nl.

  • 2 De aanvraag voor subsidie wordt elektronisch ingediend via de digitale aanvraagomgevingvan het Stimuleringsfonds.

  • 3 Aanvragen die niet tijdig worden ingediend of niet volledig zijn, worden afgewezen.

  • 4 Aanvragen moeten in de Nederlandse of Friese taal zijn gesteld.

Artikel 12. Indiening van de begroting bij de aanvraag

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 De begroting behelst een overzicht van de per jaar geraamde baten en lasten van de aanvrager voor de uitvoering van het 1- of 2-jarige activiteitenprogramma. Bij de inrichting van de begroting dient de instelling zich te houden aan het model voor de activiteitenbegroting, dat is vastgesteld door het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie en bekendgemaakt is op de websitewww.stimuleringsfonds.nl.

  • 2 De begroting bestaat uit vier onderdelen:

    • I. gespecificeerd overzicht van de activiteitenlasten;

    • II. gespecificeerd overzicht van de beheerslasten;

    • III. gespecificeerd overzicht van de baten (financiële dekking waaronder eigen inkomsten); en

    • IV. samenvatting van de baten en lasten en het resultaat.

  • 3 De begroting bevat een postgewijze toelichting.

  • 4 De begroting moet een prestatieoverzicht omvatten dat een beknopt inzichtelijk kwantitatief overzicht bevat van de te verrichten activiteiten in het jaar of de jaren van de periode waarvoor de subsidie wordt gevraagd.

  • 5 Er wordt geen subsidie verleend aan of ten behoeve van:

    • a. onderwijsprogramma’s en aanverwante activiteiten van onderwijsinstellingen;

    • b. instellingen voor hbo en aan universiteiten;

    • c. studiereizen;

    • d. arbeidskosten voor medewerkers van rijks-, provinciale en gemeentelijke instellingen;

    • e. het verwerven van eigendommen;

    • f. reguliere bouw- en restauratiekosten;

    • g. inrichting-, restauratie- en verbouwingsplannen;

    • h. kosten die de aanvrager op andere wijze vergoed kan krijgen.

Artikel 13. Aanvullende bescheiden

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 De aanvraag gaat vergezeld van een document waaruit de financiële positie van de aanvrager blijkt alsmede een afschrift van de oprichtingsakte van de rechtspersoon dan wel van de statuten zoals deze laatstelijk zijn gewijzigd.

  • 2 Een document waaruit de financiële positie van de aanvrager blijkt is de laatst opgemaakte jaarrekening of, indien geen jaarrekening voorhanden is, een verslag over de financiële positie van de aanvrager op het moment van de aanvraag.

Hoofdstuk 4. Subsidieverlening

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 14. Advisering

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Het bestuur legt een aanvraag ter advisering voor aan een adviescommissie, nadat de aanvraag is getoetst aan de formele vereisten om voor een subsidie voor een activiteitenprogramma in aanmerking te komen.

  • 2 Bij de formulering van het advies over het al of niet verlenen van een subsidie baseert de adviescommissie zich uitsluitend op de door de aanvrager verstrekte gegevens.

  • 3 Een positief advies kan vergezeld gaan van een beargumenteerde aanbeveling over de hoogte van de te verlenen subsidie en van onderbouwde aanbevelingen met betrekking tot de uitvoering dan wel het niet ondersteunen van specifiek genoemde activiteiten.

  • 4 De adviescommissie hanteert een werkwijze overeenkomstig de Werkwijze Adviescommissies Stimuleringsfonds Creatieve Industrie.

Artikel 15. Beoordeling van de aanvraag

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Bij de inhoudelijke beoordeling van de aanvraag wordt in het bijzonder ingegaan op de beschrijving van de activiteiten zoals genoemd in Artikel 9 onder punt c. De commissie beoordeelt de activiteiten op basis van de volgende vier criteria die elk voor een gelijk deel in de beoordeling meewegen:

    • a. de artistieke en maatschappelijke waarde van het activiteitenprogramma;

    • b. de relevantie van de gekozen thematiek voor het vakgebied;

    • c. de mate van een divers publieksbereik; en

    • d. tot slot wordt beoordeeld op de consistentie in doel en opzet van de aanvraag, waarbij alle in Artikel 5 en Artikel 9 derde lid genoemde onderdelen in onderling verband worden beoordeeld.

  • 2 In het geval dat het totaal van de aanvragen dat voor subsidieverlening in aanmerking komt, het beschikbare budget overschrijdt, zal geprioriteerd worden. De navolgende procedure voor prioritering wordt gehanteerd:

    • a. de positief beoordeelde aanvragen worden per discipline geprioriteerd op basis van de uitkomst van de beoordeling van artikel 15, eerste lid. Mochten twee aanvragen binnen een discipline een gelijke beoordeling hebben, dan wordt prioriteit gegeven aan instellingen die programma’s uitvoeren die een bijdrage leveren aan regionale spreiding van activiteiten over het Koninkrijk.

    • b. Vervolgens wordt eerst de hoogst beoordeelde aanvraag binnen architectuur gehonoreerd, daarna de hoogst beoordeelde aanvraag binnen vormgeving en tot slot de hoogst beoordeelde aanvraag binnen digitale cultuur. Daarna wordt dezelfde volgorde van toekenning toegepast op de daarna hoogst beoordeelde aanvraag per discipline totdat het subsidieplafond wordt overschreden.

  • 3 Het bestuur besluit dat, in het geval dat het totaal van de aanvragen dat voor subsidieverlening in aanmerking komt het subsidieplafond overschrijdt, het beschikbare bedrag wordt toegekend aan de aanvragers waarvan de aanvraag het hoogst is geplaatst op de ranglijst zoals opgesteld volgens Artikel 15 tweede lid, waarbij aan de hoogst geplaatsten de door de commissie geadviseerde bijdrage wordt verleend zo lang het totaal daarvan het subsidieplafond niet overschrijdt, waarna aan de aanvrager aan wie toekenning zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond het bedrag wordt toegekend dat resteert tot aan het subsidieplafond.

Artikel 16. Subsidieplafond

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Een subsidie wordt altijd verleend onder de voorwaarde dat door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voldoende gelden aan het Stimuleringsfonds ter beschikking worden gesteld.

  • 2 Het subsidieplafond voor éénjarige activiteitenprogramma’s en het subsidieplafond voor tweejarige activiteitenprogramma’s worden uiterlijk 18 augustus 2020 bekend gemaakt via de websitewww. stimuleringsfonds.nl.

Artikel 17. Verlening van een subsidie

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Het bestuur informeert de aanvrager binnen 10 weken na de uiterlijke indiendatum schriftelijk over zijn besluit.

  • 2 Het bestuur kan in dit besluit andere verplichtingen dan vermeld staan in artikelen 20 tot en met 24 aan de subsidieverlening verbinden.

  • 3 Het besluit tot verlening van een subsidie bevat een weergave of een afschrift van het advies en de overwegingen van het bestuur, de voorwaarden waaronder de subsidie beschikbaar wordt gesteld, de verplichtingen waaraan de ontvanger zich dient te houden, de maximale hoogte van de subsidie, alsmede informatie over de betaalbaarstelling en de bevoorschotting.

  • 4 Aan het verlenen van een subsidie kunnen door de aanvrager geen rechten worden ontleend met betrekking tot de honorering van een volgende aanvraag.

Artikel 18. Wijziging subsidiebedrag

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Indien de instellingssubsidie aan het Stimuleringsfonds door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wordt verhoogd, rekening houdend met de ontwikkeling van de kosten in de arbeidsvoorwaarden of de kosten van het prijspeil, kan het Stimuleringsfonds de subsidie van de subsidieontvanger verhogen met het percentage dat bepaald is door de Minister.

  • 2 Indien de subsidie wordt gewijzigd, rekening houdend met de ontwikkeling van de kosten in de arbeidsvoorwaarden of de kosten van het prijspeil, bepaalt de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap welk percentage van de subsidie wordt aangemerkt als loongevoelig onderscheidenlijk prijsgevoelig.

Artikel 19. Voorschotten

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Het Stimuleringsfonds betaalt in het geval van een éénjarig activiteitenprogramma bij wijze van voorschot 80% van het toegekende bedrag. Het resterende deel wordt na het besluit tot vaststelling van de subsidie uitbetaald.

    In het geval van een tweejarig activiteitenprogramma wordt bij wijze van voorschot in het eerste kalenderjaar 40% van het totaal toegekende bedrag uitbetaald. In het tweede kalenderjaar volgt na goedkeuring van de periodieke verslaglegging een tweede voorschot van 50% van het totaal toegekende bedrag. Het resterende deel wordt na het besluit tot vaststelling van de subsidie uitbetaald.

  • 2 Indien de liquiditeitsbehoefte van de subsidieontvanger om een ander betaalritme vraagt, kan het Stimuleringsfonds in afwijking van het eerste lid een groter of kleiner deel van de subsidie als voorschot betalen in door het Stimuleringsfonds te bepalen termijnen.

  • 3 De liquiditeitsbehoefte, bedoeld in het tweede lid, wordt vastgesteld aan de hand van documenten van de aanvrager.

  • 4 Indien de subsidie wordt gewijzigd op grond van artikel 18, eerste lid, wordt de bevoorschotting overeenkomstig de wijziging aangepast.

Hoofdstuk 5. Verplichtingen van de subsidieontvanger

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 20. Te voeren administratie

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 De subsidieontvanger stelt het boekjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2 De subsidieontvanger voert een zodanig ingerichte administratie dat daaruit te allen tijde de voor de vaststelling van de subsidie van belang zijnde rechten en verplichtingen evenals de baten en lasten kunnen worden nagegaan.

  • 3 De subsidieontvanger bewaart de administratie en de daartoe behorende documenten gedurende zeven jaren na het vaststellen van de subsidie.

Artikel 21. Periodieke verslaglegging

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 De subsidieontvanger dient in het geval van een 2-jarig activiteitenprogramma na het eerste jaar van de periode waarvoor subsidie is verleend, over het betreffende jaar, binnen vier maanden een bestuursverslag, een jaarrekening en een prestatieverantwoording in.

  • 2 Het bestuursverslag geeft in ieder geval toelichting op:

    • a. het exploitatieresultaat van de subsidieontvanger;

    • b. de financiële positie van de subsidieontvanger, waarbij tevens wordt ingegaan op het beleggingsbeleid, voor zover de instelling of de gelieerde instelling beleggingen heeft; en

    • c. voorts bevat het bestuursverslag een beknopte inzichtelijke kwalitatieve verantwoording die bestaat uit een verslag over de verrichte activiteiten waarmee kan worden aangetoond dat de gesubsidieerde activiteiten volgens plan hebben plaatsgevonden.

  • 3 De prestatieverantwoording bevat een beknopt inzichtelijk kwantitatief overzicht van de activiteiten die zijn verricht in het jaar waarop het bestuursverslag betrekking heeft.

  • 4 Het bestuur van de subsidieontvanger ondertekent het bestuursverslag.

Artikel 22. Vermelding Stimuleringsfonds

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

De subsidieontvanger dient in alle publieke uitingen het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie te vermelden als subsidieverstrekker. In publicaties en verslagen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten, evenals op uitnodigingen, aankondigingen, websites en audiovisuele producties die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten dient het logo van het Stimuleringsfonds te worden opgenomen. Wanneer een aanvrager logo’s opneemt van andere sponsors dient het logo van het Stimuleringsfonds in een vergelijkbare grootte en opmaak te worden weergegeven.

Artikel 23. Melding bij het bestuur

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

De subsidieontvanger meldt onverwijld aan het bestuur als:

  • 1. de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet of niet geheel zullen doorgaan;

  • 2. niet geheel aan de aan het subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan; of

  • 3. er aanzienlijke artistieke of zakelijke wijzigingen zijn ten opzichte van het plan op basis waarvan subsidie is verstrekt.

Hoofdstuk 6. Subsidievaststelling

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 24. Aanvraag voor vaststelling van subsidie

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Een instelling dient in geval van een 1-jarig activiteitenprogramma uiterlijk 1 mei na het kalenderjaar van de subsidieperiode een inhoudelijk en financiële verantwoording over het activiteitenprogramma in. In het geval van een 2-jarig activiteitenprogramma moet uiterlijk 1 mei na het tweede kalenderjaar van de subsidieperiode een inhoudelijk en financiële verantwoording over de gehele periode worden ingediend.

  • 2 De aanvraag tot vaststelling van de subsidie gaat vergezeld van een bestuursverslag, een jaarrekening en een prestatieverantwoording als bedoeld in artikel 12 en, indien de subsidie van het Stimuleringsfonds € 125.000 of meer bedraagt, een controleverklaring, opgesteld door een onafhankelijk accountant. Het bestuursverslag geeft in het geval van een tweejarig programma een toelichting op het laatste jaar van de subsidie.

Artikel 25. Vaststelling

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Als de activiteiten volgens plan zijn uitgevoerd en is voldaan aan alle aan de subsidie verbonden verplichtingen stelt het bestuur de subsidie binnen 10 weken overeenkomstig de verlening vast.

Artikel 26. Jaarrekening

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Titel 9, met uitzondering van de afdelingen 1 en 11, 12, 14 en 15, van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of een overeenkomstige bepaling in het recht van het land waar de instelling is gevestigd is van toepassing op de jaarrekening met dien verstande dat de winst- en verliesrekening wordt vervangen door een exploitatierekening; op deze exploitatierekening zijn de bepalingen omtrent de winst- en verliesrekening van overeenkomstige toepassing. Bepalingen omtrent winst en verlies zijn van overeenkomstige toepassing op het exploitatiesaldo.

  • 2 Het bestuur kan bepalen dat bepalingen van titel 9 of onderdelen daarvan niet van toepassing zijn op bepaalde subsidieontvangers of categorieën van subsidieontvangers.

  • 3 De jaarrekening omvat de balans en de exploitatierekening, en gaat vergezeld van een toelichting op beide.

  • 4 De jaarrekening van een subsidieontvanger gaat vergezeld van de jaarrekeningen van dochtermaatschappijen van de instelling als bedoeld in artikel 24a van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek dan wel een overeenkomstige bepaling in het recht van het land waar de instelling is gevestigd of andere rechtspersonen waarop zij een overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft.

Artikel 27. Accountantsverklaring en rapport van feitelijke bevindingen

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Indien de subsidie van het Stimuleringsfonds € 125.000 of meer bedraagt is het verplicht om de jaarrekening te voorzien van een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of een overeenkomstige bepaling in het recht van het land waar de instelling is gevestigd.

  • 2 De prestatieverantwoording is voorzien van een rapport van feitelijke bevindingen.

  • 3 In de verklaring, bedoeld in het eerste lid, doet de accountant een uitspraak over de naleving van de subsidiebepalingen door de subsidieontvanger overeenkomstig de controleprotocollen gepubliceerd op de website www.stimuleringsfonds.nl met gebruikmaking van de daarbij opgenomen modellen voor accountantsverklaringen.

Artikel 28. Modellen voor in te dienen documenten

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Het bestuur kan modellen vaststellen voor het bestuursverslag en de prestatieverantwoording. De modellen worden gepubliceerd op de website www.stimuleringsfonds.nl.

Hoofdstuk 7. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Artikel 29. Bezwaar

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Een belanghebbende kan bezwaar maken door een bezwaarschrift in te dienen bij het bestuur. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. De termijn vangt aan op de dag nadat het besluit bekend is gemaakt. De procedure voor bezwaren is gepubliceerd op de website www.stimuleringsfonds.nl.

Artikel 30. Bescherming persoonsgegevens

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Het bestuur verstrekt geen vertrouwelijke informatie over een aanvraag aan derden. Het gaat hier om bedrijfs- en fabricagegegevens die door een aanvrager vertrouwelijk aan het Stimuleringsfonds zijn medegedeeld en om persoonsgegevens als bedoeld in de artikelen 22 tot en met 33 van de Uitvoeringswet Algemene Verordening Gegevensbescherming, tenzij de verstrekking voortvloeit uit een wettelijke verplichting dan wel kennelijk geen inbreuk op de persoonlijke levenssfeer maakt.

Artikel 31. Inwerkingtreding en expiratie

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2020. Indien de Staatscourant, waarin zij wordt geplaatst, op een latere datum verschijnt, treedt zij in werking op de tweede dag na verschijning van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot 1 juli 2020.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2024 met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de afwikkeling van de op basis van deze regeling verleende subsidies.

Artikel 32. Citeertitel

[Regeling vervallen per 07-07-2022 met terugwerkende kracht tot en met 30-06-2022]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling 1- en 2-jarig Activiteitenprogramma

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De stichting Stimuleringsfonds Creatieve Industrie,

S. Groeneveld

(directeur/bestuurder)