Wijzigingswet Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (vereenvoudiging en digitalisering procesrecht in hoger beroep en cassatie)

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2016. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 01-04-2021 t/m heden

Wet van 13 juli 2016 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering te wijzigen in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2016. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.]

Artikel II

  • 1 Ten aanzien van een procedure in hoger beroep en cassatie waarbij het exploot voor de datum van inwerkingtreding van deze wet rechtsgeldig is betekend, blijft het recht van toepassing zoals dat voor die datum gold.

  • 2 Ten aanzien van een procedure in hoger beroep en cassatie waarbij een beroepschrift of verzoekschrift voor de datum van inwerkingtreding van deze wet bij het gerechtshof of bij de Hoge Raad is ingediend, blijft het recht van toepassing zoals dat gold voor de inwerkingtreding van deze wet.

  • 3 Zolang de verplichting om langs elektronische weg te procederen nog niet bij alle gerechten voor alle zaken in werking is getreden, bepaalt de rechter naar wie een zaak wordt doorgestuurd, verwezen of teruggewezen, zo nodig op welke wijze die zaak wordt behandeld of voortgezet.

Artikel III

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan, voor verschillende procedures, vorderingen en verzoeken en voor de verschillende gerechten verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

Paros, 13 juli 2016

Willem-Alexander

De Minister van Veiligheid en Justitie ,

G.A. van der Steur

Uitgegeven de eenentwintigste juli 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie ,

G.A. van der Steur

Naar boven